T
luSiSlii i,
HE GOUDlil GOED.
So. 73.
Woensdag ill December IflOH.
2e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Z e e u w s c h - V1 a a 11 d e r e 11.
F. UIELEIIW,
Buitenland.
F E I L L E T O N.
tOUIUNT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
DRUKKERUITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
DUITSCHLAND.
De ambtelijke telling heeft aan het
licht gebracht dat in de beslissende
vergadering van den Rijksdag het ver
zoeningsvoorstel van de vrijzinnigen
met 171 tegen 175 stemmen verworpen
is, ongeldig was een stem. Bij de
stemming over het regeeringsontwerp
stemden 168 leden voor, 177 tegen, 1
onthield zich, 2 stemmen waren on
geldig. Voor het verzoeningsvoorstel
en het regeeringsontwerp stemden als
een man de conservatieven, de vrije
conservatieven, de nationaal-liberale'n,
alle vrijzinnige partijen, de volkspartij
en de Zuidduitsche volkspartij. De oeco-
nomische vereeniging -stemde meeren-
deels voor, alleen de tot haar behoorende
leden van den Beierschen Boerenbond
tegen. Tegen stemden alle aanwezige
sociaal democraten en Polen. Van het
centrum namen 27 leden niet aan de
stemming deel, o. w. verscheidene kop
stukken, de overigen stemden, op een
paar leden na, tegen.
Men heeft nog eens nauwkeurig nage
gaan, hoe de ongeveer 50 afwezige leden
over het regeeringsontwerp gestemd
zouden hebben. Het bleek dat er on
geveer evenveel voor- als tegenstanders
onder waren, zoodat hun aanwezigheid
aan den voor de regeering ongunstigen
uitslag niets zou veranderd hebben.
De Berlijnsche correspondent van de
Frankf. Ztg. verzekert dat, indien de
nieuwe Rijksdag geen meerderheid voor
de koloniale politiek van de regeerin
1
»Hoe kan ik vroeg Alida neêr-
slachtig.
«Maar zeg mij dan toch eens, waarom
niet, lief nreisje? Je kunt immers
Willem medenemen. Hij zal wel willen
uiet waar
»Toch kan het niet, mijnheer Stade.
Begrijp dan toch dat Hugo niet bij eene
dame aan huis logeert,* zeide zij blozende.
«Parbleu,* riep Stade half driftig, half
komisch, «ben ik de hinderpaal? Maar
het behoeft immers niet op een uurdtt
een ieder het zien kan, kom 's avonds.*
«Mijnheer Stade,antwoordde zij, wat
gepiqueerd, »als ik het deed, dan stellig
over dag.*
»Wie kan daar nu bij Om de
wereld durft mqn niet, en als men de
wereld er buiten wil laten
»Ik maak zwarigheden niet om de
wereld, maar omdat de wereld gelijk
beeft.
«Alida, dat antwoord grieft mij. Mij
dunkt waar ik toch zelf heb aangeraden
dat Willem meê zou gaan
«Het spijt mij mijnheer Stade, dat u
het zoo opvat, maar ik begrijp toch niet
anders te mogen spreken. Geloof mij
bevat, de regeering niet voor een tweede
ontbinding terug zal deinzen.
De algemeene verkiezing voor den
Rijksdag wordt op 25 Januari gehouden.
De onthulling uit Hohenlohe's dagboek
over het half millioen mark dat Leo
XIII van de regeeriug had gevraagd,
in ruil voor den steun van het centrum
voor het leger wetsontwerp van 1893,
wordt bevestigd.
Opmerkelijk was Vrijdag al de tame
lijk makke verdediging van hetcentrum.
Nu wordt nog bekend dat de nationaal-
liberale afgevaardigde prof. Hilber uit
Stuttgart van plan was geweest, deze
opzienbarende onthulling aan den Rijks
dag mede te deelen, maar door de ont
binding verhinderd werd dit te doen.
Prof. Curtius, die de gedenkschriften
van Hohenlohe uitgegeven heeft, ver
klaart merkwaardigerwijs dat hij de
onthulling niet kan logenstraffen.
De te Heilbron verschijnende Neckar-
Zeitung beweert dat zij in het bezit is
van den woordelijken tekst van die
aanteekening in Hohenlohe's dagboek.
