Landbouw.
-
gegeven tegen het voornemen, dat de
herkeurden aan de militielichting 1919
zullen voorafgaan. Is die lichting be
schikbaar, dan mag tot zulk een harden
maatregel niet worden overgegaan.
Tegen het denkbeeld de vroeger at-
gekeurden, voor zoover die bij nadere
keuring geschiict worden bevonden,
alsnog in te lijven, werd in de eerste
plaats aangevoerd, dat zoodanige in
lijving door de belanghebbenden onge
twijfeld als een groote hardheid zal
worden gevoeld. Dezen meenden er
vast op te mogen rekenen van dienst
vrij te zijn en hebben hun leven en bun
zaken daarnaar ingericht. Bovendien
zal deze maatregel uit zijn aard slechts
tijdelijk hulp kunnen bieden. De ge
schikt bevonden afgekeurden van vroe
gere jaren vormen natuurlyk slechts
een beperkt contingent, dat zich niet
ieder jaar vernieuwt. Is het eenmaal
opgebruikt, dan zal de extra sterkte,
voor geregelde aflossing der lichtingen
en jaarklassen wederom ontbreken.
Hoe stelt de Reg. zich voor, dan in de
behoefte aan zulk extra-aanvulling te
voorzien
Verder werd er twijfel uitgesproken
of bij strenge keuring het getal per
sonen, waarom het te doen is, inderdaad
wel groot zal blijken. De opmerkingen
te dezer zake in de toelichting voor
komende, geven aanleiding eenige vrees
te koesteren, dat bij keuring niet zeer
streng te werk zal worden gegaan.
Tegen een algemeene verlaging der
keuringseischen hadden velen ernstig
bezwaar. Huns inziens zijn, o.a. op
het punt vau brekingsafwijking der
oogen en opdat van platvoeten de eischen
voor geschiktheid thans veeleer te laag
dan te hoog. Ligt het voorts in de
bedoeling ook de eischen van algemeene
lichaamlijke ontwikkeling te verlagen
Dat is zeer ongewenscht.
Daarentegen konden anderen met de
verlaging der keuringseischen in het
algemeen medegaah. Die eischen zijn
huns inziens steeds te hoog geweest.
Terugwerkend^ kracht mag echter aan
de wijziging van het reglement niet
worden verleenddat ware in strijd
met de eischen der billijkheid. Einde
lijk werd nog als bezwaar bij het voorstel
der Reg. aangevoerd, dat hetgeruimen
tyd zal duren, alvorens langs den voor
gestelden weg, een toestand zal zijn
bereikt dat het mogelijk mocht worden
lichtingen naar huis te zenden. Het is
niet waarschijnlijk, dat, wordt dit wets
ontwerp al aangenomen, binnen één
jaar uit de vroeger afgekeurde geoefende
manschappen zullen zijn verkregen.
Vau andere zijde verklaarde men het
in het ontwerp neergelegde denkbeeld
minder bezwaarlijk en verwerpelijk te
achten, want indien hetgeen voor de
Reg. het uitgangspunt is, voor geregelde
aflossing een extra contingent moet
worden gevonden, zal het niet gemak
kelijk zijn een regeling te treffen die
in meerdere mate het billijkheidsgevoel
bevredigt.
En al biedt de voorgestelde maatregel
in abstracto slechts tijdelijk hulp, de
oorlog zal toch niet in het oneindige
duren. De Reg. vertrouwt, dat het
aantal personen, dat thans goedgekeurd
zal worden zoo groot is, dat men voor
de aflossing der andere lichtingen en
jaarklasseD, daaruit vrij langen tijd zal
kunnen putten. Men zou daaromtrent
echter gaarne nadere inlichtingen ont
vangen. De nieuwe keuring zou niet
plaats mogen vinden op een wijze, die
aan wezenlijke ongeschiktheid voor den
dienst geen recht zou doen wedervaren.
