IS DID! LUAJT. \o. 39. Woensdag 21 Augustus 1907. 23e «laarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. DIELEMAV, aanbesteed, Buitenland. FEUILLETON. AXELSCHE COURANT. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent. Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent. DRUKKER—UITGEVER AXEL. ADVERTENTIEN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. ■urgemeester en Wethouders van AXEL, maken bekend, dat op Maan dag den 26 Augustus 1907, des voormiddags ten 1) ure ten raadhuize zal worden de levering van I. Plus minus 1500 liter zuivere Amerikaansche (geen Russische) PETROLEUM. II. 1200 Kilogram Belgische ANTHRACIET (20/30 m.M.). III. 5000 Kilogr. RUHRKOLEN (stukken). IV. 10000 Kilogr. grove COKES. Inlichtingen te bekomen ter Secre tarie. Axel, den 16 Augustus 1907. Burgemeester en IV ethouders van Axel D. J. OGGEL. De Secretaris J. A. VAN VESSEM. FRANKRIJK. Volgens berichten uit Toulon zijn er I hevige boschbrunden uitgebroken in de bosscheu tusschen de forten Coudon en Faron. Aangewakkerd door den sterken wind, hebben de vlammen ook het bosch van Touris aangetast. In minder dan geen tijd zijn verscheidene hektaren een prooi der vlammen geworden. Daar de koloniale infanterie van het nabij liggend fort Six-Tours niet bij machte was het vuur te keeren, zijn er ver sterkingen aangevraagd uit Toulon. Volgens de jongste berichten vreest men zeer voor het behoud der vesting werken. OOSTENRIJK HONGARIJE. Het regende dat het goot, toen Frans Jozef Vrijdag Koning Eduard naar het station bracht. Daar waren ook aarts hertog Frans Salvator, prins en prinses Leopold van Beieren en de aartsher toginnen Marie Valerie en Isabella ten afscheid aanwezig. Het afscheid van beide vorsten was „buitengewoon harte lijk" zooals de geijkte term in dergelijke berichten altijd luidt. Keizer en Koning kusten elkander tot twee malen toe en alsof dit nog niet genoeg ware, schudden zij elkander vervolgens nog meerdere malen de hand. De Engelsche Koning uitte zich uiterst voldaan over zijn verblijf te Ischl. Te 10 uur vertrok de trein naar Mariënbad. RUSLAND. We vinden eenige bijzonderheden over het raadselachtige lakonieke be richt van dezer dagen nopens den treinroof bij Kiëf. In den trein Kiëf-Odessa bevond zich de bankier Klein, die een bedrag van 120,000 roebel bij zich had. De trein bevond zich zoowat op een half irtir afstand van hef station Kiëf en stoomde met volle kracht voorbij een woud, toen hij plotseling met een schok stilhield. I 2) Op een der korte zijden van de zeer ruime paradeplaats stond een groot en prachtig gebouw, het zoogenaamde kommandantshuis, dat den gouverneur der vesting tot verblijf diende. Naar dat huis richtte zich de stoet der officieren. Eenige dagen geleden was de nieuwe gouverneur, de luitenant-generaal Van Hardsteek, aangekomen, en thans zou de officieele voorstelling aan ZijneExcellentie plaats hebben. De vorige gouverneur, generaal Goedeman, was plotseling over leden die goede man werd door velen betreurd, want hij had nooit iemand kwaad gedaan. Veel goeds had hij ook niet verricht, maar wellicht had hem daartoe de gelegenheid wel ontbroken. Men mag het iemand niet altijd wijten als hij geen goed doet, maar wel als hij kwaad doet, want dat kan hij nalaten als hij wil. De generaal Van Hardsteek was een heer van wien onrustwekkende geruchten liepen. Hij was hoofdofficier bij de Fransche Garde geweest en een ieder weet dat de keizer voor zijn keurbende mannen wist te kiezen, die voor geen kleintje bang waren. De graaf Van Tegelijkertijd knalde een salvo geweer schoten en ongeveer dertig bandieten met revolvers en geweren besprongen de wagens. Waarschijnlijk had zich reeds een hunner kameraden in den trein bevonden en heeft deze aan den noodrem getrokken. De aanvoerder der bandieten schijnt Klein van aangezicht gekend te hebben. Hij kwam dadelijk op hem af en vorderde zijn geld. Klein liet zich echter niet maar zoo dadelijk schrik aanjagen en greep zijn revolver. Doch de roover was hem voor en schoot hem door het hoofd. Daarna beroofde men zijn lijk. Intusschen werden de passagiers en het treinpersoneel door andere bandieten in bedwang gehouden. Toen de roovers het geld hadden, verdwenen zij even snel als zij gekomen waren. Het was allps het werk van een oogenblik. De politie heeft natuurlijk geen spoor van de roovers ontdekt en „het staat vast, dat het een bende revolutionnairen was." Als de berichtgever in kwestie het ons niet kwalijk neemt, dan zullen we deze heeren geenrevolutionnairen, maar roovers noemen. Zulke berichten welsprekend in hun soort zijn inmiddels weer een bewijs wat er in Rusland al zoo niet onder de vlag der revolutionnairen door gaat. We hebben het meer gezegd de vrijheidsbeweging wordt door velen misbruikt en gespuis van het laagste kaliber maakt er zich helaas van mees ter, om ongehinderd zijn wandaden te kunnen volbrengen. MAROKKO. De meeste berichten zijn dreigend en onheilspellend van toon. De Euro peanen hebben den schrik in de beenen en de gebeurtenissen zijn niet geschikt om hen weer op het verhaal te brengen. Wij hebben al eens verteld, dat de voornaamste aanstoker