No. 45.
Zaterdag 11 September 1915.
3!e
<faarg.
11L MJ a i
Nieuws- en Advertentiebla<1
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELElIAiX,
axel.
Buitenhuid.
D't blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor Bei-gie 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITG EVER
AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdasr- en Vrijdagnamiddag TWEE nr«n.
DE OORLOG.
Ten Zuiden van de vestingdriehoek
in Wolhynië is Maandag opnieuw tel
gevochten. De uitslag was dat de
Russen weder „een onvolledige over
winning behaalden" zooals het jongste
euphemisme luidt voor een ontmoeting,
waarvan het gevolg een tocht naar
„sterkere stellingen" is, welke sterkere
stellingen achter de voorgaande plegen
te liggen. De „sterkere stellingen" zoo
zegt ons de officieele mededeeling van
den Russischen generalen staf, liggen
ditmaal langs de Goryn, de Stubel en
de Ikwa, hetgeen beteekent dat de
Russen in de vestingdriehoek van Wol
hynië hun linie een 10 tot 20 K.M.
dichter bij de lijn'Rowno-Dubno hebben
gebracht. Weten de centralen vau
Radzilowo hun opmarsch in Oostelijke
richting voort te zetten, dan loopt zoo
wel Dubno als de heele Serethlinie
ernstig gevaar. Aan de Sereth doen
evenwel voorloopig de Russen nog
tegenaanvallen.
Beschouwen wij den toestand verder
naar het Noorden toe, dan zien wij in
het gebied vlak ten Zuiden van de
Rokitnomoerassen gevechten van Rus
sische cavaleriepatrouilles gemeld.
Ten Noorden van de moerassen, op
den landtong van tusschen de Jasiolda
en de Pina (op het Oostelijk uiteinde
waarvan de stad Pinsk ligt) zyn de
Russen uit de linie DrohiczynChomsk
geworpen en houden zij, naar zij melden,
een weinig ten Oosten daarvan opnieuw
stand. Mochten de Russen hier werke
lijk ernstig worden verslagen, dan zullen
zij bij den terugtocht ernstige moeilijk
heden te overwinnen krijgen.
Meer naar het Noorden, van den weg
Pruzauy-Slonim tot aan de uitmonding
van de Ros èn verder over de Njemen,
ontwikkelde zich een nieuwe strijd, die
zich, naar de Russen melden, door
buitengewone hardnekkigheid onder
scheidde. In het teit, dat de Russen
zeggen, dat het hun „achterhoeden"
waren, die deze gevechten hadden te
doorstaan, kan men echter een aan
kondiging van een nieuwe voortzetting
van den terugtocht zien. N. R. Crt,
Rat samenhangende gebied der Ro
kitno- of Pripet moerassen, ook Polesië
het boschland genaamd, ligt ten
Oosten van de Boeg en wel ongeveer
in den driehoek, door de steden Brest-
LotowskKiel en Mohilew gevormd.
In het moerasgebied zelf is Pinsk de
grootste stad, gelegen op een soort land
tong, die tusschen de rivieren Jasioida
en Pina, naar het Oosten in de moeras
sen vooruitspringt. De Pripetmoerassen
worden dan ook wel de „moerassen van
Pinsk" genoemd.
Polesië is niet meer wat het vroeger
was. Sedert 1873 wordt er met sncces
aan de drooglegging gewerkt.
Het wetenschappelijk onderzoek heelt
uitgemaakt, dat het heele moerasgebied
den vorm neeft van een bord met op
staande randen. Den Zuidelijken raud
vormt de Podolische hoogvlakte, waar
van onderscheidene rivieren naar de
Pripet toestroomen, de voornaamste
waterloop van de moerassen, die zelf
weer een zijrivier van den Dnjepr is.
Die rivieren, in de Pbdolische vlakte
een sterk verval vertoonend, loopen,
zoodra zij in de vlakte komen, traag
naar de Pripet toe, die zelf zijn oor
sprong in het moerasland neemt. Slechts
een zeer zwakke terreinverhevenheid
scheidt haar brongebied van de Boeg.
Onder het moeras stuit het geologisch
onderzoek, na eenige andere lagen, op
een voor water ondoordringbare laag.
let water kan dus niet wegzakken. Nu
echter smelt in Wolhynië de sneeuw
reeds in Februari en Maart, als wanneer
de Polesische moerassen nog vast toe-
gevroren liggen. Uitgestrekte streken
worden daardoor in onafzienbare plassen
veranderd.
