Hater J, I DE CAL3EIJ0E, s
Binnenland.
üitslüitelijk raadplegingen voor J
keel-, neus- en oorziekten a
Rechtszaken.
werd gewond en moest lijdelijk aanzien
hoe de bende er met 75,000 roebels
van door ging.
De rijke Joden in Minsk, Wilna,
Crodno, Kovno en Brest trekken zoo
snel zij kunnen het land uit.
Een paar dagen geleden kwam een
zeeofficier te Kroonstadt in een magazijn
van doodkisten eD kocht er een mooie
kist voor honderd roebel. Hij gaf den
koopman een adres, waar de kist be
zorgd moest wordendat bleek te zijn
by generaal Belyajef, den commandant
van Kroonstadt. Toen deze het be
teekenisvolle geschenk in ontvangst
nam, liet hij de brengers onmiddellijk
arresteeren. Reeds geruimen tijd had
Belyajef dreigbrieven ontvangen.
Prins Hendrik is Maandagavond op
Het Loo teruggekeerd, van Arnhem de
reis per rijtuig makende. H. M. de
Koningin reed den Prins tegemoet tot
aan de Woeste Hoeve, van waar het
koninklijk echtpaar gezamenlijk naar
Het Loo reed.
Het Dinsdag op Het Loo gegeven
tuinfeest bracht daar heel wat levendig
heid. Er was een groote schittering
van uniformen en dames-toiletten, daar
een 300 militaire en burgerlijke autori
teiten uit den omtrek genoodigd waren.
In het Koninklijk park waren een 30
buffetten aangericht. De stafmuziek
uit Arnhem, in een tent voor het paleis
opgesteld, begon tegen half drie te
spelen, doch een hevige regen ver
stoorde het feest, dat nu in het paleis
werd voortgezet. De Koningin en de
Prins bewogen zich onder de gasten.
In de omgeving van het paleis hielden
zich vele nieuwsgierigen op.
Een Dankbetuiging.
De Minister van oorlog, kennis ge
nomen hebbende van de verschillende
rapporten, hem zoowel van de militaire
als van de burgerlijke autoriteiten ge
worden, omtrent de hulp, verleend in
in Maart jl. bij den watersnood in
Zeeland, door detachementen van het
regiment genietroepen, van het korps
pontonniers, alsmede van het wapen
der koninklijke marechaussee, heeft
zijn groote tevredenheid betuigd aan
alle militairen, behoorende tot voren
genoemde detachementen, die door hun
flink en inspannend werk, dikwerf onder
moeitevolle omstandigheden, tot leniging
van de ramp zoo krachtdadig hebben
boos, verontwaardigd ben ik. Maar,
maar. komaan ik zal bedaard wezen,
als je maar niet meer schreit. Ze be
handelen je vader als een klein kind.
Ze willen hem onder curateele stellen,
oom Henri is er geweest.*
»Oom Henri, papa, en heeft die u
onder curateele willen stellen en het
glimlachje verried een weinig ongeloof.
»Het scheelt ten minste niet veel, beste
meid. Hij denkt dat ik niet op mijn
eigen zaken kan passen, hij beweert dat
ik te veel geld verteer.
»Oom Henri kan dan ook vreeselijk
wijsneuzig wezen, dat is waar
»En wat mij het ergste grieft, hij
durft aan mij te zeggen dat ik mijn
eigen dochter ten gronde richt. Ik mijn
Agnes te gronde richten Dat weet je
beter niet waar, mijn kind Je weet
dat geen vader zijn kind meer liefhebben
kan dan ik.*
»En geen dochtertje haar papa meer
dan ik, niet waar riep ze thans wezen
lijk engelachtig. »Kom, kom papa, is
het anders niet, oom Henri is geen orakel.
U zult zelf wel weten wat u doet,* en
zoo wist zij voor een oogenblik de zwaar
moedige wolk weg te wisschen, maar
lang duurde dat niet.
De meid kwam binnen en dekte de
tafel. Het gaf' een stagnatie aan de
troostredenen en liefkozingen.
