Binnenland. Gemengd Nieuws. Halt elt. Ik schiet een licht-raket at. Alles is daghelder verlicht. Eenige seconden later vliegt in den zijdeling- schen waarnemingspost een roode raket omhoog, als teeken, dat de loopgraat nog leeg is. Het volgende oogenblik kruipen twintig donkere gedaanten op handen en voeten naar den trechter. Geen geluid mag hoorbaar zijn, als wij niet te vroeg willen ontdekt worden. Na ongeveer zeven minuten glijdt de laatste man in den trechter. Wij zijn gelukkig geweest, want op hetzelfde oogenblik schiet de vijand een licht- raket af. Twee minuten vroeger en hij had ons ontdekt. Of er dan nog een van ons in leven was Men hoort niets. Diepe nachtelijke stilte, die adem beklemmend op de borst drukt- Minuten worden eeuwen. Een kwartier verloopt Komen ze vandaag niet Geluidloos kruip ik naar de Fransche loopgraaf. Ik hoor zachte, sluipende voetstappen. Ze komen. Een steentje vliegt in den trechter. Dit beteekent: pas op, mannen! In de korte sappen stappen ongeveer twintig man voorbij. Als men mij ontdekt ben ik verloren. Ik houd den adem in. Daar vliegt de eerste handgranaat naar onze stelling. Geluidloos kruipen wij nu naar de sappen. Als nu maar geen licht-raket opstijgt. Het geluk blijft ons trouw. Ik richt me op en fluit. „De tondel voor den ciag 1" en de eerste handgranaat door mij geworpen, eischt haar offers. Bliksemsnel hebben de anderen het gevaar begrepen en stormen zij terug. Te laatGeschreeuw, ge knal, gejammer. Een Franschman trekt ▼oor mij een korporaal in de loopgraaf. Met een pikbijl red ik den korporaal het leven en dood ik den vijand. Vijf jammerenPardon. Er liggen zeven zwaar gewonden. Reeds komt van de andere zijde een verwoed geweervuur. Terug kunnen wij niet. Als de vijand maar geen versterking stuurt, want dan zou de zaak gevaarlijk wordenAla we de gewonden niet hadden, liepen we ondanks het vuur terug. Maar al zijn het ook vyanden, we kennen onzen plicht. Zooals ik vermoed heb, gaat het ook. Het vuur verstomt. Twee aan twee nemen wij de gewonden, d§ gevangenen voor ons uit en onmiddellijk daarop zyn wij in onze loopgraven. Ik tel mijn mannen. Er ontbreekt nog een onderofficier. Twee man gaan terug. Zij vinden den vermiste. Een splinter heeft hem de linkerborst opengescheurd. Hij kermt hevig. Spoedig- vat de mau weer moed. Nu ligt hy in een hospitaal en is hij beterende. N. R. Crt. De gouverneur generaal in België heeft de volgende verordening uitge vaardigd Degene die op uitdagende wijze Bel gische herkenningsteekens en wie zelfs op niet uitdagende wijze herkennings teekens draagt van andere landen die met Duitschland of zijn bondgenooten in oorlog zijn dezelve uitstalt of open lijk toont, wordt mot een geldboete of gevangenisstraf tot 6 weken gestraft. Beide straffen kunnen ook tegelijkertijd worden toegepast. A. R. Cit. Geduld en munitie. Zoo blijft het wachtwoord. De Temps begint het oorlogsbulletin aldus: „De munitie heeft aldoor de zorg van het oogenblikin Frankrijk, in Engeland, in Italië, in Rusland, overal, zelfs bii de nog onzijdige mogendheden de genomen maatregelen schijnen einde lijk aan onze batterijen een voortdu rende voorziening te waarborgen. Er kend moet worden, dat de Duitschers, beter dan hua tegenstanders, de be hoeften van den tegenwoordigen oorlog hadden begrepen en maatregelen ge nomen, zelfs uit bet oogpunt van ccn langeren duur, welken zij niet hadden voorzien. Hun metaal nijverheid, sterk hiërarchisch ingericht en wel toegerust voor eeu drukke levering, heeft hun