1 Woensdag 16 October SJil8 34e «3aai*i2. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaander, n. J. C. VINK - Axel. Binnenland. S. FEÜIL LETON. öe ÜMMgpaate» Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 60 Cent; franco per post 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER Bureau Weststr. D 11. ADVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 50 Cent; voor eiken regel meer 10 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentién worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag TWAALF are. Vreemdelingen in Zeeland. De commandant der stelling van de Monden der Maas en der Schelde (com mando Zeeland) heelt overwegende, dat het wenschelijk is nadere voorschriften vast te stellen nopens het verkeer in zijn gezagsgebied, den toegang tot en het verlaten van dat gebied over de Rijksgrens met betrekking tot vreemde lingen, alsmede nopens den toegang tot en het verkeer in het algemeen in de 100 Meter-Ryksgreusstrook, een nieuwe verordening vastgesteld, die 17 Oct. in werking treedt. Deze verordening regelt le. het verblijf in de 100 M.-Rijks- j grensstrook in het algemeen, dus zoowel ten aanzien van vreemdelingen als van niet-vreemdeiingen 2e. den toegang tot, en het verlaten van Zeeland over de Rijksgrens; 3e. het verkeer van vreemde deser teurs in Zeeland. De toegang tot, alsmede het verkeer I binnen eenig gedeelte der 100 Meter- Ryksgrensstrook is voor een ieder ver boden, tenzij men voorzien Is van een daartoe strekkend bewys, van door den Commandant in Zeeland vastgesteld model afgegeven door het hoofd van een der navolgende gemeenten Clinge, St. Jansteen, Koewacht, O verslag, Zuid- dorpe, Sas van Gent, Philippine, IJzeu- 1 dijke, St. Kruis, Eede, Sluis, Reiranche- j ment. De toegang tot en het verlaten van het gezagsgebied over de Rijksgrens wordt aan vreemdelingen uit sluitend verleend langs een der doorlaat posten daartoe door het militair gezag ingesteld. Voor het verkrijgen van toegang moet de vreemdeling aantoonen dat hy in het bezit is van voldoende geoorloofde middelen van bestaan of deze door werkzaamheid kan verkrijgen, en van een buitenlandsch paspoort, dan wel van andere geleibrieven, mits daaruit blyke wie de houder is en van waar en met welk doel hij herwaarts komt. Het verlaten over de Rijksgrens van het gezagsgebied wordt aan vreem delingen niet toegestaan dan nadat zij aan den doorlaatpost, hunne voor ver trek afgestempelde indentiteitskaart of contrölepas hebben afgegeven. Aan een vreemdeling mag de toegang tot het gezagsgebied over de Rijksgrens van Zeeuwsch-Vlaanderen niet wordep geweigerd, indien deze weigering voor hem lijfsgevaar of vrijheidsbeneming tengevolge zou kunnen hebben zulks ter beoordeeling van het Hoofd der gemeente, waar de Rijksgrens wordt overschreden. (Met name mag deze toegang niet worden geweigerd aan vreemde deser teurs en ontvluchte krijgsgevangenen.) Aan hier te lande niet woonachtige personen, die ter beoordeeling van den Commandaut van West-, resp. Oost- Zeeuwsch-Vlaanderen ten behoeve van hunne beroepsbezigheden of kostwin ning veelvuldig de grens moeten over schrijden en hier verkeeren zonder dat daaraan nochtans nachtlogies hier te lande verbonden is, kunnen door dezen Commandant «passen tot grensover schryding" worden uitgereikt. OP j NEDERLAND IN 1795. Ik keerde terug naar de omstreken van Nantes, kocht een kleine hoeve en zette mij terstond aan den arbeid. Al vorens mijne memorie op te stellen, wilde ik proeven nemen. Ik bearbeidde en bespitte zelf een kleinen hoek, en bela den met een zak aardappelen begaf ik mij op een morgen op weg, vol hoop eenmaal door mijne zorg die woesternij in vruchtbare