\o, 48 Zaterdag 22 September 1917. 33e Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. DIELEMAN, De Openingsrede. Binne aland. COURANT. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrij dagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 60 Centfranco per post 70 Cent. Voor Bklgiê 80 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRÜKKER—UITGEVER AXEL. ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. AdvertentiSn worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrgdagnamiddag EEN are. Dinsdag werd met gebruikelijk cere monieel de vereenigde vergadering gehouden van de beide Kamers, tot opening der gewone zitting der Staten- Generaal. Nadat o.m. was voorgelezen het Kon. Besluit, dat de opening zou geschieden door eene Commissie van wege Hare Majesteit de Koningin, waartoe waren benoemd de Ministers, werd door den heer Cort van der Linden, Minister van Binnenlandsche Zaken de volgende openingsrede uitgesproken .Mijne Heeren! De Koningin heeft ons opgedragen in Haren naam de gewone Zitting der Staten-Generaal te openen. In den korten tijd sedert H. M. per soonlijk in uw midden was, is geen belangrijke wijziging gekomen in den binnen- en buitenlandschen toestand. De vooruitzichten voor den komenden winter zijn weinig bevredigend. De pogingen van verschillende zijde ondernomen om aan de verschrikkelijke worsteling der volken een einde te maken, door ons volk met warme be langstelling begroet, hebben het beoogde doel nog niet bereikt. Wij zijn nog steeds verplicht, te mid den van elkaar fel bestokende vijanden ons gereed te houden tot alweer van mógelijke inbreuk op onze neutraliteit. De voorziening van ons volk met levensbehoeften en grondstoffen voor onze nijverheid wordt voortdurend moei' lijker. Maatregelen, om in den meest drin genden nood te voorzien, zullen u wel dra worden voorgesteld. In afwachting van het rapport der Staatscommissie, in zake de salarieering van de Rijksambte naren zal een nieuwe regeling der duurtetoeslagen aan uwe goedkeuring worden onderworpen. Het verkeer met de Koloniën is in toenemende mate belemmerd. Voor den afvoer der voortbrengselen van den Indischen bodem ontbreekt de noodige scheepsruimte en aanvoer van hetgeen elders moet worden ingevoerd kan niet in voldoende mate plaats vinden. Meer dan ooit is samenwerking van allen, zonder onderscheid van klasse of stand, onmisbaar om ons te midden van den stijgenden nood der wereld staande te houden. De Reg. vertrouwt, Mijne Heeren, met uwe voorlichting en medewerking de onvermijdelyke moeilijkheden te kunnen overwinnen. In naam van de Koningin en daartoe door Haar gemachtigd, verklaren wij de gewone Zitting der Staten-Generaal te zijn geopend." De rede, waarmede deze nieuwe zitting der Staten Generaal is geopend, is zeer ernstig, zegt de Nieuwe Rotter- dani8che Courant en dit blad laat dan eene beschouwing volgen, die o. i. voor iedereen een aansporing moet zijn om toch samen te werken, opdat we het lot, dat ook onze natie de eerst volgende maanden wacht, zoo dragelijk mogelijk maken. Deze beschouwing in zijn geheel over te nemen, zou te veel ruimte vergen we bepalen ons daarom bi) het voor naamste en laten den schrijver aldus aan het woord „De geweldige moeilijkheden, waar mede de menschheid, en ons land niet het minst, in den komenden winter zal hebben te kampen werpen hun scha duwen vooruit. Was er van den zomer, toen de Koningin de nieuw verkozen Kamers tot hun werkzaamheden in leidde, nog eenige blijmoedigheid in de Troonrede te bespeuren de toon is in de openingsrede van heden aan merkelijk gezaktHetgeen in de openingsrede volgt, laat ook een heel anderen klank hoorende vooruit zichten voor den komenden winter zijn .weinig bevredigend". Men kan, in niet otficieele taal, gerust zeggen „ellendig". Het ligt niet op onzen weg, pessi misme aan te wakkeren. Moed ver loren, al verloren, zegt het spreekwoord wij moeten trachten, ons zoo goed mogelijk aan de toestroomende moeilijk heden aan te passen, en daartoe de uiterste krachten inspannen. Maar om dit te kunnen doen, is voor alles nood zakelijk, dat men zich van den ont- zettenden ernst van den toestand reken schap geeft. Dit is, in vele kringen, tot nu toe te weinig gedaan. De N. R. Crt. heeft reeds sedert lang de toekomst duister ingezien. Tegen hetgeen nu ook officieel voor ons staat, en onvermijdelijk komen moest, is in dit blad reeds meer dan een jaar ge leden, en herhaaldelijk, gewaarschuwd, doch men maakte zich dan gaafne daarvan af, en verweet ons overdreven zwartgalligheid. Zal men het nu andermaal doen? .Meer dan ooit is samenwerking van allen, zonder onderscheid van klasse of stand, onmisbaar om ons te midden van den stijgenden nood der wereld staande te houden^ Aan het woord .samenwerking" moet eene zeer uitge breide betcekenis worden gegeven. Samenwerken is niet genoegwe moeten ook weten samen te ontberen. Er zijn er nog te velen aan wie het besef ontbreekt, dat niet doen, ontzeg ging van wat individueel tot gemakke lijk bereikbare mogelijkheden behoort, ook bevorderlijk zijn kan aan het alge meen welzijn. Hetgeen, waar wij dezen winter aan onderworpen worden, is als het ware eene krachtproef op ons nationale karakter. Ook waar de dwang der harde noodzakelijkheid en die van wet of verordening ontbreken, moet medewerking worden verkregen iDtenser en in algemeener mate, dan tot nu toe het geval is geweest. Dan zullen