vergund, zonder veel tijdverlies huune dwaling omtrent den loop van den oorloè te herstellen. „De verbondenen, die een minder sterke hiërarchie hebben, hebben een langer tijdvak uoodig gehad om de fabricatie in hunne werkplaatsen te regelen en misschien wordt eerst nu het vereischte cijfer van voortbrenging bereikt. Doch hierbij moet er rekening mede gehouden worden, dat de pro ductie in Duitschland sedert verschei dene maanden haar maximum heeft bereikt, terwijl die bij Duitschland's tegenstanders, gelijk lord Curzon in het fl oogerhuis heeft verklaard, nog aan merkelijk zal toenemen." A. R. Crt. Een telegram uit Constantinopel meldt het volgende Een Duitsche onderzeeër boorde in den namiddag van den 4en Juli bij Sedd Ül-Bahr eeu Fransch transport schip met twee schoorsteeuen in den grond. In den nacht van den 4en wilde de vijand na een levendig ge weervuur tegen onzen linkervleugel een sterke afdeeling verkenners laten oprukken. Zij werd echter terugge dreven. In den Zuidelijken sector sprong tengevolge van ons artillerievuur een vijandelijk munitiepark in de lucht, waardoor in de batterijen brand uitbrak en de toegesnelde soldaten die met het blusschingswerk belast waren, groote verliezen leden. Aan het Irafront, in de streek bij Bassorah, werd een vij andelijke troepenafdeeling die op den Euphraatspoorweg vervoerd werd door onze troepen op de vlucht gejaagd. De vijand liet 60 dooden achter, waar onder een majoor en twee andere offi cieren. Op de vlucht voerde de vyand zijne gewonden op twee voertuigen mede. Wij veroverden een menigte gewereu en munitie. Op deze wijze hebbeu wij den Engelscheu terugtocht in deze streek in een vlucht veranderd die ouder beschutting van het vuur der Engelsche kanonneerbooten plaats had. Op het andere front viel niets vau beteekenis voor. Avp. Naar uit Aken wordt bericht, komen daar in de laatste dagen weer massa's zwaar gewonde Duitsche militairen van het Westerfront aan. Wederom werd er een persoon ver dacht van spionnage gevangen genomen aldus meldt de Avp. Of de Russische kruisers Vrijdag de Albatross nog hebben beschoten, toen het schip bij Herrviken op Gotland op het strand was gezet, moge twijfelachtig of zelfs onwaarschijnlijk zijo, dat het schip in Zweedsche wateren is beschoten lijdt, volgens de Zweedsche berichten, seen twijfel. Trouwens, dat de Zweed- sche gezant te St. Petersburg van zijn regeering opdracht heeft gekregen, bij de Russische regeering tegen die schending van gebied en daarmede van onzijdigheid te protesteeren is voldoende aanwijzing. Een bericht uit Visby, op de Westkust van Gotland, aan Stockholms Dagblad zegt: »Toen de Doitsche kruiser op land aanstuurde en gekomen was tusscheo het eiland Ostergarn en het land (Gotland), schoten de Russische schepen zoo dat de granaten bijna den vuurtoren (op Oster garn) troffen de bediening zocht schuiling in een rotsspleel.c Toen de kruiser op de kust werd gezet, zoo verneemt Stockholms Dagblad verder speelde er de muziek en de bemanning riep hoera. Het schip liep vast. in' het zand en lag toen met slagzijde op ongeveer lt;0 M. van land. De Duitsche vlag woei aan den achtermast. De voorste mast was neergeschoten. Toen er. telefonisch geroepen, dokters van verschillende punten van Gotland waren aangekomen, lagen de gewonden reeds op het natte zand. Ze wareD voor- loopig verbonden. Er waren zwaar ge wonden bij. Allen rookten, en geen gaf er een kik. De bevolking sloofde zich uit om wat voor de slachtoffers te doen. Onder. dp zwaarst gewonden