Landbouw.
read» aanzienlyk. Overigen» levert de
overstrooming weer een nieuw bewijs
roor de onverbeterlijke zorgeloosheid
van de Amerikanen. De overstroomin
gen te Pittsburg komen vry geregeld
elk jaar terug, zonder dat er ernstige
pogingen worden gedaan om daartegen
tijdige en atdoende maatregelen te
nemen.
(Ingezonden).
Yereeniging van Oudleerlingen van
Landb.curs. in Z. V. O. D.
„Excelsior" afd. Axel.
Na door den voorz. dhr. L. de Feijter
met eenige gepaste woorden te zijn
ingeleid, trad 1.1. Zaterdag 15 Februari
alhier voor bovengenoemde vereen, op
de WelEd. Heer Zwagerman zuivelcon-
sulent voor Zeeland met het onderwerp
Vee verbetering".
De heer Zwagerman begou met le
zeggen dat het zoo wat regel is, dat
ieder landb. zooveel mogelijk van zijn
bedrijf tracht te maken. Verder kwam
de bespreking der veehouderij in het
breede. Alhoewel het hier niet de
voornaamste tak van het bedrijf is,
wijst spr. er op dat het vooral aanbe
veling verdient om de beste dieren voor
de fokkerij te gebruikenvooral het
bijhouden van melklijsten is zeer goed
waardoor men de verschillende op
brengst der koeien kan controleeren
zoodat men tot de conclusie komt dat
met hetzelfde voedsel de eene koe '2500
L. en de andere 6000 L. melk geeft,
wat een geldelijk verschil zou geven
van 175 per koe per jaar. Evenzoo
is het met het vetgehalte der melk
daar dat soms bij gelijke voeding, ook
veel uiteen kan loopen, beveelt spr.
aan, om de melk geregeld te onder
zoeken, want het is meermalen voor
gekomen, dat 2 koeien die evenveel
melk gaven, de eene A K.G. boter gaf
tegen de andere 2 K.G.
Verder zegt spr. dat van grooten
invloed zijn de afstammingen der dieren
en wijst op het groote nut der stam
boeken, controle en stierenvereenigin-
gen, waardoor men bjj verschillende
generaties achtereen kan nagaan, welke
dieren het meeste voordeel afwerpen
en uit die families welke de beste zijn,
fokmateriaal aan te houden.
Verder besprak spr. in 't breede de
veehouderij in Z. V. O. D. en zou het
groote aanwinst voor de fokkers achten,
om hier ook controle en stierenvereeni
gingen op te richten, waardoor men
daar gemakkelijk een stier met goede
afstamming kan koopen, wat men niet
zonder nadeel als particulier kan doen,
daar de koopsom te hoog en het dekgeld
te laag, 50 cent k f 1 is.
Na nog een en ander gesproken te
hebben over de verschillende veeslagen
eindigde spr. zijn rede met aan belang
stellenden gelegenheid te geven tot
stellen van vragen.
Dhr. J. de Feyter Lz. is het met spr.
eens, dat zoo hier geen verandering in
het dekgeld komt, hier geen goede
stieren zullen kunnen worden ingevoerd.
Spr. zegt dat het z. i. het beste is om
hier een stierenvereen. trachten op te
richten.
De heer P. de Klerk vraagt ia welke
streek men het best zou gaan om lok
materiaal aan te schaffen. Spr. zegt
dat hem die vraag meermalen is gedaan
en kan moeilijk een bepaalde streek
aanbevelen. De Z.-H. eilanden komen
vrijwel met onze gronden en lucht
overeen maar men vindt daar geen
constant ras, velen houden het ook voor
te klein. In Friesland en N.-H. is het
groot vee en over't algemeen melkrijk.
Geen bijzondere aanbeveling doende is
spr. van meening dat men in N.-H. en
Fr. het verst zou komen en wel omdat
daar al lang stamboeken, stieren- en
controlevereenigingen bestaan.
Dhr. J. de Putter is van meening dat,
wanneer men een goed gebouwd dier
met voorgegeven kenteekens koopt, het
zelfde is uit welke streek dan ook.
