27e Jaarg. Is erfenis van oom Reinhard. to. Ofï Woensdag 22 November 1911. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwseh- Vlaanderen. F. DIELEMAN, Buitenland. FEUILLETON. ANT. D>t blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. De Italiaansch-Turksche oorlog. Uit Tripoli wordt aan de Lokal Anz. geseind Den kilometer terrein, dien de Italianen onlangs aan den linker vleugel hebben gewonnen, is Zondag middag na een hevig gevecht door de Arabieren heroverd, omdat de Italianen daar bij den opmarsch een opening van 300 meter hadden gelaten. Hiervan hadden de Arabieren gebruikgemaakt. Zij waren door de Italiaansche linie heengedrongen en hadden zich daar vastgenesteld. Van achter de water putten, boomen en tuinmuren beschoten zij de Italiaansche stelling in den rug. De afgevaardigde van Fezzan, kapitein Boesjad bei, organiseert den Turkscheu trein. Maandag en Dinsdag heerschte er rust, Beide partijen zijn overver moeid. Het neerstroomen van den regen verhindert de krijgsverrichtingen. De cholera is na het omslaan van het veer geluwd. De Agence Ottomane maakt een telegram openbaar, dat haar Tripoli- taansche correspondent den 16den dezer des ochtends om 5 uur te Dehebat in Tunis heeft afgezonden. Eiken dag wordt, zoo meldt hij, aau het' Zuidoostelijke front van de Italianen gestreden, omdat onze troepen hen onophoudelijk bestoken. Dinsdag en Woensdag hebben onze troepen een aanval op de moskeeën van Fesjloem gedaan. De Italianen leden zware ver liezen vier kanonnen en een aanmer kelijke hoeveelheid schietvoorraad wer- Beneden in de zaal was het huwelijks altaar opgericht tusschen een overvloed van groen. Een breede trans van donker- roode rozen slingerde zich om het altaar, guirlandes van rozen bekransten de wanden, reikten van de hoeken naar de lichtkroon, en bedekten die geheel. Dat had vader zoo geregeld. De rozen geurden. Eenige leden van het Domkoor zongen. En toen was het f?igne of alles in een droom geschiedde. Als van uit de verte klonken haar de woorden van den hofprediker in de ooren. Slechts éen enkele maal, toen hij het Hooglied aanhaalde: »Vele wateren kunnen de liefde niet uit- blusschen, stroomen haar niet weg spoelen* huiverde zij. Maar toen rees toch weer, als uit den ondergrond van haar bewustzijn, een schemering van hoop, en haar »ja« klonk helder en duidelijk door het vertrek. En zoo was het dan geschied. Moeder schreide, toen zij haar kind »au haar hart drukte. Ook vader had een traan in het oog. De weimge bruiloftsgasten verdrongen zich om haar den op den vijand veroverd. Het getal onzer strijders groeit weer aan, omdat voortdurend krijgslieden van de stam men in het binnenland aankomen. De Italianen zijn door de cholera gedecimeerd. Zij wagen het niet om een stap buiten de stad te doen, of schoon het onze taktiek is, hen naar buiten te lokken, om een slag te leveren. De Italiaansche generale staf gebruikt de aanvullingstroepen om ze op de voorposten te plaatsen en voor verken ningsdiensten, omdat de soldaten, die reeds langer in Tripoli zijn, na eenige ontmoetingen met de Turken weigeren vooruit te gaan. De.Italianen probeeren thans den Turkschen troepen schade toe te brengen door het proviandeerén te verhinderen, maar, naar al onze officieren verzekeren, kan deze taktiek niet slagen, omdat onze verbindingslijnen gewaarborgd zijn. In het Turksche kamp blijft men overtuigd, dat de overwinning ten slotte aan onze zijde zal zijn, Uit