Landbouw.
Gemengd Nieuws.
reiziger» in de buurt. Zij werden door
de dorpelingen voor de roovers gehou- j
den en aangevallen. Een der vier is
gedood, de drie anderen zijn zwaar
gewond.
't Mond- en klauwzeer kan gelukkig
als geweken beschouwd worden en du»
zal een middel om die gevreesde ziekte
te voorkomen of te genezen wel een
beetje als mosterd na den maaltijd
beschouwd worden. Toch achten wij
het dienstig melding te maken van
een paar gevallen welke zeer opmer
kelijk zijn.
De heer A. Vrooman, op de boerderij
„Wij leven maar op hoop van beter"
te Capelle a/d IJsel schrijft, dat hij de
door klauwzeer aangetaste pooten van
twee kalveren aldus behandelde Hij
maakte van Litebuoyzeep (deze Life-
buoyzeepis verkrijgbaar bij de Sunlight-
zeepraaatschappij te Rotterdam en in
alle winkels welke Sunlightzeep ver-
koopen) een sterk sop, goot dit in een
emmer met warm water en zette daarin
de pooten van het zieke beest. Nadat
dit zeepsop nagenoeg koud was, nam
hy de pooten er uit en wikkelde die
in doeken welke flink nat waren ge
maakt met sterk Lifebuoy-zeepsop.
Deze behandeling herhaalde hij twee
maal per dag. Na een paar dagen trad
reeds beterschap in en na 14 dagen
waren de pooten weer gaaf en gezond.
De heer J. J. Voets, veeboer a d
Kleiweg te Hillegersberg had een zelfde
ondervindinghet door hem met Lite
buoyzeep behandelde vee waarvan de
pooten door klauwzeer waren aangetast,
was spoedig geheel genezen, waarom
hij dan ook aanraadt, als beesten iets
aan huid of pooten mankeeren, Life-
buoyzeep aan te wenden.
Nu, 't middel is niet kostbaar en kan
in voorkomende gevallen gemakkelijk
worden toegepast, terwijl het zich laat
begrijpen, dat de zeep op wonden ont
smettend werkt en het vee zal nalaten
er aan te likken, zoodat geen besmetting
naar den mond wordt overgebracht.
Westl. Crt.
Mesten van varkens. Op de hoeve
Willem III van de Maatschappij van
Weldadigheidte Frederiksoord, wordt
een zeer belangrijke mestproef met
varkens genomen. Er worden daar
twintig varkens gemest, welke alle even
oud zijn, doch van verschillend ra»,
en wel4 volbloed groot-Yorkshireras
4 van het Priesch inlandscb ras4
kruislingen van Priesch inlandsche
moeder met groot-Yorkshire beer(Frie-
sche methode)4 kruislingen van oud-
inlandsche moeder met groot-Yorkshire
beer (Drentsche methode)en 4 ver
edeld Duitsche landvarkens.
Deze dieren krijgen nu allen hetzelfde
voeder en worden eenmaals 's weeks
gewogen. Zoodra het gewicht ongeveer
300 pond bedraagt, zullen zij geslacht
worden. Eene commissie van deskun
digen zal uitspraak doen welk soort het
meest is aan te bevelen.
Gedurende de maand December
1907 is in Zeeland geen enkel geval
van besmettelijke veeziekte voorge
komen.
on vergald, Mary, geloof mij. Ik was
gister-avond immers de gelukkigstester-
veling op sarde? Nn slaat mij het
noodlot alles uit de handen wat ik in
werkelijkheid bezat, en laat me alleen
de zeepbel over, in wier prachtige kleuren
ik mij gister-avond verheugde, en die
ieder oogenblik kan barsten en als on
zichtbaar stof neervallen.*
«Je spreekt in raadsels,* antwoordde
Mary aarzelend.
