SSEKuMHHBSBS
Xo. 71.
Woensdag 11 Decem 1^18
,He Jaarg.
De Emigrate®
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaander en.
J. C. VTNK - Axel.
Binnenland.
ns.
SirrZnJg e, ,-ip. en gelaeterd fwrer en bet
FEUILLETON.
liL
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 Maanden 60 Cent; franco per post 70 Cent.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKERUITQ EVER
Bureau Markt C 4.
Telefoon Sr. 56. - Postbox
tot 5 regels 50 Centvoor
Groote letters worden naar
AUVERTENTIEN van 1
eiken regel meer 10 Cent.
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk
Dinsdag- en Vrfldagroiddag TWAALF ure.
tot
CD,
Over den „Ex Keizer"
Nu het uur van den vrede geslagen
heelt, wordt ons Nederland nog niet in
vrede gelaten. Gedurende meer dan
vier jaar hebben wij alle mogelijke
moeilijkheden te doorworstelen gehad
wy werden naar den eenen of naar
den anderen kant gesleurd, naar gelang
het in de politiek der oorlogvoerenden
te pas kwam; om onze geografische
ligging waren wij meermalen op het
kantje af bijna in den oorlog betrokken.
Men heeft ons verdacht gemaakt, ons
honderden verwijten naar het hoofd
geworpen, ons van duizenden denk
beeldige vergrijpen beschuldigd. Wy
hadden gehoopt dat thans, waar de
strijd gestaakt is ook ons land eindelijk
de rust zou genieten die bet, na al die
jaren van ontberingen en bange uren,
zoo broodnoodig heeft.
Maar neen, de omstandigheden heb
ben er anders over beslist. De keizer
is naar ons land uitgeweken en zyne
tegenwoordigheid daar heeft dadelijk
opnieuw de aandacht van de geheele
wereld op ons gevestigd. Natuurlyk
doen weer de meest sensationeele en
gekste berichten de ronde. Zoo schrijft
een correspondent van de Avp. uit
Londen, dat de ,Echo de Paris" het
nieuws had rondgestuurd, dat den keizer
door onze vliegeniers te Soesterberg
een groote feestmaaltijd was aange
boden. Dat nieuws was geheel en al
verzonnen, zooals de „Times" later
mededeelde, doch het is de wereld
rondgegaanieder gelooft het, en aan
de ontkenning ervan wordt niet zooveel
publiciteit gegeven. Zoo krygt ons land
een slechte reputatie voor handelingen
dio alleen in de verbeelding van een
journalist hebben plaats gevonden.
De aanwezigheid van den keizer in
Nederland heeft ons intusschen in eene
uiterst delicate positie gebracht. Het
lot heeft gewild dat de man die meer
dan eenig ander mensch schuld heeft
aan het afgrijselijk bloedbad, dat thans
gelukkig een einde heeft genomen, by
ons gastvrijheid kwam zoeken. Dat
leed dat zoovele duizenden moesten
doorstaan, de rouw die over millioenen
huisgezinnen is neergekomen, heeft
tegen hen een gevoelen van haat en
wraakzucht doen ontstaan, dat door het
staken der vijandelijkheden niet is uit
geroeid. Integendeel. De openbare
meening in de Entente-landen eischt,
dat hy, die door een onkel woord de
oorlog had kunnen verhinderen, aan
zyne verdiende straf niet ontsnappe.
Deze gemoedstoestand is ten zeerste
begrijpelijk. Deze quaestie van des
keizers verblijf in Nederland mag niet
uitsluitend van ons neutraal standpunt
bekeken worden.
Juridisch beschouwd is de zaak glas
helder. Ofwel de keizer is een politiek
misdadiger ofwel hy is een gewone
misdadiger. Als politiek vluchteling
kan van uitlevering geen sprake zijn.
Als gewoon misdadiger kan zyne uit
levering alleen dan geschieden wanneer
er een geregeld vonnis tegen hem be
staat, hetgeen echter niet het geval is.
