De overslroomiDgen In Zeeland.
Binnenland.
gaan, die hem in ballingschap moest
voeren. De gewezen hofdignitaris werd
vlug geboeid.
Een deel der Koerdische ballingen,
die niet rechtstreeks voor den moord
aansprakelijk zijn, worden over de
eilanden in den Griekschen archipel
verspreid. Ali Sjamila-pasja, de ex-
militaire bevelhebber over Skoetari,
waar de moord plaats had, wordt te
Bengazi op de kust van Tripoli geland,
terwijl zijn bovengenoemde broeder
Abdul Rezak de reis voortzet tot Djed-
dah aan de Roode Zee, waar hij wordt
geïnterneerd.
De vier moordenaars van Redvan-
pasja hebben allen bekend, dat zij den
moord gepleegd hebben op aanstoken
van Abdul Rezak en diens broer Ali
Sjamila. Deze beiden hebben dat trou
wens erkend, volgens Turksche bladen,
en verklaard uit wraakzucht gehandeld
te hebben.
AMERIKA.
De Globe verneemt uit New-York
Sommige kleine partijen onder de werk
gevers en werknemers in het steenkool-
bedrijf beweren dat zij genegen zijn
van een werkstaking at te zien, indien
het Congres een commissie van onder
zoek wil benoemen. Maar het comité
noemt dit zeer onwaarschijnlijk. Bij
werkgevers en werknemers drijft onge
twijfeld een zwartgallige opvatting van
het geschil boven. De kemphanen
onder de patroons zeggen dat het dwaas
heid |ptj zijn toe te geven, nu de werk
gevers volledig ten strijde zijn toegerust
en een kolenvoorraad van 20 millioen
ton opgehoopt hebben. De kolenprijzen
te New York zijn intusschen reeds een
heel eind de hoogte in.
Bij kon. besluit is met ingang van
1 Mei, benoemd tot Commissaris der
Koningin in Zeeland de heer mr. H. J.
Dijckmeester, secretaris-generaal van
het departement van binnenlandsche
zaken.
Uit laatstgenoemde betrekking is hem
op de meest eervolle wijze ontslag
verleend, onder dankbetuiging voor de
gewichtige diensten, in die betrekking
bewezen.
De op 59-jarigen leeftijd benoemde
Commissaris der Koningin in Zeeland,
mr. H. J. Dijckmeester, werd, aldus
seint men aan de M. Ct., reeds kort
na de voltooiing zyner academische
om te genieten. Hetzij men er in den
zomer, hetzij men er 's winters woont,
steeds bieden natuur en kunst er hare
gaven in kwistigen overvloed. Een
vluchtig bezoek reeds bewijst ons, dat
de hofplaats een tegelijk aristocratische
en vriendelijke kleur bezit, die men
nergens anders in ons vaderland aantreft.
Waar men in Amsterdam of Rotterdam
iets schoons ziet, bespeurt men in den
regel duidelijk, dat het nuttige als bij
toeval het schoone heeft medegebracht,
men bewondert de prachtige havens,
opgeluisterd door eene koopvaardijvloot,
die wellicht met elke andere wedijveren
kan, maar men vindt het jammer, uit
een oogpunt van schoonheid alleen, dat
di huizen meest allen van pakhuizen,
hetzij van boven, hetzij van onder zijn
voorzien. Zoo niet in 's Hage. Wat
daar schoon is, staat daar alleen om
bewonderd te worden of om ontzag in
te boezemen, en hetzij men het statige
Binuenhof, hetzij men het vroolijke
Buitenhof bezoeke, hetzy men het oog
sla naar den schilderachtigen Vijverberg
of naar de aristokratische grachten aan
den borchkant, hetzij men den Voorhout
of wel de verrukkelijke partijen van het
bosch beschouwe, beiden zoo vaak en zoo
heerlijk bezongen, hetzij men, langs een
der schilderachtigste wegen van ons land,
het ruime zeegezicht aan Scheveningens
badhuis ga genieten alles, alles ontlokt
ons de uitboezeining, „ja den Haag met
studiën in 's rijks dienst geplaatst en
wel als adjunct-commies aan het de
partement van koloniën, waarbij hij in
den rang van hoofdcommies werkzaam
bleef om toen, onder den minister van
binnenlandsche zaken jhr. Six, als
referendaris naar dat departement over
te gaan.
