yy
DE STINS VOÉttST
No. 46. Woensdag 13 September 1905. 21e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
a p
óoj
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. (IIELEMAN,
Buitenland.
FEÜILLE T O N.
WliCSCIII!
<2*3
i coi haw.
<i- :po i' ro- w Pi
'•t'' 1 - m r n vi-dii'-no f r
Dit Plad verschynt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 Cent; franco per post 60 Cent.
Voor België 70 Cent. Afzonderlijke Nos. 5 Cent.
1 DRUKKER—UITGEVER
A X E L
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 Cent; voor
eiken regel meer 5 Cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
RUSLAND on JAPANS
,Het oproer te Tokio is hoofdzakelyk
het werk vangepeupel, ongetwijfeld
opgehitst door zoogenaamde politici, die
munt willen slaan uit den tegenwoor-
digen to'estand," zoo zeide Japan's finan-
cieele agent te Londen, Takahasji, tot
een vertegenwoordiger van Reuter's
agentschap. En hij deelde voorts een
telegram mede, pas ontvangen van den
gouverneur der Japansche bank, die
seinde
„Vanochtend is een proclamatie ver
schenen, waarby de bepaling op den staat
van beleg gedeeltelijk van toepassing
verklaard worden op de stad Tokio
en de drie districten van Tama (vlak
bij Tokio gelegen, en beruchte wijken
bevattende). Deze maatregel is niet
teweeggebracht door den ernst van den
toestand, maar dient om de regeering
in staat te stellen, haar gezag te hand
haven ook buiten de bevoegdheid die
haar door de gewone wetten wordt toe
gekend, en dat hoofdzakelijk om de pers
in bedwang te houden, en vólksoploo-
pen te beletten. Het dóel van den
maatregel is alleen, de heffe des volks
te verhinderen, schade toe te brengen
aan vreedzame burgers, en een eind
te maken aan de opruiende artikelen
die de jingo-bladen blijven verspreiden.
Er moeten ook eenige kerkén in brand
gestoken zijn, maar dit heeft geen bij
zondere beteekenis de kerken zijn, als er
geen dienst is, ledig, en het viel dus
het gepeupel gemakkelijker die te be
stormen. Maar met 't oog op de strenge
Historisch Romantisch Tafereel.
uit de Zwolsche Geschiedenis (1362).
101)
Na hier een oogenblik gepoosd te heb
ben, om zijne toehoorders den tijd te
geven, zich in de aangename toekomst,
welke zich voor heri opende, te verlus-
tigfen, ging hij voort: Naardien de
achtbare raad, acht geslagen hebbende
op dé bekwaamheden, welke ik door
vlijtige oefening en inspanning mij heb
eigen gemaakt, mij het bestuur nopens
de verdediging der stad in handen heeft
gegevèh, zoo zal ik u morgen mijne be-
velè'ri, omtrent hetgeen ik noodig acht,
dat tot bèschermihg der stad verricht
worde, geven, en voert gij dip uit met
slechts de helft van den ijver, welken
gij straks getoond hebt te bezitten, dan
wil ik verdoemd zijn, als de Voërsters
het hart in het lijf hebben, om eene
hand naar de stad uit te steken. Ga
nu uit een en verwijder u, en leg dezen
nacht, met evenveel gerustheid, uw hoofd
ter neder, als gij in den schoot van den
heiligen Abraham zelve laagt, want ik
en mijne brave lansen zullen u bescher
men 1"
Andermaal weergalmde de lucht van
voorzorgsmaatregelen, door de overheid
genomen, verwacht men niet dat erns
tige ongeregeldheden zich ophieuw
zullen voordoen."
Zoo onbeduidend als Takahasji de
zaak voorstelt als hoofdzakelyk het
werk van gepeupel zijn de rust
verstoringen toch zeker niet. tyitgjles
blijkt dat ze de uiting zijn van een
(overigens, wegens de omstandigheden,
gemakkelyk verklaarbare) vêrontwaar-
diging van het volk over de vredesvoor
waarden. Alle correspondenten seinenin
dien geestzoo zegt de Timeseorrespon-
dent te Tokio „Er is geen twijfel aan
of het géheele volk is diep teleurge
steld door den uitslag der onderhande
lingen. In het geheele rijk is nergens
eenige stap gedaan om het sluiten van
den vrede feestelijk te vieren." Ken-
schetstend is ook, dat dit telegram reeds
den 2en dezer verzonden, maar opge
houden is, waaruit volgt dat de regee
ring wel degelijk in de beroering iets
meer ziet dan uitspattingen van het
gepeupel.
