Tan Alkmaar begint ie Ticiorie
So. 55.
Woensdag 14 October 1908.
24e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIELEMANf,
Buitenland.
v.
COUIUNT.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Yrydagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
elkeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrfldagnamiddag TWEE uren.
De crisis in het Oosten.
Berichten betreffende feiten zijn er
maar weinig. Er is echter geen gebrek
aan geruchten, onder welke er een is
uit Parijs, volgens hetwelk de onder
koning van Egypte van zins zou wezen,
de volledige losscheuring van zijn rijk
ran Turkije af te kondigen een uit
Rome, dat Oostenrijk gezind zou zijn,
aan Italië een klein gedeelte van Trente
als vergoeding aan te bieden, indien
Italië bereid ware zijne Balkan-idealen
prij» te gevendan een gerucht uit
Brussel, dat er in die stad een nieuw
Europeesch congres bijeen zou komen
Massinghain seint uit Konstantinopel
aan de Daily Chronicle, dat de Turksche
hervormingspartij krachtig aan het
behoud van den vrede blijft werken
en alle oorlogzuchtige betoogingen van
Oud-Turksche reactionairen tegengaat.
De politie heeft priesters, die een oorlog
predikten, opgebracht.
De Engelsche vrienden van de Grie
ken hebben er bij den Griekschen
gezant te Konstantinopel op aange
drongen, dat hij zijne regeering zal
bewegen het besluit der Kretenzen
betreffende hun aansluiting bij Grieken
land niet goed te keuren. De Grieksche
gezant beloofde dat.
De Jong-Turken betreuren het, dat
Duitschland op cynische en voor den
vrede gevaarlijke wijze Oostenrijk's
staatsgreep geëndosseerd heeft. De
Jong-Turken zijn nu minderingenomen
met het denkbeeld van een congres
Middelerwijl was men aan 't ander
einde der stad van wat er voorviel on
kundig gebleven, en toen het gejuil der
Nassauwers tot daarhenen overklonk,
meenden velen, dat de Spanjaards in de
stad waren gevallen. Zoo dacht ook de
bode Pieter Buser, en, om het gevreesde
onheil, zoo mogelijk, nog te keeren, ren
de hij naar den toren, en begon uit alle
macht de alarmklok te luiden. Nu steeg
de angst ten top, en niet weinigen lie
pen in hunne verbijstering het gevaar
dat zij zochten te ontgaan, in den mond,
daar zij de door Egberts heengaan van
haar hoofd verstokene wacht derKenne-
merpoort overhaalden of liever dwongen
om hen door te laten. Wel is waar,
toen zij daarbuiten de aanrukkende
veldteekens der Spanjaarden ontdekten
keerden de meesten hals over hoofd
teruganderen echter verspreidden zich
in 't veld en kwamen eerst weerom toen
'tonweer was afgetrokken. Maar Cas
per Kransbakker, wiens ontruste cons
ciëntie hem de ware toedracht der zaak
had doen gissen, en die zich slechts on
der de vluchtenden gemengd had om
uit de stad te raken, ging regelrecht op
tenzij het program vooraf strikt wordt
atgebakend. Anders zijn de Jong-
Turken bang dat sommige groote mo
gendheden de gelegenheid zullen aan
grijpen, om zichzelf, ten nadeele van
Turkije, te bevoordeelen. Zoodoende
schijnen de Jong-Turken nu de voorkeur
te geven aan rechtstreeksche onder
handelingen toet de groote mogend
heden zonder conferentie.
Er zal veel afhangen van hetgeen
Sir Edward Grey en Iswolski bepraten.
Intus8chen trekt de toon, dien de
Russische pers tegen Iswolski aanslaat,
de aandacht. Zij verwijt hem zijn gemis
van takt en zijn gebrek aan inzicht.
Maar, volgens den Petersburgschen
correspondent van de Standard, be
dekken deze aanvallen tegen Iswolski
eigenlijk de strooming in de Russische
openbare meening tegen Duitschland.
De voornaamste Russische kranten
zetten uiteen, dat Engeland en Rusland
tegen Duitschland behooren samen te
gaan.
De Standard verneemt uit Boekarest
De in Oostenrijk uitgesproken meening,
dat Roemenië zich in geval van oorlog
onzijdig zou houden, is niet gewettigd.