Nu men zoozeer behoefte heeft aan
manschappen, die aan hetleger kunnen
worden toegevoegd gaat het niet aan, j
personen vrij te stellen op grond van 1
het niet voldoen aau eischen welke niet
in overeenstemming zijn met de eischen, s
welke de dienst metter daad stelt. Van j
teruwerkende kracht is hiergeen sprake,
terwijl ook vau een verkregen recht I
niet gesproken kan worden? Aange- j
drongeu werd echter op spoedige be
kendmaking van bet herziene keurings
reglement. Vooral nu de eischen lager
zijn is het -noodig, dat de keuring berust
bij artsen, in wier kunde en ernst de
belanghebbenden ten volle vertrouwen
kunnen.
Nog werd de opmerking gemaakt dat
het een leemte in de Militiewet is, dat
deze slechts definitieve afkeuring kende.
In de tegenwoordige omstandigheden is
het onbillijk dat een groot aantal per
sonen niet dient ofschoon zij niet langer
ongeschikt zijn. Maar men wenscht dat
men niet verder zou gaan den tot het
25ste levensjaar, daar mannen van 25
jaar en ouder meerendeels hoofden van
gezinnen zijn zoodat ontwrichting van
het maatschappelijk leven niet erger
wordt. Voor bezwaren uit dien hoofde
blijkt de Reg. een open oog te hebben
door het niet onroepen van de lichtingen
1908 en 1907, maar dat mag haar er
niet toe verleiden over de bier geldende
bezwaren gering te denken. Voor velen
der jongere lichtingen is de mobilisatie
een onherstelbare ramp geworden.
Eenige leden meenden, daterpnder-
Bcheid moest worden gemaakt tusschen
hen, die vóór hun dienst en in hen,
die in den diensttijd zijn afgekeurd,
althans dat hun werkelijke diensttijd in
mindering werd gebracht.
Ook achtte men het onbillijk dat per
sonen, die indertijd by de bereden wa
pens dienden, nu bij de onbereden troe
pen ingelijfd worden, en wenschte een
waarborg, dat zij die eertijds een graad
bezaten, ook nu in dien graad dienst
zullen doen. Nog verwachte-men dat
de Reg. in ruime mate rekening zal
houden met studie en zakenbelangeu
en wilde gaarne vau de Minister op dit
punt een toezegging.
Afdeeling „Axel" van de
Zeeuwsche Landbouw-Maatsckapptf.
Zaterdagmiddag werd op de bovenzaal
van dhr. M. Koole alhier onder
voorzitterschap van den heer Joh. de
Feijter een druk bezochte vergadering
gehouden van bovengenoemde vereeni-
ging. In zijn opening deelde de voorz.
mede dat men wegens uitstedigheid van
dhr. Ph. J. van Dixhoorn en ziekte
van den vice voorz. dhr. B. C. IJsebaert,
hem genoodigd had de vergadering te
leiden en sprak zijn genoegen uit over
de groote opkomst. Hij schreef deze
toe aan deu ernst der tijden. Spr. zeide
dat- deze niet te miskennen is. Tal
van moeilijkheden hoopen zich op. De
behoeften worden steeds duurder én
minder, zoowel voor mensch als dier.
Vandaar dat samenwerking.door organi
satie nu meer dan ooit noodig is om
de lasten zoo dragelijk mogelijk te
maken. Met een hartelijk welkom ver
klaart hij de vergadering voor geopend.
Nadat notulen waren gelezen werd
mededeeling gedaan van een schrijven
van dhr. Van Dixhoorn, die zijn spijt
uitdrukte deze vergadering niet te
kunnen bijwonen. Hij geeft de ver
gadering twee voorstellen ter overwe
ging le. Gezien het verbod voor
vervoer van stroo, maatregelen te nemen
om dit verbod ingetrokken te krijgen
2e. aan het Hoofdbestuur der Z. L. M.
voor te stellen om te trachten vóór
April opgave te krijgen, hoeveel hooi
door ieder zal kunnen worden opge-
vorderd.
Naar aanleiding van dit laatste ont
stond een langdurige bespreking over
de hooivordering, waarin driestoomingen
te onderscheiden waren le. bet voorstel
van dhr. J. de Putter om den Kapitein
te verzoeken het hooi tijdens den hooitijd
te leveren; 2e. voorstel-De Koeijer om
per H.A. te leveren en 3e. een voorstel
van dhr. F. Dekker Pz. om den bestaan
den toestand te handbavep en een
commissie te benoemen, die zooveel
mogelij.; met den Kapitein in overleg
treedt. Aangenomen werd een en ander
iu handen van het Bestuur te laten.
