Binnenland.
Rechtszaken.
■atie en overwinningen te velde, op
het oogenblik heett te kampen. Zeker
zon het voor de Duitsche handelstoe-
komst noodlottig kunnen worden, vooral
daar Duitschland toch al zoo weinig
vrienden op de wereld bleek te be
zitten, en de haat der volkeren straks
nog ontzaglijk zal nawerken.
Dat onder zulke overwegingen de
hoofdleider van Duitschland's wel en
wee gedwongen is, ook de staatkundige
tactiek mee te laten spreken in het
gebruiken van een zoo listig en veel-
gehaat zy het zeer werkzaam
wapen als de duikboot, ligt voor de
hand. Maar tevens, dat een ook in het
minst toegevende houding den tegen
stand moest wekken van die kringen,
welke met niet al te veel schuchterheid
voor eischen en verlangens van neu
tralen den Engelschen zeeleeuw naar
de keel willen grijpen, nu die leeuw
door zijn afsluiting van de kusten bet
volk poogt uit te hongeren wat hem
wis niet zal gelukken dat hem toch
reeds zoo diep haat wegens zijn deel
neming aan de Europeesche worsteling.
Ook in de bekende Pruisische com
missie werd de sla-d'r-op-politiek van
den marine-minister goed, die vaD den
rijkskanselier afgekeurd. Deze heeit
echter den Bondsraad achter zich, en
nu die zijn uitdrukkelijke goedkeuring
aan de voorzichtige houding van Von
Bethmann-Hollweg hechtte, bleef den
fleren Von Tirpitz niets anders over
dan heen te gaan. Admiraal Von Oa-
pelle is meer plooibaar en toonde zich
ook vroeger reeds een meer ambtelijke
geest.
Gebrek aan katoen.
Men BChrijft aan de 2V. R. Crt.
De Twentsche fabrikanten hebben ot
dreigen gebrek te krijgen aan katoen.
Sinds een dag of tien is er geen vlokje
of draadje katoen afgeleverd, en als
men weet, dat de benoodigde hoeveel
heid mondjesmaat wordt toegemeten,
is het te begrijpen, dat heeft de
levering niet geregeld plaats er
spoedig gebrek moet komen. Ook de
N. O. T. laat de in ons land reeds
aangekomen katoen niet los. De oor
zaak van dezen toestand is de aan
wezigheid van 2000 balen katoen, op
geslagen te Schiedam, afkomstig van
het Amerikaansche huis Mc. Farren
voor een Duitsche firma te Bremen,
leverbaar na den oorlog. Engeland nu
verlangt, dat deze voorraad in ons land
zal worden verwerkt, en weigert katoen,
olie en leder door te laten, voor die
zekerheid is verkregen. De Twentsche
spinners verkeerden dus iu de nood
zakelijkheid dien voorraad te koopen
en de Duitsche firma is genegen tot
verkoop, mits 200,000 boveu den dag
prijs 100 per baal). In een Zaterdag
namiddag te Hengelo gehouden ver
gadering van Twentsche spinners be
sloot men door den zuren appel te bijten
en de katoen voor dien prijs te aan
vaarden. Wellicht, dat thans in het
vervolg de levering weer geregeld zal
geschieden.
Sinaasappelen.
Sedert eenigen t d is de aanvoer
van sinaasappelen hier te lande totaal
stopgezet.
De oorzaak hiervan is de eisch, van
wege de Engelsche regeering aan de
Kon. Nederl. Stoombootmaatschappij
gesteld, dat deze ervoor zou instaan,
dat niet meer dan 25 pCt. der met
haar booten aangevoerde sinaasappelen
naar Duitschland zouden worden uitge
voerd. De maatschappij kon zich hier
voor onmogelijk verantwoordelijk stel
len. Pogiugen, ook van de zijde der
Spaansche belanghebbenden te Valencia
en te Murcia in bet werk gesteld om
Engeland op dezen eisch te doen terug
komen, mochten tot heden niet baten.
