No. 51. Zaterdag f2 October 1912. 28e Jaarg. n Houten's Cscso Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwscli-Vlaanderen. F. Dl Et EM AN, I Buitenland. Moeders geeft uus kinderen dagelijks Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. DE BALKAN OORLOG. Over de wyze, waarop Plamenats, de Montenegrijnsche zaakgelastigde, de oorlogsverklaring te Konstantinopel heelt overgebracht, vinden wij de volgende uitvoerige bijzonderheden Daar Plamenats last had ontvangen om de oorlogsverklaring van Montenegro voor 12 uur 's middags over te brengen, liet hij 's ochtends een audiëntie bij Noradoengian aanvragen, maar deze was niet te vinden. Om 11 uur'sochtends besloot Plamenats eindelijk naar de Verheven Porte te gaan. Ten einde hem te ontvangen verliet Noradoengian den ministerraad, die sedert 7 uur in den ochtend bijeen was. Hy ontving den Montenegrynschen zaakgelastigde met de woordenWel, brengt u goede berichten Plamenats antwoorddeGeen erg gunstige, en hij overhandigde aan Nora doengian de oorlogsverklaring, die als volgt luidde .Montenegro betreurt, dat hetnoode- loos alle vriendschappelijke middelen om de talrijke misverstanden en ge schillen, die zich voortdurend met het Turksche rijk voordoen, te regelen, heelt uitgeput. Volgens machtiging van koning Niko- laas, heb ik de eer mede te deelen, dat ik vandaag, Dinsdag, vertrek. De regeering van Montenegro verbreekt alle betrekkingen met het Otjtomaansche rijk en laat aan het lot van de wapenen van de Montenegrijnen de erkenning van zijn eigen rechten en van de sedert eeuwen miskende rechten van zijn broeders in het Ottomaansche rijk over. Ik verlaat Konstantinopel. De konink lijke regeering zal aan den Ottomaan- schen vertegenwoordiger te Cettinje zijn paspoort overhandigen.-' (w g.) Plamenats." Met een enkel woord legde Plamenats tot toelichting van deze nota nog nadruk op de grensgeschillen. Noradoengian hoorde hem aan en zeide Goed, goed. Kan ik u met iets vau dienst zijn Plamenatslk vertrek vandaag. Ik zou graag rustig vertrekken. Noradoengian verzekerde, dat hij in lien zin bevelen zou geven, en Pla menats vertrok ten slotte, zonder dat er iets bijzonders gebeurde. De eerste berichten van het oorlogs terrein komen uit Turksche bron. Zy behelzen het volgende .Officieel wordt gemeld, dat de Monte- aegrijnen Kalaba hebben aangevallen. Zij werden met belangrijke verliezen teruggeslagen. Aan Turksche zijde werden 10 soldaten licht gewond. De Montenegrijnen zijn de grens over getrokken en op Berane aangerukt. Ër is een groote slag aan den gang, die nog voortduurt. De Turken hebben een afdeeling Montenegrijnen omsingeld en in de pan gehakt. Van de Servische grens meldt men, dat er een treffen te Javor geweest is. De Serviërs zijn teruggeslagen." ^Tt T,iïïrfiravimi[iiB>T?giËBaaa^ rn tc drinken, dat is gezonder voor hen en voor hunne zenuu/en dan welke andere drank ook; maar let er op dat ge van deze krachtige pittige cacao niet veel noodig hebt voor de bereiding, dan zult ge ondervinden dat ge hun voor uiterst weinig geld het gezondste te drinken geeft dat maar te bedenken is. Koning Nikita zelf heeft zich reeds naar het hoofdkwartier aan de grens begeven. Uit Cettinje wordt aan de Morgenpost geseind De opvatting in goedingelichte kringen hier ter stede is deze, dat Montenegro op de hoogte was van de plannen der mogendheden en hun vóór wilde zijn en dat wel in volkomen over eenstemming met de kabinetten van de andere Balkan-staten. Het was reeds van tevoren bekend, dat Montenegro met de vijandelijkheden beginnen zou, daar het de verantwoording hiervoor het gemakkelijkst kon dragen. De Montenegrijusche troepen zijn in vollen opmarsch op Turksch gebied. De minister van oorlog heeft na een langdurige beraadslagi ng met den koning Cettinje verlaten en zich naar Antivari begeven. De koning en prins Mirko zijn naar het leger vertrokken. De opvatting, dat Montenegro in over eenstemming met de andere Balkan- staten handelt, is algemeen in Europa verspreid. Hier en daar wordt ook geïnsinueerd, dat zelts Rusland er niet onkundig van was en dat Sasonof, terwijl deze ten bate van den vrede rondreisde, wel wist, dat Nikita voor den oorlog zorgen zou. Men vindt het vreeselijk, dat juist Montenegro, dat