/ïuiJ 85. Zaterdag 30 Januari f000. 24e Jaarg 10. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwseh- VIaan deren F. OIELEMAX, Buitenland. FEU I LLETON. D't blad versohLjnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. AOVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor elkeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. FRANKRIJK. Dank zij de strenge maatregelen van orde, is de terechtstelling van Dan vers minder weerzinwekkend geweest dan je vierhoofdige terechtstelling te Bé- Èune. De guillotine was geplaatst op het plein voor de gevangenis van Car- pentras. Dat plein is uitermate onge- ichikt voor een onthoofding, of men tan ook zeggen uitermate geschikt, al marmate men van den aanblik der onthoofding door een groot publiek heil verwacht of niet. Het is een kleine ruimte. De eene zijde wordt in beslag jenomen door het huis van de familie Valabrègue. Dit huis is in de geschie denis der la tste jaren al meer genoemd. Valabrègue is n.l. een zwager van Alfred Dreyfus. In dit huis van Vala brègue heeft Dreyfus een tijd lang ge logeerd nadat de krijgsraad van Reunes den ongelukkigen kapitein voor de: tweede maal had veroordeeld. Het buis heeft veel ramen en balkons op het plein, maar de heer des huizes heeft van het uitzicht Dinsdagmorgen niet geprofiteerd en hij heeft er voor gezorgd, dat voor die ramen en op die balkons dien morgen niemand te zien was. Een heele wand van het pleintje was alzoo niet voor publiek toegankelijk. De heele wand, want op de straat op het plein zelf liet de politie geen mensch toe. Het plein was geheel afgezet. In de straten, die op het plein uitloopen •tonden den nacht van Maandag op Dinsdag te blauwbekken en te pruttelen, of dat nu een openbare terechtstelling mocht heeten. Van de straat was de guillotine zelfs niet te zien. Het pu bliek dat zien kon bepaalde zich dus tot de menschen, die op de daken en voor de' ramen zaten van de huizen, waarvan de bewoners gastvrijer waren geweest dan de onbeurijivd j fatsoen lijke zwager van Dreytn Toen de o.ficc v i ja...... j i u ver oordeelde kwam aanzeggen, dat zijn verzoek om gratie was afgewezen, zeide hij, dat hij dit al begrepen had uit het lawaai op straat. Dan vers zeide, dat de justitie niet rechtvaardig is in Frank rijk. Sommigen krijgen gratie en an deren moeten voor de schuldigen boeten. Voor hij naar het schavot ging vroeg de geestelijke nog: Vraagt gij vergiffenis aan God en de menschen voor hetgeen gij hebt bedreven Ja, antwoordde Dan vers. De eigenlijke onthoofding duurde maar kort. In het huis' van de familie Steiuheil zijn de vingerafdrukken gefotografeerd, die men er vinden kon. Die vingeraf- afdrukken blijken alle afkomstig te zijn van bewoners, alle op een naOp het glas van een pendule z\jn vingeraf drukken aangetroffen van een onbe kende hand. Het blijkt, uit getuigenverhooren, duidelijk, dat de bergstok, die naast het lijk van den heer Steinheil gevonden is, afkomstig is uit het atelier van den schilder. Alle voorwerpen, die bij den moord hebben gediend zijn afkomstig uit het huis zelf. Zijn er moordenaars Drie weken later vinden wij, op eenigen afstand van Reefness, drie kna pen te paard een pleiziertoertje doen. Wij herkennen hen terstond 't zijn Gus- taaf Erikson, Joachim Brahé en Lars Olofson. Op verzoek van Gustaaf heeft de rijksraad beide knapen op zijn kasteel igenoodigd, en thans hebbeu zij een' heerlijken wandelrit afgelegd. Zij heb- I ben hunnen tocht genomen door't statige eikenwoud dat zich bij 't paleis van Grips holm bevindt, een oud eerwaardig kas teel met vier ronde hoektorens en twee honderd kamers, waarvan eenige ge diend hebben tot gevangenis voor ko ningen. »Is 't geen zonde en schande, Joachim, zeide Gustaaf, toen zij het prachtige slot voorbijreden, »dat mijn oudoom Sten dat heerlijke goed aan die luie monniken heeft geschonken »Uw oom heeft de geestelijken te vriend willen houden,* zeide Joachim, en daarin heeft hij geen ongelijk gehad. 