1 h mo. 28. Zaterdag 13 1918. 3 4e Jaarg. j- Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. J. C. VINK - Axel. Slecht Gas en Duur Gas. de e. i Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 60 Cent; franco per post 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITG EVER Bureau Weststr. D 11. AOVERTENTIEN van 1 tot 5 regels 50 Cent; voor eiken regel meer 10 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. AdvertentiöD worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagmiddag TWAALF ure. Er doet in onze gemeente een alge- .meene klacht de ronde en die is we hebben slecht gas en duur gas. Nie- vol mand is er, die dat kan tegenspreken en ook wij ziju allerminst geneigd om [dit te verdedigen. Nu echter die klachten hoe langer i hoe meer persoonlijken vorm aannemen, zoodat blijkens een advertentie io dit jij. blad verzocht wordt om zyn klachten j 1 over te brengen ten kantore van de gasfabriek, ten bewijze, dat men daar j weet, dat die klachten over 't algemeen 6i[ in onderonsjes en niet officiëel worden jji geuit, hebben we in een kort bericht in ons vorig nummer de hoop uitge- I sproken, dat nu maar velen zouden gaan, opdat dan wellicht de toestand j| verbeteren zal. En zoo zijn we er dan zelve ook met jonze klachten gekomen van duur gas en slecht gas. Doch we kwamen er 'alles behalve opgefrischt van thuis! Al dadelijk moeten we mededeelen, dat toen we onze klacht indienden we jammerlijk werden teleurgesteld. In plaats dat de Directeur ons kou gerust stellen en hoop geven op verbetering gaf de man ons kalm gelijk en zeide I Ja het gas deugt tiietmaar het kan niet beter zijn en niet beter worden," en toen volgde een betoog dat ons V afschrikte. Juist omdat de heer Wiechmann be greep, dat we naar het neusje van de 1 zalm zouden vragen, lichtte hij ons zoo i volledig mogelijk toe. Onder de gegeven omstandigheden, waarin we ons thans bevinden, kan het gas niet beter zijn. Theoretisch werd ons dit aangetoond, maar ook de I praktijk zegt ons dit bij nader na- 1 denken. J De hoofdoorzaak toch is, gebrek aan goede grondstoffende gaskolen. Van Rijkswege is men gerantsoeneerd op een hoeveelheid bruinkolen en Lim burgsche kolen, in de verhouding van 1:2; een goedje dat vóór den oorlo; totaal ongeschikt zou geacht worden voor gifSfabricage. Het gebfuik van deze minderwaar dige brandstoffen is een gevolg, dat de calorische waarde van het gas aller- w e g e, d. w. z. niet alleen in Axel, maar op alle gasfabrieken ver beneden het normale is gedaald. En aangezien nu alle gaslampen en gascomforen zijn gemaakt voor gas van gewone, goede kwaliteit, deugen deze niet voor het gas van de tegenwoordige samenstelling. Gelukkig echter kan dit eenigszins verholpen worden. De gascomforen b.v. kunnen zoodanig versteld worden dat men beteren aanvoer krijgt, of schoon natuurlijk de kwaliteit van het j gas dezelfde blijft. Maar nu is het ook J alweer onmogelijk, dat men aan de I gasfabriek in korten tijd alle voor dit gas ongeschikte, branders kan omtoo- 'S) 1 veren in wèl geschikte. Se ee« Daarvoor is geduld noodig en ook kan men zich elders vervoegen. Maar )ooi w helaas blykt, dat vele verbruikers van ïm.hj im. 6# et dC :kk«* •ek t»1 gas daarmede geen haast maken en het gas veroordeelen, vóór dat ze in staat zijn tot oordeelen. Daartegenover zijn er ook menschen, die uit zichzelf hun toestel hebben weten te veranderen. Waar nu dat verstellen der branders nog mogelijk is, blijkt heAechter veelal onvoldoende en vaak niet mogelijk om bet kwaad te verhelpeneenerzijds doordat de puntschroefjes vastgeroest zitten en anderzijds, omdat in de eerst volgende tijden de kwaliteit van het gas