Maar inderdaad, gelijk te voorzien
was, schijnt de opgewondenheid reeds
tot bedaren te komen. Achteraf blijkt
de aanval op de woning van den mi
nister van binnenlandsche zaken ook
minder erge gevolgen gehad te hebben
dan men eerst dacht. Alleen de bijge
bouwen zijn verbrandde brandweer
is er in geslaagd, het huis zelf te bé-
waren, en eenige gè wapende kerels,
die er binnengedrongen waren, zijn er
.weer uitgeworpen.
De omstandigheid, dat christelijke
kerken mede in brand gestoken zijn,
een daverend geschreeuw en luide toe
juichingen, waarna de samengevloeide
menigte zich langzamerhand verspreidde
en naar hunne woningen terugkeerde, of
hier en daar, in kleine groepen, samen
schoolde, om het nieuws van den dag
nader te behandelen, en menige belofte
werd gedaan, en menigen eed onder de
trouwe burgers gezworen, om goed en
bloed met lijf en leven te verdedigen.
Vgn zijnen trompetter, die hem nu,
als een trouwe schildknaap, steeds op
zijde bleef, vergezeld, deed Walter thans
de rondte langs de wallen der stad. Van
af de Dieser tot aan de Kamperpoort,
én van daar weder tot aan de Sassen-
poort, was de stad, eenige jaren geleden,
met eenen tamelijk hoogen steenen muur
omtrokken, en met eene gracht omzoomd,
die wijd en diej) genoeg was, om haar
aan dié zijde genoegzame veiligheid te
Verschaffen. Tusschen de Dieser-en Sas-
senpoort' echter, was de stad, als aan'
die' zijdè minder van haren vijand, den
baron van Voerst, te vreezen hebbende,
echter minder goed verdedigd. Welwas
ook daai' eeöe gracht gegraven, maar zij
was ondiep en smal, terwijl de daar
achter opgeworpen aarden wal, alleen
door een beschutsel van houten palen,
die nog van de eerste omwalling, in het
jaar 1233, was overgebleven, gedekt
werd.
Onder het scherpe toezicht van den
hopman, werden hier de verdedigings-
wordt door belanghebbenden naar het
schijnt niet opgevat als een anti-ehris-
telyke betooging. Noch de Church
Missonary Society, noch de Society fob
the Propagation of the Gospel hebben,
naar uit New York gemeld wordt, eehig
bericht ontvangen van hun vertegen
woordigers in Japan, wat zeker gebeurd
zou zyn indien de onlusten het karak
ter van een betooging tegen de zende
lingen hadden. Dit zou op zichzelf
onwaarschijnlijk zijn, daar de Améri-
kaansche zendelingen in Japan zeer
populair zijn.
Óp het departement van buitenlandsche
zaken te Washington is men van oordeel,
dat de Japansche regeering uit zichzelf
verontschuldigingen zal aanbieden we
gens de aanvallen op d'e zendingshuizen.
Ten slotteniemand schijnt zelfs
aan de mogelijkheid te denken, dat de
volksbeweging in Japan eenigen invloed
zou kunnen uitoefenen op de bekrach
tiging van het vredesverdrag. Het is
overigens opmerkelijk, dat de beweging
geenszins tegen den Keizer gericht is.
Donderdag nog verzamelde het volk
zieh voor het paleis om banzai te roe
pen voor den Mikado.
DUITSCHLAND.
De minister van landbouw heef t een
samenspreking gehouden met het be
stuur van het verbond van Duitschè
vleeschhouwers over den vermeenden
toestand van de vee- en vleoschmarkt,
waarby hij opmerkte dat hij een ver
hooging van het voor invoer toegelateh
contingent van Russische varkens en
openstelling van de Nederlandsche grens
werken, in de haast en zooveel mogelijk,
hersteld en versterkt; de gracht werd
Uitgediept; de hier en daar ingezakte
aarden wal, op niéuw opgehoogd en aan
gevuld, en hét houten staketsel, waar
het vermolmd of vergaan was, door
nieuwe planken en palen vervangen.