Konstantinopel wordt aan de Lokal Anzeiger geseindDe mogend heden hebben aan de Purte de ver zekering gegeven, dat de Italiaansche vloot alleen in den Archipel en voor Tripoli zal optreden en geen havens van het vaste land zal beschieten. FRANKRIJK. Het Petit Journal ontving een telegram uit Toulon, meldende, dat er daar zeven verdachte ziektegevallen, die cholera zouden zijn, waargenomen zijn. Alle voorzorgsmaatregelen zijn ge- CHINA. De Times verneemt uit Peking, dat Joeansjikai generaal Toeantsjitsjoean heeft benoemd tot onderkoning van Hoenan en Hoepe en hem heeft opge dragen, de regeeringstroepen aan te voeren, teneinde de opstandelingen bij Hankou te onderwerpen. De opstande lingen weigeren nl. elk vergelijk met de regeering en blijven aandringen op wegjaging van de Mantsjoedynastie. De Daily Mail verneemt uit Peking dat de positie van Joeansjikai hachelijk is geworden en dat er in den boezem van het nieuwe kabinet oneenigheden zijn uitgebroken. De onderhandelingen tusschen de leiders der regeeringstroepen en de opstandelingen bij Hankou hebben vol komen schipbreuk geleden. De toestand van de regeeringstroepen voor Hankou is hachelijk. Vele soldaten weigeren te vechten of loopen over naar de rebellen, tal van officieren plegen zelf moord. Uit Tsjinkiang wordt aan de New York Herald geseind, dat admiraal Satsjenping te Kioekiang door de re bellen als gijzelaar wordt gevangen gehouden. De opstandelingen hebben de macht op de Jangste in handen en beletten alle scheepvaart van de Chineezen op de rivier. Naar de Daily Telegraph uit Peking verneemt, gaat daar het gerucht, dat Japan met Engeland en Rusland onder handelt over een gemeenschappelijke gewapende inmenging in China. heen met hun wenschen. »Geluk en zegen* fluisterde Dodo haar met een van ontroering trillende stem in het oor. »Mag ik Uwe Hoogheid ook mijn harte lijkste gelukwenschen aanbieden c hoorde zij de klankvolle stem van den geestelijke en daarmee voor de eerste maal de openlijke bevestiging van haar verhooging in stand. Zij lette er niet op. Maar zij naderde haar man weer en drukte hem vast de hand. Het was haar als een gelofte die zij zich zelve deedWat er ook moge gebeuren, wij gaan nu eenzelfden weg. Er kon geen jubeling van geluk in haar zijn, zij was niet eens ontroerd. Maar zij was dien morgen met zich zelve tot klaarheid gekomen, en een kalme rust was uu in haar teruggekeerd. Toch kwam er toen nog een oogen- blik dat haar de tranen in de oogen deed springen, zonder dat zij zelf wist waar zij vandaan kwamen. Bij de deur stonden haar twee lieve lingen, de kleine Neumanu'etjes. Dat was Dodo's werk. In feesttooi stonden de kinderen daar, en hun oogen straalden van feestelijken glans. Ieder had een klein ruikertje vergeet-mij-nietjes in de hand. Die reikten zij Signe toe. Eerst in het laatste oogenblk bespeurde zij de kinderen, eerst toen zij aan den arm van haar man over den drempel Daar de hal wilde gaan. Toen zeide zij Vergeef mg liet hem los en knielde neer. Zij trok hen naar zich toe, zij kuste hen, zij luisterde naar hun zacht, verlegen stamelen en eensklaps schoten haar de oogen vol trauen. Hoburg stond er verbaasd, eenigszins gekrenkt, naast. Eindelijk maande hij fluisterend: »Lieve Signet.... Zg richtte zich terstond op. En zij was zoo schoon in dit oogenblik, met de glinsterende tranen aan de wimpers en den zachten, blijden glimlach om den mond, dat hij haar als betooverd aanzag, alsof hij iets