«Ik bedoel, Mary,* zei Reinoud met
tranen in de oogen en op een toon zoo
bitter dat Mary's hart er van ineenkromp,
- «dat dezen morgen een onbekende
dame een punt van den sluier heeftop-
gelicht, die tot nog toe zonderlinge zaken
voor mij verborgen hield. Mijne moeder
heeft mij verstooten mijnheer Hork is
myn vader niet; ik ben dus niets meer
dan een kind zonder naam, een vonde
ling en een bedelaar, die het stuk brood
van een armen officier heeft helpen opeten
en voor 't overige van vreemde aalmoezen
heeft geleefd
«Spreek zoo niet, Reinoud,* zei Mary,
zijn handen rukkende en hare tranen
dei viijen loop latende. »Je doet me
zou'n verdriet!*
Deze eenvoudige woorden en de toon
waarop ze gesproken werden, troffen
Reinoud diep hij s: aarde baar met groote
o «gen aaneen gelukkige glimlach
s p ie I de om zijn lippen, maar 'twas
als de vluchtige zonnestraal op een don-
AXEL, 14 Januari 1908.
De beperking van het vervoer
over alle kunstwegen in de geheele
provincie is opgeheven met middernacht
tusschen 12 en 13 Januari 1908.
De heer dr. J. E. Callenfels te
Hulst heeft eervol ontslag aangevraagd
als gemeente-geneesheer te Stoppeldijk,
St. Jansteen en Clinge.
Bij kon. besluit zijn tot regeling
van de personeele belasting de grenzen
tusschen de in verschillende klassen
vallende gedeelten der na te noemen
gemeenten als volgt vastgesteld
Van de gemeente St. Jansteen loopt
de grens, aanvangende bij het punt in
de gemeentegrens, waar de vaart van
Hulst uitmondt in den heul, die gaat
onderdoor de terreinen, in gebruik bij
de stoomtram maatschappij Hulst--Wal
soorden en de spoorwegmaatschappij
MechelenTerneuzen, langs de noord
grens dier terreinen tot aan den Hoogen
weg, volgt de sloot langs de oostzijde
van dien weg tot aan de eerste heul,
zuidelijk van de Absdaalsche straat
vandaar oostwaarts langs den water
loop die uitmondt in de vaart van
Steen tot en daarna langs die vaart
zuidwaarts tot aan den zoogenaamden
oversprong over de Steensche straat,
oostwaarts langs den watergang in den
CTm^epolder tot aan den waterloop, die
in noordelijke richting gaat tusschen
de Gentsche en de Steensche straat
langs dien watergang in gemelde
richting tot de grens der gemeente en
verder langs deze grens tot het punt
van uitgang.
keren dag; oogen blikkelijk was die lach
verdwenen, en met een wanhopig gebaar
de handen boven zijn hoofd in elkander
slaande, riep hij hartstochtelijk
«Ja een bedelaarAlles wat ik ben
en heb, is mij door het medelijden van
vreemden in den schoot geworpen. Ik
schaam mij diep, en niets blijft me over
dan de wijde wereld in te gaan en een
land op te zoeken, waar men iemand
van een geleenden of gestolen naam
geen rekenschap vraagt.*
«Ge zijt wreed en ondankbaar,* zei
Mary, hare tranen drogende; «van welke
«vreemden* spreek je? Bedoel-je daarmee
den man die met blinde liefde zich aan
de taak heeft gewijd u op te voeden en
eene eervolle positie te verzekeren
Bedoel-je hen, die je met belanglooze
liefde hebben ontvangen en als een lid
van het gezin in hun midden opnamen
Met dat medelijden bedoel-je zeker de
genegenheid, die je ongevorderd en op
zoo ondubbelzinnige wijze werd geschon
ken Dat ge u diep schaamt, daaraan
doe-je wèl, maar ik wenschte dat het
schaamte was over de onredelijke en
onmannelijke taal, die je zooeveu is ont
vallen. Stillaat me uitspreken Ik
heb me-zelve ook een verwijt te doen
ik was bij je terugkomst onhartelijk, en
je hadt recht mij te beschuldigen van
caprice of koketterie. Ik weet zelf niet
waarom ik zoo was, maar genoeghet
heett mij leed gedaan, en ik geloot je
Van de gemeente Sas van Gent loopt
de grens van grenspaal 309 (Laatste
stuiver) langs de Rijksgrens in noorde
lijke richting tot aan den watergang,
gelegen ongeveer midden tusschen den
Staakjesweg en den zg. Schapersweg
langs dezen watergang tot aan den
dijk welke de St. Albertsen Chellink-
polder scheidt, van dit punt zuidwaarts
over dien dijk tot aan den Rijksweg
van Sas van Gent naar Neuzen, langs
dezen weg in noordelijke richting tot
de plaats waar hij gesneden wordt door
de grens tusschen de gemeenten Sas
van Gent en Westdorpe
daarna langs de genoemde gemeente
grens tot den oorsprong van de Galgen-
kil, vandaar door deze kil naar den
nieuwen oostelijken kanaalarm en in
zuidelijke richting midden langs dezen
en het kanaal van Gent naar Neuzen
tot de Rijksgrenslangs deze naar het
punt van uitgang.
