No. 49.
Zaterdag 25 September 1915.
51'" Jaarg
I
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwscii-Vlaanderen.
E. DIELEMm
Binnenland.
Staten-Generaal.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—ÜITG EVER
AXEL.
ADVER.TENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groete letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/3 maal.
Advertentiën worden franoe ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en A'rfldagHamiddag TTVEE aren.
VEREENIGDE VERGADERING
van de
BEIDE KAMERS
op Dinsdag 21 September 1915,
tot opening van de gewone zitting der
Staten Generaal.
De heer J. J. G. baron van Voorst
tot Voorst, die den voorzittersatoel be
kleedt, opent, nadat de leden der beide
Kamers zich naar de Ridderzaal op het
Binnenhol hebben begeven, des middags
te 12 uur, de vergadering en laat door
den griffier van de Eerste Kamer voor
lezen een besluit van 6 September 1915
no. 22, houdende zijn benoeming tot
voorzitter van de Eerste Kamer gedu
rende de zitting, die heden zal aan
vangen.
De Voorzitter benoemt een commissie
die Hare Majesteit de Koningin in het
gebouw zal ontvangen en uitleiden.
De Ministers, hoofden van ministeri-
eele departementen, en de leden van
den Raad van State vereenigen zich,
te één uur des namiddags, mede in de
vergaderzaal.
Hare Majesteit de Koningin, vergezeld
van Zijne Koninklijke Hoogheid den
Prins der Nederlanden, kort daarna in
de vergaderzaal binnengeleid, neemt
plaats op den troon en spreekt, terwijl
de Prins naast haar gezeten is, de
Troonrede,
uit, als volgt
Mijne Heeren
Nu ik weder in uw midden ben is
het mij eene behoefte allereerst open
lijk uit te spreken, hoezeer ik vervuld
ben van dankbaarheid dat ons vader
land vrij is gebleven van de verschrik
kingen van den oorlog, die nog steeds
geen einde neemt. De vaste wil van
regeering en volksvertegenwoordiging
om onze zelfstandigheid te bewaren en
de plichten der neutraliteit stipt na te
komen, vindt alom waardeering. Onze
betrekkingen met alle buitenlandsche
mogendheden bleven van vriendschap-
pelijken aard.
Zee en landmacht blij ven gereed ter
bescherming onzer nationale belangen
de dienst hier te lande en in de koloniën
vereischte onafgebroken inspanning.
De herinnering aan hen die daarbij
het leven lieten vervult my met wee
moed.
Met byzondere waardeering gedenk
ik de vele mannen die door de vervul
ling van hun plicht nu reeds zoo gerui-
men tijd verstoken zijn van de uitoefe
ning van hun beroep, de behartiging
hunner zaken en de samenleving met
hunne gezinnen.
Ofschoon ook thans het economische
leven nog sterk gedrukt wordt door den
toestand, waarin Europa verkeert, kan
er toch met voldoening op worden
gewezen dat de land-en tuinbouw over
het algemeen in gunstigen toestand
verkeeren. Door samenwerking van
de Regeering met de georganiseerde
belanghebbenden in verschillende tak
ken van bedrijf konden voor handel
en nijverheid de nadeelige gevolgen
der verschillende moeilijkheden worden
beperkt, en de zaken-,zooveel mogelijk
in gaug worden gehouden.
De Nederlandsche reederij leverde
voor zoover de groote vaart betreft
gunstige uitkomsten op. De toestand der
kleine vaart is daarentegen zeer ongun
stig. Ondanks de daarbij ondervonden
moeilijkheden en gevaren zijn de uit
komsten van de zee-vi«3cherij bevredi
gend die van de andere takken van
vi8scherij zyn zeer uiteenloopend.
De Regeerihg ziet zich nog genood
zaakt in vele opzichten haar tusschen-
komst in buitengewone mate te verleenen
voor het aanvoeren var: levensmiddelen,
voor het tegengaan van prijsopdrijving,
en om te voorkomen dat levensmiddelen
en grondstoffen, die hier niet gemist
kunnen worden, het land verlaten.
De beperkte aanvoer van g?bnd- en
hulpstoffen brengt het geregeld voort
werken van menige fabriek niet zelden
in gevaar. De Regeering tracht den
aanvoer zooveel mogelijk te bevorderen.