Logisch, mag Nederland den banneling
dus niet over de grenzen zetten. Doch
in deze zaak, als trouwens in zoovele
andere gedurende den oorlog, moe^®n
wij niet alleen het verstand aan het
woord laten. Het gevoel doet zich hier
veel meergelden. Welnu, het is buiten
twijfel dat de gevoelens van de be
schaafde wereld door den keizern
vreeselyke wijze zijn gekwetst, en de
vraag dringt zich opMogen wy, in
Nederland, tegenover de Sek;^e"3de ge
voelen» der menschheid alleen een
koude, meedoogenlooze verstandarede-
neering plaatsen? Zou het met veel
verkieselijker zyn, indien wij ook het
sentimenteel standpunt in overweging
nemen en er aan toegeven?
hoofdoorzaak van den oorlog beschou
wen, zou een weigering daarvan ons
land in zijn latere positie vooral econo
misch zeer benadeelen.
Asylrecht, gastvrijheid enz. om het
verblijf van den gewezen keizer hier
te rechtvaardigen, tellen niet mede bjj
de verontwaardiging in het buitenland,
waar men van niets anders spreekt dan
van de Duitschgezindheid van Neder
land. En dan mogen we daartegen
invoeren zooveel we willen, aan dien
indruk is niets te veranderen.
Het is te hopen, dat onze Regeering
in deze netelige kwestie een oplossing
zal vinden, waarbij de menschheid vol
doening vinde en onze nationale eer
Regeering weer voor een buitengewoon
moeilijke beslissing zet, maar een feit
is ook, dat de tegenwoordigheid van
den ex-keizer Nederland in een gevaar
lijke positie brengt. Bovendien is ook
reeds de vraag gesteldals hoedanig
TT I, rr.1 1 mrn ITT
V 1 IJ w va
Of zou misschien Wilhelm van Hohen-
zollern zelve begrijpen, dat om zyn
vertrek verlangd wordt en hij tot het
bewustzijn gekomen zyn, dat het toch
niet opgaat, om nóg meer landen in
moeilykheden te brengen? Mogelijk
WiS m.ar of bü d.b mSed .al hebban
SriaS? W». bij wen niet nog one land ongedvrongen te reelaten, i.
beter el generale leider der brSgerer-, m08te J „orde„
"tetffieieele atatand van den troon om on.en naam in eenig..in. ander
d.?.t,°^ V1V'bn^f mt bfeZtegen one land „ordt
ot'",r.t.t "Zd.n üd5X.ti In dfgè .temming tegen on. buiten den
DuitachUnd* evenals anlere brijg^e. oorlog .ouden blijven, tnd.en Foob
vangenen. Eu dan waren we er van
af geweest.
Nu hij echter hier vrij uitgaat en de
massa in het Buitenland uitlevering
vreagt van den man, dien zij als de
or
dijk
van
,gen
1 i
in
Wet j
iver
NEDERLAND IN 1795.
47)
De vrouw was tevreden en ging heen,
vast overtuigd, dat ik de vader van het
kind was.
In dit alles moest mijn ongelukkig
gesternte dq hoofdrol spelen Mevrouw
Labourg moest zot genoeg zijn op haar
acht en veertigste jaar een kind te knj
gen het moest in haar hoofd opkomen
mij dat schepsel teD geschenke te geveD,
en ik moest goedhartig genoeg zijn het
kind aan te nemen, om allen in de om
streken in het denkbeeld te stijven, dat
ik in het geheim met Mevrouw Labourg
gehuwd en vader van het kind was.
Korten tijd na dit voorval ODtving ik
een brief van den heer Aspich, waarin
hij mij den dood van Charles Duroc
meldde. Ik beweende mijn vriend oprecht
doch ik zou veinzen, wanneer ik ontkende,
dat de hoop, nog eenmaal met de sehoone
Paulina, wier hart en hand thans vrij
waren, gelukkig te zullen zijn, mijne
smart niet lenigde. Weinige dagen later
voldeed ik aan de uitnoodiging van den
vader der jonge weduwe en begaf mij
naar Coblentz. Met meer hartelijkheid
en liefde werd ik nimmer ontvangen.
Ik las in Paulina's oogtn, dat haar hart
thans voor mij sloeggelukkiger dagan
beleefde ik nimmer. De heer Aspich
scheen verjongd, want bij het vooruit
zicht zijn golietd kind met mij verbondeu
te zieD, wien hij, ik weet niet om welke
redenen, zoo bijzonder achtte, drukte hij
mij herhaaldelijk de hand, en zeithans
is zij do uwe, ontwijfelbaar de uwe.