Hoewel spr. toegeeft, dat men al ver
gevorderd is, wanneer men een dier
koopt dat goed gebouwd is en aan ge
stelde eischen voldoet, kan men toch
niet met zekerheid zeggen, dat zulk
een dier van goede afstamming is en
zou het voor de fokkerij en productie
wel eens veel kunnen tegenvallen, wat
men niet zal hebben, wanneer men
voldoende kan bewijzen dat het dier
dat men koopt een afstamming heeft
van b. v. 6 generaties.
F. D.
vriéndelijk toe, an tot groote verbazing
van geiegd paar, vatte r.ij het ruige hoofd
van Hork tusschen hare aristokratiBche
handen en drukte een hartelijken kus
op sijn verweerd gesicht.
Een oogenblik later was de kleine
kamer volhet geheele gezelschap was
bij elkaar en er heerschte eene vreugde,
die met geen mogelijkheid is te be
schrijven.
{Slot volgt.)
Onderlinge Verzekering»-Maatschappij
tegen Hagelschade in Zeeland,
uitgezonderd het Toormalig 4e district.
Wij ontvingen het jaarverslag over
1907 van bovengenoemde Maatschappij,
waaraan wij het volgende ontleenen
Het afgeloopen jaar was niet zoo gun
stig als het voorafgaande. Moest in
laatstgenoemd jaar slechts een bedrag
van f678,64 aan hagelschade worden
uitgekeerd, thans moest niet minder
dan f2560,14 worden uitgekeerd aan 5
deelgenooten woonachtig in de gemeen
ten Westdorpe en Zuiddorpe.
De schade strekte zich uit over ruim
91 gemeten en werd geleden in vlas,
granen, peulvruchten, aardappelen en
bieten.
Bij de vaststelling varieerde de schade
van 10 tot 70 pet.
Het aantal leden nam nog toe met
9 en het aantal verzekerde gemeten
met 370.
De Maatschappij telt nu 456 deelge
nooten, die 18250 gemeten (8132 H.A.^
hebben verzekerd.
Van deze 18250 gemeten zijn er
14629 verzekerd door 371 deelgenooten,
mededeelgerechtigd in het afzonderlijk
beheerd Kapitaal (art. 22b rgt.) bestaan
de uit f 21000, 3°/o obligatiën Amsterdam
1895 in bewaring by de Nederlandsche
Bank, benevens f 1970,61 ingelegd bij de
Rijkspostspaarbank, zoodat het aandeel
dier deelgenooten in dat geheel afzon
derlijk beheerd Kapitaal op 31 Decem
ber f 1,38 per gemet bedroeg.
Gezamenlijk bezitten alle deelgenoo
ten (art. 25 rgt.) f14000,— 4<>/0 oblig.
Rotterdam 1900, 1901 en 1907 in be
waring bij de Nederlandsche Bank,
zoomede f 1452,53 in gelegd bij de Rijks
postspaarbank, zoodat het aandeel in
dat gemeenschappelijk bezit f0,86 per
gemet bedroeg.
In de algemeene vergadering, te Axel
gehouden op 23 Februari 1907, werden
de heeren C. van Esbroeck te Hengst
dijk en J. F. Buijsrogge teOlinge, aan
de beurt van aftreding als bestuurs
leden herkozen.
Bjj de benoeming der commissie van
3 personen en hunne plaatsvervangers
die in 1908, 1909 en 1910 de rekening
zal nazien, werden tot vaste leden her
benoemd de heeren Alois Govaert te
'Westdorpe, B. C. Puijlaert te Zuiddorpe
en Ch. IJsebaert te St. Jansteen en tot
plaatsvervangende leden de heeren J.
P. de Maat-Staal te Stoppeldijk, Cyr.
J. van Waes te Westdorpe en Henri
Bonte te Koewacht.
De Maatschappij had dit jaar het
verlies te betreuren van twee harer
Commissarissen, de heeren D. L. van
Damtne te Boschkapelle en Gijsbr. van
Kampen te Hontenisse, die steeds, zoo
veel in hun vermogen was, hare belan
gen hebben voorgestaan.
