DE OUDE LUITENANT.
fto. 57,
Woensdag 23 October 1907.
23e «fuarg.
ii tu iJ
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zee u wscli- Vlaand ere n.
F. D1ELEMAA,
Buitenland.
F F U II, L F, T ON.
COURANT.
Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Centfranco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKER—UITGEVER
AXEL.
AOVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
elkeD regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
DUITSCHLAND.
Officieus verluidt dat met de ver
schillende bondsstaten onderhandelin
gen gaande zijn over de invoering van
een rijkswet tot bestrijding van het
Zigeunerdom. Er is sprake van, een
verordening die de Pruisische minister
van binnenlandsche zaken op 17 Fe
bruari 1906 uitgevaardigd heeft, tot
rijkswet te verheffen.
De strafbare handelingen waaraan
de rondtrekkende Zigeuners zich in
Duitschland plegen schuldig te maken,
zijn de volgende het laten weiden van
vee op andermans grond, diefstal van
veldvruchten enz., het stichten van
boschbrand, ontduiking van den mili
tairen dienstplicht, ontvoering van
minderjarigen, visschen zonder ver
gunning, bedelarij, landlooperij, ver-
valsching van legitimatie-papieren enz.
Reeds nu bestaan in de meeste bonds
staten bepalingen tot wering van de
Zigeuners, maar er is te weinig onder
linge overeenstemming tusschen die
bepalingen. Totnogtoe hebben alle poli-
tie-maatregelen niets uitgewerkt. Men
verwacht meer heil van een algemeene
rijkswet.
FRANKRIJK.
Charles Malo geeft in de Débats zijn
slotartikel over de defensie van België
en Nederland. Hij resumeert en geeft
zijn conclusie. Beide landen moeten
hun krijgsmacht uitbreiden, maar geen
legerhervorming zou de defensie van
de twee landen zoozeer tengoedekunneu
komen als een militair verbond. Samen
kunnen België en Nederland 500,000
man op de been brengen. Frankrijk
en Engeland zouden van zulk een ver
bond veel voordeel hebben, zegt Charles
Malo. En dan voegt hij er tusschen
haakjes bij, dat Duitschland er trouwens
ook voordeel van zou hebb„en, als zijn
bedoelingen zuiver zijn. De wijze
waarop deze Franschman er Duitschland
bijhaalt is kostelijk. Frankrijk en Enge
land hebben alleen goede bedoelingen.
Dat spreekt van zelf. Die wenschen
niets liever dan een krachtig Nederland
en België, opdat het booze Duitschland!
dat neutrale gebied nooit zal kunnen
schenden. Dat Frankrijk of Engeland
een andermans land zouden kunnen
willen schenden, daaromtrent
wordt zelfs de mogelijkheid door Malo
niet ondersteld.
Hij eindigt met de Nederlandsche
woorden Eendracht maakt macht.
ITALIË.
Volgens een telegram uit Rome gaat
het spoorwegverkeer naar wensch. Het'
is nergens tot betoogingen, van welken
aard ook, gekomen. Letterlijk de ge
heele pers verklaart zich tegen staking.
De bladen waarschuwen het spoorweg-
personeel, dat de openbare meening
zoo sterk tegen een staking is, dat deze.
noodzakelijk op een nederlaag moeC
uitloopen. Zooals Reuter trouwens
reeds seinde, zijn volstrekt niet alle
leiders voor staking op 't oogenblik. De'
socialistische afgevaardigden Treves en,
Turati hebben zich in een gesprek met
19)
»Ik u geld gezonden Pc stamelde Hork
rerbleekend.
»Nu, houd u maar zoo niet, Vadertje
zei Reinoud zijn vader omarmende.
»Ik dacht wel dat ge het zoudt ontkennen
er is zeker een »onbekendè vriendc
die mij dat heeft gestuurd, niet-waar Pc
Hork antwoordde niet, maar verzonk
in gepeins.
»Kijk eens hier, Vader-lief,c vervolgde
Reinoud, terwijl hij plaats nam op de
gevaarlijke rustieke bank en eeue zware
beurs te voorschijn halende, door wier
mazen de goudstukken glinsterden
»hier zitten tachtig tientjes indat is
het overschot van de twee-duizend gulden.
