Gemeenteraad van Axel.
Er werd eene commissie van vijf
leden benoemd, welke in opdracht
heeft plannen te doen ontwerpen,
waaruit zou kunnen blijken dat eene
Electrische Centrale kan worden ge
sticht. Tot leden dezer commissie
werden benoemd de heeren K. J. A. G.
Baron Collot d' Escury, A. Wolfert, L.
J. den Hollander, P. L. de Wael en J.
Huizinga. Tem. Crt.
In een te Neuzen gehouden ver
gadering van de leiders der Chr. His-
torischen in het district Oostburg is be
sloten bij de a.s. verkiezingen voor de
Tweede Kamer te steunen de Candida-
tuur van mr. P. Dieleman. Verder
werd medegedeeld dat dit besluit niet
inboudt, dat ook in 't vervolg steun zal
wordeu verleend aanantirevolutionnaire
candidaturen. Ot.
Bij Kon. besluit van 7 dezer is
benoemd tot dijkgraaf van den Hertogin
Hedwigepolder de heer J. J. A. Rottier
te Hulst.
Zitting van 10 April 1913.
Tégenwoordig de heeren Lamaïtre
Kruiisse, Van Driel, Oggel, Dregmans.
Dieleman, P. Dekker, Smies, De Feijter,
en Wolfert. Afwezig dhr. F. Dekker
Voorzitter dbr. L. J. den Hollander,
burgemeester, Secretaris dhr. J. A. van
Vessem.
De notulen der vorige vergadering
worden gelezen en onveranderd goed
gekeurd.
I. Mededeeling ingekomen stukken
o. Missive van Ged. Staten verzoe
kende verbetering aan te brengen van
een raadsbesluit van 13 Aug. 1912 met
betrekking tot eene af en overschrij
ving. Wordt besloten volgens het ver
zoek van Ged. Staten.
b. Idem om de begrooting voor 1913
te wijzigen, omdat Gedep. Staten te
kennen geven, dat een afzonderlijk
beheer der gasfabriek niet medebrengt,
dat ook de geldleeningen, welke de
gemeente ten behoeve van die inrich
ting heeft gesloten uit de gemeente
begrooting worden overgebracht in de
begrooting der fabriek. Wordt besloten
aldus te handelen.
c. Een schrijven van den heer J.
van Rompu, lid der commissie van
advies voor Zeeland te Ter Neuzen,
waarbij hij ter kennisneming zendt een
afdruk van zjjn brief aan den voorz.
van de commissie van advies voor
spoorwegdienstregelingen, van welk
schrijven het résumé is:
le. Een sneltrein van Rotterdam te
doen loopen in de richting Roosendaal,
vertrekkende des voorm. 6.37, stop
pende te Bergen op Zoom, Vlake, Goes,
Middelburg en aankomende te Vlissin
gen 9.12 voorm.
2e. in verband daarmede eenige
minuten vervroeging, indien mogelijk,
van trein 337.
3e. Een sneltrein van Vlissingen,
vertrekkende voorm. 9.35, stoppende
te Middelburg, Goes, Vlake en Bergen
op Zoom en aankomende te Roosendaal
omstreeks 10.56 ure.
4e. stoppen van trein 182 te Vlake.
B. en W. stellen voor dit schrijven
voor kennisgeving aan te nemen.
Dhr. Oggel meent adhaesie te moeten
betuigen omdat het in het belang is
ook voor onze streek.
Dhr. De Fejjter is van oordeel dat
zulks niet in de bedoeling ligt.
Dhr. Kruijsse meent ook dat het geen
bepaald verzoek is, en beschouwt de
mededeeling meer als eene beleefdheid.
De Voorz. vraagt of de leden er voor
zijn om nog eens aan dhr. Rompu te
te vragen wat door hem eigenlijk wordt
verlangd. Z. h. s. wordt hiertoe besloten.
d. Missive van Ged. Staten houdende
terugzending vau de rekening van ont
vangsten en uitgaven over 1911, voor
zien van het bewy8 der definitieve
vaststelling, in ontvang op eene som
van 134032.22 en in uitgaaf op eene
som van 130843.27, alzoo met een
batig slot van 3188.95. Wordt voor
kennisgeving aangenomen.
e. Af- en overschrijving in de be
grooting voor 1912 ten bedrage van
f 340. Voor kennisgeving aangenomen.
f. Idem in de begrooting van 1913
ten bedrage van 205. Voor kennis
geving aangenomen.
g. Goedkeuring door Ged. Staten van
het raadsbesluit betreffende het aangaan
eener geldleening ten bedrage van
4000. Wordt voor kennisgeving aan
genomen.
h. Briet van den Min. van Water
staat dd. 13 Maart 11., berichtende op
het adres vau den Raad van 26 Nov.