Het eten was opgedaam en zwijgend
ging men aan den disch.
meegewerkt, en die tevens door hun
goed en ordelijk .gedrag de beste ver
standhouding met de ingezetenen wisten
te bewaren.
In het bijzonder brengt hij lof aan
de kapiteins Van Panthaleon baron Van
Eek, van het wapen der genie, en
Thomson, van het wapen der koninklijke
marechaussee, en aan den eerste-luite-
nant Van Asselt, van het korps pon
tonniers, voor de goede leiding der
onderscheidenlijk te Walsoorden, Hon-
tenisse en Oud-Vossemeer onder hunne
bevelen geplaatste militairen
aan den sergeant vaste werkman
Verhagen van het regiment genie
troepen, en aan den sergeant Vogelaar,
van het korps pontonniers, voor het
flink en practisch voorgaan bij het onder
hun toezicht uitgevoerde werk, onder
scheidenlijk te Rilland en Tholen en
te Oud-Vossemeer;
alsmede aan den wachtmeester De
Brouwer en den wachtmeester-titulair
Geleijnse, beiden van het wapen der
koninklijke marechaussee, voor de door
hen betoonde groote toewijding en
plichtsbetrachting.
AXEL, 22 Juni 1906.
Door den Commissaris der Koningin
in Zeeland zijn met ingang van lJuli
a.s. in de gezondheidscom missiën, welke
hun zetels hebben te Hulst en Neuzen
herbenoemd, respectievelijk de heeren
J. Groen, R. H. Reuling en G. P. Itt-
mann.
Bij de Dinsdag te Hoek gehouden
stemming voor een lid van den ge
meenteraad werden uitgebracht 323
geldige stemmen. Gekozen werd de
heer A. Jurry (lib.) met 163 stemmen
de heer P. Jansen (a.-r.) had 82 en de
heer H. van Doesselaar (vrije cand.)
had 78 stemmen.
Door het muziekgezelschap Elk naar
zijn krachten werd aan den gekozene
een serenade gebracht.
Tot directeur van het muziek
gezelschap Elk naar zijn krachten te Hoek
is benoemd de waarnemend-directeur,
de heer J. G. Bosschaart, aldaar.
Benoemd tot gemeente-verloskun
dige te Philippine, mej. M. Adriaans,
thans te Dinxperloo.
Dinsdagnamiddag viel de bier
brouwersknecht P., werkzaam in de
brouwerij De Hoop te Sas van Gent,
in een groot vat kokend bier. Hem
werden beide beenen ernstig verbrand,
De conversatie was gering. Wie vroeg,
kreeg nauwelijks antwoord en elke vraag
droeg het kenmerk, dat men er naar
gezocht had.
Wel hadden vader en dochter aan
leiding om pensief te zijn. Had Rentincks
broeder Henri eindelijk gemeend te
moeten wijzen op 's mans dwaze ver
teeringen, die buiten alle verhouding van
zijn inkomsten stonden, hij kon moeielijk
gevoeld hebben, hoe zeer hij den man
daardoor had gekrenkt. Het is zoo,
Rentinck was een verkwister, maar ééne
eer komt hem toch toe, hij verkwistte
niet voor zich zelveu. Werd hij beheerscht
door zijne zinnen, zijn inkomen was
belangrijk genoeg om daaraan nog het
hoold te bieden. Had hij iets blufferigs
in zijn aard, hij kon ook daaraan nog
wel voldoen, zonder dat het hem veel
zou behoeven te kosten. In kunst, had
hij niet den minsten smaak, dus ook
dien gevaarlijken klip vermeed hij uit
zich zeiven. Neen, zijn voornaamste
verkwistingen hadden slechts één doel
het geluk zijner dochter. Agnes moest
genoegen hebben, Agnes moest schitteren,
Agnes moest bewonderd worden Toen
hij in 's Gravenhage zich nederzette wist
lui zeer goed, dat hij zich op een te
grooten voet had gezet, maar wat nood
Was het niet om Agnes binnen te leiden
in de meest aristokratische kringen
Gedeeltelijke teleurstelling was daarop
gevolgd. Niet alle, niet de meest aristo-
tengevolge waarvan hij zich onmiddel
lijk onder geneeskundige behandeling
moest stellen.
