No. 95
Lateréuy 9 Maart 1915
30e Jaar#.
LAATSTE LIEFDE.
Nieuws» en Advertentieblad
3,
voor Zeeuwsch- Vlaanderen.
F. Dl EL Elf A V
Binnenland.
FEUILLETON.
emie-.
D't blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSP-RIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER-UITGEVER
AXEL.
AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Een vleiend oordeel.
De Belgische Minister Poullet, die
hier te lande vertoeft, teneinde een
bezoek te brengen aan verschillende
inrichtingen ten behoeve van de Belgi
sche vluchtelingen en zich met zijn
landgenooten in verbinding te stellen
bezocht dezei dagen het kamp te Gouda
waar thans ongeveer 1800 Belgen ver
blijf houden en nog bovendien binnen
kort eenige honderden worden verwacht.
In een persgesprek deelde de Minister
mede, dat het hem zeer aangenaam is
te kunnen verklaren, dat dit bezoek
bij hem den meest gunstigen indruk
naliet. Ook hij had vroeger wel eens
van eenige klachten vernomen kla
gers zijn er altijd, merkte de Minister
op doch zijn bezoek leidde.hem tot
een algeheel zeer waardeerend oordeel
over het werk, dat hier is verricht. De
kinderen vooral zagen er zeer gezond
en zelfs gelukkig uit.
Deze Belgen, die in het begin van
October te Gouda kwamen (onder hen
zijn vele inwoners van Antwerpen en
Leuven) zijn er ondergebracht in de
serres van een tuinbouwonderneming.
Ook werden er nog tijdelijke hulpge
bouwen bij geplaatst. Alle vertrekken
worden centraal verwarmd en ook, de
voeding laat niets te wenschen.
Een commissie, onder voorzitterschap
van den heer J. IJssel de Schepper,
doet alles wat in haar vermogen ligt,
om den vluchtelingen het leven te ver
aangenamen en ook mevr. IJssel de
Roman van George Ohnet.
(Nadruk verboden.)
»Wilt ge niet tot mij spreken vroeg
zij, »Is dat, om deze ernstige zaak niet
te moeten bepraten Of zijt gij soms
boos dat ik te heftig was? Als dat zoo
is, vergeef mij dan en wees niet hard
jegens mij. Dit uur is beslissend
het gaat om ons leven. Als het mij niet
gelukt u te overtuigen, wat heb ik dan
te wachten, wat zal er dan van mij
worden Ik zal niet altijd daar zijn
om u het pistool te kunnen ontrukken.
Gij zult andere middelen vinden om u
te dooden Eu ik dan Armand, in
naam des Hemels, bij al de liefde, die
ik voor u gevoel, bij al de liefde, die
gij eens voor mij hadt, blijf er niet bij,
mij niet te antwoorden. Als gij in dit
oogenblik zwijgt, staat het gelijk met
mij te verhinderen mijn zaak te verde
digen, dat is mij te verstaan geven, dat
al mijn pogen nutteloos isArmand,
denk na 1 Het is niet u zelf, dien gij
in dit oogenblik veroordeelt, gij doet het
mij Ik zal u niet overleven, dat weet
gij welOVeroordeel mij niet u
dood te moeten zien, u ontzield te moeten
Schepper komt zeker een woord van j
warme hulde toe.
Van dag tot dag wordt in dit vluch
telingenkamp de toestand beter en van
een aantal dier vluchtelingen kan zelfs
worden gezegd, dat ze het op dit oogen
blik beter hebben dan in hun eigen
huis.
Het grootste vraagstuk, dat zich thans
voordoet, is alleen hoe de volwassenen
bezig te houden. In de eerste plaats
is gedacht aan de stichting van een
school voor meer uitgebreid lager onder
wijs, waar o.a. Fransch Engelsch en
teekenen ook worden onderwezen.
Nog bracht de heer Poullet te Gouda
een bezoek aan de ziekeninrichting voor
de Belgische vluchtelingen en ook hier
was zijn indruk onverdeeld gunstig.
De Minister roemt zeer de liefde en
edelmoedigheid, waarmede de Belgische
uitgewekenen te Gouda worden behau
deld.
Andere gemeenten werden door den
heer Poullet, die nog eenige weken hier
te lande blijft tot dusver niet bezocht
doch komen later aan de beurt.