Ik heb zes-honderd gulden voor mijn
beide paarden besteedhet overige voor
mijn zadeltuig en kleedingik heb een
koopje gehad aan mijne paarden, en
halfsleets zadeltuig overgenomen en .c
»Zeg mij eens, Reinoud,c viel Hork
hem in de rede, zonder naar de beurs
te kijken, die op de tafel lag, »heb-je
den brief nog, die bij dat geld was
gevoegd Pc
»Ge vraagt naar den bekenden weg,
Vadertje, er was immers geen brief bij
'tWas een wissel, zonder een letter er
bij geschreven.c
»Mijn naam stond toch niet onder
den wissel U zei Hork.
»Neen, dat weet ik wel't was een.
handteekening die ik niet kon ontcijferen,
zeker van een bankier; maar dat
komt er niet op aan 't kwam toch van
u; want het postmerk van Steenvoort
stond op het adres, hoewel het schrift
niet van uwe hand was."
>Zóó stond het postmerk van Steen
voort er op Pc zei Hork in gedachte.
Reinoud begon die geheimzinnige
houding zijns vaders eenigszins zonderling
te vindenmaar hij meende dat de
brave man nog wel wat versuft was
door het onverwachte wederzien, en
daarom plotseling een wending aan 't
gesprek gevende, vroeg hij
»Is hier geen nieuws, Vader Pc
»Niets, mijn jongen. Steek dat geld
in uw zak want ik kan het niet bergen
Bewaar het vooreerst maar.c
Reinoud gleed de beurs weder in zijn
zak en keek zijn vader hoe langer zoo
meer verwonderd aan. Toen die beurs
weg was, kreeg Hork een weinig van zijn
gewonen spraaklust terug, en zeide
»Nieuws is er niet veel. De Generaal
en Mevrouw zijn heel wel. Frits zal
nu ook wel benoemd zijnzijn
uitrusting was reeds voor drie weken
gereed hij heeft twee prachtige paarden
zijn uitzet moet op zijn minst ook
de voormannen van het spoorwegper
soneel beslist tegen staking verklaard.
Verder hebben de Kamers van arbeid
te kennen gegeven, dat het hun on
mogelijk is ondersteuning toe te zeggen.
Met dat al schijnt het personeel met
nieuwe eischen voor den dag te willen
komen. Het 56,000 leden tellend syn
dicaat verlangt, naar men uit Rome
meldt, o. a. een werkdag van acht uren
en een wekelijkschen rustdag en het
zou van plan zijn der directie zes
maanden tijd te gunnen voor de over
weging dezer eischen. Daarna zou een
referendum gehouden worden.
De directie der spoorwegen heeft
inmiddels besloten de leiders der staking
te ontslaan, degenen die gestaakt hebben'
op de promotielijst terug te zetten en
den niet-stakers gratificaties te geven.
Algemeen acht men deze maatregelen'
onvoldoende.
NOORWEGEN.
Te Kristiania werd in een circus een
waterpantomime vertoond, voorstellende
den oorlog tusschen Russen en Japan
ners. Op een avond woonden de offi
cieren van een paar Russische oorlogs
schepen, die in de haven lagen, de
voorstelling bij. Zij ergerden zich aan
de vertooning, die te zeer in Japanschen
geest leek te zijn, en verlieten op in
het oog loopende wijze het circus. Den
volgenden morgen verbood de politie,
de pantomime weer op te voeren. Later
bleek het echter, dat het hof 's avonds-
in het circus zou komen juist om de
pantomime te zien. De politie trok
toen het verbod in, onder beding dat!
een tooneel geschrapt werd, dat n.l.
waarin een Russische vlag werd ver
overd.
ZUID-AFRIKA.
Op het kerkhof te Pretoria is het
graf van Paul Kruger geschonden. Het
marmeren borstbeeld was van zijn
voetstuk gehaald en lag, aan schouders
en neus beschadigd, op den grond.
Volgens een andere lezing van het geval
was de neus weggebeiteld. Volgens
een derde bericht was het borstbeeld
niet beschadigd.
