DE OUDE LUITENANT. So. 87 Woensdag 5 Februari 1908. 23e Jaarg; Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. IMELEMAN, axel. Buitenland. F E U 1 L L ETON. COIIUNT. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor elkeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdas- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. F RIN KIUJK. De rechtbank voor correctioneele za ken te Parijs heeft een veroordeelend ronnis uitgesproken tegen een zieken- rerpleegster, juffrouw Grenilliet heeft esnigen tijd geleden in het hospitaal Trousseau een patiëntje gebaad van twee jaar zouder er op te letten, hoe hoog de temperatuur van het badwater was. Het kind werd gruwelijk ge brand èn overleed. Het burgerlijk armbestuur, dat het hospitaal beheert, is veroordeeld tot 4000 frank schadevergoeding; uit te betalen aan den vader van het kind, die als civiele partij in het proces op trad. Na uitspraak van het strafvonnis een maand gevangenisstraf voorwaarde lijk zei de president tot de verpleeg iterU hebt by de uitoefening van uw beroep een ernstige fout begaan. Toch heeft de rechtbank gemeend u, voorwaardelijk te moeten veroordeelen. Zy heeft daarbij rekening gehouden met het verslag van den geneesheer die de opdracht had, u te onderzoeken en die concludeerde tot verminderde tansprakelijkheid. Inderdaad is gebleken, dat de juffer voordat zij verpleegster was, 4 jaren lsng zelf verpleegd is geweest in een krankzinnigengesticht. Onder het garnizoen te Versailles heerscht een typhusepidëmieacht man zyn al bezweken. Maatregelen wor den genomen tegen uitbreiding. »'t Was eerst in 't najaar van 1817 kort nadat ik eindelijk officier was ge worden, dat ik naar den Haag kon reizen om de bedroefde weduwe den laatsten groet, den laatsten wil van den gevallen held te brengen. Ik vreesde die eerste ontmoeting eener in diepen rouw gedom pelde weduwe maar hoe geheel wders was, helaas, de werkelijkheid Mevrouw Van Liehtveldt was op een partij aan 't Hof, toen ik me 's avonds hij haar aanmeldde. Den volgenden dag kwam ik weder, en nu met een nog hezwaarder gemoed dan den vorigen dag. Zij ontving mij hartelijk, maar zij had het zoo druk met vertellen over al de feesten en partijen, dat ze mij geen tijd liet een woord er tusschen te voegen. Eindelijk stond ik wrevelig op en zeide >op een anderen keer, Mevrouw, hoop ik u de laatste groeten van uw overleden Ban over te brengea. 't Waren harde voorden, en zij troffen haar diep. Zij hogon te schreien, en zeide snikkend >Ach, vergeef 't mij, Hork, ik wist niet dat je daarom hier kwaamt. Ja, hij was een edel mensch, en Zijne Hoog heid de prins van Oranje heeft zelf mij ENGELAND. Donderdag is het Engelsche Parle ment geopend en is gebleken dat de Regeering ook nog heel wat te doen, eer haar program is afgewerkt. Be palen we ons tot de binnenlandsche politiek, dan zien we dat verschillende belangrijke maatregelen zyn toegezegd. Het ministerie zal voorstellen een wij ziging der drankwet; een wijziging der wet op het lager onderwijs regeling van den ondergrondschen arbeid in de kolenmijnenwetten betreffende de woningen der armenlandwetten voor Engeland en Wales verbeteringen van het hooger onderwijs in Ierland wij zing der lersche landwet van 1903 wetten betreffende bescherming van kinderen en behandeling van jeugdige misdadigersouderdomspensioenen. Er kunnen en zullen nog heel wat woorden gewisseld worden, voordat dit alles is geregeld en vastgesteld. Zoo kan de lersche quaestie de regeering veel last veroorzaken en de mijnwer kers hebben nog geen 8-urigen werkdag. In een kolenmijn bij Carlisle werden een paar mynwerksrs door instroomend water overvallen. Een kon niet bijtijds uit de mijn komen. Toen daalde een ander mijnwerker in de schacht af om zijn kameraad te helpen, maar hij kwam niet terug. Een tweede waagde zich omlaag, en ook hij bleef weg. Alle hoop op het behoud der drie mannen is opgegeven moeten worden. Men pompte wel aanhoudend en uit alle macht, maar het water vloeide steeds sterker toe. TURKIJE. 