In laatstgemelde betrekking was hij
vele jaren met groote bekwaamheid
werkzaam als chef der afdeeling
onderwijs.
Met zijn toenmaligeu ambtgenoot,
later raadadviseur, thans wylen Van
Kempen, heeft mr. Dijckmeester de
herziening der onderwijswet onder
minister Mackay zoowel voor de wet
gevende macht als deuitvoeringdaarvan
na de aanneming voorbereid.
Beider verdiensten met betrekking
tot deze taak werden gehuldigd door
de teekenning der ridderoide van den
Nederlandschen Leeuw.
Na het aftreden van den secretaris
generaal mr Hubrecht werd, op diens
aanbeveling, de heer Dijckmeester tot
zijn opvolger benoemd.
Zijn concientieuse opvatting van
zaken, zijn bezadigdheid, rechtvaardig
heidszin en humane omgang met het
ambtenaarspersoneel in alle rangen
worden ten zeerste geroemd.
Zijn heengaan van het departement
van Binnenlandsche zaken laat dan
ook gemengde gedachten achter, van
vreugde over de hooge onderscheiding
die hem is ten deel gevallen door de
keuze tot hoofd van het gewestelijk
bestuur in een der provinciënvan
oprecht leedwezen over het vertrek van
den man en chef, wien zooveel hoog
achting en sympathie werd toegedragen.
De heer Dijckmeester komt aan het
hoofd van het Zeeuwsche Provinciaal
bestuur zonder staatkundige antece
denten trouwens 't is niet bekend dat
hij zich ooit bij eenige politieke fractie
heeft aangesloten. En al weet men
stellig dat hij geen anti-liberale gevoelens
belijdt, zeker is 't ook dat met hem geen
partijman op den gouvernementszetel
in Zeeland zal plaats nemen.
AXEL, 3 April 1906.
Te Hontenisse werd op 15 Maart
voor de verkiezing van een lid van
den raad geen candidatenlyst inge
leverd.
De opbrengst der collecte, gedaan
voor de noodlijdenden door den water
snood, heeft te Zaamslag opgebracht
de som van 2514,30.
zijne omstreken heeft toch iets eigen
aardigs, iets uitlokkends." Beschouwt
men die plaats meer van nabij, dan moge
wellicht waar zijn, wat sommige Amster
dammers beweren, dat onder al dat
fraaie, v i „kale brille" doorloopt, wij
hadden wel gewenscht, ofschoon ook
Amsterdammers, dat zij met dien bluf
wat minder geschermd hadden, wij weten
toch hoe duur het wanbegrip, als of men
maar de hoofdstad behoeft te bewonen
om „rojaal" te kunnen leven, ons tegen
woordig te staan komt; wij begrijpen
buitendien dat het eigenlijk geheel buiten
de kwestie ligt, daar wij er zeiven niets
tegen zouden hebben, om voor goedkooper
prijs wat meer te genieten.
Wij bezoeken de opera. Het gebouw
is niet overgroot, maar welke frischheid in
de kleuren, in de decoraties, in het
ensemble, Waaraan ligt het toch, dat,
hoewel ge misschien even fraaie, althans
zeker even kostbare zaken in den schouw
burg te Amsterdam hebt gezien, hier
alles, het kleinste ingevlochten balletje,
u meer treft Ligt het in de waarachtige
verdienste van de mannen, die de deco
raties hebben vervaardigd, ligt het hem
niet veeleer in de gansche inrichting,
in het moderne der zaal, waardoor alle
proporties zich beter eigenen, of moet
men de reden daarin zoeken, dat de
text, en de muziek, de zangers, de
danseressen, dat alles met één woord
irausch is, zoodat het gracieuse, luchtige
Bij de nieuwe verkiezing werd slechts
een lijst ingeleverd en de gestelde
candidaat, de heer D. Th. F. Fassaert,
mitsdien gekozen verklaard.
