No. 100 Zaterdag 24 Maart 1917. 32e «iaat*"!. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaandere s. F. DIELEMM. Buitenland. Binnenland. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 60 Centfranco per post 70 Cent. Voor België 80 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. A DVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Centvoor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters wordeD naar plaatsruimte berekend. Advertentiën worden trance ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag EEN ure. DE OORLOG. Van de revolutie in Rusland zijn verschillende berichten, die wel op verscheiden punten elkander tegenspre ken, maar toch alle daarop wijzen, dat de nieuwe staat van zaken zich nog niet heeft geconsolideerd, en dat de revolutie zich verder ontwikkelt. De berichten van Engelscbe zijde spreken van de moeilijkheden, die het voorloo- pige bewind ondervindt van de uiterste linkerzijde en van concessies naar dezen *kant gedaan. Van die concessies is de intrekking van de benoeming van Nikolai tot opperbevelhebber en de uitsluiting van de familie Romanof van het oppercom mando voorl jopig de voornaamste. Maar, gelijk de Engelsche corresponden ten verder melden, de arbeiders in St. Petersburg zetten de politieke staking voort, om verdere concessies door te zetten. Dezelfde leiders, die de arbei ders hebben aangeraden het werk voorzichtigheidshalve nog niet te hervat ten, blijken ook veel aanhang te vinden onder de 30,000 man van het Peters- burgsch garnizoen, die hun officieren niet meer salueeren. De houding van dit garnizoen schijnt maar matig vrien delijk tegenover de nieuwe regeering te zijn, maar is niet van zooveel belang als de wijze, waarop de troepen aan het front de revolutie opnemen. Daarover ontbraken tot nog toe alle berichten. Maar Reuter seint nu dat in het hoofd kwartier de troepen hebben gedefileerd om Alexiëf, den chef van den generalen staf, te hooren zeggen, dat zij der nieuwe regeering trouw moesten zijn. Bjj deze gelegenheid zongen zij de Marseillaise en werden roode vlaggen voor hen uitgedragen 1 De toespraak van Alexiëf werd gehouden in overleg met grootvorst Nikolai, die intusschen weer afgezet is. Ook heeft de voorloopige regeering het noodig geoordeeld een beroep te doen op de troepen om solidariteit en de krijgstucht te bewaren. Deze berichten duiden alle op een beweging van linksche zijde, die voor de oorlogspartij, welke met het uitbreken van de revolutie het eerste pleit gewon nen heeft, gevaarlijk dreigt te worden, die op zijn minst binnenlandsche oneenigheid doet vreezen, welke voor de oorlogvoering en de regeling van de voedseldistributie niet bevorderlijk zul len wezen. A. R. crt. De terugtocht der Duitschers houdt nog aan, maar eensdeels tengevolge vau het slechte weer, anderzijds door krachtige actie der achterhoeden is de opmarsch der Engelschen en Fran- schen aanmerkelijk vertraagd. Tusschen Atrecbt en Péronne schijnen de Engel schen niet noemenswaard te zijn opge schoten, wel ten O. en Z. O. van dit stadje waar zij nog ca. 6 K. M. vooruit- drongen en een 40-tal dorpen bezetten. Zij erkennen dat vooral tusschen Atrecht en Nurlu (ten N. O. van Péronne) de vijandelijke weerstand aanmerkelijk toe nam. Ook de Franschen hebben -met krachtigen tegenstand te kampen gehad In Macedonië, in de streek van Monastir hebben de Boelgaren de Fran- sche voordeelen van den laatsten tijd weer grootendeels te niet gedaan. Op het Noordelijk deel van de Perzisch—Turksche grens zijn de Rus sen in de richting van Sakkiz op Turksch gebied gekomen. De „Bremen". Waar is de handels- duikboot „Bremen" gebleven? Is het schip uitgevaren, of was het bericht ervan slechts een lokaas, om de aan dacht van de „Deutschland" af te leiden Thans is het raadsel van de reis van de „Bremen" opgelost. Naar uit zeer vertrouwbare bron wordt vernomen, is de „Bremen" door de Engelschen buit gemaakt en ligt in den mond van de Avon, de voorhaven van Bristol. Op de reis naar Amerika in de tweede helft van 't vorig jaar, is de „Bremen", in een duikbootval geloopen. Daarin was een mijn aangebracht, welke een gat in de „Bremen" sloeg, waardoor het water het schip kon binnendringen. De opvarenden zijn daarbij allen om gekomen. Daai de „Bremen" echter in het net van de duikbootval was vastgeloopen, zonk de boot niet, doch is met de val opgehaald. De Engelschen hebben de „Bremen" naar den mond van de Avon gesleept, hersteld en bewaken haar met groote angstvalligheid. Hbld. Reuter verneemt uit goede bron het volgende Een Duitsche duikboot heeft 13 dezer om vier uur in den ochtend den Zweed schen schoener Dag aangehouden op 200 mijl bewesten de Scilly-eilanden. Den gezagvoerder en zijn vrouwalsmede de 8 koppen tellende bemanning werd een kwartier gelaten tot het van boord gaan, waarna het schip met een torpe doschot tot zinken werd gebracht. De duikboot voer dan op de boot toe en vroeg naar de scheeDspapieren, die aan den Duitschen commandant ter hand werden gesteld. Daarna wendde de duikboot den steven, de negen mannen en een vrouw achterlatend in de open boot,.die beschadigd was, terwijl het dichtstbij zijnde land nog 200 mijl ver was. Het was slecht weer, en daar slechts een gebrekkige waarschuwing hun geworden was, hadden ze maar zeer weinig voedsel kunnen meenemen. Vier dagen en drie nachten zwalkten zij op de genade van wind en stroomin gen, totdat het Conningbec lichtschip in zicht kwam. De menschen waren er droevig aan toe, toen ze werden gered, en den dood door uitputting nabij. De vrouw van den kapitein knapt maar langzaam op na de doorgestane ellende. Dit is het tweede geval in een week tijds, waarin een Duitsche duikboot met opzet een open en volgepropte boot met een vrouw alleen met mannen voor den duur van eenige dagen en nachten midden op zee heeft overgelaten. (Na op het misdadige van deze han delingen te hebben gewezen, vervolgt het telegram De Britsche regeering kent het num mer van de duikboot, die deze schande lijke daad heeft bedreven. De gezagvoerder van het Noorsche zeilschip Collingwood meldt, dat een Duitsche duikboot 12 Maart zijn schip in den grond heeft geboord. De officier en de bemanning der duikbobt waren dronken, en toen ze de papieren van de Collingwood hadden in ontvangst genomen, zei de commandant van de duikboot, dat er genoeg tijd zou zijn om ze te onderzoeken, als de duikboot weer in de haven zou liggen. Hij beval de bemanning van de Collingwood daarop het schip in tien minuten te verlaten. Men neemt aan, dat de commandant eu de bemanning der duikboot cham pagne en cognac hadden gekregen uit de lading van het Fransche zeilschip Jules Gommes, dat ongeveer twee uur tevoren in die buurt was tot zinken ge bracht. N. R. crt. Van het slagveld. Prof. dr. J. W. Pont vertelt in „Internationaal Christen dom" Een Deensche zuster van het Roode Kruis deelt het volgende mede, dat zij vernomen heeft van een jong Fransch korporaal, een schilder van erkend talent, die bij Verdun vreeselijk is verwond De vreeselijkste nacht, zeide hij, was die van den 24en Februari. Er had een geweldig bombardement plaats ge had. Het eene regiment Duitschers na het andere was weggemaaid aan beide zijden had men vreeselijke verliezen geleden. De kreten, die, opstegen uit de hoopen gewonden en stervenden, wareD hartverscheurend. En, zoo gaat hij voort „het was onmogelijk de gewonden te helpen.de nacht .brak aan. Het vroor; er begon sneeuw te vallen, die de duizenden verwrongen menschelijke