Met zooveel ijver was dit werk voortge
zet, dat toen de avond viel, reeds meer
dah de helft van hetgeen herstelling en
voorziening noodig had, weder in be
hoorlijken staat was gebracht, de inval
lende donkerheid belette echter, daarvan,
voor het oogenblik, verder voort te gaan,
weshalve Walter hier een kleinen wacht
post plaatste, en de andere arbeiders het
werk deed staken, om liét den volgenden
morgen óp nieuw te beginnen, en ge
heel te voltooien.
Als een gëtrouw en rechtschapen be
velhebber, op Wiens échoudérs de veilig
heid eener stad rust, begaf de hopman
zich thans naar die plaats, welke als de
meest bedreigde en gevaarlijkste moest
beschouwd worden dit was de zuidzijde
der stad, en inzonderheid dé Kamper
poort, vanwaar een gebaande weg naai
den Stin3 liep, die vroeger eenigszins
westelijker op de stad had aangeloopen,
en in eene straat eindigde, welke thans
nog de Voërststraat genoemd wordt.
In dé hamei aan de Kamperpoort, waar
wij vroeger onze lezers reeds hebben inge
leid, trad de hopman, met meester Razonius,
ook op dezen avond weder binnen.
wilde overwegen en den rykakanselier
over het onderhoud verslag wilde doen.
De geleidelijke verhooging van het
Russische contingent aan varkens met
maandelijks 200 stuks was reeds een
onderwerp van overweging geweest
toen de agitatie losbrak. Hij zou, na
een hernieuwd onderzoek doof den
Bondsraad, zoodra deze in het einde
dër maand byeenkwam, de noodige
maatregelen nemen.
RUSLAND.
Nu verschillende naftha-maatschap
pijen telegrammen uit Bakoe hebben
ontvangen, i?. het mogelijk de verliezen
van deze, van de schatkist en van de
Wolgareederyen ten naastenby vast te
stellen. Van de zich daar bevindende
broonep zyn er zeker 3000 door het
vuur verwoesthet herstel zal zeker
deftig millioen kosten, terwyl de bouw
van nieywe arbeiderskazernes, machi
ne? enz. een uitgaaf van ongeveer vijf
tig millioen noodig zal maken. Daar
de hervatting van het bedryf eerst na
zes tot twaalf maanden mogelijk zal
zijn, lyden de industrieelen een verlies
van ongeveer tachtig millioen. De
Wolga- en Kaspische Zee-vloten zullen
door het ophouden van het vervoer
van petroleum en naftha een schade
van honderd millioen'poed vracht, neer
komende op een verlies van zeven tot
tien millioèn roebel, te boeken hebben.
Het verlies, dat den Transkapkasischen
spoorweg bedreigt, kan op ongeveer
zes millioen roebel gesteld worden.
Bij elkaar bereiken de verliezen door
de' gébeili'teniésen te Bakoe een bedrag
De wacht was verdubbeld, en niet,
gelijk voorheen, in de wachtkamer op
de houten banken uitgestrekt, maar nu
boven op den wal geplaatst, om, op
kléine afstanden van elkander, een waak
zaam oog te houden op den gewichti-
gen post, welke aan hunne hoede was
toevertrouwd.
«Dus is dan eindelijk het oogenblik
aangebroken, zeide Walter, toen hij, tegen
over zijnen trompetter, in de hamei had
plaats genomen, «waarnaar ik, en elk
die een droppel krijgsmansbloed in het
lijf heef^ zoo lang gewenscht heb. De
gedachte toch, om eene bende plunder-
zieke roovers uit te roeien en te verdel
gen, verschaft aan het hait van eenen
krijgsman, een genot, hetwelk, naar mijn
inzien, weinig moet, verschillen van de
genoegens, welke hem daarboven wach
ten, die zijnen wachtpost hier beneden
behoorlijk heeft vervuld. En God zy
den rooden Huch en elk van zijne schur
ken bende genadig, ipdjen hij, of een van
hen onder mijne handen komt."
«Uwe manhaftigheid," antwoordde Ra
zonius, «zal ditmaal, vertrouw ik, opge
merkt hebben, dat niet, gelijk uwe edel
heid vroeger staande hield, alleen aan
krijgslieden en in den wapenhandel geoe
fende mannen, het oogenblik welkom is,
waarin zij ondergane beleedigingeu kunnen
straffen, maar dat ook de poorters en huis
lieden niet achterlijk blijven, als de tijd
daar is om piek en boog aan te grijpen."