Ook de aanvoer van sinaasappelen
uit Engeland welke aan de N. O. T.
kwamen beeft opgehouden, daar
Engeland den uitvoer daarvan verboden
heeft, in verband met een beperking
van den sinaasappeleninvoer in Enge
land tot 50 pCt.. ten einde meer laad
ruimte voor de Engelsche schepen vrij
te krijgen.
De groote booten der Kon. Nederl.
Stoombootmaatschappij, die tot dusver
zich met het siuaasappelenvervoer bezig
hielden, worden thans gebezigd om
regeeringsgraan uit Amerika aan te
voeren, in verband met de regeling
tusschen de regeeriDg en de Reederij-
vereeniging, volgens welke de Holland-
Amerikalijn 60,000 ton, de Hollanusche
Lloyd 15,000 en de overige reederijen
60,000 ton van de door de regeering
benoodigde 135,000 ton scbeepsruimte
beschikbaar hebben gesteld. Dit ver
voer geschiedt voor j 45 per ton van
La Plata.
De importeurs van sinaasappelen zijn
intusschen nog doende om te trachten
een oplossing te vinden van de moeilijk
heden. Deze zal echter spoedig moeten
gevonden worden, aangezien het sinaas
appelenseizoen reeds in Mei afloopt.
N. R.. Crt.
Nederland en de oorlog.
De Zaandijk.
Naar men aan de N. R. Crt. meldt,
ligt het stoomschip Zaandijk thans op
de Theems aan de boeien geankerd.
Schip en bemanning zijn in veiligheid.
De Tubantia.
De mededeelingen welke de kapitein
van de „Tubantia", de officieren en de
bemanning aan de directie van den
Kon. Holl. Lloyd hebben gedaan, komen
op het volgende neer
De vierde stuurman stond op de brug
het schip zou juist voor anker gaan
om den morgen af te wachten toen
hi) aan stuurboord iu het donkere water
eeu witte streep zag, blijkbaar de
belleubaan van een torpedo, die met
groote snelheid op het schip aankwam.
„Kijk, kijk", riep de vierde stuurman,
en de eerste officier, die eveneens op
de brug was, zag ook de bellenbaan.
Op het geroep van den vierden officier
kwam de kapitein, die in de kaartenhut
op ae brug was, naar buiten en op
hetzelfde oogenblik was de „Tubantia'
getroffen. Ook de man in het kraaien
nest had de bellenbaan gezien.
Twee sloepen met geredden hebben
een zwak zoeklicht waargenomen, ver
telt het Hbld. Zij roeiden er heen en
riepen om hulp. Het zoeklicht werd
op een der sloepen gericht
In een der sloepen meent men, in
de richting van het zoeklicht, iets gezien
te hebben, dal op een omgekeerde boot
leek naar men veronderstelde een
onderzeeër oi een torpedoboot.
Toen het lichter werd, was dit vaar
tuig verdwenen.
De directie is overtuigd, dat geen der
passagiers is omgekomen. De kapitein
beeft alle hutten laten inspecteeren
alvorens van boord te gaan.
avond te voren hadden wij opgave ge
kregen van de sloepen, waarin wij ons
bij gevaar te begeven hadden. Met 16
personen waren wij in een sloep. En
drie of vier uur Dadat wy van boord
waren weggeroeid, werden wij door de
„Bri'da" opgenomen. Ik was de laatste
die aan boord ging. Terwijl de matrozen
mij bij de handen namen, liet ik mijn
portefeuille met officieele stukken vau
de legatie vallen. Alles waren wij
kwijt, ik had aan boord een porte
feuille achtergelaten met f 150.000 aan
waarden.
De gezant legde er den nadruk op,
I dat 't bij het wegroeien heldere maan
wasvan mist w,>s op dat oogenblik
geen sprake.
In de reddingsboot besprak de be
manning de kwestie „torpedo" of „mijn".
Men was het er over eens, dat 't niet
anders dan een torpedo geweest kon
zijn. Want bij een mijn wordt het
schip als het ware opgelicht en daarvan
werd niets bespeurd.