Voor Commissaris te Boschkapelle
werd benoemd de heer Jos. Truijman
aldaar, terwijl de vacature te Honte
nisse nog moet worden aangevuld.
Al de gekozenen lieten zich de be
noeming welgevallen.
Niettegenstaande de Maatschappij be
gonnen zonder kapitaal reeds voor hagel
schade heeft uitgekeerd
van 1891 tot 1907 f32654,49
in 1907 2560,14
Totaal f35214,63,
bedraagt het maatschappelijk Kapitaal
thans nog ruim f 37000, zoodat de al
gemeene toestand zeer bevredigend kan
genoemd worden.
Ofschoon wij vertrouwen, dat boven
staande cijfers de overtuiging schen
ken van de goede en nuttige werking
dezer vereeniging, is meerdere deel
neming toch vooral gewenscht, aange-
zien vermeerdering van deelgenooten
het Kapitaal, en daardoor ook de draag
kracht, grooter maakt.
Voor de premiekeuringen in Zee
land werden te Hulst aangegeven 20
en aangeboden 13 merries van twee
jaar, aangegeven 8 en aangeboden 6
hengsten van drie tot zes jaar en aan
gegeven 3 en aangebodeo 3 hengsten
van zeven tot twaalf jaar. Voor Axel
waren die cijfers respectievelijk 63 en
50, 12 en 9 en 2 en 2. M. Crt,
AXEL, 21 Februari 1908.
In den ouderdom van ruim 83 jaar
overleed gisteren alhier na een kort
stondige ongesteldheid de heer A. E. C
van Dishoeck, een onzer meest achtens
waardige ingezetenen.
Sedert eenige jaren genoot hij een
welverdiende rust, na een vermoeienden
diensttyd van vele jaren als brieven
gaarder, aan welke betrekking bij de
inrichting van het postkantoor eeii einde
kwam en de oude postmeester zjjn
pensioen kreeg, waarom hij trouwens
zelf gevraagd had.
Den 17 Januari 1852 tot ontvanger
dezer gemeente benoemd, bekleedde de
overledene deze betrekking tot zijn dood
toe ook was hij ontvanger-griffier van
den polder Beoostenblij benoorden.
Woensdag had alhier op feestelijke
wijze de plechtige installatie plaats van
den Zeereerw. heer J. Buysrogge als
pastoor.
Het feest werd des ochtends om 9
uur geopend door klokgelui, daarna
volgde eene toespraak in de St. Antho-
nius-school door het hoofd dier school,
den heer Van de Vijver, namens de
verschillende commissies, die zich had
den gevormd. Hierop begaf zich de
feeststoet bestaande uit de schoolkinde
ren, de onderwijzers, congreganisten,
H. Familie, Kerk- en Armbestuur, Schooi
en Feestcommissie, maagdekens, sleutel
draagsters en Geestelijken naar de kerk.
Aldaar werd de H. Mis opgedragen,
gevolgd door de installatie en aanbieding
door den Zeereerw. heer Deken van
een geschenk, waarop volgde de uit
voering van een feestlied.
Na het eindigen der Mis had eene
uitdeeling plaats van krentenbrood aan
die behoeftigen, welke zich daarvoor
hadden aangemeld.
Inmiddels werd den nieuwen Herder
en Leeraar door de verschillende cor
poraties een bezoek gebracht, waarbij
de banden van vriendschap en toege
negenheid wederzijds werden gesloten
en nauwer aangehaald.
Bij het bezoek aan de Bewaarschool
werd de Eerw. Herder verrast door het
aanbieden van een bouquet door de
jongejuffrouw Math, de Bruijn. Ook
werd nog een bezoek gebracht aan de
St. Anthoniua-8chool, waar een feestlied
werd gezongen en door een der leer
lingen eene dankbetuiging werd uitge
sproken.
Het spreekt vanzelf dat alle leerlingen
werden onthaald en bet slot van het
kinderfeest was eene uitvoering van
verschillende muzieknummers op de
gramophone.