nog aan groote schommelingen onderhevig zal zijn. En dit verschijnsel nu is zóó alge meen, dat we zelf3 een gedrukte circu laire voor ons hebben liggen, waarin op dat feit gewezen wordt en men aan bieding doet van een soort comforen en gasbranders, die ingericht zijn om in deze nood-gas en gas-nood tijden voor elke soort gas gebruikt te worden. Nadrukkelijk wenschen we dit mede te deelen, omdat het allen schijn had, alsof we alleen in Axel slecht gas hadden en dan wel omdat volgens veler meening hier van alles en nog wat gas gemaakt werd, terwijl blijkt, dat de zelfde kolen worden gestookt als elders. Niet door de methode is dus het gas minderwaardig, doch vooral door de bruinkolen. Intusschen blyft het een schrale troost te moeten indenken, dat we het met dat slechte gas voorloopig zullen moeten doen en we hebben dan slechts te denken om het spreekwoord bonne mine k mauvais jeu" en wel hierom Is het niet van onberekenbare waarde, dgt we nog steeds gas hebben kunnen verbruiken wanneer en zooveel we wilden, terwijl tal van gemeenten en groote steden zelfs op rantsoeneering of gaslooze dagen waren aangewezen En nu komen we tot het schrikbeeld dat men ons aan de gasfabriek voor stelde, nl. dat er veel kans bestaat, dat we de volgende maanden ook op rant soen zullen gezet worden. Doordat de Qirecteur nog dagelyks zijn nieuw systeem in toepassing brengt, is het hem mogelyk geweest, onze gemeente zooveel gas te leveren als het noodig is. Doch waar nu blijkt dat hij toch nog iets boven zijn kolen- rantsoen is gegaan en voornamelijk omdat de Directeur den indruk heeft gekregen, dat men meent met de oude manier nog maar het beste te zyn. daar denkt deze er sterk over om maar tot de vroegere manier terug te stappen Maar dan wordt de industrie op 30 van het tegenwoordige gerant soeneerd, m.a.w. dan kan men van de zes dagen in de week er maar twee draaien, zonder dat daardoor het werk op de gasfabriek zelve zou.verminderen integendeel Vanzelf zou dan ook het huishoudelijk gebruik aanmerkelijkmoeteninkrimpen We meenen echter den wensch van alle gasverbruikers uit te spreken, als we zeggen dat we liever zooveel moge lijk en altyd gas hebben, dan slechts een gedeelte van den dag, te meer waar de kwaliteit niet afhankelijk is van de hoeveelheid. Zij het dan ook, dat door de mindere warmte die het gas geeft, dit gas duur wordt betaald. Wat de prijs van het gas aangaat, dit is een zaak, die de gemeente raakt. Ontegenzeggelijk is de prys hoog. Doch we achten ons in deze niet voldoende tot oordeelen in staat. Oppervlakkig zouden we in verhouding tot andere gemeenten denken dat het minder kan. Maar toch is onze gemeente niet te vergelijken met andere, waar reeds jaren achtereen winst is gemaakt op de gasexploitatie. En nu, is het misschien wel wat voorbarig, om reeds bij de eerste maand, dat gas wordt geprodu ceerd onder toevallig gunstige conditie, op verlaging van gasprijs aan te dringen. Te meer waar zooveel belastingbetalen- den in onze gemeente wonen, die niet eens kunnen profiteeren van het dure gas en toch ook aan de stichting hebben moeten medehelpen. Maar nogmaals, we willen in deze nog afwachten en er een volgende maal op terugkomen. Nü kan ieder voor zich rantsoeneeren en het met het gasverbruik zoo zuinig mogelijk aanleggen, maar wordt ons rantsoeneering opgelegd, dan moet de goede het weer met de kwade bekoopen. We willen hopen, dat dit niet noodig zal blijken. Bepaling vlasoogst. Bij besluit van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel no. 14134 B, afdeeling Crisiszaken, bureau Landbouw, is het volgende bepaald: De Minister van Landbouw, Nijver heid en Handel Gezien art. 