FRANKRIJK.
Ten tweeden male heeft Vrijdag de
politie te Parijs proces-verbaal opge
maakt van alle openbare godsdienst
oefeningen, waar geen aangifte voor
was gedaan, 60 processen-verbaal.
Uit de gedeelten van Frankrijk, waar
de nieuwe regeling tusschen 13 en 16
December achtereenvolgens in werking
tréedf, koraert nu ook de bbrieh'tén
aanstroom en óver opgemaakte proces
sen-verbaal en aangiften door leeken.
dat ik zelve meer verlangend ben om
Hugo te zien, dan ik zeggen kan.*
«Maar ik heb nu,eenmaal dien armen
jongen beloofd dat je komen zoudt
foei wat val-je me tegen, ik dacht toch
zooveel overredingskracht bij je te heb
ben.*
»Ach, mijnheer Stade, het kan immers
niet.*
«En het zou dan wel kunnen als ik
er maar niet was? Welk zonderling
bewereD Is Van Waren dan geen
jong mensch
«Die is patiënt,* antwoordde zij, »en
als ik daar goed kon doen en Willem
ging meê.t
«Op mij kun-je niet rekenen,riep
Willem, „dat weet je wel.«
«Nu dan, als ik den steen des aanstoots
ben, dan beloof ik je dat ik niet thuis
zal wezen, ja uit de stad zal zijn. Is
het dan goed
,Ach, ik weetr het niet. Ik wou dat
u het mij nooit gevraagd had. Kan ik
wezenlijk nuttig zijn met te komen?*
>Ja, meisje, geloof mij toch.«
>Nu dan, ik zal op die voorwaarde
komen. Bij Hugo heb ik veel goed te
maken.*
«Maar,* riep Stade sarcastisch lachende,
wat zal de wereld dan nu zeggen!*
«Geloof mij dan toch, dat juist de
wereld niet de eenige wet is, die ik
opvolg.*
«Alida, het is niet aangenaam voor
Wat de door de wet vereischte aan
gifte betreft, is van het hoogste belang
een bericht, dat wij in een buitenlandsch
blad aantreffen. De kardinaal-aarts
bisschop van Parijs heeft de aangifte
door leeken veroorloofd. Kardinaal
Richard heeft verklaard, dat een leek,
door aangifte te doen van bijeenkomsten
voor den eeredienst, niet ongehoorzaam
is aan den Paus, mits die aangifte is
geschied met de bedoeling, onlusten te
voorkomen, die het gevolg zouden kun
nen zijn van den huidigen staat van
anarchie.
De leeken mogen zich niet aanmati
gen, zich te bemoeien met de uitoefening
van den dienst, en in geen opzicht zich
in de plaats stellen van het hiërar
chische gezag der kerk. Leeken vallen
buiten 's Pausen verbod. Het verbod
van den Paus was uitgevaardigd om
te verhinderen dat de kerk zich ambte
lijk aan den Staat zou onderwerpen.
Leekenaangitte is niet in strijd met den
tekst noch met den zin van het verbod.
De tekst wasde geestelijken moeten
voortgaan met den eeredienst zonder
eenige nieuwe formaliteit te verrichten.
Kardinaal Richard moet zich in dezen
zin hebben uitgelaten, toen men hem
om raad kwam vragen. Men hoopt,
dat deze verklaring opzettelijk alge
meen zal worden bekend gemaakt.
ZWEDEN.
Men seint uit Kopenhagen, dat te
Stockholm de telegrammen over den
toestand van koning Oscar onder sen-
suur staan. Daaruit leidt men af, dat
het bedenkelijk met hem staat.
mij, dat als ge mijn huis betreedt, ik je
niet eens zal kunnen recepiëren. Heb
ik dat verdiend? Genoeg, omdat je
het zoo verlangt zal het geschieden.
Stade was knorrig en nadat ze verder
kortaf hun-ne afspraken, wat den tijd
betrof, hadden gemaakt, vertrok hij.
Het was hem toch aangenaam dat hij
bij den kranke eene blijde boodschap
brengen mocht, waarmede deze dan ook
in zijn schik was. Wat was echter de
reden dat Stade niet vertelde, dat hij
beloofd had, dien dag uit de stad te gaan
Alida wist niet of zij goed of verkeerd
gehandeld had, en, laat ons oprecht zijn,
in de meeste gevallen, die slechts eenigs- -
zins van het gewone afwijken, weten wij
het eigenlijk geen van allen. Nu zij het
echter beloofd had, zou zij haar woord
houden, wat er ook van komen mocht.
