Bekeakakitiji.
Het kruis van Innesmore.
IV.95.
Woensdag 41 Maart 1908.
Jaar^.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwseh-Vlaanderen.
F. IHFLFWAY,
toelating van Kinderen
Buitenland.
F E U 1LLETON.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Centvoor
elkeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentién worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Burgemeester en Wethouder» van
AXEL, maken bekend, dat op Dins»
dag 17 Maart 1908, des voormid
dag» te 9 ure, ten raadhuize gelegenheid
zal worden gegeven tot
op de Openbare lagere school alhier.
Hiervoor komen in aanmerking alle
kinderen, die geboren zijn in 1902.
Verder worden belanghebbenden er
op gewezen, dat de toelating slechts
éénmaal per jaar plaats heeft.
Axel, den 3 Maart 1908.
Burgemeester en Ik etkouders van Axel,
D. J. OGGEL, Burqemeester.
J. A. VAN VESSEM, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van
AXEL maken bij dezen bekend
dat tengevolge van het overlijden
van den heer A. E. C. van Dishoeck
Gemeente-Ontvanger alhier, met de
tijdelijke waarneming dier betrekking
i» belast de heer J. A. VAN VESSEM,
Gemeente-Secretaris alhier,
dat het kantoor zal worden gehouden
ten RAADHUIZE iederen werkdag
van de» voormiddags 912 ure.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. J. OGGEL, Burgemeester.
J. A. VAN VESSEM, Secretaris.
RUSLAND.
Groot opzien is te Warschau gewekt
door de inhechtenisneming van eeu der
bekendste burgers der stad, den advo
caat Patek. Ook de uitwijzing van den
arts Bychofski heeft veel opzien gebaard.
Bychofski heeft zich in den oorlog met
Japan zeer verdienstelijk gemaakt.
PERZIE.
Het is geen onvermengd genoegen,
Sjah te zijn in Perzië, en het is daarbij
gevaarlijk: levensgevaarlijk.
Nadir Sjah II, een der groote figuren
uit de nieuwere Perzische geschiedenis,
wordt na een harde, maar niet onbe
kwame regeering den 20en Juni 1747
vermoord. Zijn dood is het sein tot
allerlei verwarringen en bloedige onder
linge twisten, waaruit ten slotte de
Koerd Kerim Kan als overwinnaar te
voorschijn treedt. Afganistan echter
heeft zich gedurende deze jarenlange
troebelen blijvend afgescheurd van
Perzië. Kerim laat zich niet Sjah noe
men, ofschoon hij de feitelijke macht
bezit. De titel „Wekil", rijksbestierder,
is hem genoeg. Hij sterft een natuur
lijken dood. Weer breken onlusten
uit, weer verwoesten burgeroorlogen en
broedertwist liet rijk. Een neef van
Kerim blijft meester in den strijd maar
in een veldtocht valt hy van zijn paard
en sterft. Zijn opvolger is Dzaffer, die
na een bewind van slechts vier jaar
vermoord wordt. De aanstichter van
dezen moord, Aga Mohammed, beoor
loogt Dzaffer's zoon Loest Ali Kan,
NOVELLE.
welke laatste in een gevecht «neuvelt.
Aga Mohammed zegeviert en vestigt
een krachtige, maar schandelijk wreede
regeering. Na vyf jaar zijn schrikbe
wind te hebben gevoerd, valt ook deze
tiran door moordenaarshand. Een neet,
Pet Ali, nog door Aga Mohammed zelf
als opvolger aangewezen, bestijgt den
troon en weet door een reeks gelukkige
expedities in het binnenland zijn gezag
te vestigen. Zijn buitenlandsche oor
logen nemen over het algemeen een
ongelukkig verloop. Hoewel het volk
door een en ander zeer op den vorst
verbitterd is, sterft deze in zijn bed
(20 Oct. 1834). Ook de opvolger, Mo
hammed (die na een tusschenregeering
van slechts drie weken, door Abbas
Mirza optreedt), brengt het tot een niet-
gewelddadigen dood (1848). Dan komt
Nasser ed-Din, op wien in 1852 een
moordaanslag wordt gepleegd welke
mislukt. Een tweede moordaanslag,
den len Mei 1896 in de buurt van
Teheran ten uitvoer gebracht, slaagt
beter de Sjah sterft door moordenaars
hand. Moezaffen-ed-Din, de opvolger,
brengt het weer tot een normaal ziekbed
en een gewonen dood. Echter bleef
ook hij niet gevrij waard voor aanslagen.