De Roemeensche regeeriug heeft, toen
de Turksche en Bulgaarsche regeering
haar lieten polsen, geantwoord, dat
Roemenië zijn volledige vrijheid van
beweging wilde behouden.
Uit Konstantinopel wordt aan de
Standard gemeldHet Turksche pu
bliek handhaaft de boycott van Oosten-
rij ksche en Bulgaarsche goederen zeer
streng. Duitsche koopwaren deelen er
ook in. De winkels, waar geboycotte
waar te koop is, doen geen zaken en
hebben hun klanten verloren.
De Pesther Lloyd maakt melding
van meer betoogingen te Belgrado. Het
volk eischt den troonsafstand van koning
Peter als hij geen oorlog wil.
De avondbladen geven een gerucht
weer van een opstand die uitgebroken
zou zijn te Plevlje Bilak, in Bosnië.
De troepen zouden op de menigte ge
schoten hebben en bij Semlin aan de
Servische grens zou een brug in de
lucht gevlogen zijn.
Er is een groote meeting gehouden.
De betoogers trokken naar de Skoepsjti-
na en riepen, dat zij oorlog verlangden.
De stemming onder de ledan is oorlog
zuchtig. De minister-president heeft
tot de vertegenwoordigers van de pers
gezegd, dat naar zijn meening de toe-
staud uiterst gevaarlijk is. Men meldt,
dat de minister er heeft bijgevoegd, dat
het nauwelijks mogelijk schijnt, vijande
lijkheden te vermijden.
De Grieksche legatie te Konstanti
nopel heeft de aandacht van de Porte
gevestigd op den toestand te Smyrna,
waar, naar aanleiding van een over
winning der Grieken bij de verkiezingen
zich een beweging tegen de Christenen
openbaart.
De Porte heeft beloofd, de noodige
maatregelen te zullen nemen.
Telegrammen van consulaire ambte
naren te Smyrna bevatten de aankondi
ging, dat men daar ter plaatse vreest
voor 't uitbreken van onlusten, omdat
de Turken bezig zijn zich van wapenen
te voorzien.
Door de consulaten van Engeland
de Spaansche voorhoede af, en meldde
zich daarbij als voorlooper aan.
Het duurde maar eenige oogenblikken,
of hij kou zijne nieuwe heeren vau zijn
oprechtheid doen blijkeu. Want de
Geuzen, van oorlogsdrift ziedende, waren
nauw ter Friescbe poort ingetrokken,
of zij vielen aanstonds weer ter Kenne-
merpoort uit, oin den vijand van de
Nieuwpoort, die hij reeds bezet had, te
verjageo. Het door hen meegevoerd ge
schut speelde zoo wakker iu Don Frede-
riks rijen, dat deze, daar hij zijn plan
om de stad bij overrompeling te nemen,
nu toch verijdeld zag, aldra naar zijn
legerplaats te Heilo aftrok. Cabiljauw
achtte 't niet raadzaam hem derwaarts te
achtervolgen, maar liet den rooden haan
van de Nieuwpoorter daken kraaien, om
den Spanjaard de gelegenheid van zich
daar vast te nestelen voor te benemen.
Dit alzoo was het eerste offer, 't geen
Alkmaar voor zijne vrijheid brengen
moest, en waarop, zoo 't ook al niet door
haar gebracht was, de burgerij nogthans
haar volle zegel drukte, door binnen de
drie eerstvolgende dagen hare overige
voorsteden zelve plat te branden.
Daar was dien avond in menig Alk-
maarsch gezin vreugde, in menig teleur
stelling. Wie van deze laatste een
sterksprekend tafereel begeert gade te
slaan, moge in zijne verbeelding ons
Frankrijk en Italië is gevraagd, dat
zich oorlogsschepen zullen in gereedheid
houden in den Griekschen archipel.
ENGELAND.