't Is nu al drie maanden, dat de sol daten te Saloniki geen soldij hebben ontvangen. Ook de officieren hebben sinds drie maanden geen cent van hun tractement ontvangen. De leveranciers voor het leger werden ook al niet be taald. Vandaar dat zij weigerden cre- diet te verleenen. De voorziening der troepen met de noodige voorraden ging met groote moeilijkheden gepaard. Vleesch kregen de soldaten heele- maal niet meer. Zelfs in het hospitaal werd den zieken en gewonden geen vleesch meer verstrekt. Door dat alles heerschte er onder het garnizoen een zeer bedenkelyke stemming, die zich nu en dan reeds in opstootjes geuit heeft, wat niet te verwonderen is. De financieele gedelegeerden hebben in hun jongste samenkomst over de zaak beraadslaagd en of 't hierdoor gekomen is, weten we niet, maar in de laatste berichten uit Saloniki wordt verzekerd, dat de Turksche minister vaD oorlog maatregelen getroffen heeft, om de troepen van het noodige vleesch te voorzien, terwijl tevens een maand soldij zal worden uitbetaald. PORTUGAL. Zooals reeds uit enkele berichten ge bleken is, zit het in Portugal niet pluis. Nu en dan hadden in de vorige week opstootjes plaats, doch deze werden tot nogtoe gedempt, zonder dat gewapen de macht of stedelyke garde tusschen- beide behoefde te komen. Ook geeft de regeering steeds den indruk, dat de schermutselingen niets beteekenen. Zij gezegd, dat hij een der schitterendste officieren van het leger was.« »Mag ik uw kind ook zien, Mevrouw vroeg ik. Zij werd zeer verlegen en antwoordde na een poos »Reinond ja wat zal ik je zeggen hij is niet hier Zie-je, Hork, ik kom veel aan het Hof en in de groote wereld, en dat maakt voor mij de zorg voor een kind zóó bezwarend, dat ik heb moeten besluiten het voor een korten tijd te verwijderen maar spoedig denk ik bet terug te nemen »Ik begrijp het, uw kind is besteed,* zeide ik. »Wees zoo goed, Mevrouw, en geef mij het adres waar ik het vinden kan; want ik wenschte het wel te zien.* »0, je doet me een grooten dienst, als je den lieven jongen eeus gaat opzoeken zeide zij levendig. Hij is te Vorden, een allerliefst Geldersch dorp, in een gezonde streek, bij de familie Goris, heel soliede, brave menschen. Ik beu er dezen zomer nog geweest, en 't is een pleizier hem te zien groeien en bloeien:, 't is een roos van een kind.* »Ik nam afscheid van de bedroefde weduwe, en na het afleggen eener valsche belofte, die mij werd afgedwongen om den volgenden dag te komen diaeeren, stapte ik io zwaarmoedige gedachten verzonken naar mijn logement. Te Vorden!* herhaalde ik bij me-zelf, »'t is niet in de buurt, maar ik ga morgen toch op reis. Ik wil het kind zien.