Van tijd tot tijd legden wy een be
zoek af in mijne voormalige woning de
vader myner aangebedene Paulina had
het plan gevormd het eenvoudige land
huis in een kasteel te herscheppen, de
wijl ik in dat oord een bijzonder behagen
schepte. Zoodra Paulina's rouwtyd
voorbij was, zouden wij in den echt ver-
eenigd worden, en ik geloofde eindelijk
voor al mijn tegenspoeden schadeloos
gesteld te zullen worden, toon een nood-
lottig toeTal al mijn ichooo© vooruitzich
ten verwoestte.
Daar is papa 1 zeide de boerin, die
op zekeren morgen, terwijl ik met mijne
bruid door eene laan wandelde, ons on
gemerkt was genaderd en mij het kind
aanbood. Paulina verbleekte en zag my
met een blik aan, die mij geheel en al
in verwarring braeht. Mijne ontroering
gold bij haar als een bewijs van schuld.
Als eeno gejaagde verliet zij mij geene
tranen, geene gebeden, geene beloften
om haar voldoende opheldering te zullen
geven, kondeu haar weerhouden, ter
stond het rijtuig te doen inspannen en
mij verlaten. Het algemeen gerucht van
mijn geheim huwelijk kwam haar ter
oore: Mijne brieveD bleven onbeant
woord, en toen ik zag, dat al mijne po
gingen, om mijne onschuld te bewijzen^
te vergeefsch waren, besloot ik een oor
te verlaten, waar alles on allen tegen
UU11U£
plannen verwezenlijkt werden om nog
weer de wapens op te nemen.
Het is niet te hopen, dat het zoover
komt. Maar wie zal de toekomst voor
spellen
niet, of de goede maar ongelukkige An-
toine zal met de sehoone en zachtaardige
Caroline even gelukkig zijn als met
Paulina.
Hoe is de naam dier familie vroeg
Gustaaf, niet zonder eenige ontroering.
Van Hevden, antwoordde de
te"Tdlen%aWme"eespann6en om m jon- Fr7nschmau, recht goéde lieden, dfe mij
mij hadden i denkbeeld van uwe natie
gelukkig te maken. Tnans wil ik mij
van de wereld en de menschen geheel
afzonderen ik heb het kind, dat de on
schuldige oorzaak is van de «grootste
ram die mij trof, verzorgd op een der
Zwitsersehe bergen wil ik in eene hut
mijn leven eindigen.
Ik kan u zeggen aldus vervolg
de de Franschmon zijn verhaal dat
ik innig medelijden met .mijnen onge-
lukkigen geëmigreerden landgenoot had
toen ik bekend was met de rampen,
welke hem op vreemden bodem tronen.
Ik deed langen tijd te vergeets moeite
hem van zijn plan, om de wereld en de
menschen te haten, af te brengen, doch
het gelukte mij eindelijk hem over te
halen mij naar Engeland te vergezellen.
een gunstig denkbeeld van uwe natie
hebben gegeven.
Wat duivel Gus riep de ritmeester
Hugo, uwe zuster schijnt u niet veel toe
te vertrouwen.
De zaken zijn zeker nog ni'et ver
gCDoeg gevorderd om met eene zoo ge
wichtige zaak openhartig te zijn, ant
woordde van Heyden doch uit alles wat
onze reisgenoot de goedheid had ons te
verhalen komt, het mij voor, dat Caroline
een echtgenoot met een goed hart ten
deel zal vallen.
Daar sta ik u borg voor, riep de
Franschman met de hem eigene leven
digheid door woorden en gebaren zijne
verwondering en blijdschap over deze
onverwachte ontmoeting te kennen
weldadiger invloed had. Wij knoopten voor. Antoine is een beste jongen
vv ciuout^oii
in Engeland kennis aan met eene Dol
landsche familie, die met den stadhouder
was uitgeweken. De sprekende gelijk
heid tusscheu de eenige dochter van den
Hollanschen emigrant eu Paulina wekte
ham uit zijne verdooving» en ik twijfel
voor, Antoine is een beste jongen en
veel tc goedhartig om iemand ongelukkig
te maken, Maar deze gelukkig ontmoe
tintr moet met een goede flesch gevierd
worden, mgne heeren, wij zijn hier aan
eene herberg waar men heerlijken rijn
wijn heeft. {Wordi vervolgd.)