8 der Distributiewet 1916 en art. 1 van de wet van 3 Augustus 1914 Staatsblad no. 344), gelijk deze laatstelijk werd gewijzigd bij wet van 3 Juni 1918 Staatsblad no. 326); Heeft goedgevonden A. in te trekken zijne beschikkingen van 24 December 1917, afd. Crisiszaken, no. 3664, bureau Landbouw, en 10 Mei 1918, afd. Crisiszaken, no. 6514, bureau Landbouw B. te bepalen Artikel 1. (1) Het is verboden vlasstroo en gezwingelde lokken, onverschillig in welken toestand a. af te leveren b te vervoeren, behoudens voor zoover het vervoer van vlasstroo door of in opdracht van een erkenden vlasser langs den kortst mogelijken weg geschiedt van zijne werkplaatsen naar zijne rootplaatsen. (2) Van 4e verbodsbepalingen in het eerste lid van dit artikel gesteld, kan ontheffing worden verleend door het Rijkskantoor voor Vlas (na to noemen R. K. V.); aan zoodanige ontheffing kunnen, behalve de voorwaarde in art. 3, 2de lid, uader omschreven, voor waarden worden verbonden. (3) Iedere ontheffing is slechts geldig voor den duur en de hoeveelheid, op het uit te reiken bewijs van ontheffing te vermelden. Artikel 2. (1) Ontheffing van het afleverings verbod zal aan den verbouwer slechts worden verleend voor zoover die af levering zal geschieden aan een hem door het Rijkskantoor voor Vlas aan te wyzen erkenden vlasser en niet dan nadat het vlasstroo, voor zoover be- hoor®nde tot den oogst 1918, door den verbouwer voor de eischen van het werk is behandeld Da het plukken of trekken, binden, ruiteren (Groniugan), tollen (Zeeland), schel ven (Zuidholland). Ontheffing van het vervoerverbod zal door het Rijkskantoor voor Vlas slechts wordeD verleend aan een erkenden vlasser. (2) Als vlassers worden door het Rijkskantoor voor Vlas erkend zij, die een georganiseerd, bedrijf uitoefenen, waaronder in dit verband te verstaan een bedryf, waarin het vlas niet alleen woidt gerepeld, maar ook geroot, ge braakt en schoongezwiqgeld. (3) Aan iederen erkenden vlasser wordt door het Rijkskantoor voor Vlas een bewijs van erkenning uitgereikt. Artikel 3. (1) Een verzoek tot ontheffing vaa hét vervoerverbod wordt door een er kenden vlasser gericht tot het Rijks kantoor voor Vlas binnen drie dagen nadat dit kantoor hem heeft medege- deefd welke verbouwer is aangewezen hem te leverenhet verzoek moet inhouden eene ppgave van den dag waarop het geweuschte vervoer zal plaats vinden van de hoeveelheid welke alsdan zal worden vervoerd en van eten naam van den verbouwer van het gewas. (2) Het verzoek zal in geen geval worden ingewilligd dan onder voor waarde dat de erkende vlasser bijdraagt in de administratiekosten, vallende op de afgifte van de ontheffing, welke bijdrage wordt bepaald op f 2 per 1000 K.G. voor vlasstroo van den oogst 1917 f 8 per H.A. oogst 1918 waarvan de opbrengst zal worden vervoerd Vorenbedoelde bijdrage zal gelijktijdig met het verzoek om ontheffing aau het Rijkskantoor voor Vlas zijn in te zenden. (3) Gelijktijdig met de afgifte van eene ontheffing van een vervoerverbod als in dit artikel bedoeld, wordt van den verbouwer door het Rijkskantoor voor Vlas eene ontheffing van het afleveringsverbod toegezonden als be doeld in art. 2, lste lideen afschrift van laatstbedoelde outhefflug wordt gevoegd by de vervoervergunning en te zatnen daarmede toegezonden aan den betrokken vlasser. Artikel 4. Iedere vlasser is verplicht het door hem vervoerde produqt contADt aan den verbouwer te betalen met inacht neming van de ter zake gestelde maxi mumprijzen en tegen kwijting in duplo het duplicaat, waarop duidelijk vóór de kwjjting het woord Duplicaat" moet

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1918 | | pagina 1