De Belgische generaal Dossin vertoef
de totdusver in de interneeriugskampen
te Oldebroek, Harderwijk, Amersfoort,
Zeist en Gaasterland.
Bij zijn bezoek aan het kamp te
Amersfoort-Zeist was hij vergezeld van
den Nederlandschen generaal Onnen,
hoofd van de afdeeling Interneering.
Ook generaal Dossin kreeg - - naar
hij in een persgesprek verklaarde
op al deze reizen alleen zeer gunstige
indrukken, prees in warme bewoordin
gen de door de Nederlandsche Regeering
houden in mijn armen over u te moeten
weenen. Ik ril bij de gedachte, dat uw
bloed zal vloeien, dat uw vleesch zal
zijn verscheurd, dat uw oogen zich zullen
sluiten om mij nooit meer aan te zien
Wat heb ik gedaan om dus behandeld
te worden? Is het omdat ik u lief heb
dat gij mij misleidt? Gij zijt niet slecht,
gij zoudt medelijden hebben als gij een
vreemde zaagt lijden en gij blijft onmee
doogend als uw vrouw jammert .en u
smeekt! Spreek tot mij, kijk mij aan,
hef de oogen op, toon mij, dat de dood
zich nog niet van u meester maakte!
Stem er in toe, al is 't maar een kwartier,
met mij te spieken. Gij zult daardoor
aan niets gebonden zijn en ik zal er u
voor zegenen, Ik zal, alleen voor dit
kwartier, dan vergeten al de dagen en
nachten, die ik in droefheid doorbracht.*
Zij wa* Daast hem op de knieën ge
vallen, zij sloeg haar armen om hem heeD,
drukte hem tegen haar borst, hem ver
warmende door haar gloed, hem door
dringende van haar verlangen door zijn
aderen, in zijn hart, de edele, vurige
toewijding gietende, die in haar brandde.
Zij wilde hem redden, zij zoudegeheele
uienschheid hebben opgeoff-rd om zijn
heil te verzekeren. Tot hem over gebogen
zag zij plotseling tranen in zijn oogen
komen en neerdruppelen langs zijn
wangen.
Zij slaakte een kreet van vreugde
>0 gij weent 1 Dau mag ik hopen
genomen maatregelen en getuigde van
de groote erkentelijkheid, die België
ons land verschuldigd is voor dezen
geïra pro viseer den, arbeid.
Generaal Dossin komt, evenals Mini
ster Poullet, tot de conclusie, datal
is de stoffelijke verzorging uitstekend,
het thans de voornaamste vraag is
hoe den lieden werk te kunnen ver
schaffen. Velen vragen er zelfs om en
willen niets liever dan werken.
Een comité, bestaande uit baron
Fallon, Belgisch gezant hier ter stede,
die als voorzitter is opgetreden, en de
heeren Buys FraDqui en Jacquemain,
allen Belgen, tracht voor de geïnter
neerden dit vraagstuk op te lossen. Men
tracht voor heD onderwijs en vak-cur
sussen te organiseeren. Ook nog andere
comité's hebben zich gevormd, om in
het belang der geïnterneerden werkzaam
te zijn.
Mét erkentelijkheid getuigde de gene
raal van het feit, dat de Nederlandsche
autoriteiten allen mogelijken steun ver-
leenen.
Ook werkt zeer goed de maatregel,
dat de Belgen onder de controle staan
van hun eigen officieren, die in overleg
met de Nederlandsche autoriteiten
handelen en dus als bemiddelaar op
treden.
Generaal Dossin blijft nog eenige
weken hier te lande vertoeven.
Avp.
Nederland en de oorlog.
Oog om oog. Het antwoord op den
Duit»cheu represaille-maatregel van 18
Februari is er. Engeland en Frankrijk
Zij greep zijn handen en hief die op,
waardoor hij ook het hoofd oplichtte en
hem hartstochtelijk toesprekende, zeide
zij
»Kom zwijg niet langer, zit niet altijd
zoo onbewegelijkIk heb u slecht
behandeld daareven en dat spijt mij zeer
Gij weet, men is zijn toorn niet altijd
meester, men geeft er zich aan over en
zou later willen dat men zich niet aldus
had uitgelaten. Maar ik heb u te lief
dan dat gij zoudt hebbeD kunnen denken
dat ik u wilde beleedigen of trachten te
mishagen De rest van mijn jaloersch
heid sleepte mij mede, maar thans is het
voorbij Jaloerschheid Groote God waar
dient die toe? Wat helpt die? Zou die
niet bespottelijk zijn op miju leeftijd eD
met mijn grijze haren Want ge ziet,
ze zijn thans wit. Ik heb in stilte
zoo veel geleden! Ja, ik weef het: ik
kan uw vrouw niet langer zijn. Gij, die
nog zoo jong zijt, kunt niet langer een
oude vrouw beminnen als ik ben.