van de moorden der laatste maanden vermoedelijk de groote toovenaar Ma el Ainin is, dat deze toovenaar tal van aanhangers heeft die zich nooit wasschen en blauwe, aflatende kleeren dragen en dat deze volgelingen de blauwe mannén worden genoemd. Daar zijn op eens in Mogador blauwe mannen verschenen. Waar zich blauwe mannen vertoonen heerscht schrik en ontsteltenis. De Europeanen van Moga dor kennen de beteekenis van het ver schijnsel uit ervaring en dadelijk kwa men dan ook de consuls bijeen om den gouverneur te waarschuwen, dat die voor het leven van de Europeanen zou zorg dragen. De gouverneur verklaarde, dat Ma el Ainin niet in de stad kwam "dat hij enkel door de streek trok op weg naar den kaid Anfloes. Dit was 11 Augustus. Den volgenden dag be sloten de consuls toch maar om een oorlogsschip te vragen. Admiraal Phi- libert heeft de Du Chayla gezonden naar Mogador. Ondanks dat hebben tal van joodsche en Europeesche fami lies de stad verlaten op een Fransch koopvaardijschip. Majoor Mangin heeft tot voorloopig gouverneur van Casablanca benoemd Si Allal ben Abboe, een Marokkaan, Hardsteek had zelfs bij de Garde een uitstekende reputatie gehad, en dat beteekende nog al wat bij dien troep. Het leed ook geen twijfel of hij zou, bij langeren duur van het keizerrijk, nog vóór zijn vijf tigste jaar den maarschalkstaf hebben ontvangen. We willen thans niets meer van Zijne Excellentie zeggen, want aanstonds zullen we hem in persoon ontmoeten en daarna nog wel gelegenheid hebben hem te leeren kennen. Hoewel de nieuwe gouverneur eerst sinds een paar dagen zijn commando had aanvaard, was zijn huis reeds geheel in orde. De generaal was uiterst voortvarend en daarbij een te voornaam heer om den voet in zijne woning te zetten, alvorens die geheel tot zijne ontvangst en die zijner familie was ingericht. Als een vorst verscheen hij in zijne nieuwe residentie. Toen de stoet aan het breede bordes was genaderd, presenteer den de beidé schildwachten het geweer, en een lakei in groot livrei opende de deur zoo wijd mogelijk. Een adjudant in gala-kostuum, met den hoed in de hand, verscheen aan den ingang en noodigde de beide generaals en verdere officieren binnen te treden. Eene reeks van drie vertrekken, zoo ruim dat het gezicht zich er in verloor, en allen met groote pracht gemeubeld, ontving het tweehonderdtal officieren even gemakkelijk of het in eene kerk werd opgenomen. De adjudant fluisterde eerbiedig eenige woordeh tot den oudste der beide generaals, waarop deze met zekere gejaagdheid eenige bevelen aan zijn adjudant uitvaardigde, welke officier die bevelen aan de verschillende bevel hebbers ronddeelde. Toen volgde er een geschuifel en gejoel dat eenige minuten duurde, waarna eindelijk stilte volgde en het toen bleek dat alle officieren korpsgewijze en volgens rangopklimming stonden geschaard. Daarop verwijderde zich de eerste adjudant, en in ademlooze stilte wachtte de stoet de komst des geduchten mans af. Na verloop van eenige minuten werd aan het uiteinde der suite de dubbele deur open geworpen door een heer in 't zwart gekleed, die zich vervolgens eerbiedig ter zijde schaarde. In de wijde opening verscheen een hooge, indruk wekkende gestalte, een man van bijna zes voet, met hoog opgericht hoofd, kalen schedel, doordringende, blauwe oogen, een vol gelaat, gebogen neus, streng geplooide lippen en een waarlijk vorste lijke- houding. Het was de nieuwe gouverneur, de luitenant-generaal graaf Van Hardsteek. Zijne Excellentie wa3 in groote uniform wit cachemiren broek met hooge stevels, met goudgeborduurden rok, de borst geheel overdekt met kruisen en orde.teekenen, het lint van een groot kruis daarover heen, en eene prachtige eeresabel met massief gouden greep en zilveren scheede op zij. De verschijning van dit hooge per sonage, dat op eerbiedigen afstand werd gevolgd door een schitterenden staf, maakte een diepen indruk. Alle hoofden bogen zich onwillekeurig, en de diepste stilte heerschte in dien ganschen wijden kring van mannen, die meest allen gewoon waren luide hunne stem te doen», hooren. Met vasten, klinkenden tred ging de gouverneur door de dubbele rij der officieren, links en rechts met majesteit buigende, tot hij in het middenvertrek door de beide generaals werd opgehouden, die hem met eene diepe buiging tegemoet kwamen. De oudste generaal nam het woord en zêide>dat hij de eer had de officieren van het garnizoen aan Zijne Excellentie voor te stellen.* De gouverneur antwoordde niet onmid dellijk op deze toespraak, maar liet zijn doordringend oog in het rond gaan. Plotseling scheen zijn blik een vast punt te hebben gevonden hij boog het hoofd eerst rechts, toen links, al wilde hij zich vergewissen van 't geen hij meende te zien, en aller blileken richtten zich nieuwsgierig naar den kant, waarheen Zijne Excellentie zoo aandachtig staarde maar niemand begreep wat het wezen kon, want 't was de donkerste hoek van de reeks vertrekken, waar eenige luite nants van de infanterie als schuchtere schapen tegen elkaar stonden gedrongen. Terwijl iedereen in gespannen ver-

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1907 | | pagina 1