Woensdagmorgen werd aan het
station te Sas van Gent door de amb
tenaren der belasting in beslag genomen
en ter beschikking van het hoofd der
gemeente gesteld, een wagon paarden
(4 veulens), komende van België en
bestemd voor een landbouwer te Goes.
De aanhouding had plaats, omdat de
verzending niet van voldoende certi
ficaten voorzien was. Op last van den
burgemeester werden de paarden gelost
en gestald, in afwachting eener beslis
sing van hoogere autoriteiten.
De heer Steggerda te Leeuwarden
heeft bedankt voor de benoeming tot
directeur der Ambachtsschool te Hulst.
M. Ct.
Door het gemeentebestuur van
Hontenisse is tot gemeente-geneesheer
benoemd de heer Ellerbech, arts te
Leusden.
Het comité voor den aanleg van
een stoomtram van Hontenisse naar
Selzaete, moet, na geconfereerd te heb
ben met belanghebbenden bij eene
zijlijn naar Sas van Gent, besloten
hebben om voorloopig althans van hare
tramplannen af te zien.
Naar het schijnt zijn de onmiddellijk
belanghebbenden niet tot dien gelde-
lijken steun bereid, welke het comité
onmisbaar acht. M. Ct.
Gisterenmiddag liet bij het over
stappen in een anderen wagon op het
station Clinge de graankoopman D. T.
van Hulst zijn beurs liggen, waarin
zich omstreeks f400 bevond. Een zoon
van den stationschef vond de beurs
toen hij in den wagon kwam, die door
den koopman was verlaten, waarna
werd zorg gedragen, dat de eigenaar
zijn geld terugkreeg.
Dinsdag kwam te Middelburg,
onder voorzitterschap van den heer
mr. J. C. De Marez Oyens, oud-minister
van Waterstaat, bijeen de commissie,
ingesteld bij kon. besluit van 14 Nov.
1890 om een onderzoek in te stellen
naar den toestand der afwatering van
Vlaanderen en een regeling te ont
werpen voor de in Nederland en België
gelegen polders.
Tegenwoordig waren de heeren J. A.
van Rompu, lid van Gedeputeerde Staten
te Neuzen, J. H. C. Heijse, lid van de
Provinciale Staten te Middelburg, A. A.
kratische ontsloten zich voor deze fée.
Toch schitterde zij, toch was zij genoeg
in aanzien, om een recht goede partij te
doen, en als dat geschiedde, dan immers
was het geld niet te vergeefs uitgegeven.
En echter, hij was nu bijna twee jaren
reeds gevestigd in de hofstad, en Agnes,
hoe gevierd op de bals, was nog niet
geëngageerd. Reeds twee jaren Dat
was in zijn oogen onbegrijpelijk lang
Hij voelde niet, de kortzichtige, dat, daar
iedereen wist dat Rentinck niet bemiddeld
was, juist de prachtige kleeding, die
kostbare geschenken, menigeen terug
hielden om dat dure paardje naar zijn
stal te halen. Het is waar, hij had be
speurd, dat onder de vlinders een enkele
kapel om deze bloem wat onafgebrokener
heen fladderde, maar Eduard Valmer,
hoewel aan te houden, zoo lang er niets
beters kwam, was wel niet onbemiddeld
maar volstrekt niet zóó rijk, als de gemaal
van Agnes, om zoo vele, vele redenen
wezen moest. Zoo stonden de zaken
toen die lastige broêr hem raden kwam,
om de vleugelen te kortwieken. On
mogelijke dwaasheid 1 Was het niet het
zoo lang met zorg opgetimtnerde huis
met eigen handen te vernielen Wat
meer zegt, was het niet eene onmogelijk
heid Hoe zijne dochter, zijn Agnes
zulk een verdriet, zulk een ongehoord
verdriet te doen O zeg niet dat hij
overdreef. Neen, dat meisje uit den
opium zwijmel, waarin zij gewoon was
Bekaar, hoofdingenieur van den rijks-
waterstaat, M. B. G. Hogerwaard, hoofd- PR
ingenieur van den provincialen water
staat, beiden te Middelburg en H. E. de
Bruyn, hoofding. directeur van 's rijks- y00
waterstaat te 's Gravenhage. N
Besloten werd een subcommissie tej
benoemen waartoe werden aangewezen!
