No. 32.
Zaterdag 27 Juli 1912.
28e Jaar..,.
Van Houten's
Nieuws- en Advertentie b I ad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
Buitenland.
Binnenland.
El £3
11 !l l
D't blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
A DVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Centvoor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrydagnaniiddag TWEE uren.
De Italiaanscli-Turksclie Oorlog.
Naar de correspondent van de Temps
te Rome seinde, duurt daar de geestdrift
over het binnendringen der Italiaansche
torpedo-vaartuigen in de Dardanellen nog
steeds voort. De koning heeft geseind
aan admiraal Viale om zijn bewondering
aan den gezagvoerder Millo, de officieren
en de bemanningen der torpedo-booten
uit te spreken. De presidenten van
Senaat en Kamer, alle ministers en de
voornaamste politieke personen, hebben
eveneens telegrafische gelukwenscheu aan
den minister van marine gezonden. Men
ij voldaan niet slechts over het technische
resultaat van den inval, maar ook over
de in politiek opzicht in Italië teweeg
gebrachte uitwerking en over den indruk
in het buitenland.
Een politicus van gezag heelt aan den
vertegenwoordiger van de Temps het
volgende gezegd
De inval in de Dardanellen bewijst
dat, zoo de Italianen ook al het bezetten
van gebied in de Aegaeische zee gestaakt
hebben, om overwegingen van diploma-
tieken aard, zij hun krijgsverrichtingen
tegen het eigenlijke Turkije nog volstrekt
niet opgegeven hebben. Italië is als
toeschouwer getuige van de ontwikkeling
van de inwendige crisis in Turkije eu
wacht af welke houding het nieuwe
ministerie ten opzichte van den oorlog
aan zal nemen. Zoo die houding voort
setting van den weerstand beteekent, zal
een afdoend optreden van de Italiaansche
zeemacht geboden zijn. De openbare
meening in Italië is er gegriefd over,
dat men in het begin van den oorlog
de Italiaansche vloot niet op Japansche
manier haar gang heeft laten gaan, toen
het buit maken van de Turksche vloot,
het forceeren der Dardanellen met wis
kundige zekerheid uitgevoerd had kunnen
worden. Trouwens, nu het bijkans een
jaar geleden is, dat de oorlog verklaard
werd, moet het conflict spoedig tot een
einde komen of er zullen groote dingen
V gebeuren.
Zoo vertelde een politicus van gezag
aan den correspondent te Rome van de
Temps. Deze voegt aan de mededeeliogen
nog toede populariteit van de marine
is iu Italië zoo buitengewoon, en de
verwachtingen, die zij opgewekt heeft,
zijn zoo groot, dat men binnenkort een
sterke beweging van de openbare meening
tegemoet kan zien om de regeering te
dwingen tot een afdoend optreden der
marine.
Naar thans uit Misrata gemeld wordt,
hebben de verliezen der Arabieren in
den slag op 20 dezer meer dan 300
dooden bedragen. Aan Italiaansche zijde
zouden er 1 officier en 18 soldaten ge
sneuveld en 3 officieren en 84 soldaten
gewond zijn.
ENGELAND.
Elke vermeerdering van de vloot is
de unionisten lief. Zij vinden wat minister
Churchill heeft aangekondigd nog maar
halve maatregelen. De liberale bladen
oordeelen verschillenddie meer naar
rechts staan zeggen, dat Duitschland
Engeland tot die vlootuitbreiding dwingt
"v 7r-:^
KOOP VANDAAG BIJ
jW WINKELIER EEN
|BÜS
|l Kg. ƒ1.50
- 0.80
die meer naar links staan zeggen ver
beter onze verhouding tot Duitschland
en die heillooze wedijver zal onnoodig
zijn. De Manchester Guardian, die tot
deze laatsten behoort vindt nog bedenkelijk
in 's ministers rede, dat hij heeft gezegd
samen met de Fransche vloot is onze
vloot in de Middellandsche Zee meer dan
opgewassen tegen de Italiaansche en de
Oostenrijkscbe vloot samen. Duidt dat
op een bondgenootschap met Frankrijk?
vraagt het blad. Het zou dat verderfelijk
vinden.