wy ons kunnen.... staande houden niet meer. Nood zal er binnen enkele maanden zijn, bittere nood in honderdduizenden gezinnen. Aan den eenen kant zal dan de eisch moeten worden gesteld, den onontkoombaren nood te dragen met berusting doch dit is slechts mogelijk, indien van den anderen kant de over tuiging wordt gewekt, dat tot verzach ting van het leed het uiterste gedaan wordt, en dat de zware lasten eerlijk verdeeld worden. Ook hiertoe kan ieder, die wil, medewerken, door het eigen Fk achter te stellen b\j het belang van het algemeendoor te erkennen, dat wie nu nog langer knoeit, of poogt de voorschriften, die tot het publiek welzijn worden uitgevaardigd, te ont duiken, een misdadiger is, niet minder dan wie zich aan het goed van een ander vergrijpt. Van de mate, waarin dit alles plaats hebben zal, is afhankelijk of de proef, waar wij boven van gewaagden, ge slaagd heeten zal. Slaagt zij dan zal zelfs deze verschrikkelijke tijd nog nationale winst kunnen geven. „De regeering vertrouwt de onver mijdelijke moeilijkheden te kunnen overwinnen." Ziedaar het eenige be moedigende, dat de openingsrede ons geeft. Het kan veel zyn wordt echter, door gebrek aan medewerking, deze verwachting teleurgesteld wee ons arme vaderland By Kon. besluit van 18 dezer is, met ingang van 1 October, benoemd tot Commissaris der Koningin in de pro vincie Drente, mr. J. T. Linthorst Homan, lid van de Staten dier provincie. TWEEDE KAMER. Mr. D. Pock heeft Woensdag het presidium der Tweede Kamer aanvaard, na door mr. De Savornin Lohman hartelijk te zijn gelufcgewenscht met zijne benoeming. De heer Pock wees bij het aanvaarden van het presidium op den grooten ernst der tijden en deed een beroep op de leden om mede te werken aan alles wat ons de komende moeilijke tyden zoo goed mogelijk kan doen doorkomen. Avpt Granen, mais en peulvruchten. De minister van landbouw, ny verheid en handel heeft het volgende bepaald Art. 1. Het is verboden granen, mais of peulvruchten te vermalen of te doen vermalen. Art. 2. Het verbod van art. 1 is niet van toepassing op a. molenaars, die ingevolge de distributieregeling van brood, bloem, meel en rogge, van 27 December iy 16 (Stbl. no. 303), van de regeering grondstoffen ter vermaling ontvangen, voor zoover betreft de inge volge deze regeling verstrekte grond stoffen b. molenaars, die voor de vermaling van andere dan onder lid a van dit artikel bedoelde grondstoffen vergunning kregen van den regeeringscommissaris voor de Rijksgraanverzameling van de provincie hunner inwoning. Art. 3. De)grondstoffen, bedoeld onder art. 2, a, moeten gedekt zijn door een factuur, afgegeven doör een in opdracht van de regeering distribueerende auto riteit. Art. 4. De molenaars, bedoeld sub art. 2, b, zijn verplicht een molenaars- register, uitsluitend volgens model, voor geschreven door den regeeringscommis saris voor de Rijksgraanverzameling, aan te leggen en geregeld bij te houden. Art. 5. De molenaars zyn verplicht de facturen, bedoeld in art 3, benevens de registers, bedoeld in art. 4, ter be schikking te houden van den regeerings commissaris voor de Rijksgraanverzame ling, van den burgemeester van de plaats hunner inwoning en van de met contröle belaste personen. Zij zijn wijders verplicht op door den regeeringscommissaris voor de Rijks graanverzameling te bepalen tijdstippen, op formulieren, volgens door dezen vast te stellen modellen, afschriften uit het molenaarsregister te verstrekken aan hem rechtstreeks of aan den burge meester van de plaats hunner inwoning, een en ander ter keuze van den regee ringscommissaris voornoemd. Art. 6. Het is aan de molenaars ver boden granen, peulvruchten en mais of maalproducten daarvan in voorraad te hebben, welke niet tevens gedekt zijn door een factuur als bedoeld in art. 3 of welke niet zijn ingeschreven in het molenaarsregister als bedoeld in art. 4. Het is aan de molenaars verboden een maalloon te heffen anders dan in >ld. Art. 7. Bij overtreding of veronacht zaming van een der in aeze beschikking gegeven voorschriften kan de regeerings commissaris voor de Rijksgraanverzame ling de vergunning bedoeld in art. 2, b, intrekken. Art. 8. In deze beschikking wordt verstaan Onder granen s wintertarwe, zomer- tarwe, spelt, winterrogge, zomerrogge, wiDtergerst, zomergerst, haver, evene, boekweit en kanariezaad. Onder peulvruchtenveldboonen (wier-, paarden-, duiven-, schapen- en waalsche), alle soorten groene en gele erwten, alle soorten grauwe erwten, alle soorten bruine, gele en witte boonen. St. Crt. Voedermiddelen voor dieren. De Minister van L., N. en H. heeft verboden, voedermiddelen voor dieren af te leveren of te vervoeren in andaren dan in oagemengden toestand en onder andere namen dan de werkelijke (natuur lijke). Het verbod is niet van toepassing op van regeeringswege gedistribueerde voedermiddelen. De minister van landbouw, nijverheid en handel heeft bepaald, dat het ver voederen van voor de consumptie ge schikte aardappelen aan het vee, met uitzondering van z.g. kriel, verboden is.11 Wijziging verlofsregeling. De opperbevelhebber heeft telegra fisch aan de autoriteiten van de land macht doen weten „In verband met d,e invoering be perkte dienstregeling spoorwegen op 18 September, wordt wijziging verlofsrege ling, op dien datum ingaande, voorbe reid, gebaseerd op eenmaal verlof per

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1917 | | pagina 1