Toen de Sjah zich in 1900 te Parijs
bevond, werd door een Franschman
een aanslag op hem gepleegd.
En nu regeert, sinds ongeveer een
jaar Sjah Ali Mirza. Vrijdag ontving
hy in het land van den vorstenmoord
den vuurdoop. Enkel het feit, dat
de vorst niet gezeten wa» in de auto
mobiel, maar in een daarachter gaand
rijtuig heeft hem het leven gered. De
1)
I.
In goud ligt macht, van daar dat het
zelfs voor hem, wiens gemoed vrij van
hebzucht is, zijne bekoorlijkheid bezitten
kan. Bij den zoodanigen is het niet de
lage vreugde over den Mammon, nog
minder de kinderlijke opgetogenheid met
het schitterend metaal, maar het is de ge
dacht» aan het hooge doel, dat ook op
het gebied van het edele en goede door
het goud kan worden bereikt. Maar
eene andere betoovering, die zich meer
vau de zinnen meester maakt, ligt in
den glans der edelgesteenten, want daar
gaat de waarde gepaaid met gchoonheid
en dichterlijken gloed. Wie verlustigt
zich niet gaarne in het kleurenspel van
den diamant, in den roodgloeienden
robijD, in den hemelsblauwer) saffier, in
die glinsterende kleuren van het rijk der
gesteenteu, waaraan de smaragd de
donkergroene bladeren en de topaas de
gouden vruchten geeft.
Vol verrukking stonden twee vrouw
voor eenen rijken schat d»*r kostbaarste ju
weeleu ..o eu met ophouden cu
ringen en gespen, den stralenden dia
deem die het hoofdsieraad was en al het
andere gedurig meer te bewonderen,
schitterend en schoon als het zich iien
liet van tusschen het fluweel der doos
die het bevatte.
En de koning heeft u dat alles ge
schonken vroeg de eene, terwijl zij
verwonderd en als verblind tot de andere
opzag, die met hoogmoedige vreugde hare
kostbaarheden aanschouwde.
Alles, Jessy! Hier, lees maar
»Lezen, Cousine? Verlang dat toch
niet van mij Dacht gij dat ik mijne
schoone jeugd versuft had iu eene of
andere donkere school en over zwarte
nare letters lieengebukt, gelijk nu, helaas
vele jonge meisjes doen tot schade dei-
ridderschap Maar wat staat daar dan
»Hoor dan 1* zeide de schoone bevallige
vrouw, die met een bijzonder genoegen
de woorden des scheukbriefs voorlas
»Wat, dat wij aan onze geliefde Alice
Perrers, Gravin van Salisburg, vroeger
hofdame van onze dierbaarste Gemalin,
Philippa, hoogzalige Koningin van En
geland, alle kleinodiën, sieraden en kost
baarheden, zoo als zij ons en onze Ge
malin dierbaarder gedachtenis hebben
toebehoord en aan Eupiiemia, eehtge-
noote van Walter van Beaufort in be
waring gegeven zijn, als vrij geschenk
e i-ren,* Eu im-r de eigenhandige
iiiulerteekening des Kouings »Eduard.«
»Met een bevende hand geschreven,*
zeide Jessy, »misschien uit vrees voor den
heer de la M&rche.
»Ge zijt ondeugend, kleine 1* zeide de
dame lachend, »al is ons de spreker in
het parlement riet genegen, met onze
huiselijke zaken heeft hij niets te maken.
Engelands koning zal toch ook wel aan
spraak hebben op Engelsche vrijheid
>Deel mij iets mede van uwen over
vloed vroeg Jessy, terwijl zij op nieuw
de kleinodiën bewonderde.
»Nu, nu, ge zijt waarlijk niet verlegen,*
lachte de dame, »wilt ge bij voorbeeld
dien diadeem
»0 neen, Alice! De diadeem is juist
bestemd voor uw trotsch voorhoofd.