Ik had dat eerder moeten begrijpen.
Maar het hart redeneert niet en verzet
zich tegen vergeteD.
In 't vervolg zal ik verstandig zijn,
zal ik u aanbidden, niet voor mij, maar
voor u, als een moederJa, als een
moederDat wil ik voor u zijn. En
gij zult vertrouwen in mij stellen, gij
zult mij alles zeggen en ik zal u kunnen
troosten, u moed kunnen inspreken, uw
j geluk verhoogeu D
zullen voortaan ter zee niets doorlaten,
wat hetzij uiteindlijk voor Duitschland
bestemd is, in Duitschland geproduceerd
werd, of ook maar aan een Duitscher
toebehoort.
De Duitsche duikbooten pogen de
scheepvaart op Engeland en Noord-
Frankrijk onmogelijk te maken door
vijandelijke koopvaardijschepen in den
grond te borende geallieerden ant
woorden nu door hunner zijds alle
verkeer met Duitschland binnen het
bereik huuner vloten onmogelijk te
maken: De „Trading with the Enemy
Act" wordt feitelijk toepasselijk ver
klaard op alle neutralen
Dat ook deze maatregel, evenals die
van 18 Februari en de Britsche van
2 November ernstig inbreuk maakt op
het geoorloofde gebruik, dat de onzy
digen v.'n de vrije zee mogen maken,
is duidelijk. Erkende Asquith dit,
trouwens, eergisteren niet zelf in het
Lagerhuis? Te verwachten is dus, dat
ook thans onze regeering hare stem zal
doen hooren met dezelfde stelligheid,
waarmede zij dat na 2 November en
ter zake van den maatregel van 18
Februari gedaan heeft.
Blijkbaar wenschen de geallieerden
de neutralen zooveel mogelijk teontaien
schepen die reeds in zee zy'n worden
door den maatregel niet getroflenook
zijn alle goederen voor Duitschland
bestemd, aldaar geproduceerd, of ook
maar aan Duitschers toebehoorende
niet tot absolute contrabande verklaard,
en bestaat de nieuwe maatregel even
min in het afkondigen van eene blok
kade. Dit brengt mede, dat tengevolge
Zij stond op vol edelmoedige zelfver
loochening, met gloeiend gelaat en flikke
rende oogen
>0, ik heb wel geraden wat er sedert
twee dagen in uw hart omgaat,* hernam
zij. »Gij weet waar Lucie is heengegaan
die domme Cravant is het u komen zeggen
en gij hebt slechts één gedachte tot haar
te gaan Welnu, als gij in het genot
haar te zien levenskracht kunt vinden,
o zeg het dan, aarzel niet, en ik zelve
zal u tot haar brengen
Hij keek haar aan met een gelaat vol
verukking, als had zich aan hem een
hemelsch wezen vertoond. Hij vouwde
de handen en het hoofd buigende, zeide
hij
»0Mina! Mina? Na hetgeen ik
gedaan heb, na hetgeen gij hebt geleden.
En om mij Om mij 1 O ik ben uwer
niet waardig en gij hebt inderdaad een
goddelijke goedheid.*
»Maar ik wil niet dat gij sterven zult
riep zij. »Ik heb liever dat gij mij ver
laat, mij opgeeft: als ik maar weet dat
gij gelukkig zult zijn
»Wees gerust ik zal mij niet dooden
ik beloof u dat op mijn woord van eer.*
Met hartverscheurende wan hoop riepzij
»Doch gij zult lijden; ik zal u eiken
dag nog treuriger, Dog bleeker zien, ge
bukt ter aarde; als wildet gij u begraven
en gij zult doof blijven voor mijn gebeden,
voor den moed dien ik u inspreek.
Wordt vervolgd.)