1912, dat zoodra de noodige fondsen
daarvoor beschikbaar zijn, tot het ver
beteren van de losplaats van deAxelsche
Sassing zal worden overgegaan, door
het aanbrengen van eene verharding
tusschen kaaimuur en bestrating;
dat ten aanzien van het tweede ver
zoek, dat er in het betreffende onder
houdsbestek reeds op is gerekend om
de bermen van den wee op den Buth-
dijk in 1913 onder profiel te brengen,
waarmede in de navolgende jaren zal
worden voortgegaan.
De Voorz. zegt dat hiermede toch wat
gewonnen is, alleen valt het te bejam
meren, dat niet ónmiddellyk met de
verbetering is begonnen.
Dhr. Oggel zegt dat men nog eens
zou kunnen aandringen op spoed. Z. h. s.
wordt biertoe besloten.
i. Dankbetuiging van dhr. Jac. van
Vliet voor de aan hem verleende grati
ficatie. Wordt voor kennisgeving aan
genomen.
j. Idem van dhr. D. A. van Hou te
voor zijne benoeming tot hoofd der
openbare school. Hij hoopt met 1 Juni
a.s. in functie te treden, daar hem tegen
dien datum door het Bestuur zijner
school ontslag is verleend. Voor kennis
geving aangenomen.
k. Proces verbaal van kasopnemiug
bij den waarnd. gemeente ontvanger,
waaruit blijkt dat op 11 Maart 1.1. in
kas was de som van 2522,23.
I Twee ka8opnemingen op 11 Maart
en op 1 April 1.1. bij den boekhouder
der gasfabriek, waarbij boeken en kas
in orde werden bevonden, en na de
laatste opneming deze in handen werden
gesteld van dhr. J. Cornelisse, die bij
besluit van B. en W. den 4en Maart
was benoemd tot tijdelijk boekhouder
aan de gasfabiiek. Worden alle voor
kennisgeving aangenomen.
II. Concessieaanvrage Z.-Vlaamsche
Tramwegmaatschappij voor stoomtram
weg IJzendijke Drie Schouwen (Axel).
De Voorz. zegt dat de stukken ter
visie hebben gelegen en er geen be
zwaren tegen zijn ingebracht en stelt
voor zulks aan Ged. Staten te berichten.
Z. h. s. wordt hiertoe besloten.
III. Verzoekschrift van A. Dobbelaar
e. a. te Axel om aansluiting aan de
o-emeentelijke gasfabriek.
De adressanten verzoeken de gas
leiding te verlengen langs den Nieuwen
Dyk en verder langs den Ouden Weg,
terwijl ze door onderteekening van dit
verzoekschrilt verklaren zich tot aan
sluiting te verbinden. Daar B. en W.
het noodig oordeelen hierover den gas
directeur te hooren, wordt op voorstel
van den Voorz. besloten het adres naar
dit college te renvoyeeren.
IV. Verzoekschrift van J. de Feijter
Pz te Axel om aan de ramen van zijn
winkel in de Noordstraat zonnescher
men te mogen ophangen.
Dhr. Oggel vraagt of het niet wen-
schelijk zou zijn om te bepalen dat men
met de schermen niet buiten de stoep
mag komen. De Voorz. zegt dat hierop
ook zóó advies is uitgebracht door den
gemeente opzichter, en hiermede reke
ning zal worden gehouden. Ook wenscht
dhr. Oggel de hoogte te bepalen, omdat
men er anders leelijk tegen kan loopen.
De Voorz. zegt dat ook hierop zal gelet
worden. De gevraagde vergunning
wordt hierna z. h.s. verleend.
V. Idem van P. J. Schelleman.
Wordt als voren verleend.
VI. Idem van C. M. van Leeuwen.
Wordt als voren verleend.
VII. Schrijven van de Directie van
de Spoorweg maatschappij Mechelen
Ter Neuzen, betreffende aanleg straat.
Dit adres luidt als volgt
St. Nicolas, 30 Maart 1913.