lichamen bedekte. Of de duisternis en de sneeuw er de oorzaak van was, of dat de duizenden gewonden tot het besef kwamen, dus hulp onmogelijk was en dat zij nu den geheelen nacht in de koude moesten liggen en doodbloeden is niet te zeggen.Het verschijnsel is niet te verklaren.of misschien is 't alleen merkwaardig dat het niet vaker voorkomtMaar eensklaps was het alsof allen, die nog leefden, waren ge worden. Het was alsof ze allen tegelijk waren aangegrepen door een vlaag van waanzin, ten gevolge vau hun eigen vreeselijke onmacht. Er kwam op een diep zuchten, kreu nen huilen, dat zich over het geheele slagveld verspreide.en dat kort daarna aanzwol, tot gillen, tot gillen, zoo wild, zoo alles doorborend, dat zij als een besmetting zich verspreidden, vlug als de bliksem. Ten slotte werd het ééu enkele gil, uitgestooten door duizenden wauhopigen één jammer ééu snikken één weeklacht der worste lende ziel in de vreeze des doods En wij, die ernaar luisterden, werden bijna gek, onze haren rezen ten berge. wij gilden ook; wij schreeuwden, dat wij het niet langer konden uithouden wy wilden uit onze stelliug ioopen om tot hen te gaan en ze te helpen.of om ze te dooden, om die gillen te doen ophouden.om te dooden of om te sterven. Men zal het nauwelijks willen gelooven, maar de gillen overstemden bijna het gedonder van het geschut. Onze bevelhebbers gevoelden, dat er gevaar dreigde. Een ieder, die zijn dekking verliet, was een kind des doods. De demoraliseering der manneu moest voorkomen. Daarom werd het bevel gegeven, dat de muziek zou spelen. Alle muziekcorpsenMuziek, meer muziek.... Volksliederen, vroolyke deunen Zonder ophouden.trom mels en trompetten vJak bij ons den geheelen nacht.... om te overschreeu wen die ontstellende nillen daar bui ten Niet voor uur nadenmiddag van den volgenden dag verminderde het vuren een weinig, zoodat de soldaten met hun draagbaren koudeu gaan op halen wie den -kouden nacht en het bloedverlies had overleefd N. R. Crt. Goed voorgaan doet goed volgen. Naar gemeld wordt, heeft H. M. dé Koningin last gegeven, om zoowel op Het Loo als op Hr. Ms. particuliere landgoederen onder Wassenaar en bij Hr. Ms. Paleis aan het Noordeiude en in Het Bosch, de daarvoor geschikte terreinen te doen beplanten met gewas sen welke zich voor de volksvoeding bij uitstek leenen, teneinde de productie zooveel mogelijk te vermeerderen- Graan aangekomen. Het stoomschip Zuiderdijk van de Holland-Amerikalijn, dat met een lading van 28,625 quarter tarwe, 600 zakken lijnmeel, 153 ton lijnkoeken, via Halifax naar Nederland was vertrokken is Dins dag in den Nieuwen Waterweg aange komen. Ook is bericht ontvangen, dat het stoomschip „Bezoeki" van den Rotter- damschen Lloyd, met 3600 ton tarwe voor de Regeeriug geladen, dat even os via Halifax do reis naar Nederland maakte, te Bergen is biunengekomeu. Landstormplichtigen en van miliiPe- dienst vrygestelde kostwinners. Naar wij vernemen zullen tegelijk met het gedeelte der landstormkla^se 1908, dat omstreeks Juni van dit j. r vermoedelijk iu dienst zal worden ge steld, moeten opkomen a. Zij, die Dog niet in werkelijken dienst zijn moeten komen, omdat zij landstormplicbtig zijn gewordeu ten - volge van een hun als militieplichtige verleend vrijstelling wegens kostwin nerschap, voor zoover die vrijstelling vóór 1 Juni a.s. voor goed verb-end is, uitgezonderd degenen, die uit anderen hoofde niet tot opkomst gehouden zijn b. Zij, die nog niet in werkelijken dienst zijn moeten komen, omdat zij landstormplicbtig zijn geworden tenge- volgen van een hun als militieplichtige verleende vrijstelling wegens persoon lijke onmisbaarheid, desbedoeld in art. AXELSCHE

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1917 | | pagina 1