C\ JM i !?i
l\o. 67.
Woensdag 27 November 1918.
34e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
J. C. VINK - Axel.
Binnenland.
FEUILLETON.
COURANT.
Dit blad verschijnt, eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 60 Cent; franco per post 70 Cent.
Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
Bureau Weststr. D 11.
ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 50 Cent; voor
eiken regel meer 10 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagmiddag TWAALF ure.
Belanghebbenden deelen wjj
mede, dat thans (eindeiyk)
ons Bureau telefonisch is aangesloten
onder nummer 56,
Klachten over de Ryksklccding.
Het Handelsblad, heeft naar aanleiding
van klachten over de kwaliteit van de
regeeringsgoederen een kijkje genomen
in de monsterkamer te Amsterdam, en
zegt den manufacturenbandelaars in
veel opzichten gelijk te moeten geveD.
De kleereD, welke beschikbaar wor
den gesteld, bestaan in hoofdzaak uit-
manshemden, mansonderbroeken, werk
broeken, werkkielen en overjassen.
Voor de vrouwen zijn verkrijgbaar
hemden, broeken, mantels, costuum-
rokken en omslagdoeken. Ook zijn er
moltondekens.
Wij zouden, schrijit het blad, in de
eerste plaats willen vragen, wie de
Regeering den raad heeft gegeven de
vrouwenbroeken, die toch in hoofdzaak
voor de arbeidende klasse bestemd pijn,
uit dunne Cambridge te laten maken,
dezelfde stof die voor de allargoed
koopste zomerblouses wordt gebruikt.
Wij betwijfelen, of de toekomstige
draagsters van die pantalons lang plei-
zier zullen beleven en wij kunnen ons
moeilijk voorstellen, dat een arbeiders
vrouw daarvoor 1,80 tot ƒ2 zal
willen betalen zoomin als wij kunnen
aannemen, dat arbeidersvrouwen zich
dunne katoenen hemden zullen aan
schaffen zonder eenig kantje of feston
netje, als zij voor denzeltdeu prijs 2.20
tot 2.65) in eiken winkel een aardig
opgemaakt hemd kunnen koopeD.
Trouwens van meer dan één kant werd
ons verzekerd, dat tal van manufactu-
riers alleen een kleine order aan het
Rijkskleedingbureau hebben gegeven
om de regeeringsgoederen in hunne
étalage te kunnen leggen naast de
eigen koopwaar, die aan haar supe
rioriteit zal bewijzen.
De manshemden, gemaakt van onge
bleekte katoen, zyn van solider qualiteit.
Een groote fout is echter, dat de mouwen
te kort, op driekwart lengte werden
geknipt, en dat het heele model wel
wat erg schraal werd genomen.
Katoenen mansonderbroeken waren
er niet, wel broeken uit een katoen
tricot gemaakt, die, naar de deskundigen
beweren,,. bier weinig of geen aftrek
zullen vfifden omdat de Amsterdamsche
werkman geen donkere onderkleeren
wil dragen. Bovendien is de qualiteit
van deze stof niet van de allerbeste.
Practisch warm en van billijken prys
zijn de molton onderpakken. Hiervan
werden echter slechts een vijftiendui
zend vervaardigd en die blijven vrijwel
uitsluitend voor de mijnstreken gereser
veerd. Indien gebrek aau deze warme
molton niet de reden is geweest dat
juist deze voor den winter zoo uitste
kende artikelen in zoo kleine hoeveel
heid werden afgeleverd, dan zouden wij
willen vragen, waarom elke praktische
zin bij het maken van winteronder-
kleereu voor den werkman heelt ont
broken.