Mijneheeren
Ik heb de eer U de ontvangst te berichten
van het besluit van Ged. Staten van Zeeland
van 28 Februari 19 3, no. 120, 2e afdeeling,
betrekkelijk de afschaffing der overwegen nos
95 en 101 tusschen Axel en Sluiskil.
Alvorens U de daarbij behoorende verklarinw
toe te zenden, ware het mij aangenaam te
weten of U met mij van meening is
o dat de nieuwe te maken weg tussschen
de overwegen nos. 9 en 95 mag worden
daargestelu volgens artikel 2o van dit besluit
't is te zeggen dat de kasseilng eene breedte
zal hebben van 3 Meters zooals aangeduid op
het proflei vermeld op het plan.
2o. dat het bouwen van trottoirs niet noodig
is, aangezien geen enkel huis bestaat langs de
ontworpen straat.
3o dat het bouwen van riolen ook niet ten
onzen laste, komt, vermits het regenwater zal
worden opgenomen in de zijdelingsche grach
ten, welke langs den weg loopen, en die beide
gemeenschap hebben met een waterloop van
den polder.
U zult het met ons eens zijn, dat de trot
toirs en de riolen kunnen worden opgericht
door de zorgen en voor rekening van de rechts-
streeks belanghebbende eigenaars, naarmate
den eventueelen bouw der bewoners, overeen
komstig art. 1slotalinea der bouwverordening.
Het komt mij voor, dat de slotalinea van
art. 1 der bouwverordening:
Geen mindere lengte dan door de bebou
wing wordt ingenomen moet tegelijk ver-
hai-d en gerioleerd worden, kennelijk de ver
plichting oplegt aan de personen die aan de
straat bouwen en niet aan personen, die een
straat aanleggen.
Ik neem beleefd de vrijheid U te doen op
merken dat het alleenlijk is met het oog op
de veiligheid dat ik de afschaffing van den
overweg no. 95 heb voorgesteld, omdat hij zeer
gevaarlijk zal worden, tengevolge van het
leggen van twee bijgevoegde sporen tusschen
Axel en Sluiskil. De nieuwe weg zou breeder
zijn dan die aan welken hij uitkomt langs den
kant van het .Buthdreefje". Hij zou bekeid
zijn op eene breedte van 3 meters, terwijl de
eerste eenvoudig verhard is met grint, le
meer, daar hij een rechtstreeksche toegang
verleent tot de losplaats van ons station Axel,
zoodat de menigvuldige karren, komende van
den Noordpolder, en die zich naar het station
begeven, bijzonder gedurende het zeer drukke
bietentijdstip, onzen spoorweg niet meer zullen
moeten kruisen aan de overwegen nrs. 9a en
91, die zeer dikwijls gesloten zijn.
Wij vervangen dus met opoffering van groote
kosten, een zeer gevaarlijken overweg door
een rechtstreekschen weg, korter, gemakke
lijker, beter en voorzeker veiliger.
In deze voorwaarden houd ik er my aan,
U te verklaren dat, indien tegen mijne ver
wachting, mijne zienswijze door U niet wordt
gedeeld, en indien U meent mij te moeten
opleggen het bouwen van eene bekeiïng meer
dan 3 metets breedte, evenals de riolen en de
trottoirs, ik er, tot mijn leedwezen zou moeten
van afzien, dezen weg daar te stellen.
Hoogachtend,
De Directeur-Gerant,
V. LAMQUET.
Aan den Gemeenteraad van Axel.
Dhr. Wolfert vraagt of er staat dat
de Maatschappij den overweg wil dem
pen tusschen de Nos. 94 en 95 of den
overweg aan 95. Iu 't laatste geval
zou dat veel last meebrengen omdat
men dan den Buthdyk niet meer zou
kunnen bereiken, omdat 95 de overweg
is aan van Britsum-
De Voorz. zegt dat er staatdat de
menigvuldige karren, komende van
den Noordpolder onzen Spoorweg niet
meer zullen moeten kruisen aan de
overwegen Nos. 95 en 94. Verder zegt
hij dat het der Maatschappij's bedoeling
is om te weten of ze zich aan eene
breedte van 7 Meters moeten houden
of ze trottoirs moeten aanbrengen, en
eene rioleering moeten maken, alles
zooals art. 1. onzer bouw verordering
aangeeft, en stelt voor, teneinde de
zaak nog eens grondig te onderzoeken
en nader te overwegen, aanhouding tot
een volgende vergadering.