Bij Kon. besluit is benoemd tot
dijkgraaf van den Kruispolder de heer
A. van Damme te Hontenisse.
Retranchement, 29 Maart. Bij het
Classikaal Bestuur van IJzendijke is
aan giften en bijdragen over het afge-
loopen jaar ontvangen
Collecten voor het Fonds van Nood
lijdende Kerken en Personen
IJzendijke 3, Biervliet f 5,75, Hoofd
plaat 3, - Waterlandkerkje 2,50,
Schoondijke t 7,61, Breskens 2,80,
Groede 8,18, Nieuwvlietnietgehouden,
Sluis t 5,87, Sint Anna ter Muiden
1,50, Sint Kruis 1,80, Aardenburg
ƒ0,50"1, Oostburg /'g,l8, Zuidzande
2,55, Retranchement f 2,50, Cadzand
f 9,50, Axel 14,72, den Hoek f 5,
Ter Neuzen 15,12, Zaamslag 15,
Hontenisse c. a. ƒ6,19, Hulst niet ge
houden en Sas van Gent met Philip
pine 4.
Giften van Kerkvoogdijen' voor ge-
noejnd Fonds
te Aardenburg ƒ5, Oostburg 10 en
Ter Neuzen 5.
Bijdragen voor het Fonds ter verbe
tering der schraalste Predikantstrakte
menten
Van de Kerkvoogdijen te Breskens
6, Groede 1 en Zuidzande 2.
Collecten om te voorzien in de geeste
lijke behoeften
te Sluiskil 7,60.
Voor de Synodale Weduwen- en Wee-
zenbeurs
Giften van Kerkvoogdijen te Aarden
burg 5, Hulst 10 en Ter Neuzen 5.
Bijdragen voor de Generale Kas
IJzendijke 19, Biervliet 5,50,
Hoofdplaat 2, Waterlandkerkje ƒ22,15,
Schoondijke 17,60, Breskens niets ont
vangen, Groede 7, Nieuwvliet 2,75,
Sluis 45,25, Sint Anna ter Muiden
10, Sint Kruis 9, Aardenburg 46,55,
Oostburg 25,40, Zuidzande j 3,75,
Retranchement f 3,50, Cadzand 18,
Axel niets ontvangen, den Hoek ƒ71,
Ter Neuzen ƒ41,75. Sluiskil 5,35,
Zaamslag 6, Hontenisse 15,85, Hulst
46,25 en Sas van Gent met Philippine
niets ontvangen.
In den nacht van Vrijdag op
Zaterdag is in de haven van Philippine
het steenschip van schipper Jules de
Gendt, geladen met straatkeien, midden
door gebroken door over de geul in de
haven te liggen. Men is thans bezig
het te lichten. De schade is door ver
zekering gedekt.
karakter door allen, niet zoo zeer be
grepen, dan wel onwillekeurig weder
gegeven wordt Het ligt in dat alles,
en in nog zoo veel, het ligt in de
geacheveerdheid, die men alleen vindt
in plaatsen, waar plezier eene hoofdzaak
is, in plaatsen die onder zouden gaan,
als men er zich niet meer vermaakte.
En nu het gordijn gevallen is, zie eens
rond in de zaal. Waar vindt gij er eene
in ons gansche land zoo bevallig ge
decoreerd, waar komen de lieve kopjes
der dames zoo helder verlicht voor den
dag, en dan. waar ziet men van eene
schoone vrouw zoo veel schoons als hier
Waarschijnlijk maakt op Hugo, die
ruim een jaar na zijns moeders dood,
zich thans voor het eerst bevindt in de
parterre der haagsche opera, die ver
tooning een diepen indruk, immers hij
staart met groote oogen al die fraai- en
toch zoo weinig gekleede dames aan.
In waarheid, het schouwspel moet hem
vreemd genoeg voorkomen, want noch
in Bosch-en-beek, noch in Rotterdam had
hij dat gezien, en toch. neen, nu wij
goed opmerken, kunnen wij nog beter
reden vinden voor zijne verwondering,
wij zien toch onder die dames ook Agues
zitten.