TURKIJE.
De ministerraad heeft aan de troepen
in Albanië opnieuw bevolen de vijan
delijkheden te staken. De raad heeft
besloten naar elke politiepost een officier
te zenden. De officieren hebben besloten
zich van heden af niet langer met poli
tiek in te laten.
De Vossische Zeitung bevat een brief
van een correspondent, die zich in het
gebied van den Albaueesehen opstand
bevindt. Deze brief, die uit Ferissowitsj,
van den 19den April gedateerd is, geeft
een geheel andere voorstelling dan de
bloedige berichten, die in de laatste dagen
in omloop zijn.
Het is moeilijk te overzien, zoo heet
het o. a., waarop de geheele beweging
zal uitloopen. De soldatenopstand is hier
het belangrijkste element. Deze loopt
parallel met den opstand van de Alba-
neezen. Het is echter onmogelijk nauw
keurig te bepalen, welke doeleinden men
najaagt, alleen reeds hierom, omdat een
gemeenschappelijk programma in het
geheel niet schijnt te bestaan.
Iu den beginne was alles gericht tegen
den minister van oorlog Sjefket pasja,
na .zijn val tegen het kabinet. Nu is
ook dit uit den weg geruimd, maar de
politieke eischen stijgen na deze over
winningen tot in het buitensporige. Van
alles wordt geëischt, b.v. persvrijheid en
censuur. De onzinnigste eischen worden
dus gesteld en Jan-en-alleman tracht
elkaar daarin geestdriftig te overtreffen
alle eischen komen neer op het zeer rek
bare begrip vrijheid.
Thans eischen de Albaneezen ook nog
ontbinding der kamer.
De Mohammedaansche Albaneezen
protesteeren in tegenstelling van hun
Katholieke en Grieksch-Katholieke stam-
genooten, zeer uitdrukkelijk tegen de
beschuldiging, dat zij zich van den
Turkschen staat willen afscheiden en iu
ieder request en bij iedere bespreking
met overheidspersonen herhalen zij, dat
zij trouwe kinderen van den sultan willen
blijven. Dat bewijzen zij ook door hun
uiterst menschlievende wijze van oorlog
voeren, waarbij zij alle onnoodige bloed
vergieten vermijden en slechts het eigen
dom van den staat als buit beschouwen.
De vreemdeling is hun heilig en hij kan,
voor zoover het de groote verkeerswegen
betreft, gerust in het binnenland reizen,
mits hij niet gewapend is of op eenige
wijze het wantrouwen van de Alba
neezen wekt.
Hevige gevechten kan men wel niet
verwachten. Ondanks den oorlogstoestand
gaan de onderhandelaars van de Alba
neezen zeer beleefd en zakelijk met de
Turksche overheid om. Politieke moorden
zijn nog niet voorgekomen. De strijd
wordt op ridderlijke en menschelijke
wijze gevoerd. Waar niet volkomen
onverwachte botsingen plaats vinden, en
de geweren vanzelf afgaan, deelt men
elkaar wederzijds ieder plan tot een ge
wapende actie mede en door zorgvuldig
overwegen van de kansen besluit dan
de een of de andere partij tot tegenstand
of tot den terugtocht.
Uit Uskub wordt aan het Berliner
Tageblatt geseind De benoeming van
het nieuwe kabinet zet in de Jong-
Turksche kringen kwaad bloed. Men
moet voorbereid zijn op verrassende ge
beurtenissen, daar de comité-partij alles
probeeren zal, om de verloren positie te
heroveren. In Pristina hebben de Alba
neezen de gevangenis geopend en de
gevangenen van wapens voorzien. De
militaire commandant Fadil-pasja werd
gedwongen Pristina te verlaten. In heel
Albanië heerscht groote opwinding en
verwarring.