Prov. blad no. 6 bevat een besluit
van Ged. Staten van Zeeland, houdende
afkondiging van een wijziging van den
ligger der wegen en voetpaden in de
gemeente Hoek.
Daarin is opgenomen het Kon. besluit
van 14 Dec. 1907, waarbij het besluit
van Ged. Staten van 21 Dec. 1906 te
dezer zake is vernietigd.
Zaterdagnamiddag zijn door de
Rijksambtenaren te Philippine 4 paarden
met karren waarop 110 biggen wegens
vermoedelijk frauduleuzen invoer uit
België in beslag genomen. Wel toonde
de eigenaar een in het Pransch geschre
ven bewijs, dat de beestjes van IJzen-
dijke afkomstig waren, doch de ambte
naren schenen daaraan niet veel waarde
te hechten.
Loop der bevolking.
De loop der bevolking in de gemeente
Clinge over 1907 was als volgt
Geboren 79 m., 73 vr., totaal 152.
Gevestigd 104 m., 104 vr., totaal 208,
Overleden 36 m., 23 vr., totaal 59,
Vertrokken 139 m., 155 vr., totaal 294.
De bevolking bedroeg op
31 Dec. 1906 1864 m., 1828 vr., tot. 3692
31 Dec. 1907 1872 m., 1827 vr., tot. 3<
alzoo vermeerderd met 7 personen.
Levenloos aangegeven 4 m., 3 vr.,
totaal 7.
Voltrokken huwelijken 23.
Op 31 Dec. 1906 telde Graauw 2171
inwoners en wel 1105 m. en 1066 vr.
daarvan het bewijs te hebben gegeven.
Luister, ReinoudSpreek nimmer
meer zooals je daareven deed, want ik
zou je dan niet meer de plaats in mijn
hart kunnen geven, die je er sinds onze
kindsheid innaamt. Ik beken, dat het
een harde slag is, die je wordt toege
bracht, maar het recht is je immers nog
onbekend en wie weet hoe gelukkig alles
nog voor je uitvaltMocht dat niet zoo
zijn, dan zie ik nog niet in waarom
ge uwe vrienden zoudt verlaten, evenmin
als zij het u zullen doen. Reken op ons
wat er ook gebeure wij zullen steeds
uw vrienden blijven
»Mary,« zei Reinoud diep aangedaan
«ge zijt een engel. Uwe woorden zijn
de taal van het hartik dank u voor
die goede woorden, maar 't is
blijft mij te moede alsof een zwarte
sluier over mijne oogen is gevallen. O
ge kunt niet beseffen hoe ongelukkig ik
mij gevoel. Als de zoon van een armen
luitenant kon ik wel is waar de oogen
niet hoog opheffen, maar als vondeling
of bastaard moet ik mijn aangezicht be
dekken en mij verbergen in een afgelegen
hoek der aarde.*
«Het grieft me diep u zoo te hooien
spreken. Helaas ik begrijp dat mijne
troostwoorden thans niets vermogen. Ik
wenschte u te kunnen overtuigen, dat
hoe grooter de ramp is die u treft, hoe
meer ge op onze sympathie moogt reke
nen. Gelooft ge me niet, Reinoud
Dit aantal vermeerderde door de ge
boorte van 37 m. en 34 vr. en door
de vestiging van 61 m. en 56 vr. met
188. Het verminderde evenwel door
het overlijden van 27 m. en 11 vr. en
door het vertrek van 68 m. en 75 vr.
met 181. De bevolking bestond dus
op 31 Dec. 1907 uit 2178 personen:
1108 m. en 1070 vr.