Wordt vervolgd.)
Uit Hontenisse meldt men
Zondag werd aan het herstel der dijken
door de genietroepen of dijkwerkers
niet gewerkt.
Daarentegen was een ploeg werk
lieden van de stoomtramwegmaatschap
pij druk bezig de tramlijnen te her
stellen, waartoe wagens met zand en
koolasch werden aangevoerd. Voor het
eerst sedert 12 Maart reed de tram
weer tot Walsoorden en heden (Dinsdag)
is de volledige dienst weer kunnen
worden hervat. Het post- en goederen
vervoer heeft thans per rijtuig of vracht
wagen plaats.
De hoofdwegen zijn nu weer overal
droog en begaanbaar en de dorpen her
krijgen langzamerhand hun gewoon
aanzien. Het weer van de laatste dagen
werkt daaraan krachtig mede.
Alle kelders, regenbakken en wel
putten staan natuurlijk nog vol met
zout water, daarom wordt met de tram
in tankwagens drinkwater van elders
aangevoerd.
In Walsoorden, Kloosterzande en
Groenendijk heerscht heel wat drukte,
zoowel in de café's als op straat. De
inwoners zijn natuurlijk druk bezig om
hunne huizen weer zooveel doenlijk
bewoonbaar te maken. Van elders komen
velen het tooneel van de ramp in oogen-
schouw nemen, terwijl, door de vele
zich op straat bewegende militairen,
men zich kan verbeelden in een groote
garnizoensplaats te zijn.
In den WYIAe/maspolder, waarin zich
slechts een paar hofsteden en geen
hoofdwegen bevinden, is het natuurlijk
nog treurig gesteld, daar deze polder,
grenzende aan den thans op een rij
heuvels gelijkenden doorgebroken zee
dijk, nog met ieder getij vol stroomt.
Deze polder zal, naar men beweert,
dan ook maar gedeeltelyk ingedijkt
worden.
De hoofdinspecteur der volksge
zondheid dr. Ruijsch heeftookZeeuwsch-
Vlaanderen bezocht en vergaderde met
de gezondheidscommissies ter bespreking
van de maatregelen, welke aldaar ter
voorkoming van ziekten in de over
stroomde polders moeten genomen
worden.
De gezondheidscommissie te Hulst
heeft een proclamatie tot de bevolking
gericht, waarin gewezen wordt op het
gevaar vochtige en slecht gereinigde
woningen te betrekken, en medegedeeld
wordt dat ter bevordering van het
droogmaken van woningen, rijkshulp
in uitzicht wordt gesteld. Ook wordt
gewezen op het gevaar van onzuiver
drinkwater en van bedorven en be
schimmelde eetwaren, terwijl mede
werking wordt gevraagd voor het on
schadelijk maken van verdronken vee,
dat door de zorgen der gezondheids
commissie zal worden begraven. Ook
dringt de commissie aan op spoedig
inroepen van hulp bij ziekte.
M. Ct.
Het volgende aardige trekje wordt
aan de N. R. Ct. gemeld
„Het is eenige dagen na de ramp,
die Zeeland 12 Maart heeft getroffen.
De miliciens van de 3e comp. Ie bat.
3e reg. inf. te Bergen op Zoom staan
gereed hun vijfdaagsche soldij in ont
vangst te nemen. Eén hunner zegt,
zijn geheele soldij te willen geven voor
de slachtoffers der overstrooming. On
middellijk sluiten allen zich eenparig
bij hem aan en verzoeken hun kapitein,
den heer .Lienders, hun soldij ter be
schikking der noodlijdenden te willen
stellen. De kapitein kan echter aan
dit verzoek niet voldoen, het geld wordt
hun uitbetaald, maar met de pas op
gestreken vijftig cent in de hand ver
voegen zij zich oogenblikkelijk bij den
fourier der compagnie en overhandigen
hem de soldij. Niet éen die achterbleef."