'tVoorbeeld van koning Karei Kuudson heeft hem zeker geleerd.* »En wat zou 't mij schaden,* hernam Gustaaf, »al waren zij ook mijne vijanden. Ik zou hen ten minste van buiten geweest, dan hebben zij niets meegebracht, voor zoover men kan nagaan. Twee 'bedienden van Castro, een mannelijke en een vrouwelijke de laatste een negerin kunaen het te Berlijn niet uithouden vanwege de win terkoude Zij ziju te Bordeaux geko men, om zich te laten inschepen naar Venezuela. Zij zeiden over hun meester, dat deze de operatie met moed door staan had, maar dat hij soms nog veel pijn leed. Voor einde Maart zou de heer Castro wel niet geheel hersteld zijn. Op andere vragen van journa listen gaven de bedienden geen ant woord. ENGELAND. Naar de Daily Mail verneemt, zal de Engelsche admiraliteit van het voor jaar de zeemacht in de Vaderlandsche wateren nogmaals herindeelen. In het algemeen zal de wijziging hierin bestaan, dat de Kanaal vloot verzwakt wordt ter versterking van de vloot in de Noordzee. De zeemacht bestaat daar nu uit de Nord-divisie van de kustvloot, gevormd uit linieschepen met zes kruisers. Als de verandering is ingevoerd, zal het smaldeel linieschepen van deze divisie geheel bestaan uit schepen van meer dan 16,500 ton, bewapend tezamen met 48 vuurmonden van 30.5 c.M. en 20 van 23 c.M. Er zal een geheele nieuwe scheeps macht, de Noordzeevloot geheeten, wor den gevormd, bestaande uit 8 linie schepen, alle van 16,350 ton, zes pant- nooit met mijn eigen «goed hebben verrijkt.* »Gij hebt gelijk, Gustaaf,* vond Lars, >ten minste in 'tgeen gij 't laatst hebt gezegd. Mij zelf uitkleeden om die ledigloopers te voeden, dat deed ik nooit.* »Eh als 't uitkomt, wat koning Johan mij voorspeld heeft, en ik word eeDS een groot man, dan zal ik hun het rechtmatig erfdeel mijner familie weder ontnemeu,* zeide Gustaaf. »Wat was dat?* riep Brahê uit, ter wijl zij al voortrijdende aan 't einde van 't woud waren gekomen. »Ik hoor gillen.* »'t Is eene vrouwenstem 1* riep Gustaaf. »En verwarde mannenstemmen daar- tu8schen.« Hoe meer zij lot -i11>anhift woud naderden, hoe duidelijker Ge stemmeji werden, maar tevens ook hoe verwarder. Toen klonk het gegil tussohenbeiden bo ven 't gejoel uit. Gustaaf gaf zijn paard de sporen en snelde zijne beide vrienden vooruit. Spoedig was hij buiten het woud, daar waar de laatste bootnen aan het Meier- meer stonden en eene ruime vlakte zich uitbreidde, die nu tot een park is in gericht. Een oogenblik hield hij den draf van zijn paard in, om het tooneel voor zich te aanschouwen. Eenige stevige boeren knapen en zelfs ettelijke kerels hadden een meisje van ongeveer twaalf jaren in hun midden, dat zij in het Melermeer wilden werpen. De ongelukkige verde digde zich met al de kracht der wanhoop, en deed de'lucht van haar gegil weer galmen, tusschen beiden overstemd door de vloeken en scheldwoorden der boeren. Kennelijk behoorde zij tot het geslacht dier zwervende horden, die onder den naam van heidens, nog in Zwedens woeste en onbewoonde plaatsen