Binnenland. andbouw. Gemengd Nieuw vormen. Dertig bataljons voetvolk staan langs den Russisch-Japanschen spoorweg. Twee regimenten artillerie liggen te Ningoeta. Tusschen Tsjang- tsjoen en Kirin staat een brigade en ook een tusschen Moekden en Hsinmin- ting. Ten zuiden van Charbing is een brigade opgesteld, verder 6 bataljons genietroepen, 13 compagnieën van den trein en 10 andere compagniën. Het aantal kanonnen bedraagt 150, de mi trailleurs niet medegerekend. De vierde divisie zou in het Zuiden bij de grens van Korea gelegerd worden, ter verdediging in de richting van Tschientao, het gebied waarover China en Japan hel omtrent den eigendom nog niet eens zijn en dat zeer rijk is aan steenkolen. Hofberichten. H. M. de Koningin heeft van H. M. de Koningin-Moeder als verjaargeschenk een fraaie antieke eikenhouten kast gekregen, benevens een insluithaard met toebehooren. President Taft heeft aan H. M. de Koningin op 31 Augustus het vol gende telegram gezonden Op den verjaardag van Uwer Ma- jesteits geboortedag bied ik Uwe Ma jesteit de verzekering van mijn hoog achting met mijn goede wenscheu aan. Ik hoop, dat het land van Uwe Majesteit bij voortduring vrede en welvaart deelachtig moge zijn. Zaterdag om 3 uur 39 is H. M. de Koningin Moeder van het station Apeldoorn, waar H. M. de Koningin en Z. K. H. de Prins met gevolg Haar uitgeleide deden, naar Baarn terugge keerd. Toen de vorstelijke familie bij 'tstation kwam luide begroetingen stegen op stond voor het eerste perron de salon wagen van den Ned. Centr. Spw. al gereed, en de burgemeester van Apeldoorn bevond zich ter ontvangst in de vestibule. Eenige oogenblikken toefden de vorstelijke personen met wederzijdsch gevolg in de eerste-klaS wachtkamer. Daarna namen de Ko ningin en de Prins op het perron hartelijk afscheid, waarna de trein spoedig vertrok. Te 4 uur 36 is H. M. de Koningin- Moeder aan het station Baarn aange komen en naar het paleis Soestdijk gereden. Katholiekendag. Zondag is te Breda een katholiekendag voor het geheele bisdom gehouden. Uit verscheidene plaatsen waren vele honderden naar Breda gekomen, o.a. vele geestelijken. Alleen uit Zeeuwsch- Vlaanderen bedroeg het aantal deel nemers aan den katholiekendag meer dan twee honderd. De dag werd geopend met een plechtige mis, gecelebreerd door den vicaris-generaal in het bisdom. In talrijke vergaderingen vereenigdet} zich daarna de deelnemers aan den katholiekendag. 's Middags werd een groote optocht gehouden, waaraan 74 vereenigingen met vaandels, benevens eenige muziek korpsen deelnamen. De dag werd besloten met een rede voering door het lid der Tweede Kamer A. baron van Wijnbergen in de kathe drale kerk. A. R- rt beien Zij waren misschien even rijk als de Braunstein's en zij waren vol strekt niet ouderwetsch. Maar zij pronk ten er niet mee dat zij tot de twintigste eeuw behoorden, en de rijkdom scheen bij hen iets van zelf sprekends. Ook was zoo zei mende heer Neumann geen vermeerderaar van wat hij had geërfd, doch slechts een goed beheerder, daar hij een zorgzaam huisvader was. Signe stond op den drempel van het salon en wilde juist de schoone gast vrouw begroeten. Daar keerde de meneer in rok, die naast mevrouw Neuman stond, zich om en zij herkenden elkaar op hetzelfde oogenblik. Signe dacht dat haar knieën haar begaven. Zoo schrok zy. Eer had ze alle mogelijke andere dingen ver wacht. Viktor Kaltenegg stond voor haar. En ook hij schrok. Een vluchtige blos vloog over zijn gelaat en een paar malen streek hij zenuwachtig over deh opslag van zijn rok. In het eerste oogeublik, nadat zij haar plotselinge ontroering had weten te be- heerschen, vloog haar de gedachte door het hoofd doorgestoken kaart. Maar zij zag tegelijk dat zij zich ver giste. De gastvrouw stelde volkomen onbevangen voor: Meneer von Kalte negg.