was de scheepsdokter, die door een granaatscherf aan lu-t hootd was getroffen, terwijl hij een matroos verbond. Hij is deu volgen den dag bezwoken, gelijk men weet. Vrijdagavond waren er 27 dooden, o.w. de gezagvoerder Löwenberg, en 33 ge wonden, waarvan er sedert nog enkele zijn overleden. Te Roma werden 6 offi eieren en 186 minderen geïnterneerd. Na de stranding van de Albatross daagde Duitsche versterking op, ver moedelijk het eskader kruisers, waarbij de Albatross hoorde, en vervolgde de Russische kruisers waarvan er twee vier scboorsteenen hadden en twee drie Noordwaarts. Omtrent 10 uur in den ochtend van Vrijdag waren de strijdende schepen bij Slite, Noordelijker op de Oost kust van Gotland, zoo dicht bij land dat men de Duitsche granaten duidelijk kon zien barsten, neerslaan of treffen. De Russische kruisers leken echter geen noemenswaarde schade te loopen. Zij verdwenen Zuidoost om Faro, het Scha peneiland aan de Noordoostelijke spits van Gotland. Men herinnert zich intusschen uit het Avondblad van Dinsdag de Russische lezing van de schending van de Zweedsche onzijdigheid. A. R. Crt. Mr. P, J. Troelstra is tot herstel van gezondheid, per automobiel, naar de Lutte bij Oldenzaal vertrokken. Steenkolen. De minister van landbouw, nijverheid en handel overweegt, op steenkolen, cokes en briketten, welke hier te lande buiten overleg met het Kolenbureau van het Koninklijk Nationaal Steunco mité worden ingevoerd, krachtens de Levensmiddelenwet beslag te doen leg gen, ten einde ontwrichting van de contracten, die door bemiddeling van het Kolenbureau zijn gesloten in het algemeen belang van de Nederlandsche kolenverbruikers, tegen te gaan. A. R. Crt. Het Landstormontwerp. Ter tegemoetkoming aan geuit ver langen heeft de Regeering haar wets voorstel aldus gewijzigd, dat thans wordt voorgesteld de bevoegdheid tot oproeping te beperken tot hen, die niet voor 1916 het dertigste in plaats van het 40ste levensjaar zullen hebben volbracht. Ook dan zal er waarschijnlijk een marge overblijven van mannen, die niet opgeroepen zullen worden, omdat dan reeds alle landweermannen door laud8tormmannen zullen zijn vervan gen. Wel wenscht de Regeering de mannen tusschen 30 en 40 jaren te doen inschrijven met 'toog op onver hoopt later noodige oproeping, waarvoor echter bij wet toestemming zal moeten worden verleend. Vrijwillige landstorm, hoewel van groote waarde, is onvoldoende geoefend voor legerreserve, waarvoor landstorm is aangewezen. Bij tijdige tot standkoming der wet, zal inlijving van eenige ploegen land- stormplichtigen voorafgaan aan inlijving der njilitielichting 1916, welke, mocht nog dit jaar tot demobilisatie kunnen worden overgegaan, alsdan op normale wijze zal kunnen worden ingelijfd. De Regeering wenscht geen veran dering ten aanzien van de vrijstelling van geestelijken, enz. In den loop harer verdediging be toogt de Regeering nader het karakter van de noodwet van het ontwerp, dat alleen zal gelden voor tegenwoordige buitengewone omstandigheden. Avp. Woensdagmorgen is een Belgische vluchteling ouder deu tram vanlJzen- dijke naar Schoondijke geraakt. Naar het liefdegesticht te Oostburg vervoerd is hij daar overleden. Hij laat een vrouw met zes kinderen achter. A. R. Crt. Het is een bekend verschijnsel, dat bij wilde volkstammen de tanden veel sterker afslijten dan bij beschaafde volkeren. De oorzaken daarvan zijn vermoedelijk niet overal dezelfde en daarom zijn de gegeven verklaringen ook nogal uiteenloopend. In den regel wordt echter het