ronddo len, doch bij het toenmalige gemis aan beschaving, vrij wat talrijker waren dan thans. Ook Gustaaf herkende haar daarvoor, niet alleen aan hare kleeding, maar ook aau de donkere oostersche huid en het ravenzwarte haar, dat thans ib verwarde lokken om hoofd en schou ders golfde. Hare donkere zwarte oogen stonden flikkerend als die eener tijgerin en haar geheele gelaat had de angstige trekken eener gejaagdheid, die in haren toestand niet te verwonderen was. Tien seconden later en de boeren hadden hun doel bereikt: de ongelukkige ware red deloos verloren geweest. Had Gustaaf een oogenblik den draf van zijn paard ingetoomd, om te zien wat er gaande was, het volgende storm de hij op de woedende boeren in, sloeg er met de karwats onder en riep op ge biedenden toon >Laat dat kind los, lafaards Deze onverwachte tusschenkomst had het gewone uitwerksel dat zulk eene serdekkruisers, alle van 13,550 ton en een snelheid van 23*knoop. Door deze veranderingen zal de Engel sche macht in de Noordzee sterk zijn 14 linieschepen en 12 pantserdekkrui- sers, zijnde de snelst varende, machtigst gewapende en zwaarst gepantserde oorlogsschepen in de heele wereld. De nieuwe vloot zal haar steunpunt hebben hetzij te Rosyth aan de Forthbaai, hetzij te Cromarty in het hooge Noorden van Schotland. Verschijnselen van de werkeloosheid in Londen Bij advertentie waren er ergens in een straat bij Broad-street twee pak huisknechten gevraagd 'twee- tot drie duizend man verdrongen er zich voor het opgegeven adres,'en de politie bad da grootste moeite ze in bedwang te houden. Dinsdagmiddag verzamelde zich in Whitehall voor het ministeriejvan oorlog een groote menigte muzikanten om er tegen te protesteeren, dat het ministerie militaire muziekkorpsen aan de burger lijke het brood uit den mond laat nemen door toe te staan, dat zij by openbare vermakelijkheden optreden, b.v. in Olympia, waar een militair orkest een burgerlijk heeft verdrongen. De werke- looze muzikanten hadden hun instru menten meegebracht en speelden den Doodenmarsch uit de Saul. Dinsdagochtend moest de weg, lei dende naar Downing-street, open wor den gehouden voor de ministers, die er tot een kabinetsraad waren opge roepen. Dichte drommen werkeloozen stoornis geeftde boeren lieten het meisje een oogenblik los en keken ver schrikt op. Maar ook slechts een oogen blikwant het volgende sprongen een paar als verwoede tijgers op Gustaaf los, terwijl anderen he't meisje aangrepen, haar naar den waterkant sleurden onder den uitroep van »Te water met de hèks, te water met het heidenkind'!* Een andere knaap dan Gustaaf zou zijn teruggedeinsdhij echter niet. In tegendeel, moedig bleef hij zijne besprin- gers afwachtenterwijl hij met luider stem riep »Ik, Gustaaf Erikson v»an Reefness ver bied u, dat meisje eene hand aan te raken.* 't Was of die naam een tooverwoord was. Niet alleèn weken de onbeschaamde aanvallers eensklaps terug; de anderen lieten ook het meisje los, dat van deze gelegenheid gebruik maakte en naar Gustaaf toe snelde. Misschien was 't niet alleen de naam van Erikson, den zoon van dien Erik Johanson, wiens naain nog een schrik was binnen en bui ten zijn gebied, maar ook de nadering der beide andere knapen, die aan den boeren ontzag inboezemde. Zij bleven op behoorlijken afstand en poogden noch het meisje terug te halen, noch den knaap op nieuw aan te vallen. »Wat moet gij van dat kind vraagde Gustaaf.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1909 | | pagina 1