Gehoor gevende aan de uitnoodi-
ging door het bestuur van Concordia"
tot de ingezetenen gericht, om te trach
ten in den loop van dit jaar alhier een
festival te organiseeren, kwamen Woens
dagavond in het Hotel „Het gulden
Vlies" een 35-tal ingezetenen byeen
onder voorzitterschap van den heer
B. van Ruijven, voorzitter van het
fanfaren-gezelschap.
Na eene inleiding, waarbij op den
voorgrond gesteld werd, dat de belang
stelling der aanwezigen het bewys was,
dat een dergelijk muziekfeest werd
gewenscht, werd in de eerste plaats
behandeld de vraag op welke wyze de
benoodigde gelden zouden worden bij
eengebracht.
Aan elk der aanwezigen werd een
inteekenbiljet ter hand gesteld om in
te vullen.
Het resultaat daarvan was, dat werd
ingeteekend voor een bedrag van
f 177.50.
Dit bedrag was natuurlijk niet vol
doende voor het beoogde doelmaar
aangezien een groot aantal ingezetenen,
die geacht kunnen worden voorstanders
te zijn van deze zaak, niet aanwezig
was, doch bij een persoonlyk bezoek
hun steun zeker zouden verleenen, werd
besloten de zaak te doen doorgaan.
De datum van het feest werd bepaald
op Maandag 29 Juni a. s. en uit den
boezem der vergadering stelden zich
enkele personen beschikbaar om by de
ingezetenen aan te kloppen voor het
verkrygen der noodige dubbeltjes, die,
wij twijfelen er niet aan, zeker wel bij
elkaar zullen komen.
De hoop is nu gevestigd op de wel
willendheid van ieder, die niet afkeerig
is van een feest, gewijd aan de beoefe
ning en bevordering der edele toonkunst.
Het is dit jaar juist 20 jaar geleden,
dat de vereeniging „Concordia" door
de hulp der ingezetenen een vaandel
verkreeg.
Woensdag had in ,'s Lands Wel
varen" alhier de aanbesteding plaats
van het bouwen eener schuur voor den
heer A. de Ruijter, handelaar alhier.
De aanbesteding geschiedde in 3 per-
ceelenvoor het timmerwerk werd in
geschreven door W. Vercooteren voor
f 1920, H. van Luijk voor f1896, A. P.
Butler voor f 1820 en A van 'tHoff voor
f1660.
Voor het metselwerk door F. van Ta-
tenhave voor f758, P. van Hoeve voor
f696, J. van de Velde voor f623 en
P. de Jonge voor f 600.
En voor het schilderwerk door H.
Hoebé voor f68,35, Ph. A. Knieriem
voor f65,75 en door C. B. Antheunis
voor f 65,50.
Het werk waarnaar uitsluitend inge
zetenen mochten dingen, is aan de
laagste inschrijvers gegund.
Dinsdagavond gaf de „Tooneel-
club Excelsior" alhier haar tweede of
laatste uitvoering in dit seizoen, zooals
gewoonlijk op de bovenzaal van den
heer Koole. Er was nu niet wat men
wel eens noemt „een mooi publiekje,"
want de plaatsen waren slechts karig
bezet. Het was er echter gezellig dank
zij de opgewektheid, waarmee de ver
schillende nummers werden uitgevoerd.
Uit het optreden der vereeniging
bleek ditmaal, dat zij bepaald ook goede
krachten onder hare leden telt.
Een beoordeeling van de nummers
afzonderlijk zou te uitvoerig zijn, daarom
willen we ons bepalen tot datgene, wat
nu eens bij iedereen in Jen smaak viel,
en dit was het geval met de voordracht
„De Beeldjeskoopman" en het klucht
spel „Mijn Luitenant." Ofschoon de voor
dracht voor niet allen even verstaan
baar was, bleek de opvoering voor hen,
die wat dichter bij het voetlicht zaten,
heel netjes.
En wat het kluchtspel betreft, dit had
éen roep. Vooral Jonas gevoelde zich
blijkbaar, hoewel ongemakkelijk in de
eiermand van zijn vader zittend, zeer
gemakkelijk in zijn rol, Het spreekt
van zelf, dat de recruut ook hierin
li