* »Vier of vijf dagen later was ik te Vorden, bij de familie Goris, werke lijk brave menschen, zoo 't mij voorkwam, en ik vond daar den kleinen Reinoud. Ik was niet langer dan twee dagen te Vorden geweest, toen mijn plan was gerijpt om de opvoeding van het kind over te nemen, indien zijn moeder daarin bewilligde. Ik schreef haar onmiddellijk, beriep mij daarbij op den taatsten wil van haar echtgenoot en beloofde een tweede vader voor den kleinen Reinoud te zijD. Zij antwoordde per omgaande, dat zij niet alleen genoegen nam in mijn voorstel, maar dat zij zich gelukkig achtte, haar schat aan zoo goede zorg te mogen vertrouwen zij schreef ook zeer omstan dig over de geldelijke aangelegenheden, en maakfe zulke prachtige voorwaarden, dat ik ui ij verplicht achtte met kracht daar tegen te protesteeren, daar het anders den schijn wel zou hebben als moest het voor mij een winstgevende speculatie worden. Ik beloofde haar de kosten, die ik zelf niet bestrijden kon, in rekeuing te zullen brengen en verzocht haar drin gend mij het werk der toewijding aan de nagedachtenis van mijn overleden vriend niet te verbitteren door met geld te betalen wat voor mij een genot en genoegen was. Zij antwoordde niet on middellijk, maar zond een maand later èen acceptatie van duizend gulden, die ik haar terugzond met verzoet dar, geld |en behoeve van Reinoud te beleggen. heeft zich echter vergist en uit latere berichten blijkt, dat de toestand ge vaarlijker was, dan men wist of voor gaf. Bovendien, waarom achtte men het dan noodig volksleiders gevangen ta zetten De Daily Mail geeft intusschen over die zgn. opstootjes het volgende berieht: Oproer te Lissabon. Dinsdagnacht is in het centrum van Lissabon zwaar gevochten tusschen te- publikeinen en politieagenten. Er wer den twee bommen geworpenook ii met revolvers geschoten. Er zijn'ver scheiden gekwetsten. De betoogers hadden*gehooptïde ge vangenissen open te breken, waarin sommigen hunner leiders opgesloten warenmaar de toeleg faalde. i'De in hechtenis genomen manifestanten wer den in gesloten rijtuigen, onder cava- lerie-bewaking, overgebracht naar de Cascaes- en Taagforten. Lissabon „verkeert in staat van'beleg. Op straat mogen geen groepen bijeen staan praten. Na zessen 's avonds wor den geen vrouwen meer op straat ge- gezien in de winkels blijft het leeg, zoodat de handel als het ware stil staat. Verder deelt het blad mede, dat een decreet des Konings zou worden uitgevaardigd, waarbij de regeering wordt gemachtigd leidefs van het ver zet te verbannen. Dat decreet is inder daad al afgekondigd. Ook heeft de politie tal van personen in hechtenis genomen. Daaronder zijn naar men zegt, republikeinen, radicalen en afgescheiden progressisten.^De huis- Het duurde een jaar voor ik weder iets van haar vernam. Toen ontving ik een brief, waarin zij met veel liefde over Reinoud en haar echtgenoot «prak, maar waarin zij mij tevens te verstaan gaf, dat hare omstandigheden er niet op ver beterden dat zij zware verliezen had geleden enz. Ik vernam later dat zij steeds op een grooten voet leefde, veel in de wereld «kwam, maar trots haar aanzienlijk fortuin, blijkbaar van haar kapitaal teerde. Helaasik mag de waarheid niet verzwijgen er verliepen vijftien jaren waarin ik niets meer van haar vernam. Ik wist niet of zij dood of levend was, en ik wilde er geen nazoek naar doen.* »Die ontaarde moeder !c zei de Generaal die met inspanning zat te luisteren. »Welk een hart >Zeg dat niet, GeneraalZij had haar kind bijna niet gekend, en de arme vrouw leefde in een maalstroom, die haar geen tijd tot nadenken lietmaar eindelijk toch ontwaakte haar hart. Het geluk bracht haar, kort geleden, een nieUw onverwacht**fortuin aan zij erfde van een schatrijken bloedverwant hetgansefte vermogen, en, ziedaar haar schoonste lof! in plaats dat die gelukkige redding van een bijna hopelooze schipbreuk harer fortuin, haar met vernieuwde drift, op den zoovele jaren gevolgden weg zoude doen voorthollen, bleef zij plotseling staan en kwam tot inkeer. Debanoeming

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1908 | | pagina 1