Dhr. de Feijter vraagt of er al een
plan is ingediend door de Maatschappij.
Dhr. Kruijsse zegt dat wanneer de
Raad vasthoudt aan art. I. voornoemd,
M. T niet van plan is iets in te dienen.
Dhr. de Feijter vindt het ook niet
noodig om daar eene straat van 7 M,
breedte aan te leggen.
De Voorz. zegt dat art. 1. der Bouw
verordening de bepaling tot rioleeren
in zich sluit en de breedte van 7 M.
wordt aangegeven. Wordt daar van
afgeweken, dan kunnen de eigenaar»
later niet meer worden verplicht om te
rioleeren, wanneer ze aan die straat
willen bouwen. Het is dus niet wen-
schelijk om hiervan af te wijken, maai
van den anderen kant bekeken zijn de
eigenaars der aanpalende gronden er
mede gebaat, wanneer een ander de
straat reeds voor hen gelegd heeft. 1
Dhr. Dieleman zegt dat de verorde
ning gemaakt is met het oog op eigenaan
in het bezit van grootere of kleinere
terreinen, die die gronden voor bouw
grond willen verkoopen, en dat zulke
eerst eene behoorlijke straat maken
vindt hij goed, maar hier is het meet
bepaald eene wegsverlegging, en kan
daarom eenige afwijking worden toege-
staan. De Voorz. leest art. 1 der bouw
verordening voor en zegt dat ook in
de vergadering van B W. er over
gesproken is voorzichtigheid te betrach
ten, met het oog op het gebeurde op
het Plaatje.
Dhr. Kruijsse vraagt: Wanneer aai
M. T. vergunning wordt verleend om
daar een weg te maken zonder rioleeren
of trottoirs aanbrengen, kan dan latei
iemand, die daar aan dien weg bouwi
verplicht worden om dat eindje straal
waarvoor hij bouwt, te rioleeren!
Volgens hem niet, en daarom raadt hi,
aan, hoe gaarne hij de maatschappj
ter wille zou zijn, zich niet op gevaarlijl
terrein te begeven.
Dhr. Oggel is het daarmede niet eens
Vroeger is het toch ook gebeurd ii
den buitenweg, dat eerst door de be
woners buizen moesten worden gelegc
voordat de vergunning tot bouwen wen
verleend.
Dhr Kruysse zegt, dat dhr. Ogge
misschien ook nog wel weet, dat hjj
daar toen ook tegen was en als df
menschen in beroep gekomen waren
men had ze er niet toe kunnen ver
plichten en dat is hier ook het geval
Dhr. Oggel zegt, dat het hier mee
een verbindingsweg geldt dan eenstraal
De Voorz. zegt, dat het een zaak is
die nauwkeurige overweging verdien!
Dhr. Oggel vraagt, of het niet bete
was dat de aanpalende eigenaars zie
met de spoorwegmaatschappij kondei
verstaan.
Dhr. Kruijsse zegt dat dan toch no
met de verordening rekening mot
worden gehouden. Hij neemt altij
maar een voorbeeld aan het Plaatji
Wij vonden het indertijd ook bespotti
lijk om daar trottoirs aan te gaan leggei
maar daar vroeg de Minister en d
Inspecteur van de Volksgezondheid nii
naar, en het gevolg was dat het aan d
gemeente eenige duizenden heeft gekoa
Kunnen we evenwel de maatschapp
in het een of ander ter wille zijn, weln
daar is spr. niet tegen, maar vóór alle
moet de verordening worden gehanl
haafd. Er moet gevraagd worden wi
is het gemeentebelang, en niet wat i
het belang van M. T. of van die enkel
grondeigenaren. Op het Plaatje wet
ook alles toegegeven ter wille van di
eigenaren, maar de gemeente is er latf
de dupe van geworden. We moete
de hand aan de verordening houdei
en zoo niet dan wordt alles eigendot
van Mechelen—Ter Neuzen.
Dhr. Dieleman vraagt: Is dat wi
zoo. Dat is toch eigendom van de
publieken dienstze onttrekken ee
weg aan dien dienst en geven er ee
anderen voor in de plaats. J
Dhr. Kruijsse Maar zoo is het me
Het Buthstraatje b. v. is eigendom va
D. van Dixhoorn, dat wordt wel afgf
staan aan den publieken dienst, maa
gooit er b. v. eens grint in Als Va
Dixhoorn het niet wil hebben, dan zeg
hij, dat mag je niet doen.