door den Russischen invloed vergroot is, Rusland's plannen zoo beslissend tegen werkt. Uit Sofia wordt aan de Berl. Zeitung am Mittag geseindDe Bulgaarsche regeering heeft reeds oorlogspx-oclamaties laten drukken, die Donderdagavond ot Vrijdagochtend zouden afgekondigd worden. In deze proclamatie roept de Bulgaarsche regeering het volk op haar te helpen om aan de slavernij van de christelijke bevolking in Turkije een eind te maken en geeft zij het leger last den bevrijdingsoorlog te beginnen. Na den oorlog zou een Europeesche conferentie het voldongen feit wel erkennen. Over het uitrukken der troepen in Sofia worden treffende bijzonderheden gemeld. Dinsdag trok een regiment uit, waarbij vrouwen en kinderen met hunne mannen en vaders mede mar cheerden. De vrouw uit het volk liep naast de elegante dame en allen met de soldaten in de pas. Een jonge officier, die eenige dagen geleden getrouwd was, liep hand in hand met zijn vrouw bij de troepen. Een van de officieren kwam op straat zijn broeder tegen, die hem om den hals vielarm in arm gingen zij verder. Een oude vrouw wilde haar zoon het geweer afnemen en het voor hem dragenhet kostte moeite haar daarvan te weerhouden. Bij al deze tooneelen vloeiden geen tranen. Opgewekt trokken deze mannen weg en de familie maakte het hun niet moeilijk door gejammer. Men hoeft geen vriend te zijn van den oorlog en vooral niet van dezen oorlog, zoo seint Paul Block, om toch eerbied te kunnen hebben voor deze houding. De „Frankf. Ztg." wijst op het komi sche van het feit, dat een klein land als Montenegro den oorlog verklaart, terwijl de groote mogendheden druk onderhandelen. Of is het, vraagt zij, het groteske begin van een tragedie Wordt een wereldbrand aangestoken Het springen van de kleinste veer kan voor het heele Europeesche raderwerk een ramp worden. Toch moet men kalm blijven; de waarschijnlijkheid spreekt er voor, dat de Balkan-oorlog een Balkan-oorlog blijft, en als zoodanig is hij al ernstig genoeg. Over Monte negro's motieven is nog niets bekend die staat heeft de minste reden om zoo plotseling los te barsten. Bulgarije klaagde over Turksche manoeuvres, Griekenland over beweerde onrecht vaardige behandeling zijner schepen, Servië over achterhouden van een trans port munitie. Zij alle schenen bereid, de interventie der mogendheden af te wachten. Maar Montenegro.Mis schien wilden zijn bondgenooten de verantwoordelijkheid niet zelf op zich nemen, en in elk geval heeft Montenegro het minst te verliezen. De Berlijnsche medewerker van hetzelfde blad meent, dat Montenegro op eigen gezag heett gehandeld en niet in overeenstemming met de anderen afgesproken was, dat ook betreffende de oorlogsverklaring gemeenschappelijk zou worden gehan deld en Bulgarye de leiding zou hebben. Of echter Montenegro een fait accompli heeft geschapen of niet, de ltaus dat de oorlog ook door anderen kan worden vermeden, vermindert steeds. Een drei gement der mogendheden ontbreekt en alleen dat had den oorlog kunnen voorkomenzoodra Rusland of Oosten rijk dat dreigement zou hebben uitge voerd, ware de eenheid toch verdwenen. H9t voornaamste is nu, den oorlog te localiseereu. De eerstvolgende dagen zullen doen zien, of de stappen der mogendheden de Balkanstaatjes zullen imponeeren. De „Débats" meent, dat de mogend heden die het meeste belang hebbeu bij den Balkan Rusland en Oosten rijk al lang bereid zyn om de kleine Balkanstaten met Turkije te laten vech ten. Het Europeesche concert te Con- stantinopel is slechts een schij u-concert. Is er werkelijk zoo'n concert, dan konden de mogendheden trachten van de Porte de uitoefening van haar eigen contrólerecht over de hervormiugeu te verlagen en dan den kleinen Balkau- staten bevelen, daarmee genoegen te nemen. Maar daarvoor is de eenheid niet voldoende. Zekere mogendheden zijn er niet rouwig om, dat de diplo matieke stappen mislukken, vooral Oos tenrijk waarmee, volgens de Débats", Servië, Bulgarije en Roeme nië heimelijk samenwerken. Stellig heeft Ferdinand I te Weenen de noo- dige beloiten gekregen. Hoe zou Servië anders zoo durven optreden/? Duitsche bladen protesteeren natuur lijk tegen deze voorstelling. 4XEL ant.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1912 | | pagina 1