J
33e «laars.
iiL ill
Xo. 57.
Woensdag 24 October 1917.
El 1
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwseh-Vlaanderen.
J. C. VINK - Axel.
Aan onze Adverteerders!
FEUILLETON.
Binnenland.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
A BONNEMEïItSPRIJS:
Per 3 Maanden 60 Centfranco per post 70 Cent.
Voor België 80 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
Bureau Weststr. D 11.
AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groot» letters worden naar
plaatsruimte berekend.
Advertentiën worden tranee ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagmiddag TWAALF nre.
Het behoeft zeker wel geen betoog,
jt evenals in alle andere bedrijven,
ook in het courantenbedrijf een zoo
danige stijging van exploitatiekosten
vindt, dat naar middelen wordt
om die meerdere kosten te
teneinde de uitgaaf van een
courant loonend te doen blijven.
De een zoekt het in oorlogstoeslag
de advertentieprijzen, de ander in
verhooging van zijn abonnementsprijs,
terwijl een derde maatregel getroffen
wordt in het versmallen (dus korter
maken van de regels) der kolommen.
Wij voor ons betrachtten tot nogtoe
jooveel mogelijk spaarzaamheid in het
papier, doch nu dit onvoldoende blijkt,
meenen we eveneens tot verhooging
den advertentieprijs te moeten
En hiervan zal des te meer de bil-
kheid worden ingezien, waar in de
leerste plaats de prijs per regel by ons
t heden toe steeds bleef beneden die
in elk ander blad uit de omgeving
en tweedèns omdat de adverteerders
j de groote toename van abonné's,
;welke we het genoegen hebben te con-
itateeren, een des te groóter resultaat
met hunne advertentiën bereiken.
Door de noodzakelijkheid gedwongen,
deelen we dus bij deze mede, dat met
ingang van I November aanstaande
de prijs der advertentiën is 10 cent
pep regel, met een minimum van 5
regels, terwijl de kolommen en ook de
niet smaller worden. Groote
be eeeJe eïefee.
Het was treffend, om te zien, hoe dit
geheele huisgezin naar hem luisterde zoo
dikwerf hij het woord opnam en van
lijn zwervend leven, van zijne reizen,
'an zyne geheimzinnige lotgevallen ver-
haslde. Men hing als het ware aan
lijne lippen, en het was roerend, om
getuige te wezen van] het heerlijke
tooneel, wanneer dit huisgezin, door de
•erhalen van den zoon der nevelen innig
geroerd, het oude Griekenland, het/fiere
AtheDe, de vrijheid en kunsten, der
raderen grootheid innig beweende.
Neen, zei hij op zekeren avond de
woning van Christos verlatende, terwijl
by de ledige straten doorkruiste, om zich
aaar zijne woning te begeven, ik zal er
niet meer henen gaan. Marietta moet ik
niet meer zien. Marietta is schoon, is
haaiis kuisch en edel. Wanneer ik
•preek, dan straalt hare ziel in hare
blikken. Arm meisjen, onnadenkend
geeft zij zichaan mij over, met eene
ongelooflijke belangstelling leerde zij de
liefde en oorlogszangen, die ik op hare
bede in de taal harer vaderen schreef,
®ijoe woorden brengen haar in verruk
king; ik wil dien engel niet verleiden
letters naar plaatsruimte. Driemaal
plaatsen wordt tweemaal berekend.
Bij te bespreken accoord aanzienlijk
reductie. DE UITGEVER.
Nederland en Amerika.
Schreven we in ons vorig Dummer,
dat de heer C. J. K. van Aalst bekend
staat als iemand, die niet spoedig den
moed laat zinken", en mocht zulks ook
blijken uit de verklaringen die de heer
Van Aalst gaf in verband met de tegen
woordige moeilijkheden, die ons land
met Engeland en Amerika ondervindt,
thans, heett de heer Van Aalst zich
ook nog van een andere zijde doen
kennen.
De heer C. J. K. van Aalst, die zoo
men weet voorzitter is van de Neder-
landsche Handelmaatschappij en voor
zitter van de N. O. T. heeft in de
Amsterdammer een in 't Engelsch gestel
den open brief gepublceerd, welke is
gericht aan President Wilson, en die
ook is overgeseind naar Amerika.
