Rechtszaken.
Gemengd Nieuws.
Enge Kapelsteeg uit noodweer geschied
de en dat de burgemeester en de mili
tairen hulde vérdienden voor hun op
treden tegen daden van geweld. De
Minister verdedigde het niet ontvangen
van het kiesrechtcomité op den dag van
de opening van de Kamers. De be-
toogingszaak was zoodanig opgezet dat
de regeering daarin geen rol kon mee
spelen. Crt.
Aan alle werkgevers worden in
het laatst van elk jaar, vanwege de
Rijksverzekeringsbank, de voor het vol
gende dienstjaar benoodigde loonlijst
formulieren gezonden.
Dit jaar zal, zoo schrijft het Hola.,
daaraan iets bijzonder worden toege
voegd. Aan iederen werkgever (in het
geheel zijn ér bijna 100.000) wordt
tevens een boekje gezonden van pl.m
90 pagina's druk.
Dit boekje heeft ten doel de werk
gevers er op te wijzen wat kon worden
gedaan om ongelukken te voorkomen,
zoodat men in de gelegenheid wordt
gesteld zelf mede te werken tot ver
mindering van het getal ongevallen
waarvan noodzakelijk de gunstige in
werking op het te betalen premie-be
drag het gevolg is.
Vooraf gaat een beschouwing van
oorzaak en de ünantieele gevolgen van
de ernstige ongevallen over de drie
eerste boekjaren der Bank, met aan
wijzingen der middelen en met waar
schuwingen omtrent voorkoming van
ongevallen. Dan volgen in 33 onder
deden voor iedere groep de oorzaken
van plaats gehad hebbende ongevallen
met tal van voorbeelden.
De verdeeling is zoo aangebracht,
dat ieder werkgever zich terstond kan
bepalen tot de lezing van hetgeen voor
zijn eigen bedrijf belangrijk is.
Voor den Oud-lndischen militair
Het Permanent Comité van den Volksbond
tegen drankmisbruik ten dienste van den
Óud-Indischen militair heett zich tot den
Minister van Oorlog gewend met het
verzoek, om de uit de Koloniën terug
gekeerde militairen voor zoover zij
overigens aan de eischen voldoen in
aanmerking te doen komen voor de
betrekkingen van werkman, corveeër,
oppasser, poetser of knecht bij de onder
het Departement van Oorlog behoorende
magazijnen of inrichtingen, en om te
mogen vernemen wat zou kunnen wor
den gedaan om hunne aanmelding voor
en plaatsing in die betrekkingen te be
vorderen. Z.Ex. heeft hierop geant
woord dat met de belangen van ge
wezen koloniale militairen gaarne reke
ning zal worden gehouden, en dat het
aanbeveling verdient hunne namen,
onder vermelding vannauwkeurigadres,
aan het departement van oorlog ken
baar te maken, onder bijvoeging van
al zulke gegevens als noodig zijn om
een oordeel over den sollicitant te
kunnen vormen.
In verband hiermede schijnt het ge-
wenscht dat belanghebbenden zich tot
het genoemde Comité wenden, opdat
dit een lijst zal kunnen opmaken en
Z.Ex. ter zijner tyd aanbieden. Gega
digden gelieven tevens op te geven
voor welke betrekking zij in aanmer
king wenschen te komen. Adres den
heer G. de Wal, Harderwijk, secretaris
van het comité.
AXEL, 8 December 1911
Dinsdag werd alhier ten huize van
den heer Gilijamse de jaarvergadering
gehouden van de Maatschappij Axel-
Station.
Uit de rekening en verantwoording
van den penningmeester bleek, dat de
ontvangsten bedroegen 34546.35 en de
uitgaven 34490.40, zoodat het batig
saldo bedraagt ƒ55.95.
Aangekocht werden in het afgeloopen
jaar 270.900 k.g. superphosphaat met
14 pCt. oplosbaar phosphorzuur, 159.100
k.g. ammoniak-superphosphaat met 7
pCt. stikstof en 9 pCt. phosphorzuur.