geheel nieuws, wonderbaars in haar gelaat ontdekt had. Een uur later had prinses Signe Hoburg het ouderlijk huis verlaten. Toen het rijtuig wegreed, stonden zij met hun drieën aan het venster: de ouders en Dodo. Alle drie evenzeer ontroerd, alle drie met dezelfde wenschen in het hart. Maar de gedachten die in hen omgingen waren geheel verschillend. Voor moeder beteekende de dag zoo ongeveer de bekroning van vele wen schenzij zag slechts licht en geen schaduw. Vader had wel bezorgdheid, maar hij dacht toch»Ouze Sigue zal haar weg wel vinden.* Het zusterharf beefde. De herinnering aan dien morgen, aan Signe's gesnik zonder traneu, aan de gloeiende kussen daarna, aan haar droef-8meekend Blijf van mij houden Blijf vau mij houden L die herinne ring was haar nog te versch in het geheugen. Maar de dag had ook het Joeansjikai heeft laten bekend maken, dat de opstandelingen te Hankou een aanval hebben uitgevoerd in den rug der regeeringstroepen. Er ontstond een hevig gevecht. De opstandelingen wer den met aanzienlijke verliezen terug- Blijkens een te San Francisco ont vangen telegram wordt de Amerikaan- sche oorlogsvloot in den Stillen Oceaan gemobiliseerd, waarschijnlijk om naar China te worden gezonden. Naar luid van een telegram uit Tientsin heeft de Amerikaansche gezant te Peking den Amerikaanschen burgers in het binnenland van China bevolen, hun plaatsen van vestiging te verlaten en zich naar de tractaathavens te MEXICO. Uit New York wordt dd. 17 dezer aan het Berliner Tageblatt geseind De gouverneur van Texas bericht, dat de wacht aan de Mexicaansche grens in de Noordelijke Staten van Mexico Tamaulipas en Nuevo Leon beweging heeft opgemerkt. Een ge wapende revolutie onder aanvoering van Reyes staat voor de deur. De gouverneur heeft strenge maat regelen bevolen, om te zorgen, dat er geen toebereidselen op het grondgebied van Texas worden getroffen. In Mexico City is een Spanjaard gevat, die door vrienden van generaal Reyes gehuurd was, om Madero te vermoorden. De gevangenissen zijn vol met politieke gevangenen, juist als in den tgd van president Diaz. eigen verlangen in haar gewekt. Het liefst zou zij nu, juist nu vader en moeder omarmd en hun toegefluisterd hebben »U moet alles wetenTk heb hem lief, ik heb hem lief....* Toen zei vader droevig: »Nu zal het stilletjes bij ons worden. Gelukkig dat wij jou nog hebben, Dodo* En het woord bestierf haar op de lippen. Het werd werkelijk zeer eenzaam in het huis Gudareza. Eenzaam en stil. In Juli moest vader naar Karlsbad. Toen hij, lichamelijk veel aangesterkt, terugkwam, had het huwelijk vau Friedel plaats, met vrij wat meer praal, een gebeurtenis voor »tout Berlin*, voor zoo ver het niet op reis was. Op het inner lijk leven van zijn ouders en van Dodo maakte het hoegenaamd geen indruk. Bij dit huwelijk ontmoette Dodo voor de eerste maal weer Hartwig Brauustein. Bij het schitterend diner was hij zelfs haar tafelbuur. Geen onderhoudende stiller nog, meer in zich zelf gekeerd dan vroeger, vooral wanneer men het vergeleek met den tijd in Rome, toen blijde hoop hem vervuld had en opge wekter had gemaakt. Er was bijna iets schuws over hem. Alleeu als hij sprak van zijn werk, waarin hij geheel scheen op te gaan, werd hij leveodigeft Dodo dorst niet spreken over Signe. En hij aarzelde lang. Eerst bijna tegen het einde van het diner vroeg hij hoe het de prinses ging. Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1911 | | pagina 1