Hoewel het havenbedrijf, het bouwbe
drijf en de diamantnijverheid kwijnen
is de omvang der werkeloosheid over
het algemeen tot nog toe niet zorgwek
kend.
Dankbaar erken ik d«n moeitevollen
arbeid die door zoo velen hetzij in
commissies, hetzij persoonlijk, in het
algemeen belang wordt verricht.
Hoewel de druk der tijden zich
uiteraard ook in Nederlandsch Indië
doet gevoelen geeft de algemeene eco
nomische toestand ook daar te lande
geen reden tot bezorgdheid.
Met voldoening mag vastgesteld worden
dat de berichten omtrent het verloop
der pestziekte reeds geruimen tijd veel
gunstiger zijn dan in het vorig jaar.
De toestand in Curacao is na het
invallen van den regen in de eerste helft
van het loopende jaar en tengevolge
van eenige toeneming van het handels-
en scheepvaartverkeer verbeterd. De
aanvoer van levensmiddelen voor
Suriname kon blijven voortgaan.
Zoolang de buitengewone omstandig
heden zich niet te onzen nadeeie wijzi
gen kan de gewone wetgevende arbeid
weder worden ter hand genomen.
De vroeger aangekondigde voorstellen
tot grondwetsherziening zullen weldra
worden ingediend.
In verband met het aanzienlijk tekort
dat ook het dienstjaar 1916 opleveren
zal, alsmede ter bestrijding van nieuwe
staatsuitgaven welke in de naaste
toekomst noodig zullen zijn, zullen u
binnenkort wetsvoorstellen worden aan
geboden, tot herziening van bestaande
en tot invoering vau nieuwe belastingen.
De hoofdlijnen van die voorstellen zulleu
worden samengevat in een ontwerp van
wet, houdende de grondslagen van het
stelsel van 's Rijks belastingen,
Iu aansluiting aan de wetsontwerpen
betreffende de rijksbelastingen zal u een
voorstel worden voorgelegd tot herzie
ning van de fiuancieele verhouding
tusachen het Rijken de gemeenten, en
zullen de aanhangige voorstellen tot
wijziging der gemeentewet ten aanzien
van de plaatselijke belastingen en tot
heffing van opcenten ten behoeve der
gemeenten op de belasting der naam-
looze vennootschappen worden gewij
zigd.
Tenzij de loop der gebeurtenissen het
onverwijld nemen van maatregelen op
financieel gebied mocht noodzakelijk
maken, zullen voorstellen tot regeling
van de vlottende schuld, hoewel deze
voortdurend belangrijk stijgt, tot het
komende voorjaar worden uitgesteld.
Wegens het naderen van den dag
waarop de Invaliditeitswet uiterlijk zou
moeten in werking treden, zullen de
vroeger aangekondigde en met die wet
verband houdende wetsontwerpen tot
herziening der sociale verzekeringswet
ten U eerlang worden aangeboden.
Het ligt in het voornemen om in
afwachting van de indiening eener
vlootwet voort te gaan met de geleide
lijke vervanging van het materieel dat
aan den dienst komt te ontvallen, en
daarbij in de eerste plaats rekening te
houden met de verdediging van Neder
landsch Indië.
Vertrouwende op de geestkracht van
mijn volk om de zware lasten die het
onvermijdelijk gevolg zijn van den
noodtoestand waarin wij verkeeren
manmoedig te dragen ga ik hoopvol de
toekomst tegemoet.
Wordt Nederland tot den einde toe
gespaard, dan zal het, ik ben er zeker
van opnieuw een eervolle plaats in den
vreedzamen wedstrijd der volken inne
men. Daartoe reeds thkns alle krachten
in te spannen schijnt mij onafwijsbare
plicht.
Met de bede dat God ons moge sterken
verklaar ik de gewone zitting der Staten
Generaal geopend.
Na het uitspreken dezer rede, ver
laat H. M. de Koningin, vergezeld van
Z. K. H. den 'Prins en voorafgegaan
door de commissie uit de beide Kamers,
de vergaderzaal.