135.500 k.g. chilisalpeter met 14 pCt.
stikstot en 312 k.g. Belgisch klaverzaad.
Als bestuursleden werden herkozen
de heeren Jan dè Kraker, L. de Putter
en M. W. Koster. Het aantal leden is
weder met eenige vermeerderd.
Na afloop der huishoudelijke zaken
werd eene lezing gehouden over zwavel
zure ammoniak.
In de week van 29 November tot
en met 5 December zijn in de provincie
Zeeland 14 gevallen van besmettelijke
ziekten geconstateerd n.l. rondvonk te
Colijnsplaat 1, te Sluis 3, te Zuidzande
6 gevallen en diphteritis te Brouwers
haven 2, te St. Jansteen en Wissekerke
ieder éen geval.
Als gevolg van de pogingen, welke
door verschillende polderbesturen in
onze omgeving in de jaren 1909 en
1910 zijn aangewend om verbetering
te verkrijgen in den tegenwoordigen
slechten afvoer van het overtollige
water, ontving de heer A. Moerdijk te
Zuiddorpe, dijkgraaf en ontvanger-grif
fier van verschillende polders van het
Ministerie van Waterstaat een schrijven
van den "volgenden inhoud:
De Minister van Waterstaat,
beschikkende op een adres dd. Januari
1910 van leden van polderbesturen
behoorende tot die, waarmede op 15
October 1844 door den Staat der Neder
landen een contract is gesloten voor
de afwatering hunner landen door de
Rijkswaterleiding ten oosten van het
kanaal van Ter Neuzen, waarbij zij
a klagen over waterbezwaar tenge
volge van onvoldoende uitwatering door
den Buthduiker en de sluis te Ter
Neuzen, welke uitwatering naar hunne
meening niet meer aan de eischen vol
doet sinds de toevoer van Belgisch
water op Nederlandsch grondgebied
door het verbeteren der afwaterings
middelen van Belgische zijde zou zijn
toegenomen
b er op wijzen,
dat het bedrag van uitwateringsgeld
hetwelk sinds 1 Januari 1845 door be
doelde polderbesturen jaarlijks in 's Rijks
kas wordt gestort, volgens punt 5 (lees
punt 6) der bovenaangehaalde overeen
komst slechts zoolang zou verschuldigd
zijn. als de nieuwe uitwatering zou
blijken voldoende te wezen,
dat de beoordeeling daarvan volgens
genoemd artikel zou staan aan Gede
puteerde Staten van Zeeland
dat door België een meermalen ver
hoogde bijdrage wordt betaald voor den
afvoer van een gedeelte van het Bel
gische water,
dat van de aldus door het Rijk ont
vangen bedragen per jaar een aanzien
lijk batig saldo zou worden overge
houden
c te kennen geven, dat naar hun
oordeel aan het door het ondervonden
waterbezwaar alleen een einde kan
worden gemaakt door
1°. aanmerkelijke verbreeding, des
noods tot het dubbele der tegenwoordige
breedte van de uitwateringssluis te Ter
Neuzen en de daarvoor loopende Rijks
waterleiding tot aan de platte brug
2°. verlaging van het minimum aan
genomen peil van 1.50 M. N. A. P. van
den Buthduiker te Axel door voortdü
rende verwijdering van een of meer
balken,
3°. handhaving van het verbod tot
het stellen van vischnetten, die den
afvoer van water belemmeren
weshalve zij verzoeken, dat omtrent
de gegrondheid hunner klachten een
onderzoek worde ingesteld en aan hunne
bezwaren worde tegemoet gekomen
Gezien het bericht van Gedeputeerde
Staten van Zeeland van 15/20 Juli 1910
No. 74, 2e afdeeling
Mede gezien de berichten van den
Hoofdingenieur-Directeur in de 11e
directie van 25 Juli 1911, No. 2302 en
van den Inspecteur-Generaal in de 1
inspectie van 14 Augustus 1911, No
3569 G
Geeft aan adressanten te kenüéh,
A. Dat de reden van de slechte
afwatering bijna geheel is te zoeken in
de door hen in de laatste jaren inge
voerde draineering, gepaard met dich
ting der slooten, waardoor telkens bij
zware regens het water, alvorens in de
draineerleidingen te komen, eenigen tijd
op de landen staatdat adressanten
het geheel in hunne macht hebben, aan
deze toestanden een einde te maken
door zelf voor betere afwatering te
zorgen, en dat van Rijkswege weinig
gedaan kan worden om daarin te voor
zien.