Het is van eenig belang te weten of
de neus werkelijk sporen van een
beitelbewerking vertoont. Zoo ja, dan
is Reuter's verklaring, dat het blijkbaar
niet de bedoeling was het grafteeken
te schenden, maar het beeld te rooven
teneinde er een goed losgeld voor te
krijgen, dadelijk geoordeeld. Maar al
ware het borstbeeld niet verminkt, dan
nog is Reuter's correspondent wel wat
haastig met zijn bewering, dat er geen
„rassenhaat" in het spel is. Het ver
minken van het engelbeeld op het graf
van Kruger's kleinzoon wordt gauw
uitgelegd als bij ongeluk gebeurd, toen
men Kruger's zware borstbeeld wilde
verwijderenvan de verminking van
andere graven wordt in het geheel
geen uitleg gegeven.
Nu zullen wij aan deze heele ge
schiedenis niet meer beteekenis hechten
dan zij verdient, Indien 't mocht blijken,
dat een paar Engelsche onverlaten hun
„rassenhaat" aldus getoond hebben, zal
geen verstandig mensch het de Engel-
schen in 't algemeen wijten deaan-
twee-duizend gulden hebben gekost*
»En Mary vroeg Reinoud
aarzelend.
»Zij is, geloof ik, thuis,* zei Hork
»ze moest dezer dagen voor goed van
het kostschool komen maar ik kom
tegenwoordig weinig bij de familie. Je
begrijpt, Rein, dat het mij- nog altijd
hindert, dat de Generaal je overplaatsing
bij het regiment, hier in garnizoen,
heeft tegengewerkt*
»Dat begrijp ik niet, vader,* zei
Reinoud met gedempte stem. »Ge hebt
immers zelf gezegd, dat het beter was
dat ik met mijn regiment mee mar
cheerde dat een goed soldaat zijn
vaandel moet volgen en dat het
vooral noodig was, dat er een eind kwam
aan mijne bezoeken bij den Generaal
»Dat heb ik ook,* prevelde Hork;
»maar niemand weet wat ik gedurende
die driejaren, waarin we elkander slechts
nu en dan vluchtig konden zien, geleden
heb. Waarom is zijn eigen zoon over
geplaatst
»Ge wordt onbillijk, Vader-lief. Ge
kent Fritsge weet hoe onbezonnen hij
te werk gaat. Ik geloof dat het heel
goed voor hem was, dat hij bij zijn ouders
bleef. Ik wil mij-zelf niet prijzen, maar
ik geloof toch, dat ik beter op eigen
wieken kon drijven dan hij.*
»'tls mogelijk,* zei Hork wrevelig:
»maar jonker Frits bekommert er zich
niet veel om of hij bij zijne ouders is cf
niet. Hij speelt en dobbelt tegen den
beste ophij rijdt en rost, en laat nog
al van zich spreken.*
„Inderdaaddat spijt me,« zei
Reinoud; hij is toch in den grond een
goedhartige jongen. Maar, ik bedenk
daar, Vader-lief, dat de Generaal en
Mevrouw nu ook wel boos zullen zijn
als ge hen zoo verwaarloost. Frits is te
gelijk met mij officier geworden en zijne
benoeming moet toch hier bekend zijn
Ge hebt hen zeker uog niet geluk
gewenscht?*
>Ik weet van niets, mijn jongen ik
bemoei mij met niets; ik lees alleen de
Haarlemmer, als ze vier dagen oud is.«
„Maar dat is onvergeeflijkriep
Reinoud.
»Och neenzuchtte Hork hoofd
schuddend. »Men neemt mij dat niet
kwalijk. Ik ga zoo maar stilletjes mijn
gang ik bemoei me niet met de men-
schen, en de menschen bemoeien zich niet
met mij. Als ik geweten had, dat er
sprake was van een promotie, had ik
natuurlijk wel eens in de sociëteit de
Staat8-Couraut gaan inzien, maar hoe kon
ik dat weten Vertel me eens, ben-je
van plan spoedig een bezoek bij den
Generaal te brengen
»Natuurlijk, Vader: kan ik anders?*
vroeg Reinoud een weinig kleurende, -
waarom vraagt gë dat?*
»Och, zóó maar Je gaat er toch zeker
niet heel druk, niet-waar