* En toen had Signe reeds den gewonen toon van den omgang wetfeu te herwinnen. Zij kon uiterlijk volmaakt kalm zeggen »Dag, meneer von Kal-, AXEL, 5 September 1911 Donderdag was het 30 jaar geleden, dat de heer A. Olijslager, gemeente veldwachter alhier bij de politie werd aangesteld. Door den burgemeester werd hem de verguld zilveren medaille van den Algemeenen Nederlandschen Politie bond met een hartelijke toespraak uitge reikt, terwijl het hoofd der gemeente daarbij nog een persoonlijk geschenk voegde. Tal van ingezetenen toonden den jubilaris hunne belangstelling door een persoonlyk bezoek of het zenden van een kaartje. Moge het hem nog vele jaren gegeven zijn in. gezondheid zijne betrekking te vervullen. Tot fitter bij de gasfabriek alhier is benoemd Joz. A vol van Hansweert. Vrijdag slaagde te Breda voor de hoofdacte o. m. de heer F. Th, van Putte, onderwijzer te Sas van Gent. Bij Kon. besluit van 30 Augustus zijn tot voorzitter en burgerlijke leden van den militieraad in Zeeland en tot hunne plaatsvervangers voor de lichting der nationale militie van 1912 benoemd tot voorzitter J. H. Ch Heyse, lid der Provinciale Statentot zijn plaats vervanger mr. D. van der Vliet, lid der Provinciale Staten; tot lid jhr. P. J. Boogaert, lid van den gemeenteraad van Middelburg tot zijn plaatsvervan ger mr. E. J. Sprenger, lid van den gemeenteraad van Middelburg. Men schrijft uit Zeeuwsch-Vlaanderen aan de N. R. Crt. In de laatste dagen wordt hier een levendige handel in lijnzaad gedreven. Het zaad is van 'tjaar van bijzonder goede kwaliteit, terwijl de opbrengst over het algemeen ook niet tegenvalt. Men betaalt 39 a 40 francs per 100 kilogram. ten egg...en hun *"ingers raakten zelfs vluchtig elkaar aan. Dodo, die na hare zuster was binnengekomen, klapte in de hander »neen maar.... Viktor!* En mevim Neumann zei, blijkbaar aan genaam verrast»Een oude kennis dus dal is aardig.* Er was een tamelijk groot gezelschap dertig menschen ongeveer. »Gelukkig," dacht Signe opgelucht. En zij had nu nog slechts de vage vrees dat het toeval, het onberekenbaar toeval, haar Viktor tot tafelbuur zou geven. Maar daar kwam reeds de gastheer op haar af met een meneer, die er een beetje exotisch uitzag»Zijne Excel lentie Theodore Castagnola.* Juist meneer Neumann was immers consul van Rumeuië, en deze meneer was minister-president. Of iets derge lijks. Signe herinnerde zich vaag dat zij hem reeds ergens had ontmoet, en zij was den heer Neumann dankbaar dat hij haar als de eenige dame beschouwde die onberispelijk Fransch sprak. Zijn Excellentie zou zich niet te beklagen hebben. Goddank Goddank dat het niet Viktor was, die haar aan tafel geleidde Zij zag hem voor het oogenblik niet. Zij liet zich voorstellen aan de oudere dames, allerlei heeren verdrongen zich om haar. Toen kwam de gastheer Weer en stelde een knappèn, jongen ipan,. tusschen de twintig en dertig, voor Een afschuwelijke daad, vooral in dezen tijd, is te Koudekerke gepleegd. Bij den timmerman W. Maas Jz. in de kom dier gemeente heeft in den nacht van Zondag op Maandag iemand de regenbak, welke nog voor een acht dagen water bevatte, door het volop ingieten van petroleum bedorven. De ingenieur van het waterschap Schouwen, jhr. De Muralt te Zierikzee, heeft een nieuw toestel bedacht en in toepassing gebracht om het Waterbeloop van een dijk zonder afdamming droog te leggen. Het toestel bestaat uit een op eigenaardige wijze geconstrueerd schip, dat tegen den oever wordt ge varen en is in België bij een kanaal- werk reeds met succes in toepassing gebracht. Willem Schurmaun heelt nog alleen wat pijn tengevolgë van het hem toe gebrachte letsel. Het blykt dat een jongen uit een klein flobertpistooltje een kogeltje als een kersepit had afgeschoten hij wilde mikken op de' koffers, die boven op het rijtuig stonden,, waarin de heer Schurmann was gezeten. Deze vroeg de politie den knaap niet te vervolgen en liever een flink pak slaag voor zijn broek Je geven. Men moest, volgens hem, liever de menschen straffen, die aan zulke apen van 12 jaar flobertpistolen en kogels verkoopen. Een ontploffing. Blijkens een van den commandant der zeemacht te Batavia ontvangen telegram heeft aan boord van het pantserschip Hertog Hendrik tijdens gehouden schietoefe ningen een ernstig ongeluk plaats gehad, waarbij drie manschappen aan hun wonden zijn overleden. Vijf zijn zwaar, doch niet onmiddellijk levens gevaarlijk en zeven licht gewond. De familieleden der betrokkenen zijn on middellijk vanwege het departement van marine hier te lande ingelicht. Een flinke jongen. Een paar jongens waren in de Zuid-Willemsvaart te Weert aan het baden. Een hunner, zekere M. A., waagde zich te ver in het kanaal en was reeds tweemaal ondergedoken. Een 13-jarige toeschouwer, Jacq Brons, rukte toen plots zijn kieltje los en sprong verder gekleed te water. Hij wist den drenkeling te grijpen en hem behouden op het droge te bréngen. De droogte. De boeren en tuinders onder Zutphen, die land in huur hebben van die gemeente, hebben eene ver gadering gehouden, waarin besloten is de gemeente reductie te vragen van de huurprijzen over dit jaar, met het oog op de enorme schade, die zij door de droogte hebben geleden. Ook aan particuliere eigenaren zal een dergelijk verzoek worden gedaan. »Mijn zoon uit het buitenland. Allo, Fritz, mijn jongen, maak eens een mooie buiging!