B. Dat de opvatting, als zou de be
oordeeling van het al of niet voldoende
zyn der Rijks waterleidingen, aan Gede
puteerde Staten van Zeeland staat, op
onjuiste uitlegging van de betrekkelijke
overeenkomst berust.
C. Dat van Rijkswege geheel onver
plicht reeds, in het bijzonder in de jaren
1883 tot en met 1886 en 1897, belang
rijke verbeteringen zijn aangebracht
aan de oostelijke Rijks waterleiding,
zoodat daaraan weinig te verbeteren
overblijftdat evenwel zal overwogen
worden of alsnog later zal kunnen
worden overgegaan tot het nog verder
verbeteren van eenige daartoe vatbare
deelen der genoemde leiding.
D. Dat bij hunne becijfering der van
Rijkswege gedane uitgaven voor de
oostelijke Rijks waterleiding verzuimd
is te letten op de indertijd, laatstelijk
nog in 1897, gedane uitgaven voor aan
leg en verbetering dier leiding, en dat
renten daarvan, vermeerderd met
de kosten van onderhoud, de door adres
santen genoemde sommen verre over
treffen.
E. Dat de bewering, dat er ingevolge
de door adressanten bedoelde overeen
komst met België aan Belgische gronden
tegen betaling van 94500.'s jaars
eene uitwatering op genoemde leiding
is verschaft onjuist is dat die gronden
van ouds op die leiding afwateren dat
het oorspronkelijk' tractaat slechts be
stendiging van de bestaande uitwatering
van een deel van België op Nederland
ten doel had, terwijl de verhoogiug van
bijdrage van de zijde van België voor
andere doeleinden heeft gediend.
F. Dat uit een ingesteld onderzoek
is gebleken, dat in de laatste jaren geen
meerder water van de Belgische gron
den op de oostwaterleiding is of wordt
gebrachtdat de waterloozing door den
Buthduiker voldoende is, zoodat aan het
desbetreffende verzoek niet kan worden
voldaan.
G. Dat de schotbalken in den Buth
duiker niet worden ingelegd dan wan
neer dit voor andere openbare belangen
noodzakelijk is te achten en dat in de
laatste jaren die inlegging eerst ge
schiedde bij waterstanden, die 0.21 a
0.28 M. lager waren dan het door adres
santen genoemde peil.
H. Dat op het stellen van visch
tuigen in de leidingen nauwkeurig zal
worden toegezien, doch dat adressanten
daartoe krachtig kunnen medewerken
door in de eerste plaats gebruik te
maken van de aan de polderbesturen
toegekende bevoegdheid in artikel 36
van het Reglement van politie voor de
polders in Zeeland en verder door
hunnerzijds de aandacht van de Rijks
en gemeentepolitie te vestigen op over
tredingen van artikel 19 van dat regie
ment.
's-Gravenhage, 20 Oct. 1911.
De Minister voornoemd,
(w. g.) LOUIS REGOUT."
Arrond. Rechtbank te Middelburg.
Zitting van 8 December 1911.
P. K., 41 j., winkelier te Westdorpe
is wegens overtredingen rijksbelastingen
veroord. tot 10 of 2 dagen hecht.