gebruik van hard voedsel ten deele daarvoor aansprakelijk gesteld. De jongste onderzoekingen hierom trent zijn van H. Basedow deze is bij zijn studie over de Australiërs tot de conclusie gekomen, dat het de groote hoeveelheden zand, welke tegelijk met de spijzen in den mond geraken, zijn, die bij het kauwen de tanden doen slijten. Niet alleen wordt zand genut tigd bij het eten van rauwe wortels, knollen en weekdieren, maar ook bij het veroberen van gekookt voedsel. Dit wordt namelijk bereid door de spijzen in heet zand of asch te leggen of door deze daarmee te bedekken. Daardoor komt geregeld een flinke hoe veelheid zand mee in den mond, het geen evenwel niet als iets onaangenaam! wordt gevoeld. Misschien wordt hier door de vertering ook wel bevorderd, op de wijze als de eetbare klei van de bewoners der Fidschi-eilanden werkt. Dat bij het eten van wild (kangeroe enz.) alle kleine beenderen meegekauwd worden, zal ook wel meehelpen. De groote pijpbeenderen worden ech ter ook met de tanden gekraakt en feitelijk dient het gebit steeds ais voor naamste hulp werktuig bij iederen arbeid die elders met gereedschap wordt ver richt. N. R. crt. Te Nijmegen is Dinsdag de visscher A. voorover in het water gevallen en verdronken. Zijn vrouw, die hem dade lijk was nagesprongen, werd met groote moeite gered. N. R. crt. In het gasgloeilichtmagazijn van de firma H. Bieze, in de Warmoesstraat te Amsterdam, is Dinsdagnamiddag een ernstig ongeluk gebeurd. De winkeljuf frouw Stiez was bezig met het maken van den inventaris en zette groote hoe veelheden glaswerk van de onderste plankèn eener stelling op de bovenste planken. Daardoor werd doestelling top zwaar en viel om. Mej. Stiez werd onder het glaswerk bedolven. Door twee agen ten van politie werd zij uit hare benarde positie bevrijd. Zij was bewusteloos, doch een der agenten wist haar door toepassing van kunstmatige ademhaling bij bewustzijn te brengen. Door een verpleger van den geneeskundigen dienst is zij daarop naar het Binnen-Gasthuis vervoerd. Uiterlijke verwondingen waren niet te coustateeren. Evenwel is mej. S Woensdagmorgen ten gevolge van het ongeval overleden. (A. e. d. D.) Dinsdagavond is de 10 jarige P. R., van het eiland Marken, bij het zwemmen in de Zuiderzee verdronken. iEen sloep vergaan. Woensdagoch tend vroeg is een defensiesloep der marine bemand met zeven koppen, die te Brielle was gestationeerd, in het zeegat van Brielle aan den grond geraakt en later, bij pogingen om haar vlot te krijgen, gezonken. Een der opvarenden heeft zwemmende den wal vau het eiland Rozenburg weten te bereiken, en er is een lijk aan wal gespoeld. Omtrent het lot der overige opvarenden bestaat nog geen zekerheid. Volgens mededeeling van den geredden schepeling (een stoker) is de sloep gestoo ten op een uitgebracht anker en daarbij lek geslagen en gezonken. Uit Deo Briel wordt nog gemeld Een 8looinbarkas van Den Briel is vergaan bij het wrak van De Groningen. Een officier en 5 man zijn omgekomen. De matroos Botbijl bereikte op een red dingboei den Hoek. Schipper L. Vroombout, van Den Brie), die met zijn botter naar binnenkwam, zag omstreeks 5 uur de barkas bij het wrak zitten. Met veel moeite wist hij ia de nabijheid te komen hij bood assis- tentie verstt een p was of lo braiu hij n zijn eindt Dt voor heef Ai gestt 9, v St P. M. J. S 379 her! H trei len pos stai voc 8.2 l u., 5.2 in Mi te va va ve Mi 41 ve m k< r« g< ri A r 4 4 m O J 7 omda a

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1915 | | pagina 2