Intusschen was ter vergadering ge
komen de Regeeringscommissaris voor
de levering van graan-en peulvruchten
te Hontenisse, die aan de vergadering
werd voorgesteld.
De rekening over 1917 beliep aan
ontvangsten 2238,46 en aan uitgaven
1849.68, zoodat er een goed slot was
van 388,86 De begrootiDg werd vast
gesteld op 2093.86 met een post
onvoorzien van 358. Een voorstel
van dhr.'Jan de Putter om den post
^paardenmarkten" te schrappen, vond
geen steun.
Alsnu was aan de beurt de'verkiezing
van 3 bestuursleden wegens periodieke
aftreding der hh. A. van Hoeve, B.
C. IJsebaert en H. Bonte.
Gedurehde de stemming werd aan
de aanwezigen gelegenheid gegeven om
den Regeeringscommissaris voornmd.
vragen te stellen of hunne bezwaren
mede te deeleu, waarvan een ruim ge
bruik werd gemaakt. Het zou ons te
ver voeren de klachten hier te ver
melden. Over het algemeen gold het
onregelmatigheden in dp betaling. Geld
is een ding, dat ieder zooveel mogelijk
in zijn bezit wenscht, dat bleek ook
hier, doch de mannier waarop weet
niet ieder juist toe te passen.
De heer Jhr. Collot d'Escury diende
ieder op aangename en bevattelyke
wijze van antwoord, geheel tot vol
doening van de vragers. Zijn vriend
schappelijke toon boezemde vertrouwen
in en menigmaal verzekerde hij dengene
die werkelijk gegronde klachten had,
zonder overdrijving ot abuis zijnerzijds
dat de zaak zou worden onderzocht.
Niettemin achtte Jhr. Collot zich vaak
genoodzaakt er op te wijzen, dat men
toch steeds zorge voor accurate invul
ling van formulieren en de gegeven
wenken precies opvolge. Hij erkende,
dat veelal schatters, gemachtigden en
ook sprekers personeel tot teleurstelling
hebben aanleiding gegeven, maar zegde
toe, dat waar het in zijn macht ligt
fouten te herstellen en onregelmatig
heden te verbeteren, hij daartoe het
noodige zal aanwenden. De landbouwer
vergete echter niet, dat ook spr. ambte
naar is en moet uitvoeren de wetten
des lands, 'tis niet alsof men met zijn
graan naar de markt gaat en koopers
te over vindt. Spr. moet zulks helaas
zelf ook ondervinden. Hij heeft ge
tracht ieders bezwaar te ondervangen
en het bewijs te leveren, dat de moei
lijkheden, welke ontstaan door slechte
opvolging van formaliteiten door de
iandbouwers, vele en groot zijn. Moch
ten de aanwezigen hiervan overtuigd
zijn en daardoor hunnerzijds ook zooveel
mogelijk accuraat zijn in hun hande
lingen, dan zal spr. zich deze vergadering
niet beklagen.
Tot slot zal Jhr. Collot herhalen, wat
hij ook in een vergadering te Oostburg
zeide eu als een raad kan gelden
Zijn de landbouwers algemeen (niet
maar enkelen) overtuigd van een gel
dend bezwaar, dat zij zich dan wenden
tot het Hoofdbestuur der Z. L. M.
Gelden die bezwaren alleen de afd.
Axel, wendt U dan tot het afd.-bestuur.
Op die manier kan veel bereikt
worden.
Na een woord van hartelijken dank
aan Jhr. Collot 'd Escury en aan de
sprekers, voor de aangename wijze
waarop van gedachten was gewisseld,
deelde Je voorz. mede, dat de stemming
den volgenden uitslag had. Uitgebracht
94 stemmen. A. van Hoeve 67, H.
Bonte 69, B. C. IJsebaert 39 en J. de
Putter 31, benevens eenige stemmen op
verschillende heeren.
Herkozen waren dns de hh. H. Bonte
en A. van Hoeve; bij een tweede vrije
stemming verkreeg dhr. De Putter 38
en dhr. IJsebaert 21 van de 76 geldige
stemmen terwijl na herstemming dhr.
