I \o. 13. Zaterdag 27 Augustus 1910. 26e Jaar*?. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. UIELEMAft, Buitenland. FEUILLETON. Hst vermists klsinood. Binnenland. AXEISEHE COERANT. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITEEVER AXEL. AüVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eikeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. DUITSCHLAND. Van een van de luchtreizigers, die aan den tocht over de Russische grens deel hebben genomen, heeft de Lokal- Anzeiger nadere bijzonderheden ver nomen over de beschieting van een luchtbol door Russische grenssoldaten. De luchtbol Hildebrandt was Zaterdag om zes uur te Schmargendorf onder leiding van den ingenieur Berliner opgestegen. De reis ging in Oostelijke richting. Bij Küstrin dreef de luchtbol over de Oder en de Warthe. Daar ging de maan, die het land tot nu toe ver licht had, achter een wolk schuil. Zon dagochtend tegen vier uur bevonden jde luchtreizigers zich in de buurt van Bromberg. Een mist, die op kwam zetten, benam hun nu het uitzicht. Om half vijf wisten zij niet meer waar zij waren. De luchtbol dreef op een hoogte van 200 M., toen de reizigers hoorden schieten. Dadelijk daarop vlogen hun de kogels om de ooren. Het waren Russische grenssoldaten, die op den luchtbol hadden aangelegd. Om aan het vuur te ontkomen, lieten delucht- vaarders den luchtbol hooger stijgen. Nu werd een geregeld geweervuur op de Duitschers geopend en van alle kauten kwamen de kogels aanzetten. Er werden ongeveer 40 schoten gelost, daarna werd het rustig. De luchtbol i dreef, nadat men een zak ballast geleegd had, op 1000 M. hoogte verder. De I Duitschers landden goed en wel op 30 K.M. ten O. van Warschau, nadat zij XV. Toen Renate binnentréid, keken moeder en dochter met gelijke verrassing eerst haar, toen elkander aan. >Mijn juffrouw van gezelschap,* zeide gravin Stadelburg.... »Tast toe, lieve menschen.... Hebt u om het rijtuig ge telefoneerd, juffrouw Mildner Stipt om zes uur -?« »Het zal er wezen, mevrouw.* Er was in deze stem iets en ook in Renate's houding, dat Ulla niet beviel. Misschien was het ook een voor gevoel, dat haar bekroop. »U hebt een ware Venus uitgezocht, tantetje,* zeide zij spottend, zoodra Re nate de kamer verlaten had. »Ik zou dat juffertje liever niet in mijn hu willen hebben.* »Zoo Is dan je aanstaande zoo Don Juan vroeg de gravin knipoogend en in gedachte reeds haren geldbuidel vaster dichtsnoerend. »Maar, Litta hoe kan je nu toch zoo iets tegen een geëngageerd meisje zeggen?* riep mevrouw Rittweg in edele verontwaardiging, haar kopje neerzettend »Dat is nu toch wat kras »Miju aanstaande zou de laatste zijn een afstand van 560 K.M. hadden af gelegd. Een nader onderzoek zal aan het licht moeten brengen, of de luchtbol van de kogels te lijden heeft gehad. FRANKRIJK. Te Parijs is weer een opzienbarende moord gepleegd op een vrouw van lichte zeden, Bertha Presnais. Zij is doodgeschoten op den hoek van den boulevard Clichy. De moordenaar is nog niet gepakt. Een door de politie ingesteld onderzoek heeft aan het licht gebracht, dat Bertha Fresnais, die den laatsten tijd met een jongen man, by- genaamd den Bretagner, samenwoonde, in November te Asnières met een steen klopper leefde, dien zij, op een nacht, dat hij haar bedreigde, een mes in de borst stak, waardoor de man stierf. De vrouw werd voor de assisen vrij gesproken, omdat men aannam, dat