akkers en welvarende dorpen herschapen te zien. Maar ik was nauwelijks met mijn ar beid begonnen, toen drie of vier mannen mij aanvielen en mij een' schurk en tegenomweutelingsgexinde noemden. Zij brachten mij voor eene soort van recht bankhier onderging ik een streng ver hoor; men beschuldigde mij een groot opkooper te zijn; ook had ik eene aan merkelijke hoeveelheid gemunt g begraven, benevens eetwaren met het dnbbele doel, zoo als men zeide, de assignatiën te doen dalen en het volk uit te hongeren. Ik antwoordde met mijn gewoneu ernst; mijne rechtvaardig heid kwam hun bespottelijk voor, en Het is aan vreemde deserteurs, die na de inwerkingtreding dezer Verorde ning Nederland z\jn binnengekomen, verboden in het gezagsgebied te ver keeren. Een adres aan de regeering. Het Bestuur van het Nederlapdsch Verbond van Vakvereenigingen, van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij in Nederland en van den bond van Ne- derlandsche Arbeiders-Coöperaties, tel lende en vertegenwoordigende resp. 180.000, 35.000 en 4.5000 georganiseerde arbeiders hebben een adres gezonden aan de regeering, waarin wordt aange drongen op het treffen van zoodanige maatregelen, dat niet in mindere, doch in meerdere mate dan tot nog toe, alle beschikbare levensmiddelen en overige voir het leven noodzakelijke verbruiks- artikelen gelijkelijk worden gedistribu eerd, tegen prijzen, die binnen het bereik van de massa der arbeiders val len, en die dus zeker voor geen artikel van levensonderhoud hooger mögen zijn dan die, welke in het tijdvak Oct. 1917 tot Mei 1918 hebben gegolden. In het bijzonder dringen zy aan op onverwijlde invoering der reeds lang toegezegde voorziening van onder- en bovenkleedingop beschikbaarstelling van rundvleesch tegen goedkoopen prijs op vaststelling van den prijs voor kleiaardappelen op 61/, ct. per kilo, op intrekking van alle ingevoerde prijsver- verhoogingen voor levensonderhoud, met name van witbrood en suiker op belangrijke prijsverlaging voor het minimum braudstofifenrantsoen; op zoo danige regeling der melkvoorzieningf, wekte dikwijls den lachlust Tan mijne rechters op; men hield mij voor half zinneloos en verbande mij uit Frank rijk tegelijk zeggende dat ik blijde moest zijn zulk een genadig vonnis te ont vangen. Eenige vrienden, die medelijden met mij hadden, waren edelmoedig ge noeg mij een wisselbrief op Lucern te geven. Treurig gestemd verliet ik mijn vaderland en sloeg den weg in naar Zwitserland. Zoodra ik te Lucern de honderd Louis d'or had ontvangen voor mijn wisselbrief, verliet ik de stad, om mij in een afgelegen oord van het kan ton te vestigen. Eiken morgen beklom ik thans de bergen en dacht met wee moed en bitterheid aan mijn ongelukkig vaderlaud en de woeste gronden van Nantesom mij afleiding te verschaffen wilde ik eene verzameliug van planteD en heesters bijeenbrengen, welke in de dalen eu op de bergen groeiden. Maar terwijl ik op een schoonen morgen het opgaan der zon op eene rots beschouwde werd ik in mijne overdenkiugen gestoord door een zoo geweldigen slag.op mijnen linkerschouder, dat ik mijn arm gebroken geloofde Ik keer de mij om, en eenige boeren, die met steenen naar mij wierpen. Zonder de reden van deze handelwijze te vragen sprong ik op en begon uit alle macht te loopan. Ik vroeg den man, bij wien ik mij te huis bevond welke beweegredenen die meoschen kon den gehad hebben mij aldus te mishan delen, daar ik, voor zoo ver mij bewust was, niemand eenig leed had gedaan de eenvoudige man deed mij begrijpen, dat mijne eenzame wandelingen, mijn' smaak voor de planten en mijn verblijf op de bergen, mij verdacht hadden ge maakt bij de bewoners van die streek, en