De Putter gekozen Werd met 35 st.
dhr. IJsebaert had nu'28 st. van de 71
8 waren van onwaarde.
Bij de omvraag werd nog een en
ander besproken omtrent paspoorten- (Is twe
levering aan de Bieta en wat dies meer Ster Fs
zij, alles in verband met Regeeringg. Joh. Sr
maatregelen, waaraan zooals de voorz. jarissei
zeide, nu eenmaal weinig is te verande'I De I
ren, zoodat hij gevoegelijk de vergade-1 meeste
ring kan sluiten,
AXEL, 5 Februari 1918.
Verleden Donderdag heeft H. M. de
Koningin een bezoek gebracht aan
Tilburg.
Bij deze gelegenheid bezocht H. M.
ook den cursus voor militairen in de
St. Denisschool aan de Antoniusstraat,
vergezeld van den opperbevelhebber
Generaal Snijders en andere hooge
autoriteiten.
H. M. bezocht het eerst de klasse
waar onze stadgenoot de sergeant
A. A. A. Minjon op dat oogenblik
onderwijs in het schrijven gaf.
Nadat hij de klasse aan H. M. had
gepresenteerd, deed de hooge bezoek
ster hem eenige vragen, drukte Hare
tevredenheid uit over het onderwijs,
vond het heel mooi en nuttig dat hij
zich voor dit werk had beschikbaar
gesteld en dankte voor de gegeven
inlichtingen, waarna H. M. de volgende
klasse ging bezoeken.
Wij vonden het niet onaardig van
dit feit in ons blad melding te maken,
te meer omdat hieruit weder blijkt, dat
de tegenwoordige tijdsomstandigheden
ook weer die goede zijde hebben, dat
een mensch dingen ondervinden kan,
waaraan hij anders nooit zou gedacht
hebben.
We kunnen ons ten minste best
voorstellen, dat dit bezoek voor den
heer Minjon wel verrassend zal zijn
geweest en evenzeer, dat het hem een
blijvende herinnering zal zyn aan zijn
mobilisatie-leven.
Zoo grijpt dan onze Vorstin bijna
maandelijks nieuwe gelegenheden aan
om met de meest verschillende rangen
en standen van Haar Volk in aanraking
te komen. Niet om zich bemind of
populair te maken, waut dat is een
Oranjetelg reeds van de geboorte af,
maar, naar onze meening, omdat Ko
ningin Wilhelmina met Haar Volk leeft
en voor Haar Volk voelt.
Het komt ons voor, dat juist iu deze
tijden H. M. behoefte heeft om, zoo
vaak als mogelijk is, onder Haar onder
danen te verkeereu en haar aanhanke
lijkheid aan het Volk van Nederland
te toonen.
Hoe velen toch bereikt Zij niet tijdens
zoo'n bezoek? Voelden wij Axelaren
er niet iets sympathieks in, toen H. M.
zich over de Markt bewoog en daarbij
even een blik bloeg op ons oude stad
huis Is het ouderhart niet gestreeld,
als het verneemt, dat- een zoon door
H. M. met een complimentje wordt
vereerd En zou eeu ouderwijzer, die
thans gemobiliseerd is, later in zijn
klas niet vertellen, dat onze Koningin
wel is een Hooge Vrouwe, doch n i &t
is een vorstelijk persoon, die uit de
hoogte haar onderdanen gebiedend aan
staart, maar integendeel is een Vorstin,
die als rhensch menschen ontmoet en
aanspreekt, zonder eenig gebaar van
trotscb of grootheid, zoodat men zelfs
vergeten zou, dat men de Koningin
tegenover zich ziet staan als men
het niet voelde, door een zenuwachtige
aandoening.
Steunt Elkander.
Vrijdagavond werd alhier op de
bovenzaal van den heer Koole onder
voorzitterschap van den heer J. M.
Oggel de 21e. jaarvergadering gehouden
der vereeniging Steunt Elkander. De
vergadering was maar matig bezocht,
misschien wel omdat de leden door
middel van ons blad tocb wel zullen
te weten komen wat er behandeld is.
De verkiezing van aftredende be
stuursleden had den volgenden uitslag.
Herkozen werden de navolgende heeren
J- M. Oggel als voorzitter, M. Wolfert