Er werden 19 huwelijken voltrokken.
In de branderij van den heer C. j
H. W-, aan den Noordwestsingel te Schie
dam, liep Zaterdag de 22-jarige bran
dersknecht v. d. G. door den stoom mis
leid, in een bak met heete spoeling.
Over het geheele lichaam met brand
wonden bedekt werd hij per brancard
naar het Ziekenhuis vervoerd.
Te Rotterdam is door de politie
aangehouden een werkman, die bezig
was de klinkers uit de straat op te
breken en op een handwagen te laden.
Hij gaf voor, als gemeentewerkman
voor dit werk aangewezen te zyn, maar
later bleek dat hij voor een partikulier
aangenomen had om een straatje te
leggen. In zijn behoefte aan steenen
trachtte hij daarop op gemelde wijze
zijns inziens zoo goedkoop mogelijk te
voorzien.
Vouwbeenen.. Een meneer in een
winkel van schrijfbenoodigdheden tot
een der winkeljuffrouwen
„Juffrouw, heeft u vouwbeenen?"
De juffrouw krijgt een kleur en loopt
verlegen den winkel uit, waarop met
toornig gezicht de patroon verschijnt,
die den argeloozen meneer toevoegt:
„Als u impertinenties tegen de win
keljuffrouwen wilt begaan, dan moetu
hier niet wezen, meneer, 't Is hier een
fatsoenlijke zaak. De juffrouw d'r bee-
nen gaan u niets aan
Wanneer de meneer in het vervolg
een vouwbeen moet koopen, zal hjj
zich wel wachten te beginnen met:
juffrouw heeft U vouwbeenen
In beschonken toestand achter
volgde Donderdag te Utrecht een zekere
H. M., een verlofhoudster. Blijkbaar
hadden er vroeger liefdesbetrekkingen
tusschen hen beiden bestaan. Voor het
ergste bevreesd, nam de vrouw zoo
snel mogelijk de vlucht en geen uitweg
meer wetende, zocht zij haar heil in
een brugwachtershuisje. De man bleef
haar ook hier op den voet volgen en
daar hij gewapend was met een re
volver, oordeelde men het noodig hem
in arrest te stellen.
Later kwam aan het licht, dat de
revolver geladen was, terwijl bij fouil
leering bovendien nog 6 scherpe pa
tronen voor den dag kwamen. Na ont
nuchtering scheen hij wel onder den
indruk van het gebeurde te zijn, want
's morgens daarna werd hij herhaal
delijk door zenuwtoevallen getroffen.
De rijksveldwachter jachtopziener
De W. werd Vrijdagnacht ongeveer 4
uur in het duin te Katwijk gevonden,
bedolven onder het zand, nagenoeg ge
heel bewusteloos. Donderdagmorgen
was hij, uitgegaan om konijnen te del
ven. Omstreeks 12 uur 's morgens, toen
hij bezig was met delven, stortte het
zand over hem heen, zoodat hij dus
ongeveer 16 uur tot aan zijn schouder»
onder het zand was begraven. Toen
De W. Donderdagavond niet thuiskwam
zijn helmplanters naar hem gaan zoe
ken, die hem omstreeks 4 uur in den
morgen in boven omschreven toestand
ronden.
Een spiritusdrinker. Vrijdagmiddag
slenterde in het stratennet tusschen Tol
steegsingel en Westerkade te Utrecht
een ruim zestigjarige man, die zoo
zwaar beschonken was, dat hem het
gelooft ge uwe beste vriendin niet saeer
Waarom schudt ge zoo twijfelmoedig
het hoofd Wordt vervolgd.)