dat ik volgens het algemeens gevoelen óf een tooveoaar óf een spion moest zijn. Ik bewonderde het verschil van gevoelens bij de menschen, daar bet mij aller vreemdst voorkwam uit het kanton ge jaagd te worden, omdat ik een too venaar was en uit Frankrijk gebannen te zijn, dewijl men mij voor onuoozel hield. Ik onderwierp mij aan de noodzakelijkheid en begaf mij naar de omstreken van Bern hier werd ik in èen dorp, waar ik op de markt eenige benoodigdheden wilde koopen, eu mij in hunne bijna onverstaanbare taai zeer slecht uitdrukte, door eene groote menigte volks omringd iu het begiD geloofde ik andermaal voor eeu toovrnaar gehouden te worden, doch aldra bemerkte ik dat men mij voor iets ergers hield van tijd tot tijd boorde ik de woorden een moordenaar van de Zwitsers Den 10 Augustus ik herinnerde mij dat deze dag zoo nood lottig voor de Zwitsers in Parijs was geweest. Zonder de hulp van eeu ouden boer, die mij in bescherming nam, ware ik wellicht aan de verbittering dezer dat het den gemeenten mogelijk wordt roor zoover de productie toelaat, on- vervalschte melk in voldoende boeveel heid beschikbaar te stellen voor kinde ren en de verdere bevolking gelijkelijk te rantsoeneeren. Daarnaast vragen zy a. Een krachtig en vérgaand ingrij pen van regeeringswege in productie en handel van alle voor het levenson derhoud noodzakelijke goederen en van de voor deze goederen benoodigde jrondstoffen, waartoe zij verwijzen naar het economisch program, door de moderne arbeidersbeweging in No vember 1917 aan de vorige regeering voorgelegd, en b. zoo groot mogelijke medezeggings- schap van de organisaties der arbeiders bij de vaststelling en uitvoering van alle maatregelen, welke in verband met de noodvoorziening zijn en wor den getroffen. Bij het adres is een uitvoerige toe lichting gevoegd. Vrijgeleide voor graanschepen. (Officiéél.) Stappen door den minis ter van Buitenlandsche Zaken onder nomen, hebben er blijkens op Vrijdag avond ontvangen bericht, toe geleid, dat de Duitsche regeering zich bereid verklaardheeft voor Nederlandsche aanvoeren aan thans in Nederlandsche havens liggende schepen van een ge zamenlijke tonnenmaat van 50.000 bruto register tonnen vrijgeleide te verschaf fen, wanneer de noodige waarborgen aanwezig zijn, dat de Geassocieerde regeeringen de vaart dezer schepen niet zullen belemmeren. lieden opgeofferd. Hij gaf mij met wei nige woorden te kennen, dat de Zwit- schersche boeren alken nieuw aangeko men emigrant voor een dergenen hielden, die hunne landgenooten te Parijs hadden bestreden of vermoord, en hij gaf mij den raad, mij zoo spoedig mogelijk te verwijderen. Tbaos begaf ik mij op weg naar Genève. Hier vond ik eene over- groote menigte emigranten ik wenschte mij geluk zoo vele landgenooten aan te treffen maar al ras hoorde ik, dat zy in tweeënvijftig of drieënvijftig par tijen verdeeld waren en elkander onder ling haatten en schuwden. Ik geloofde dat elk van deze partijen een bijzonderen regeeriugsvorm* was toegedaan en dewijl ik slechts drie of vier vormen kende, bewonderde ik de snelheid, waarmede sedert weinige jaren da denkbeelden over zedelijke en staatkunde zich hadden uitgebreid maar weldra kwam ik te weten, dat deze verschillende partijen slechts ontstaan waren uit*het verschil van den tijd, in welken zij geëmigreerd warenelk laakte hem die vroeger of later dan hij zelf zijn vaderlaud was ontvlucht. Wat mij betreft die niemand haatte ik werd door allen sleoht outvangen daarom besloot ik mij af te zondereD en de memorie nopens de onginning van woeste gronden iD gereedheid te brengen. (Wordt vervólgd.)

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1918 | | pagina 1