Dat zij er in had toegestaan was voor
zeker grootendeels toe te schrijven aan
hare begeerte om toch Hugo nog eens te
spreken en dan, wat er onduidelijk mocht
zijn, op te helderen. De arme moest
behoefte hebben aan blijken van ge
negenheid, welke hij hier uit den aard
der zaak slechts van zoo weinigen kon
ondervinden. Zij begreep volkomen in
welk een treurigen zielstoestand hij moest
verkeeren, want Ottewal had, na den
slechten ontvangst, bij haar zijn hart
komen uitstorten. Zij, die wist hoe
weinig heftig Hugo in den regel was,
zou aan dat enkele staal reed3 genoeg
RUSLAND.
Op admiraal Doebasof, den gewezen
gouverneur-generaal van Moskou, is
toen hij Zaterdagmiddag om een uur
naar den Taurischen tuin reed in de
Serajefskajastraat een bomaanslag ge
pleegd. De admiraal werd licht gewond.
De twee daders zijn gepakt.
AMERIKA.
De Amerikaansche vloot wil schepen
hebben, die sterker zijn dan de Dread
nought van de Engelsche. Er is reeds
een ontwerp bij het Congres ingezonden.
Het verlangde schip zal een waterver
plaatsing van 20,000 ton.hebben (tegen
17,900 van de Dreadnought) en 21
knoopen loopen (tegen 19l/2— 20 knoop).
De bewapening zal bestaan uit tien
stukken van 30 c.M. en veertien snel-
vuurders van 10 c. M., benevens een
groot aantal klein goed. De groote
kanonnen zullen onder zöo'n hoek kun
nen schieten, dat zij verder reiken dan
van eenig ander porlogsschip. In nog
andere opzichten moet het overtreffen
al wat er tot nog toe van dien aard
geleverd is, tot straks de nieuwe
Engelsche Dreadnoughts weer dé Ame
rikaansche zullen overtreffen. De kosten
van het Amerikaansche schip worden
geraamd op een 14l/2 millioen gulden.
De Dreadnought heeft één dikke mil
lioen meer gekost.
Een Amerikaansch vakblad dringt
er op aan, dat er schepen worden ge
bouwd uitsluitend voor'hét vervoer van
munitie, ter begeleiding van elk eskader.
Op de moderne oorlogsschepen, zegt
het blad, is er zoo weinig berging voor
hebben, terwijl zij in dezen zoo goed
door Stade was op de hoogte gebracht.
Maar, was hare gedegenheid jegens Hugo
en het leed dat zij meende hem berokkend
te hebben, ook haar voorname motief,
toch valt te vragen of zij er nog zoo
gereedelijk toe besloten zou hebben,
wanneer een ander haar dat verzoek had
overgebracht. Ja, Jan Stade had invloed
op haar gekregen, endat is ónder de
gegeven omstandigheden zeer natuurlijk.
Het was wellicht omdat zij het zelve
gevoelde, dat zij er nooit in zou hebben
toegegeven om daar te komen, als hij te
huis zou zijn.
De dag brak aan waarop Alida komen
zoude. Het denkbeeld daaraan alleen
had Hugo kracht en beterschap ge
schonken. Hij was vrqeger opgestaan
dau gewoonlijk, en, ofschoon hij eigenlijk
zijne slaapkamer nog niet mocht verlaten,
dicteerde hem zijn kiesch gevoel, dat het
niet voegzaam was om het jonge meisje
daar af te wachten, zoodat hij Stade
verrastte met aan het ontbijt te ver
schijnen. Ofschoon deze zijne vreugde
daarover te kennen gaf, bleek hij toch
zeer afgetrokken te zijn, en zeide, na
een paar malen rusteloos door de kamer
te hebben gewandeld, zoodat het zelfs
Hugo eenigszins hinderde »ik moet uit
de stad amice, ik heb dat nota bene aan
Alida moeten beloven.*
»Maar waarom dan toch r Mij dunkt
wij zullen voor u geen geheimen hebben.*