ze uit zelfverdediging gehandeld had. Het samenleven van Bertha Presnais met den Bretagner was al even treurig als dat met den steenklopper. Meer malen moet de man haar gewaarschuwd hebben, dat ze met hem niet zou kunnen doen wat-ze met-zijn voorganger gedaan had en het onderzoek van de politie heett nog de volgende vreeselijke bij zonderheid onthuld de moordenaar van Bertha Fresnais en drie zijner rotge- nooten hebben den dag vóór den moord er om gebiljart wie hunner de vrouw zou dooden. Want in hun oogen had zij, wegens haar gedrag jegens den Bretagner, den dood verdiend. De man dien de politie nu zoekt, verloor de partij. ENGELAND. Nu er Nederlanders in Engeland den aanplant van suikerbieten voor Neder- landsche suikerfabrieken aanmoedigen, beginnen de protectionisten te klagen. In Suffolk kan men ergens in een biefcenveld een groot bord zien staan, wajirop men leest„Suikerbieten, groeiende voor den vreemdeling in Nederland. Waarom kan het goede oude Suffolk niet zelf een suikerfabriek hebben. Waarom niet In Essex komt er een suikerfabriek, naar men weet, maar daar hebben ook Nederlanders de hand in. Volgens een Loüdensch blad zijn twee heeren van de'Nederlandsche maatschappij, die de fabt-iek laat zetten, dezer dagen te Mijdon geweest om het terrein op te neftien en hebben zij den architect last gegeven, dadelijk met het werk te be ginnen. Er zyn ook Engelsche commis sarissen van die onderneming, en een hunner heett aan het Londensche blad gezegd, dat z. i. de grond in Essex wel dubbel zooveel suikerbieten zal ople veren als de Nederlandsche heeren verwachten. Deze rekenden nl. op 12—15 ton per acre (0.4 H.A.) zeide Ulla, met het hoofd in den nek, »om zich voor ondergeschikte personen te interesseeren.* ■Oho, meisje je kent de mannen nog niet »Beste Litta,* bemiddelde mama wij dwalen hoe langer hoe meer van ons kapittel af »Van de zilverkast, bedoel je?« De gravin schelde weer, vei zocht Renate het theegerei weg te nemen.... »Au Daar steekt mij eene haarspeldOch, juf frouw Mildner, wilt u er eens eren naar kijken En terwijl Renate zich boog, kwam hare slankheid zoo bevallig uit, ook de schoone vorm van haar profiel, dat er een boosaardig gevoel van nijd in Ulla oprees. »Dank u wel,* zeide de gravin. »Wilt u nu nog zoo goed zijn, het licht in de voorkamer uit te doeu Wy zyn namelijk zuinige menschen, lieve Louise. Als wij geen dansschoeneu hebben, dan gaan we niet naar 't bal.* »Onder jouw omstandigheden, lieve Litta, vind ik dat toch wel erg onnoo- dig,« meende mevrouw Rittweg. »Wie zoo gelukkig is, een vermogen te bezitten als jij -Och hemel,* viel Litta Stadelburg in, en weer werd haar gezicht als een zuur appeltje vermogen te bezitten is geen kunst maar de kunst is, het bij elkaar te houdeD.* De aanstaande Troonrede. De bekende Haagsche Krouiekschrij ver van de Nieuwe Gron. Crt. deelt mede dat H. M. de Koningin dit jaar weder persoonlijk en van den Prins der Nederlanden vergezeld, de nieuwe zitting der Staten-Generaal zal openen. De Troonrede' zal zoo zegt men niet veel nieuws brengen, maar hoofd zakelijk wat meer licht geven omtrent de plannen der Regeering, vooral op 80ciaal-oeconomisck en financieel gebied. De ontwerpen voor de samenvoeging van de vermogens-en bedrijfsbe^tingen tot één belasting met een s^&jsel van progressie, een wyziging vasde suc cessie-belasting en een herziening van de Tarief wet moeten gereed "zfjn om reeds spoedig - vermoedelijk nog vóór de sluiting van de loopende parlemen taire periode 1909'10 bij de Tweede Kamer in te komen. Een niet onbelangrijke versterking van inkomsten schijnt, ook bij de ver blijdende toeneming der gewone mid delen in dit jaar, onvermijdelijk, omdat het budget voor 1911 nog al beduidende verhooging der uitgaven moet aanwij zen, al zijn deze, voor wat b.v. leger en vloot betreft, op handige wijze door speciale fondsjes en andere kunstgrepen gemaskeerd. De Regeering moet spe ciaal met subsidies en bydragen voor enkele bydragen van openbaar nut (rivier-verbeteringen, kanalen, havens) flink in de schatkist hebben gegrepen. Alleen op het terrein van het openbaar onderwijs moet zuinigheid zijn betracht. Uitspraak eercraad In zaak dr. Kuyper. De eereraad in de bekende decoratie zaak van dr. Kuyper, samengesteld uit de heeren Van Swinderen, H. J. Kist en Van Karnebeek, heeft haar rapport uitgebracht aan baron Schimmelpen- ninck van der Oye van Hoevelaken, voorzitter van de Eerste Kamer. »Hebt u als jong meisje ook zulke financiers-ideeën gehad vroeg Ulla met trillende bovenlip. De hemel bewareToen dacht ik aan niets dan malligheid net als jij nu. Maar met de jaren komt 't verstand weet je, en Lieve Litta,* onderbrak haar me vrouw Rittweg »laten wij nu toch eindelijk eens voet bij stuk houden en niet vergeten waarvoor wij hier naar Dresden gekomen zijn. Je hebt blijk baar haasten ook wij hebben geen tijd te vermorsen. Ulla en ik zijn hier ge komen om eens vertrouwelijk, als familie leden »Mij een kies te trekken, jawelviel Litta in, met het leukste gezicht van de wereld. »Als je dergelijke uitdrukkingen meent te mogen bezigen,* zeide mevrouw Ritt weg, bleek van ergernis oprijzende »tegenover je naaste bloedverwanten, die zich overtuigd hielden van je goedhartig heid »Goedhavtigheid ter waarde van twee duizend mark, jawelriep Litta hoofd schuddend. »Je taxatie is te hoog.< »Dan heb ik geen woord meer te zeggen,* verklaarde mevrouw Von Ritt weg. »Of, alleen dit nog dat je Iiier mede den band tusschen ons voor goed verbreekt.* »Het zij zoo,* antwoordde de gravin »Ik hoop ook dat nog te overleven. Je zult geen last meer van mij hebben, lieve Louise.* Kom, Ulla Geen woord meer riep mevrouw Rittweg, naar adem hijgend. „Zulk eene houding gaat alles te buiten Liever dood dan onbeleefd,* zeide de gravin, het zilveren schelletje in be weging zettendOch, juffrouw, wilt u de dames eens helpen Toen de deur achter haar dichtviel, pakte Ulla de hand harer moeder. »Dat afschuwelijke mopsgezicht! Mijn hart draait om, als ik er nog aan deuk »Wij hebben uwe hulp niet noodig, juffrouw,* zoo wendde mevrouw Rittweg zich tot Renate. >Maar de gravin wenschte toch Verstaat u ons niet?* viel Ulla in, niet langer in staat zich te beheerschen. »Wij wij willen uw hulp niet. Dring u dus niet aan ons op Het gaslicht viel van boven op Renate's verbleekte gezicht. Hare dienstvaardige handen roerden zich nietmeer. Zijbeetzich op de lip en zweeg. Klaar, mama?* riep Ulla, trappelend van zenuwachtigheid. »Laten wij nu toch eindelijk maken dat wij in de frissche lucht komen Zij snelden de trap af en verlieten het huis en de straat, zonder nog eens oin te kijken. Den volgenden dag keerden zij huis waarts. Richard verwelkomde haar in het station, met een ruiker in de hand.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1910 | | pagina 1