J. B., 39 j., slager te Sas van Gent
(thans zonder bekende woonplaats), is
wegens alsvoren veroord. tot 10 of
2 dagen hecht.
J. W., 29 j., winkelier te &ieu*.
Namen, is wegens alsvoren veroord-
tot 5 of 1 dag hecht.
PREDIKBEURTEN TE AXEL.
Zondag 10 December 1911.
Ned. Herv. Kerk.
Voorm. 9'/j ure Ds. J. B. T. Hugenholta.
Nam. 2 ure Ds. J. B. T. Hugenholtz.
Gereformeerde Kerken.
Kerk A.
Voorm. 9 ure Ds. J. H. Lammertsma.
Bediening H. Avondm.
Nam. 2 ure Ds. J. H. Lammertsma,
Dankzegging.
Kerk B
Voorm. 9 ure Ds. Chr. Bruins.
Bediening H. Avondm.
Nam. 2 ure Ds. Chr. Bruins.
Dankzegging.
Gereformeerde Kerk (Weststraat.)
Voorm. 9 ure Leeskerk.
Nam. 2 ure Leeskerk.
Te Goes kreeg Zondag een werkman,
bij het ontruimen van een met teer
volgeloopen glimpijp, een dikke straal
kokende teer in het gezicht, waardoor
hy vreeselijke brandwonden opliep en
een zijner oogen gekwetst werd.
Brievenbesteller gearresteerd. Op
bevel van de justitie te Amsterdam it
een briefbesteller van het hoofdpost
kantoor aangehouden, verdacht van
valschheid in geschrifte. Hij zou onge
veer een half jaar geleden valsche
handteekeningen hebben geplaatst op
postwissels, en zich verschillende be
dragen hebben toegeëigend.
Te Rotterdam is een kolen werker
naar het ziekenhuis gebracht, die bij
het lossen van steenkolen uit een spoor
wagen in een in de Eerste Katen-
drechtsche haven liggend stoomschip
door zware stukken steenkool op het
lichaam getroffen werd. Hij heeft een
paar ribben gebroken en is verder
zwaar gekwetst.
Een caféhouder te Meppel is op
den weg tusschen Wanneperveen en
Meppel het slachtoffer van een hollend
paard geworden. Hij zat op een flets,
werd door het paard omvergeworpen,
raakte onder den wagen en kreeg een
wiel over het hoofd. Eenige uren later
is hij overleden.
Maandagavond omstreeks elf uur
is een man overreden door de tram
DongeTilburg. De overredene, die
in staat van dronkenschap verkeerde,
lag op de rails en werd letterlijk door
midden gereden.
Dinsdagmiddag begaf zich de land
bouwer J. van de Bilt, wonende aan
den Amsterdamschen straatweg by
Naarden, per rijwiel huiswaarts, toen
hem een auto achterop reed. Op een
waarschuwingssignaal stak v. d. B. den
weg over; de bestuurder van de auto
remde uit alle macht en trachtte zooveel
mogelijk uit te wyken, doch kon niet
verhinderen, dat de onvoorzichtige
ouder de auto kwam en door een der
spatborden op slag gedood werd. De
auto kwam in de vaart terecht, doch
de 3 inzittenden konden zich zwem
mende redden.
V. d. B. was weduwnaar en vader
van 2 kinderen.
Te Rotterdam kreeg een gasfitter
twist met een man. De gasfitter was
in gezelschap van zijn vrouw. De
twistende mannen verstoorden de nacht
rust, en weldra verscheen de politie
ter plaatse, die den gasfitter en zijn
vrouw tot doorloopen aanmaande. Zij
weigerden aan dit bevel gevolg te geven.
En toen tot arrestatie zou worden over
gegaan, heeft de gasfitter ernstig verzet
gepleegd, daarin krachtig bijgestaan
door zijn vrouw, die de agenten sloeg
en schopte en een hunner een bos haar
uit den baard trok. Man en vrouw zijn
ten slotte naar een politiebureau over
gebracht.