De kanalisatie sedert 1873 heeft meer
dan 2X/S millioeu hectaren droog gelégd
en voor landbouw geschikt gemaakt.
Voorts werd nog een groot gebied -in
weide veranderd. Het gevolg hiervan
is, dat de eigenlijke moerassen nog
slechts 2,644,000 hectaren beslaan, in
plaats van 6,540,000, zooals in 1870.
Desniettemin blijft Polesië het grootste
moerasgebied van Europa. N. R. crt.
De correspondent van de Times te
St. Petersburg is vau meening, dat het
voor de Duitschers, schoon zij twee
bruggehoofden hebben vermeesterd,
Leunewaden en Friedrichstadt, en
tusschen die plaatsen den linkeroever
bezet houden, een heele toer zal zijn
de Duna over te steken, en dat wel
wegens den snellen stroom en het vuur
der Russische artillerie.
„Derhalve zal de vijand hoogstwaar
schijnlijk beproeven zijn bewegingen
door gelijktijdige operaties in de Grolf
vau Riga kracht bij te zetten. Dat
Riga in deze streek net hoofddoel des
vijands blijft, blijkt uit de aanvallen
van watervliegtuigen op onze torpedo
booten waarschijnlijk een voorbode van
een nieuwe poging van de Duitsche
vloot zich een doortocht door de Golf
te banen.
„De deskundig^ van het Nowoje
Wremja brengt dan ook de beweging
tegen Riga in verband met de dringende
behoefte de3 vijands aan een vlootbasis
in verband met de toenemende moei
lijkheid van het transport van munitie
en zware artillerie over land."
Aldus de man vau de Times. Zijn
collega van de Temps weet te melden
dat te Sc. Petersburg een dagorder van
generaal vou Below is bekend geworden
die deze onlangs moet hebben uitge
vaardigd.
„Mannen!" Zoo moet de tekst van
dien dagorder geluid hebben. „Na
den schitterenden veldtocht op het
Russische front, en de bezetting van
verscheiden groote steden en dorpen
iu Polen en Lithauen, moet gij nogééu
iuspanning u getroosten, ten eiude de
Duna te torceeren en Riga te nemen.
Daar zult gij gedurende den herfst en
den winter rusten ten einde iu het voor
jaar tegen St. Petersburg op te trekken.'
Ten slotte ontleenen we nog een
andere uitlating van den boven aange
haalden correspondent van de Times
„Tusschen Grodno enBeresa-Kartuska
streeft de vijand er blijkbaar naar
verder naar het Oosten door te dringen,
met het doel ons te dwingen onder de
minst gunstige omstandigheden slag te
leveren." TV. R. crt.
De toestand op den Balkan blijft nog
steeds onzeker en de berichten in de
buitenlandsche pers over hetgeen de
Balkanstaten zullen doen of laten, dra
gen het kenmerk meer op gissingen
dan op feiten te berusten.
Uit de Italiaanscbe bladen laten de
Duitsche kranten zich het een en ander
seineu, dat op 't volgende neerkomt
De Corriere della Sera zegt gegronde
redenen te hebben om aan te nemen,
dat Roemenië, welks verstandhouding
jegens de middenrijken door de uit- en
doorvoerverboden steeds slechter wordt,
zich tegen hen voor een oorlog toerust.
Op Bulgarije hebben de Italiaansche
politici daarentegen geen hoop meer.
Bij geruchte wordt zelfs verzekerd, dat
Bulgarije zich jegens de middenrijken
reeds tot ingrijpen heeft verplicht en
in het midden van September Macedo
nië zal bezetten.
De Sofiotische berichtgever van de
Secoio is ook over Servië niet te spreken.
Ondanks den goeden wil van Pasjits is
de houding van het land onzeker. De
militaire party, aie op het oogenblik
veel gewicht in de schaal legt. is gekant
tegen afstand van Monastir, Ochrida en
Uskub. Bulgarije staat er op deze steden
met hun achterland te krijgen en het
voelt zich door de overwinningen der
centralen op de Russen in zijn plaunen
gesteund.
De St. Petersburgsche correspondent
van de Corriere della Sera is optimisti
scher gestemd. Volgens hem heeft de
Russische regeering bericht ontvangen
dat Servië aan het verlangen der entente
heeft toegegeven en bereid is het door
Bulgarije geëiscbte gebied ranMacedo
nië af te staan. N. R. Crt.