Nadat de commissie in de zaal is
teruggekeerd, sluit de Voorzitter de
Vereenigde Vergadering.
Minister Treub's plannen.
Het O. B. meldt
Naar aanleiding der beschouwingen
in de pers over de Troonrede, hebben
wij ons hedenochtend tot den minister
van Financiën gewend om eenige nadere
inlichtingen omtrent diens voornemens
te bekomen.
Op de vraag, wanneer ongeveer de
indiening der in de Troonrede aauge
kondigde belastingontwerpen te ver
wachten zal zijn, antwoordde de Min.,
dat hij dit niet zeker zeggen kou, aan
gezien dit zal afhangen van het terug
komen van die ontwerpen van den
Raad /van State, maar dat hij reden
had om aan te nemen, dat het mogelijk
zal zijn, die ontwerpen in te dienen
vóór de openbare behandeliag van de
Staatsbegrooting in de Tweede Kimer.
Wat den inhoud van dia ontwerpen
betreft, voelde de Min. op het oogenblik
geen vrijheid, zich daarover uit te laten.
In de tweede plaats vroegen wij, wat
de bedoeling is van de paragraaf in de
Troonrede waarbij wordt aangekondigd,
dat de wetsontwerpen tot herziening der
sociale verzekeringswetten «eerlang"
aan de Staten-Gensraal zullen worden
aangeboden.
De Minister antwoordde: „De be
deeling is dat de wetsontwerpen be
treffende de herziening van de Invalidi-
teits-, Ziekte- en Radenwetten zullen
worden ingediend, zoodra de belasting-
ontwerpen bij de Kamer zullen zijnen
dus bekend zal zijn op welke wijze ik
mij voorstel, de kosten van de sociale
verzekering te dekken.
Bij de indiening van de bedoelde
wetsontwerpen zal tevens de Memorie
van Antwoord op het Voorloopig Verslag
omtrent het wetsontwerp betreffende de
ouderdomsreute worden gevoegd."
Waterstaatsbegrooting.
Aan de op de Waterstaatsbegrooting
vermelde posten betreffende Zeeuwsche
werken is het volgende ontleend
Uitbreiding los- en laadplaatsen
te Ter Neuzen.
Bij de verdere uitwerking der plan
nen voor de los- en laadplaatsen te
Ter Neuzen is de wenschelij beid ge
bleken daaraan eenige uitbreiding te
geven. Volgens, het oorspronkelijke
plan zou aan het zuidelijk boord van
het zuidelijk bassin te maken benoor
den de staalfabriek te Terneuzen, een
kaaimuur worden gebouwd, lang 250 M.
met een diépte voor dien muur van
ongeveer 5,60 M. en aan de noordzijde
van het noordelijk bassin zou een
steiger worden gemaakt, lang 220 M.,
met een diepte daarvóór van ongeveer
2,37 M., terwijl overigens de boorden
der havens zouden worden voorzien
van een damwand.
De overweging dat de voor Gent be
stemde, dieper gaande schepen voort
durend in aantal toenemen, heeft er
toe geleid eenige wijzigingen in de
plannen te maken.
Deze bestaan daarin dat de water
diepte langs den kaaimuur aan de zuid
zijde van het zuidelijk bassin 8,75 M.
zal bedragen in plaats van 7,75 M.,
waarop dus bij den bouw van dien
muur zal moeten worden gerekend,
terwijl verder de ontworpen steiger
langs de noordzijde van de noordelijke
haven, door een kaaimuur zal worden
vervangen, waarvan de lengte 182 M.
en de waterdiepte daarvóór 7 M. zullen
bedragen.
Voorts zal in den noordoostelijken
hoek van die haven een steiger voor
kleine stoombootjes zijn te bouwen.
Ten slotte zal bovendien langs de
zuidzijde van laatstgenoemde haven
een kaaimuur worden gemaakt lang
200 M., met een waterdiepte bijv. van
7 M.
Op deze wijze zal meer gelegenheid
tot aanleggeu ontstaan voor diepgaande
vaartuigen en voor directe lossing in
spoorwegmateriaal, terwijl daarenboven
de ruimte, beschikbaar komende voor
opslagplaats, nog eeuigszius zal worden
vermeerderd.
COURANT.