Als vriend van de Amerikaan sche
natie meldt de heer Van Aalst zich
gerechtigd den President onomwonden
zijn meening kenbaar te maken.
De brief in zijn geheel op te nemen,
zou te veel plaats vergen, daarom be
palen we ons tot het volgende uittreksel.
„Amerika, zoo schrijft hij, tracht ons
tot rede te brengen, niet met behulp
van argumenten of met vriendelijken
aandrang dochdoor het afsnijden
van onzen toevoer. Het houdt onze
eensnog eenmaal wil ik haar
bezoekeD.
Eenige dagen later gaf hij gevolg aan
dit plaD.
Gij zijt al te lang weggebleven, zei
het jonge meisjen, toeu hij drie dagen
later in de woning van Christos weder
keerde, hebt gij ons vergeten
Integendeelmaar ik kom heden
voor de laatste maal
En waarom
De vreemdeling beschouwde het meisje
met een blik vol belangstelling en mede
lijden. In het eerst gaf hij geen antwoord
op hare vraaghelaas, hij vreesde al te
zeer, Marietta's hart te breken.
Hoe zult gij niet weêrkomen her
haalde het arme kind, niet weêrkomen
Neen
Misschien doet gij wel, zei het
jonge meisjen.
Wel...
Ja, omdat gij verliefd zijt
Verliefd, en op wie?
Ja, op mij op mij, want mijne
moeder is deugdzaam, dat weet ge eu
mijDe zuster is slechts een kind. Ach.
thans weet ik, waarom gij ons zoo dik
werf bezochtHet was om mij, om
Marietta, omdat ik zestien jaren oud
omdat ik schooft beD
Dus vreest gij voor mijne rust?
Gewis, veel meer dan voor de mijne,
Hetzij zoo, riep hij bij het heengaan,
gij zult de mijne zijn, onzinnige vrouw 1
schepen vast door de bunkerkolen te
weigeren, die het overigens best missen
kon. Gij belet ons in aanraking te
blyven met onze koloniën, die toch tot
de voornaamste bronnen behooren van
ons nationale leven.
Vindt u dat werkelijk billijk Komt
dit niet dicht bij hetzelfde systeem van
macht boven recht, dat door de tradities
van uw land, uw volk en uw geschiede
nis zoo vurig werd gewraakt
Eenige duizenden ton levensmiddelen
en veevoeder door onze regeering ge
kocht en betaald, maar opgehouden in
uwe havens, waren bestemd voor ons
volk en voor ons volk alleen. Zij waren
geconsigneerd aan onze Regeering op
condities van de Overzee Trust Maat
schappij. Eu zij vormt slechts een deel
van de hoeveelheid, welke schriftelijk
overeengekomen was met het Britsche
Gouvernement.
Deze overeenkomst werd aangegaan
langen tijd vóórdat uw land partij koos
voor de Geallieerden.
Onze distributie-bureaux en onze
huisvaders hebben zich op dit contract
verlaten ten behoeve van hen, die aan
hun zorg zijn toevertrouwd.
Door het optreden van de Regeering
der Vereenigde Staten heeft deze over
eenkomst in het oog van vele Neder
landers feitelijk de waarde verkregen
vaneen vodje papier".
Niemand in Nederland had van Uwen
kant zulk een politiek van „vreesaan-
jaging" ten opzichte' van een klein volk
verwacht.
Immers, hoe anders 't te noemen, waar
U door het vasthouden van onze schepen
Ik wil u spaien ik wil u behouden,
en gij werpt mij uw medelijden naar
het hoofd. Helaas, was het u niet geDoeg,
dat ik mij als eeD gewoon minnaar wilde
dragen? Wat verlangt gy nog meer
Tranen, gebeden, zuchten Voortreffelijk?
Doch gij weet niet met wien gy te doen
hebt. Thans zult gij bidden. Thans
zult gy smeeken. Thans zult gij weeueu.