of
NEDERLAND IN 1795
45)
Hen, aaD wie men eenen gewiehtigen
dienst bewijst, beschouwen wij gewoon
lijk uit het gunstige oogpuntik had
eerbied voor deze dame en veronderstel
de alle deugden in haar, welke eene
vrouw versiereu en in den eersten tijd
van haar verblijf had ik niet de minste
reden om van een ander gevoelen te
zijn zij gat mij blijken van de grootste
dankbaarheidook verzekerde zij harts
tochtelijk de eenzaamheid te beminnen;
met ijver behartigde zij mijn huiselijke
belaDgeu met behulp eener oude dienst
maagd, en wanneer ik in den tuin Ar
beidde vervroolijkte zij mij door haar
geestig gejnap. Na verloop van twee
maanden echter ontdekte ik in mevrouw
Labourg verscheidene dingen, die mij
mishaagdenzij sprak al te veelzij
besteedde een aanmerkelijkeD tijd aan
baar toilet, hetwelk mij, bij de afzoude-
ring, waarin wij leefden, zeer overbodig
toescheen; dikwijls, had zij eene guirlan
de van' korenbloemen in het haar ge
vlochten en daarbij was zij somtijds zoo
kinderachtig vroolijk, dat zij zich vol
strekt belachelijk maakte. Maar dit was
Men heeft voorts geklaagd over de
qualiteit vau de ulsters, waarvoor een
grauwe katoenachtige stof werd gebruikt,
die allesbehalve een solieden indruk
maakt. Bovendien laat van sommige
modellen de coupe te wenschen over.
De winkeliers betwy leien of deze jassen,
die in maat 48 27,50 kosten en waar
van het kleinste overjasje tegen 10,75
geprijsd zal worden, veel aftrek zullen
vinden.
De jassen zijn alle ongevoerd, zoodat
de wind vrij sprêl heeft door de poreuse
stofalleen zit in de mouwen het aller
goedkoopste voerinkje.
De damesmantels zien er iets beters
uit; de costuumrokken zijn van een
dunue harde cheviot gemaakt. De
goedkoopste regeeringsrok zal 10 kos
ten, de mantels omstreeks 25.
Alleen de moltondekens, verkrijgbaar
voor 2,25, dezelfde prijs waarvoor
omslagdoeken te krijgen zyn, leken ons
billijk voor dezen tijd.
Wij gelooven niet, dat de Regeering
van hare kleerendistributie veel plei-
zier zal hebben. En wij vragen ons
af waarom het rijk abnormaal hooge
pryzen berekent voor deze allereen
voudigste artikelen, die speciaal in de
steden, waar de groote confectiemaga
zijnen ook in het goedkoope genre
zooveel verscheidenheid brengen, de
concurrentie met het particulier bedrijf
in geen enkel opzicht kunnen doorstaan.
Had de Regeering zich niet beter
kunnen lateu voorlichten
Vervoerverbod benzine.
De Minister van Landbouw heeft
niet alleshaar gevoeligheid werd door
niets overtroffen om een niets was zij
bewogen en ontsteld zij viel bewuste
loos neder zouder vai^ kleur te verande
ren, en ondanks hare herhaalde zauuw
toevallen en stuiptrekkingen had zij een
bijzonder goeden eetlust en een nog voor
treffelijker gezondheid.
De wonderlijkheid van geest vaa me
vrouw Labourg scheen met eiken dag
toe te nemeo, en werd mij hoe langer
zoo onaangenamer, toen de lente en zomer
voorbij waven want gedurende de lange
winteravonden onderhield zij mij nergens
over, dau over de romaneske voorvalleu
harer jeugd, en de tallooze ongelukkige
hartstochten, welke zij had ingeboezemd.
Meer dan eens had zij my vau ter zijde
gezegd, dat een rijk koopman vau Bre
men geheel en al op baar veizot was
ik gaf daarop echter niet de minste acht
dewijl ik een duidelijken afkeer had vag
hare langwijlige verhalen van die soort
alleen gaf ik te kennen, dat die rijke
koopman zeker moest gehuwd zijn, de
wijl zij er niet aan gedacht scheen te
hebben zijn aanbod te aanvaarden.
Mevrouw Laboug speelde eeu 'weinig
op de'Guitaar en zong romances. Hare
stem was hard en zonder melodieik
hoorde haar in elk geval liever zingen
dan verbalen. Zoo verzocht ik haar op
een avond de guitaar te neineu, doch zjj
antwoordde al te treurig gestemd te zijn,
om met gevoel te kuunen zingen. Wel
ver van de treurigheid in den loop van
dien dag te hebben kunnen bemerken
was ik jntegenteel ten uiterste verbaasd
geweest over hare uitgelatenheid zij had
mij honderd kleine poetsen gespeeld en
was coquetter dan immer. Volgens ge
woonte wachtte ik mij wel haar eenige
vraag te doen, doch zij had zelve de be
leefdheid te zeggen, dat zij een groot
geheim aan mij had mede te deelen.
