Nieuwjaars-advertentiën i. i Alkmaar begint ie Victorie. o. 75. Woensdag 23 December 1908. 2ie Jaarg Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. IHELËMAX, BERICHT. Buitenland. FEUILLETON COURANT. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. AUVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing -3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vfydagnamiddag TWEE uren. Wegens het Kerstfeest zal dit blad aanstaanden niet verschijnen. In het Nieuwjaarsnummer van dit id, dat op 1 Januari 's morgens verschijnen, kunnen irden geplaatst a 25 cent, wanneer de 10 regels niet overschrijden, lerdere regels worden tegen het pone tarief berekend. Deze advertentien worden aange- tnefl tot uiterlijk Donderdag Dec. a.s., des namiddags 3 ure. DE UITGEVER. ENGELAND. Een commissie uit het Lagerhuis tit voorstellen gedaan onder welke trwaarden weer publiek in het Lager- lis toegelaten zal worden. Men weet, na de ordeverstoringen van de zijde d mannen en vrouwen, de openbare inderij gesloten is. De commissie geen publiek toegelaten hebben ar en aleer er een wet is aangenomen, larbij de verstoorders van de orde het Parlement naar den gewonen •Hebt ge den kookpot al te vuur?* eg Coenraet Palingman in den mor- van den twintigsten aan Judith en esken. »Ge weet wel, Judith, 'tis odaag Amsterdamsche kermis, en we Hen kermisgasten genoeg krijgen, meen Ge moet hun daarom maar eens ter tg opschaffen.* ►'t Zal aan ons niet liggen,* zeide esken. »Zie maar daar staat een tie tob met kalkwater, en daar een it wapeling.* 'tls noodig, maar 'tis toch wreed,* ttkte Judith aan. »Die Spanjaarden bben er toch ook die hen liefhebben, denk eens, Coenraet, hoe wij er aan zouden zijn, als we u eens half blind buis kregen.* •Zoover heb ik nog niet nagedacht,* raam Haeskenmaar Judith heeft Dat gesmolten lood alleen er van, als ik er aan denk.* •Id den oorlog moet men de zachtig- id wel wat aan een kant zetten,* tcht Coenraet in. »A1 hielden we die We gerechten achter, een daggeprik of kogel doet ook pijn. Maar dat Wen zij weten, die 't spel begonnen bben. rechter worden verwezen en deze hen behoorlijk kan straffen. Verder heeft de commissie nog een aanbeveling gedaan, waarvan de mannen van de oude inzettingen onthutst zullen staan zij wil in de ledengaanderij mannen en vrouwen bijeen laten zitten Tot nog toe moesten de vroQwen in een afzonderlijke gaanderij zitten, achter tralies, die hun schoonheid voor de landsvaderen verborgen, zoo dat zij er niet van hun ernstige taak door afgeleid zouden worden. Er zou ook een bureau gevormd worden voor het toelaten van publiek'. Het voorschrift is nu, .dat alleen door een Parlementslid binnen geleid iemand in het heiligdom mag verschijnen. Het Lagerhuis heeft nog in allerijl een wetsontwerp aangenomen, door den unionist Lord Robert Cecil voor gesteld, waarbij het verstoren van openbare vergaderingen strafbaar wordt gesteld met een boete van ten hoogste 5 p. s. en gevangenisstraf van ten hoogste een maand. Dat is tegen de stemrechtvrouwen gericht. Geen twijfel of het Hoogerhuis neemt het wetsont werp ook aan. BELGIË. De Kamer heeft Vrijdag zoowel de koloniale begrooting voor het moeder land als de koloniale begrooting voor Kongo aangenomen. De stemmenver houding was de eene maal 79 voor, 46 tegen en 13 onthoudingen en de andere maal bijna evenzoo. Een opmerking, die de socialist Royer Donderdag gemaakt had, gaf Vrijdag Alevel, ik wil er voortaan zoo licht niet meer mee spotten.* Dat bij alle drie onwillekeurig opwel lende berouw bracht een ietwat druk kende stilzwijgendheid teweeg, waar van zij zich door de komst van Egbert Diert niet ongaarne ontheven zagen. »De papisten zijn alweer te gang met hun schutgevaaic* zei hij haastig.» Voor zichzelf kreunen ze luttel om den dag des Heeren, en maken dan nog daarte- boveu, dat beter christenen dan zij dien niet kunnen waarnemen, 't Had zulk een vierige begeerte van daag om met onze bedroefde gemeente naar Gods Huis op te gaan, en Hem om een blijde uit komst aan te roepenmaar 'tkon niet. Ik moet weg en gij ook Palingmau, maar waar is Cilia »Bij haar vader in zijne kamer,* ant woordde Haesken, en Egbert begaf zich terstond derwaarts. »Ik geloof wel, dat wij de hulp der vrouwen weer zuilen behoeven,* merkte hij aan; maar 't kan daarom toch zijn, dat we, op verschillende punten van den wal geplaatst, elkaar niet zien. «En de mogelijkneid schoot men daarbij ib den zin, dat we elkaar eensin 'tgeheel niet weerzagenwant immers kan de Heer mijn naam of den u\yen huiden op een van 's vijands kogels hebben geschre ven. Laat ons des voor elk geval el kander vaarwel zeggen Cilia.