De gezant had eerst met de „Frisia"
willen vertrekken. Door ziekte in zijn
familie was het vertrek toen uitgesteld.
Een kamermeisje vau de ecbtgenoote
van dr. Vega had, wegens de angst voor
torpedeering, geweigerd mede te gaan.
De gezant van Bolivia te Berlijn, dr.
L. Salines Vega, die met echtgenoote
en 3 kinderep aan boord van de
„Tubantia" was, heeft, naar de Tel.
meldt, aan boord een portefeuille van
150.000 achtergelaten. Ook een tasch
met officieele stukken van de legatie
is hij kwijt geraakt.
Aan een medewerker vau het blad
beeft de gezant het volgende medege
deeld
„Ik bad te Berlijn passage genomen
voor Buenos Airos. Daar bad men mij
op mijn vraag of de reis veilig was,
gezegd, dat er niet de minste reden
voor augst was. Maar het trot mij, dat
sommige vriendinnen te Berlijn mijn
vrouw verzocht hadden, niet te ver
trekken. Het was of zij een voorgevoel
hadden van hetgeen gebeuren zou.
Toeu de ramp plaats greep, bevond
ik mij in mijn hut. Eu uadat ik mijn
vrouw en mijn drie dochters geroepen
had, ging ik met baar naar boren. Den
De heer J. E. Broeck, marconi-officier
aan boord van de „Tubantia", heett aan
de N. R. Crt. verteld, dat de „Tubantia"
beslist door een torpedo in den grond
geboord is. De 4de officier heeft de
bellenbaan van de torpedo zien aanko
men op 6 streeken aan stuurboordzijde.
De uitkijk in het kraaiennest en de
uitkijk op den bok hebben beiden
eveneens de torpedo waargenomen, en
hun schatting van de koers komt
overeen.
De ontploffing was geweldig. De
torpedo' is in de bunkers vlak achter
de machinekamers gesmoord en daar
aan is het te danken, dat het schip op
de schotten nog zoo lang drijvende is
gebleven. Om een denkbeeld te geven
van oen geweldigen luchtdruk, door de
ontploffing teweeggebracht, deelde de
heer Broeck mede, dat de meer dan
een vinger dikke glazen van de patrijs
poorten van zijn waarnemingshut aan
splinters vlogen. Een groot stuk balk
van een voorluik hing in de antenne,
maar had deze gelukkig niet bescha
digd.
De heer Broeck, die juist bezig was
zijn dienst over te dragen, kon toen
dadelijk het noodsignaal S. O. S. uitzen
den. Hij kreeg dadelijk antwoord van
Scheveniugen, Vlissingen en Teneriffe.
Tot het laatst toe heeit bij de draadlooze
gemeenschap kunnen onderhouden. Hij
behoorde tot de 5 laatste personen, die
aan boord zijn gebleven tegen half 6
moest men de „Tubantia" verlaten, die
eerst over bakboordzijde -overhelde en
toen met het achterschip boven water
kwam, alvorens geheel ten onder te
gaan.
De „TubaDtia" had bijzondere maat
regelen getroffen voor verlichting vau
den met groote letters geschilderden
naam op de zijwanden.
Na de torpedeering waren plotseling
alle lichten gedoofd, maar de hand
dynamo aan dek was ongeschonden
gebleven en deze gaf voldoende licht
om bet van boord brengen van passa
giers en bemanning gemakkelijk te
kunnen doen plaats grijpen.
De sloep, waarin de laatste 5 per
sonen van de „Tubantia" hadden plaats
genomen, heeft, daar het schip toen
reeds sterk belde, nog gevaar geloopen
tegen de wanden stuk geslagen te wor
den en men moest krachtig wegroeien
om niet iu den draaikolk meegesleurd
te worden.
AXEL, 21 Maart 19i6.
Heden werd alhier ten overstaan van
notaris Dregmans geveild een huis
(herberg) eu erf staande aan de Axel-
sche Sassing, en bewoond door H.
Dellaert.