Niemand kan dien beter dragen dan gij,
maar eene andere kleinigheid kondt ge
mij wel afstaan. Ik, als uwe nicht, moet
het toch kunnen tegenspreken, als de
menschen van u zeggen, dat gij heb
zuchtig en gierig zijt, en alles wat gij
doet, alleen geschiedt om des gelds wil
Zeggen ze dat?* riep Alice, »m
zie, Jessy aan die aanmerking stoor ik
mij al bijzonder weinig. Maar omdat
gij zoo innig oprecht zyt, wil ik u toch
wat uitzoeken.* Zij zocht lang, uam dan
dit en dat stuk in handen, altijd echter
van de on beduidendsten, maar legde ze
ook allen weer op hunne plaats. Jessy
zag haar aan met een spotachtig lachje.
Eindelijk scheen zij iets gevonden te
hebben.
»Hier, Cousine dat is een merkwaardig
stuk en seker van buitengewone waardij
om zynen ouderdom. G^ houdt nog^ al_
aanslag geschiedde in een nauwe straat
en de bommen werden geworpen ran
het platte dak. van een huis. Twee
bommen zijn er gegooidde eene ont
plofte in de lucht; de andere explo
deerde toen hij den grond trof vlak bij
de automobiel.
De Sjah bevond zich op weg naar
Dosihaatepec, een nabijgelegen buiten
verblijf. In den eersten schrik heeft
het bereden escorte van den Sjah er
maar in het wilde op los geschoten.
De 3 dooden en twintig gekwetsten bij
dezen aanslag, zullen dan ook wel voor
het meerendeel onschuldigen zyn ge
weest. Het onderzoek ter opsporing
van daders en medeplichtiugeu heeft
tenminste tot geen resultaat geleid.
De aanleiding tot deze misdaad is
hoogstwaarschijnlijk te zoeken in de
verbittering en opwinding, die in Perzië
zijn wakker geroepen, door den strijd
tusschen het Ancien régime en de voor
uitstrevende partij. Men is in Perzië
nog niet vergeten hoe hardnekkig deie
Sjah heeft gestreden tegen de toene
mende macht der nog slechts kort be
staande volksvertegenwoordiging en hoe
nog slechts enkele maanden geleden,
door den vorst een staatsgreep werd
gewaagd om zich van de Nationale
Vergadering te ontdoen.
Hoe fel in Perzië de politieke harts
tochten woeden, bleek nog betrekkelyk
kort geleden, door de vermoording
van den gehaten groot-vizier Emin-es
Sultan.
Volledigheidshalve nog het volgende
in het laatste decennium zyn de vol
gende staatshoofden vermoord 1898 de
van dergelijke curiositeiten eu ge kunt
uw vernuft hier op oefenen.* Met deze
woorden gaf zij het jong# meisje een
donker kruis.
Ook dat is immers slechts zilver en
daarbij zwart van de roest,* zeide Jessy,
»wat zal ik daarmeê doen Ik kan het
toch niet dragen. De eeaige steen die
er in zit schijnt wel een bloedroode
kiezelsteen, en is daarenboven pog vrij
onhandig in eene der hoeken, in plaat»
van midden in het kruis gezet. Neem
dat kruisje maar terug en ontvaug myn'
dank voor uwen goeden wjl.t
De gravin van Salisburg trek de
sehouders op, maar, zonder eenige mine
te maken of zij iets anders geven wilde,
legde zij bet kruis weder tusschen de
andere kostbaarheden, toen lady Beaufort
werd aangediend.
»Wat wil die oude muts?* zeide Alice
verstoord, ik ducht, dat wij niets meer
met elkander hadden uit te staan, nu
zij de edelgesteenten aan mij had over
gegeven.
»Misschien ontving zij wel een tegen
bevel van den koning.
Eeu donkere trek toonde zich op
het gelaat der gravin, maar verdween
ook even spoedig. »Van tl vu koning U
zei ze verachtelijk, »is haai- man niet
aangeklaagd wegens hoogverraad voor
den lord opperrechter en meent ge dat
dan de koning aan de vrouw oulv maar
zijn aangezicht zou lateu zien