* Zij viel hem ontroerd in de armen, aanleiding tot een vinnig gekibbel. Minister Rehkin begon. De minister kwam met heel zijn wezen in verzet tegen een aantijging van Royer, die gezegd had, dat een post van 1,200,000 frank, ten laste van dèn staat gebracht, inderdaad had gediend tot stijving van 's Konings beurs. Royer antwoordde, dat hij dit niet gezegd had, maar dat hij enkel te kennen had gegeven, dat het er allen schijn van had alsot. Minister Reukin verweet toen den socialist, dat deze niet voor zijn patrijzen stond. Als wij het tiende deel mis dreven van wat gij lieden ons aanwrijft, vervolgde Renkin, dan zouden wij on waardig zijn het land te regeeren. Dat zijt gij ookriep de socialist Pepin. Die frissche opmerking maakte den ketel aan 't koken. Ten slotte ging van der Velde uit leggen, dat Royer niet.anijers had gedaan dan toelichting vragen op een begroo- tingspost, anders niet. Minister Renkin ging toen'doen, waar hij, naar het lijkt, mee had moeten beginnen, n.l. uitleggen, hoe de vork in den steel zat. De kroonstichting had dat geld geleend voor de inlijving. Na de inlijving was de kroonstichting met baten en lasten op den staat over gegaan, dus ook die schuld van 1,200.000 frank. Waar het hierop neer komt, dat is de vraag, of die som werkelijk is gevloeid in de koloniale kas, en dat is zoo, verzekerde minister Renkin. Uit de rekeningen kan hij het aantoonen. Royer sprak er toen zijn voldoening en bad hem zich om harentwil te ont zien. »Dat kan ik uiet,* antwoordde hij »zulk een baatzoekende blooheid zou ik een verraad achten, dat ik legen't vader land en onze heilige Godsdienst pleegde. Zelfs van u mag ik dat niet vergen, Cilia, eu toch heb ik u lief als mijne ziele, en al mijn aardsche levensheil*.— zijne stem sidderde -»waar' verwoest, zoo gij mij ontvielt.* »Zoo ik mijn pas hervonden kind moest verliezen* voegde de oude Water land daartusschen »zou de jammer mijne grauwe hairen spoedig ten grave doen dalen maar toch weet ik niet of 't mij wel minder zou aandoen, wanneer z zich hare groote en heldhaftige voor- zateu onwaardig betoonde.* »Heb des geen vreeze, mijn vader,* sprak Cecilia, »ben ik tot nu toe uiet achtergebleven, waar de plicht mij riep, met Gods hulpe hoop ik mij ook wijders zoo te dragen, dat gij of Egbert geen oorzake hebben zult, u over mijne laf hartigheid te schamen.* »Ik heb aan uwe trouwe voor onze goede zaak al zoo min ooit getwijfeld als aan uwe trouwe voor mij,* zeide Egbert. »Maar God geve, dat, zoo een van ons beide den ander moet over leven, ik het niet zij, mijn lieve Cecilia.* Dien dag vielen er over de 700 kanonkogels in Alkmaar; doch de scha, die zij aanrichtten, was merkelijk minder over uit, dat hij die verklaring had uitgelokt. VENEZUELA. Central News meldt d.d. Vrijdag uit New York, dat volgens daar ontvangen berichten de toestand te Caracas zeer ernstig blijft, en dat de betoogingen tegen president Castro en zijne regeering door buitengewone venijnigheid geken merkt zijn. „Nog altijd komen men- schen uit de omliggende districteu de stad binnen en de straten zijn vol van een woedende menigte." De Washingtonsche correspondent van de New York Times meldt, dat er uit de Vereenigde Staten groote be- zendingen schietvoorraad aan de op standelingen gestuurd wordeu. „De opstandelingen zijn vol vertrouwen." De Times voegt erbij, dat de Ver eenigde Staten vermoedelijk de nieuwe regeering van Venezuela zullen er kennen. De Köln. Ztg. verneemt van den correspondent uit Washington, dat een aantal Amerikaansche bladen de (Ame- rikaanscbe) asfalttrust ervan beticht, den opstand in Venezuela te hebben aangesticht. Die bladen beweren, dat de regeering werkeloos blijft en de trust haar gaug laat gaan. De Parijsche uitgaaf van de New York Herald verneemt uit New York, dat berichten uit Caracas opnieuw liet einde van Castro's bewind als aan staande voorstellen. Men verwacüt, dat de positie van Comez in dat geval zeer sterk zou^zijn. dan twee dagen te voren. Tegen den middag bespeurden de stedelingen, hoe Don Frederik's benden te Üuddorp zich in slagorde begonnen te stellen, met oogmerk, om een nieuwen storm op den Roo Toren te beproeven. Het gezicht van zoovele uitgelezen krijgers, waarbij er waren, die met Don Juan van Oos tenrijk zich in den zeeslag tegen de Turken bij Lepanto een onvergankeiijken roem verworven hadden, eu wier aan voerders zich onder de bloem van den oud ridderlijken Kastieljaansciien adel mochten rangschikken, was voorwaar dreigend genoegen dit te meer, wijl terzelfder tijd de te Huiswaart geleger- deu, waarover een andere zoon van Alva Don Fernando de Toledo, het bevel voerde, zich tot een aauvai op de Friesche poort voorbereidden. »Gants bloed! het zal er honden, mannen liet zelfs de onvervaarde Al bert Nolleman zich hooren. »Laat hen een groote menigte zijn riep Egbert, maar zij hebben zich gesne den en gegoten beelden tot Goden ge maakt, eu aan onze spitse is de levende God, de Heer der heirscharen »Moge Hij op dezen zijnen dag voor ons strijden sprak de vrome pensiona ris Foreest. >Ameu, Meester Nanning stemde Egbert in. »En is 'tons niet vergund geworden in zijn tempel tot Hem te na deren, laat het ons dan hier doen.*

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1908 | | pagina 1