De Tsaar heeft den grootvorst gene
rüissimuj het volgende rescript doen
toekomen:
„In den aanvang van den oorlog
verhinderden mij beweegredenen van
hoogeren aard, de wensch van mijn hart
te volgen, mijzelf aan het hoold van het
leger te stellen.
Het is daarom, dat ik u het opper
commando opdroeg over alle strijd
krachten te land en ter zee. De oogen
van gansch Rusland waren op u gericht.
Uwe Hoogheid heeft in deu loop van
den oorlog hit bewijs gegeven van
onwrikbare dapperheid, dewelke een
diep vertrouwen deed ontstaan en alle
Russen met hun vromen wensch u deed
volgen door onvermijdelijke wisseliugen
van den trijg.
De taak, die God mij heeft toever
trouwd, legt mij heden, nu de vijand
in het rijk is binnengedrongen, de plicht
op, zelf het-opperbevel te aanvaarden,
om met mijne troepen de ontberingen
van den oorlog te deelen, en met haar
den Russischen bodem tegen de aan
slagen des vijands te 'oaschutteu. De
wegen der voorzienigheid zijn ondóor-
groudelijk; maar mijn plicht en mijn
wensch sterken mij in deze verandering,
welke, om redéh van staat, noodig is.
Dé inval des vijands uit het Westen
maakt steeds vorderingen en vereischt
vóór alles, zoo krachtig mogelijke con
centratie van alle militair en civiel
gezag, alsmede samensmelting van het
opperbevel met het gezag over alle
bestuurselementen.
Dit kan onze aandacht van het zuider-
frout afleiden. Derhalve zie ik de nood
zakelijkheid in om van uw hulp en uw
raad op bet zuiderfront partij te trekken,
en benoem ik u tot onderkoning van
de Kaukasus en opperbevelhebber van
het Kaukasische leger.
Ik betuig Uwe hoogheid de diepe
dankbaarheid van mijzelf en het vader
land voor de vermoeienissen des oorlogs,
die gij hebt doorstaan." N. R. Crt.
De Weensche correspondent van de
N. R. crt,. schrijft
Met de verovering van Brody .is
Galicië grootendeels verlost. De Russen
zijn er 13 maanden geweest. De stad
ligt vlak aan de grens en hét is er zoo
Joodsch, dat ik er de verordeningen
naast het Duitsch ook in hetHebreeuwsch
heb gezien. De drie vestingen in
WolhyniëLyck, Rowno en Dubno,
waren speciaal tegen Oost-Galicië ge
richt en er ook niet ver vandaan. Brody
is een stad van 40,000 inwoners. Nu
is Tarnopol dé eenige Gaticische stad
in bezit der Russen. N. R. Crt.
Verschillende berichten.
Het „Berliner Tgbl." schrijft:
In de Argonnen ruikt het naar chloor
In de loopgraven naar verrotting en
verschrikkelijke dingen. Maar hier in
de buurt van La Bxsséé ruikt het zoo
aangenaam als in de gemakken van een
verwende dame. Hét ruikt naar parfum,
naar seringen, viooltjes en andere lief
lijke geuren. Sedert de herfst ligt deze
teere geur over het land, nu eens
zwakker, dan weer sterker, al naar de
wind is. Deze lucht is afkomstig van de
parfum fabrieken te lilies, die van den
herfst vernield zijn.
Dat is echter ook alles, wat aan den
tijd herinnert, toen men nog aan ver
aangenaming vau het leven dacht. Nu
.komt het er voor raillioenen op aan het
leven te redden. Het naakte leven,
zonder eenige toegift.
De heele streek bij La Bassée is een
ellende. Leeg, armoedig, graven, gra-
naatkuilen, versplinterde boomen. De
velden verworden en verwilderen. De
menschen zijn reeds lauggevluchr voor
de Eugelsche granaten. Ze werden
uiteen gescheurd in hun boeren bedden.
De granaten verpletterden hen terwijl
zij voeder haalden voor hun geiten.
Zoo bieef er niets anders voor hen over,
de ongelukkigen, die zich wanhopig
vast klampten aan hun grond. Weken,
maanden lang hielden zij het uit. Van
den hertst zag iu bij' lilies iu het dorp
eeu oude vrouw voor haar huisje aard-
appelen zitten schillen, terwijl het dorp
(ik geloof het was Herlies) onder hevig
vuur lag. Men zag bleeke gezichten