Want ieder, die mij lief heeft, wacht
traneD, zuchten en gebeden. 6 Vrouwen,
- - - Ja> gij zijt het schoonst, wanneer uwe
blikken ons genade eu vergiffenis smee
ken, het schoonst wanneer gij met zaam-
gevouwec handen, op uwe knieën, om
genade bidt voor uwe zwakheid, wanneer
gij ons bezweert, om u te sparen en
dan na uwen val de verwijtingen, de
klachten, de bedreigingen, waarover men
zich nimmer bekreunt 1 Marietta het
was uw wil, gij zult de mijne wezen
Hoogmoed, de bron van alle goed en alle
kwaad, zijt gij dan de eenige deugd der
menschen Zijt gij het misschien, die
mijnen voet naar deze streken hebt ge
voerd Helaas, welke zonderlinge ver
borgenheden wonen niet in het hart der
menschen. Ik sleet geheel mijn leven,
om die te leereu kennen, en nog weet
ik niet of ik den lof, dan wel de ver
achting der wereld verdien. Marietta,
misschien zal ik u sparen maar dan
zult gij mij toch, um genade smeeken.
Op zekeren avond, bij het ondergaan
der zou, keerden zij te zamen naar de
en het afsnijden der verbinding met
onze koloniale bezittingen in de rechten
treedt van een vreedzame en onschul
dige natie, welke aan hare aanspraken
geen klem kan byzetten door kracht
van wapenen, doch die niettemin de
eerbiediging dier rechten met klem
durft eischen.
Wij denken er niet aan om onze
stoombooten en onze goederen aan te
wenden tegen de zaak, die Gij voorstaat.
Maar daar wij een zeevarend en
koloniaal Volk zijn, voelen wy het als
een ondraaglijken en on verdienden
hoon, dat onze toch al zoo geringe vrij
heid belemmerd wordt door een land
als het Uwe, met geen andere bedoeling
dan ons door overmacht te dwingen
om te doen wat
Om er mee op te houden Duitschland
van levensmiddelen te voorzien
Waarde President, laat my deze dwa
ling even recht petten. Het is een be
langstelling, dat wy Duitschland zouden
voeden
Gesteld zelfs dat wij wenschten dit
te doen, dan zouden wij het niet kunnen.
Onze gansche uitvoer is nog niet in
staat ook maar langer dan enkele dagen
in de behoeften van Duitschland te
voorzien.
De nuchtere waarheid is, dat Neder
land om te kunnen bestaan, langzamer
hand geworden en gebleven is een land
van invoer. Bijna al onze noodzake
lijkste levensbehoeten moeten van bui
ten betrokken worden. Het zou de
totale ineenstorting van ons nationale
bestaan beduiden, als wij het daarzonder
stellen moesten.
woning van Christos, want Marietta begaf
zich onbevreesd, alleen met den vreemde
ling op weg, en waande zich met hem
even veilig als met eenen broeder. Op
zekeren avond, zeg ik, hadden zij zich
lang in eene eenzame streek opgehouden.
Beideu waren sprakeloos, het jonge meis-
jeu, omdat zij raadde, wat er in het
binnenste van den vreemdeling omging,
de vreemdeling, dewijl hij aarzelde, om
zijne gedachten in woorden uit te drukken.
Ja sprak zij, vele schoonen moesten
uwe woorden gelooveu, want bedrog eo
verleiding vloeien als hoDing uit uwen
mond, en nooit getuigd^e schooner, edeler
blik, wat er omging in het mannelijk
hart. Maar, vriend, gij spreekt niet, zeg,
waarover peinst gij
-- Marietta, eene herinnering uit vroe
gere dagen rees voor mijnen geest, ik
herinnerde mg, dat ik op zekeren avond,
nu twintig jaar geleden, my aan de
voeten eener vrouw wierp, even als ik
thans aan de uwe leg. Ach, ik leed en
klaagde bitter, gelijk ik thans bitter
klaag en lijden moet. Maar de vrouw,
aan wier voeten ik nederzonk, was mijne
moeder... zij, die ik beminde, heette
Maria. De eene beproefde alles, om my
te troosten, terwijl de andere mij onmede-
doogend verstiet
Dat gebeurde voor twintig jaren.
Voor twintig jaren
Eu gewis was het uwe eerste liefde
{Slot volgt.)