Ik bereidde mij zoo goed mogelyk voor,
om met geduld een lang verhaal te hoo-
ren, en inderdaad was ik veroordeeld
tot in de kleinste bijzonderheid de ge
schiedeois te vernemen van hare verbin
tenis met deu rijken Bremer, dien zij
om bijzondere redenen niet wilde noe
men. De rijke koopman aanbad haar
hij was vrij en wilde haar huwen maar
zij, mevrouw Labourg beminde hem niet
en wilde hare hand niet geven zonder
haar hart. Dit was de hoofdinhoud van
dezen nieuwen roman, en de goede dame
vond het middel, om het verhaal langer
dan twee uren uit te rekken ik brandde
van ongeduld naar het einde, schoot heen
en weder op miju stoel en onderdrukte
zoo goed ik kon mijn geeuwlust. Eeu
klaps ziet mevrouw Labroug mij teeder
aan en zegt met gevouwen handen wat
deert u gij wordt bleek V uwe oogen
zwemmen in tranen
Het is niets, gaf ik verlegen ten
antwoord.
Eu waarom xijt gij dan zoo
met ingang van heden ingetrokken bet
verbod op het vervoer van motorbrand
stoffen in de reservoirs van motorrij-
motorvoer- en motorvaartuigen.
Het verbod van aflevering en ver
voer van benzine anders dan in reser
voirs van motorrij motorvoer- en mo
torvaartuigen blijft dus ongewyzigd
gehandhaafd voor ruwe benzine, benzol,
en al haar derivaten, alsmede mengsels
daarvan, een en ander ter beoordeeling
van het Rijkskantoor voor Verlichtings-
en aanverwante producten, aideeling V.
Jonge ruinen.
Op dit oogenblik is in ons land een
groot aantal overtollige jonge ruinen
aanwezig. De belanghebbenden heb
ben aangedrongen op uitvoer daarvan
en de hoop daarop heeft de pryzen
reeds doen stijgen. Naar wij echter
uit de meest bevoegde bron vernemen,
zal van uitvoer geen sprake zyn. De
Minister van Landbouw heeft onlangs
een afslachting van paarden op ruime
schaal toegezegd, waarvoor deze jong»
ruinen zijn bestemd. De bedoeling is,
dat het vleesch dezer paarden in de
distributie komt. M. Crt.
Op een mtyn geloopen.
Behalve de .Mercedes" is ook nog
het Ned. s.s. .Johanna", op reis van
Hernösane naar Rotterdam met een
lading hout, 4 mijl teu Oosten vau
Skageu op eeu miju geloopen. Alle
passagiers en de bemanning zijn gered
en to Frederikshaven geland. Het
stoomschip is naderhand zwaar bescha.
digd te Frederikshaven binnengesleept.
ontroerd, zoo somber vroeg zij.
Ik heb hoofdpijn.
Is het anders niet dau dat me
vrouw Labourg deed deze laatste vraag
met zulk eene kinderachtige piepende
stem, en nam een zoo zachte houding
aau, dat ik mij as ondanks meest glim
lachen.
O gy deugniet, heraam zij, mij te
gelijker tijd een zacht tikje op den schou
der gevende, moogt gij zoo onwaarheid
spreken. Maar zwijgeu wij hiervan ik
heb uwen goedea raad neodiggij kent
mijn toestand en zonder twijfel mijn
hartwat raadt gij mij
Maar mevrouw, autw»ordde ik, het
komt mij voor, dat gij dit aanbod van een
fatsoenlijk man niet moest weigeren, die
u zulk een fortuin aanbiedt.
Gij denkt dat? hernam mevrouw
Labourg, er belachelijker dau immer
uitziende.
Veor den drommel, ja, zeide ik
eeuigzios driftig, want al dat gekerm
werd mij on verdragelij k, ra ik geloof,
dat gij vaD hetzelfde gevoelen zijt.
Waartoe deze onstuimigheid, sprak
zij op eeu kalmen en gevoelrollen toon.
Waarom zoo driftig en zoo toornig.
Hier hield zij een oogenblik stil en
zag mij met eeuen helderen blik aan.
Wordt vervolgd.)