de heeren De Marez Oyens, Hooger-1 Voo
waard en Bekaar, die een geheel zullen' N
samenstellen uit de gewisselde stukken,
waarna een tweede vergadering zal
plaats hebben, waarin alle punten!
rakende de afwatering zullen worden!
vastgesteld. {Zei.)
- Ter gelegenheid van de kermisj y0(
te Stekene (even over de Belgisch»
grens) waren in den nacht van Maandag]
op Dinsdag aldaar eenige kippen ge
stolen. waarvan natuurlijk aangifte
werd gedaan bij de politie. Deze op
onderzoek uit, ontmoetten toevallig
zekeren De B., aldaar woonachtig, die va
nog een paar dagen „te goed" had, en las
waarschijnlijk liever eerst kermis hield da
vóórdat hij zich ter bewaring overgaf,
De gendarmen wilden hem dus arres- f 3
teerenhierbij ontstond een verwoedi be
gevecht, waarbij de broeder van denl lai
arrestant eveneens zich tegen de politiel be
verzette, zoodat het zoo hoog liep, dat w<
de politie genoodzaakt was te schieten, sta
met het ongelukkig gevolg, dat de ten 't
hulp gesnelde De B. doodelijk getroffen
neerstortte. Een kogel was hem dooij K(
de dij in den buik gedrongen en kon
niet verwijderd worden.
Dinsdag is het parket van Dender- f1
monde ter plaatse geweest om een ff
onderzoek in te stellen, wat een groote' m
menigte nieuwsgierigen op de been' kt
bracht.
Woensdag j.l. is het slachtoffer A, o\
de B. onder hevige pijnen bezweken,,
De ongelukkige was gehuwd, dochl a.
leefde in gescheiden staat. Zijn oudere!
broeder is „goed verzekerd" naar het1 e<
huis van bewaring te Dendermonde
vervoerd. et
J! h
n
den Maandag en Donderdag van 8 tot t(
1H/2 uren voormiddag.
Specialist voor Keel-, d
Neus- en Oorziekten. v
No. 109 Statiestraat, No. 109. e
St^^ikolu^a^E^VS^aas) België.
Arrond. Rechtbank te Middelburg. p
Zitting van 22 Juni 1906. I v
In zake R. v. D., 38 j., veldarbeider 1
te St. Jansteen, beklaagd van stroopery,
is het vonnis van den kantonrechter
te Hulst, die zich onbevoegd verklaarde j
van deze zaak kennis te nemen en van
welke uitspraak de Ambtenaar van het|
O. M. in hooger beroep kwam, bevestigd.
te leven, weg te rukken, kon zijn haar
te dooden Zoo het ook al in staat zoui
kunnen wezen haar te genezen, Rentinckl
kon de heelmeester in deze niet zijn.'
Zoo hij al de voorzichtigheid daartoe had
bezeten, het vertrouwen op die genezing
ontbrak geheel. Was het dan niet ora
des duivels te worden, dat, men hém,
onder curateele wilde stellen, dat men!
met hém handelde als of hij een kind
ware Gewis dat alleen was in staat]
om hem toornig, treurig, hatelijk, ja alles
te maken wat den mensch ellendig doet
zijn, want hij gevoelde nn, en ook nu1
pas levendig, dat, was de genezing ook
onmogelijk, die heeling niettemin stellig
spoedig moest plaats hebben, wilde hij
wilde Agnes niet in een verschrikke-
lijken afgrond ondergaan.
(Wordt vervolgd.)