Men herinnert zich, dat eenige groote
Engelsche cacaofabrikanten, met nog
een enkele van het vasteland, die cacao
van de Portugeesche eilanden San
Thomé en Principe krijgen, zich be
zwaard gevoelden, nu da plantages daar
bewerkt worden met negers, die zoo
niet met geweld dan toch onder be-
driegelyke voorspiegelingen uit het
naburige Angola er heen worden ge
bracht en in de meeste gevallen nooit
naar hun land terugkeeren. Bovendien
hebben zij het op die eilanden slecht,
moeten er in een moordend klimaat te
hard werken enz. De cacaofabrikanten
wendden zich tot de Engelsche regeering
de Engelsche regeering wendde zich
tot de Portugeesche. Men betwistte de
gegeven voorstellingen, en eindelijk
besloten de fabrikanten iemand uit te
zenden om verslag van zyn bevindingen
te doen. De afgezant was J. Burtt.
Hij is in dat Portugeesche West-Afrika
geweest en hij heeft verslag uitgebracht.
„Ik weet nu, schrijft hij, dat ouder dit
dienststelsel, zooals 't nu bestaat, jaar
lijks duizenden zwarten, mannen en
vrouwen, tegen hun zin en dikwijl»
onder zeer wreede omstandigheden, van
hun woonplaats worden weggehaald en
overzee vervoerd om te werken op
ongezonde eilanden, vanwaar zij nooit
terugkeeren. Indien dit geen slavernij
is, ken ik geen woord in de Engelsche
taal die het juist weergeeft."
naar een vlierinkkamertje in 't huis van
den Kransbakker verzeilen.
Wij zouden dat intusseheu bezwaarlijk
uitvinden, zoo Brigitta ons de weg niet
wees. Op den zolder zeiven bespeurt
men er niets van men vindt er wel is
waar in een der hoeken een groot ge
metseld vierkant met deuren, maar
wanneer men dezen opendoet, staat men
eenvoudig voor een bedsteeen om de
opmerking te maken, dat die bedstee
nauw diep genoeg is om een derde ge
deelte van 't genoemde vierkant te be
slaan, dient men toch al een ruime mate
van scherpgespitste achterdocht te hebben
meegebracht. Ook is daar in elk geval
de ingang nietintegendeel, we zien
Brigitta een hoogen stoel beklimmen,
om zich door een dakvenster op te geven
in de goot, die tasschen dit en 't belen
dende gebouw doorloopt. Zij wandelt
die een eind weegs langs, tot ze aan een
tweede dakvenster komtdaar tikt ze,
en 't wordt aanstonds van binnen open-
gestooten. Behoedzaam laat zij zich op
den ook hier voor haar gereed staanden
stoel naar beneden glijden, en ziedaar
haar werkelijk in een vertrekje aange
land, hoezeer dan ook zoo laag en be
krompen als men er zich maar een kan
voorstellen.
Een tafel, twee stoelen, een rustbank,
een kandelaar, een paar boeken, daarmee
is het eivol, en de eenzame bewoner,
die er nu welhaast een jaar in zal
gehuisd hebbeu, houdt bijkans geen
ruimte over om aan zijne verstrammende
ledematen eenige hun zoo noodige be
weging te verschaffen. Dus begint, al
is hij eerst op middelbaren leeftijd, zijne
hooge en deftige gestalte reeds min of
meer te bukken, en de minzaamheid, die
over zijn rond gelaat verspreid ligt en
zich in zijne groote oogen afspiegelt,
wordt niet, als eertijds, door een tint
van opgeruimdheid verhoogd, maar door
een nevel van zwaarmoedigheid ge
temperd
Inderdaad, Heer Eijlard Dirksz. van
Waterland dus was de naam van
den verscholene had een beter lot
verdiend dan deze troebele tijden hem
beschoren hadden. Als dorpspastoor te
Velsen bij arm en rijk geliefd en geacht,
had hij zich ten jare 1570 door sterken
aandrang en treffelijke beloften der Alk
maarder Regenten, tot wie de roep zij
ner ongemeene geleerdheid en achtbaar
heid was doorgedrongen, laten bewegen,
om de dienst in de Groote kerk te
aanvaarden. In deze «betrekking had
hij, voorstander als hij was van Erasmus
en diens gematigheid, zich onderscheiden
door de zachtmoedigheid, waarmee hij
de afgewekenen tot de H. moederkerk
trachtte terug te voeren, ja, in vereeni-
ging met den Guardiaan der Minder
broeders, Pater Arendonck, had hij eens
den Stedehouder Bossu op zijne knieën
ver beden, toen deze over 't buitensluiten