Kooper werd Joseph Kindt, tuinier
te Zuiddorpe voor de som van J 2120.
In den nacht van Zaterdag op
Zondag is ingebroken bij den landbou
wer H. Verpoorte in den Grooten
Huijssenspolder onder de gemeente
Zaamslag.
Uit een kabinet zijn bankbiljetten
ontvreemd tot een bedrag van 650.
Een doosje met een biljet van 1000
is onaangeroerd gelaten. Eveneens
verschillende gouden en zilveren sie
raden.
Naar we vernemen is gisteren de
vermoedelijke dader gesnapt en is het
den te Zaamslag gestationneerden bri
gadier der rijksveldwacht gelukt hem
tot bekentenis te brengen. Het is de
17 jarige A. d. R., die vroeger by Ver
poorte in dienstbetrekking was geweest.
Door opschuiving van een raam had hy
zich toegang tot de woning weten te
verschaffen. Al het geld werd nog op
hem bevouden.
De St. crt. bevat de acte vaa
oprichting der N. V. „Ter Neuzensche
Inrichting tot bewerken van vellen
Zeelandia" te Ter Neuzen, gesticht door
de heeren J. A. van Rompu, H. W. R.
Kramer, J. D. Thielman, O. F. A.
Hamerlinck, E. T. Hamerlinck en R.
G. E. Nolson, allen wonende te Ter
Neuzen.
Het doel der N. V. is het bewerken
ot bereiden van konijnen- en hazenvellen
het haarsnijden daarvan, den handel
daarin en in den verkregen aival en
in alles wat daarmede in betrekking
kan staan, in den meest uitgebreiden
zin.
Het kapitaal bedraagt ƒ6000, verdeeld
in 12 aandeelen, ieder groot 500.
Zaterdag voormiddag kwam te
Koewacht -bericht, dat de goederen uit
de kerk op Belgisch grondgebied naar
Nederland mochten worden overge
bracht. In den namiddag nog had de
overbrenging plaats. Aan eenige Neder
landers werd door het Duitsch bestuur
toegestaan de voorwerpen uit de kerk
te halen en naar den draad te brengen
waar ze door de Hollandsche soldaten
werden aangenomen. De Kerkstraat
zelve was door Duitsche soldaten afgezet.
Stoelen, banken, beelden, misgewaden,
kerksieraden, alles werd overgebracht.
Alleen datgene, wat voor den dienst
der Belgen noodzakelijk was, werd
I achtergelaten. Ook de klokken, het
uurwerk, het orgel en de preekstoel
bleven op Belgisch grondgebied. De
meeste goederen werden naar het
nieuwe kerkgebouw overgebracht, ter
wijl andere zoolang in het klooster der
Eerw; Zusters werden opgeborgen.
Zondag hadden alle diensten in de
nieuwe kerk plaats. Tern. crt.
Arrond. Rechtbank te Middelburg.
Zitting van 17 Maart 1916.
D. M., 12 j., zonder beroep, J. v. d. H.,
14 j., zonder beroep, beiden te Ter
Neuzen, zijn wegens mishandeling ieder
veroord. tot 5 of 1 week tuchtschool.
A. v. O., 39 j., koopman te Koewacht,
is wegens eenv. beleedigiug veroord.
tot f 5 of 5 dagen becht.
Z. S. B 39 j., huisvr. van E. S. te
Sas van Gent, is wegens ais voren
veroord. tot 5 of 5 dagen hecht
A. d. W., 48 j., arbeider te Clinge,
I is wegens poging uitvoer en beleediging
van een ambtenaar veroord. tot 14
dagen gevang.
G. B., 39 j., grondwerker te Clinge,
is wegens als voren veroord. tot 10
of 10 dagen hecht.
A. B., 11 j-, zonder beroep te Zaam
slag, beklaagd van mishandeling, is
vrijgesproken.
P. v. D., 40 j., zonder beroep te St.
Jansteen, gedetineerd, is wegens diefstal
veroord. tot 5 maanden gevang, met
aftrek der preventieve hecht.
1 i—i»—-