De Armenwet.
Het Stbl. uo. 261 bevat een Kou
Besluit van den 16den dezer, houdende
bepaling, dat de Armenwet in werking
treedt op L September.
Het Stbl. no. 264 bevat een Kon
Besluit van den 18den dezer, waarbij
wordt vastgesteld de indeeling, waar
naar door de besturen van de instel
lingen van weldadigheid ingevolge art.
13 van de Armenwet worden verstrekt
de opgaven van het aantal bedeelden
en verpleegden. En verder andere
bepalingen, waarvan (Te wet de regeling
voorschreef bij algemeenen maatregel
van bestuur.
Het Stbl. no. 265 bevat een Kon
Besluit van den 18den dezer waarbij,
tot uitvoering van art. 82 van de Armen
wet, met ingang van den dag, op welken
de Armenwet iu werking zal treden,
het volgende wordt vastgesteld:
Art. 1. Er wordt ingesteld een alge-
meene armencommissie.
Deze commissie is gevestigd te 's-Gra-
veohage en bestaat uit zeven leden,
die door ons worden benoemd en ont
slagen.
Art, 2. De commissie dient aan auto
riteiten en, op verzoek, aan instellingen
van weldadigheid van raad omtrent
aangelegenheden van het armbestuur.
Zij houdt zich, zooveel mogelijk, op
de hoogte van de werking van de
Armenwet.
Art. 3. De commissie is bevoegd bij
autoriteiten inlichtingen in te winnen
aangaande het armbestuur.
Zij kau, indien die voor hare werk
zaamheden noodig is, aan een of meer
harer leden, met of zonder den secre
taris, kennisneming van toestanden ter
plaatse opdragen.
Met betrekking tot een kerkelijke of
een particuliere instelling van weldadig
heid is zij tot die kennisneming slechts
bevoegd, indien een, door die instelling
tot haar gericht, verzoek om raad daar
toe aanleiding geeft.
Art. 4. De commissie vergadert zoo
dikwijls haar voorzitter dit noodig acht
of drie harer leden den wensch daartoe
hebben te keDnen gegeven.
Art. 5. Wij behouden ons voor, zoo
uoodig, nadere instructiën voor de com
missie alsmede een instructie voor haren
secretaris vast te stellen.
OOST-INDIE.
Ongeregeldheden by de Chineezen.
Bij het dep. van Kolouiëu is ontvan
gen het volgende telegram, vau den
gouverneur generaal van Ned. Indië,d.d.
19 dezer, betreffende ongeregeldheden
onder de Ghinnesche koelies aangewor
ven voor de gouvernements-tiswinniug
op Banka
„Eergisteren eischten driehonderd
pas te Pangkalpinang aangevoerde
koelies indeeling bij dezelfde ontginning
hetgeen onmogelijk was. Overreding
bleek vruchteloos hoewel herhaald door
den inmiddels ontboden controleur en
den luitenant-Chinees. De houding der
koelies werd steeds dreigender en bij
eene poging tot arresteering van den
belhamel werden de controleur en een
korporaal der gewapende politiedienaren
bedreigd. Eene gerequireerde militaire
patrouille maakte geen indruk en de
soldaten werden, bij afzondering van
de werkwilligen, tweemaal door met
aangepunte knuppels gewapende koelies
aangevallen.
Na nogmaals dringende aanmaning
tot kalmte en toezegging van desge-
wenscht terugzending naar China vond
een algemeene aanval op het kantoor
der tin winning plaats, waarbij een per-
sood neergekuuppeld werd. Aangezien
langer dralen voor het personeel nood
lottig zou worden, werd op last van
den controleur gevuurd.
Daardoor vielen drie dooden en vijf
tien gewonden, waarvan zeven zwaar
en zes inmiddels overleden. De orde
is hersteld en de belhamels zijn gear
resteerd. De toestand in de ontginnin
gen is overal voorbeeldig".
SCHE
COURANT.
A'
RONA
Cacao