* Meneer Neumann lachte daarbij zeer vergenoegd, en hij had er recht toede jonge man was het even beeld zijner moeder, maar dan in het mannelijke. En Signe was, hoe zenuw achtig zij zich nog voelde, terstond b zonder vriendelijk voor hem, hij had in zijn gezicht zooveel van haar kleinen lieveling, het jongste kind des huizes Wordt vervolgd. De boschbrand in Limburg, Uit Limburg schrijft men omtrent den geweldigen brand van Maandag avond het volgende aan het Hbld.I Elmpt was in rep en roer. Alle werkwilligen trokken naar de bosschen om te stuiten, waar gestuit kon worden, 't Dorpje zelf lag gehuld in een valen rooksluier, want tot vlak bij de eerste huizen was onder 't eikenhakhout de heide reeds weggebrand. Even buiten 't dorp ging de weg opwaarts en daar over de berghelling wolkten dikke ko lommen rook, bruin, wit, en zwart omhoog en vermengden zich hoog in de lucht tot een roodbruine dreigende wolk, waarin de zon hing als een oranjekleurige lampion. Langs den weg overal wachters, want hier waren we op den eersten breeden weg, die het brandende terrein scheidde van 't nog onaangetaste. Op bepaalde afstanden lagen overal afgesneden dennen- en berkentakken klaar om de vlammen te kunnen uitslaan. Elk der wachters had een schop om met scheppen zand te dooven waar een vlammetje ver raderlijk door de dorre heide voortkroop. En toen hadden we de plaats bereikt, waar de brand woedde. Aan 't einde van een breed boschpad wemelde het van fietsen en werklieden. Links kroop tegen den wind in de vlam over een lange linie voort door een bosch jong dennenhout. Een paar minuten verder was de weg verborgen achter den dikken rooksluier, die oversloeg van de rechterzijde, waar een hoog dennen bosch een kwartier verderop aan 't branden was. Daar uit de verte klonk het telkens op alsof een spoortrein in dolle vaart naderdedan had een windvlaag de vlam aangewakkerd en rende het vuur loeiend en grommend voort door het droge, dorre onderhout, tot opeeens de vlam hoog opsloeg en knetterend de vuurgloed tot vlak voor de toeschouwers zich vertoonde. Dan werd het één wilde vlucht van fietsers en wandelaars, om niet te worden ingesloten door den verstikkenden rook en de heete vlam menzee. De brandweer repte zich om hët vuur af te leiden op de plaatsen waar het traag voortkroop. Daar, waar de wind vrij spel had en de vlammen bij tusschenpoozen van 5 of 10 minuten hoog oplaaiden, was 't onbegonnen werk, om te trachten het woedende element te stuiten. Omstreeks halfzeven 'sa vonds was het vuur genaderd tot het hooge houten gevaarte voor de driehoeks meting, dat daar ter plaatse in het Elmptsche bosch is opgericht. Het deed er toen nog dienst als observatie post voor hen, die het werk van brand weer en arbeiders regelden. Daar werd ook de wagen afgeladen, welke uit het dorp was afgezonden voor het korps strijders. Twee vaten bier werden ,op omgehakte boomstammen gelegd, een stapel roggebrooden, wittebrood en spek er bij en weldra daagden van alle zijden de geuniformden en de gewone burgerluidjes op, de meesten stoffig en zwart als kolenbranders, met droge kelen en hongerige magen. Al bleef bleef de vroolijkheid er in, toch leek het me een luguber maal met dien vuurgloed daar aan 'topen gedeelte van den boschweg en 't telkens opnieuw aanzwellend geloei achter het donkere nog niet aangetaste mastbosch. Tot by zeven uur heb ik 't schouw spel aangestaard. Mooi was 't niet, wel angstwekkend. In Roermond waren de treinen ver over tijd. Dit was mijn geluk. Om bij half acht snapte ik nog den snel trein naar Venlo. De Roermondenaren bewogen zich langs den buitenkant van hun stad. Bij het vallen van den avond leek de Berg één vuurmassa, 'n fantastisch schouwspel; maar ik had het te dichtbij gezien, om het mooi te kunnen vinden. Limburg maakt thans een boschbrard mede, zooals het in jaren niet gekend heett. Te Vlodrop nabij het klooster

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1911 | | pagina 2