ui! sire villus?. No. 10. Zaterdag 6 1005. $!e Jaiirg. Nieuws- en Advertentieblad voor Z e 6 u w s c li - V1 a a n d e r e n. F. DIELEMAtf, Interlocalen Telefoondienst Buitenland. FEUILLETON. COURANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent. Voor België 70 cent. Afzonderlijke Nos. 5 cent. DRUKKER UITGEVER AXEL. ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 centvoor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiên worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AXEL, brengen bij deze ter kennis der ingezetenen, dat zij, die bereid zij n om zich, op den voet van het bepaal de bij het 3e lid van artikel 6 van het Koninklijk Besluit van 9 Juni 1904 (Staatsblad No 117), tegenover het Rijk te verbinden, voor het verkrijgen van eene rechtstreeksche aanslui ting van hun perceel voor den aan bet Rijkstelefoonkantoor alhier zich hiervoor behooren aan te melden ter secretarie dezer gemeente tot en met den 13 Mei 1905. Inlichtingen te bekomen ter secretarie der gemeente. Axel, den 5 Mei 1905. Burgemeester en Wethouders van Axel. D. J. OGGEL. De Secretaris J. A. VAN VESSEM DE OORLOG IN OOST-AZIE. Over de vloten nog altijd geen be richt van eenig belang, 'tls alsof de oorlog stilstaat, in gespannen verwach ting van de dingen die toch gebeuren moeten in de wateren ten zuiden van Japan, maar die haast onbegrijpelijk lang worden uitgesteld. Historisch Romantisch Tafereel uit de Zwolsche Geschiedenis (1362) Nauwelijks was onder den opgeruiden hoop echter het teeken vernomen dat zich eene tegenpartij had opgedaan, of het dof gemor zweeg plotseling, eu snel daalden de dreigend uitgestoken armen naar be neden. Toen nu de kampstrijder het stijdperk binnen reed en met een lichte buiging de verzamelde menigte groette, ging er een daverend gejuich op, dat niet eer een einde nam voor de trompetten ten aanval bliezen, toen werd de gansche aandacht uitsluitend bepaald op den kamp strijd, welke aanstaande was, en dediepste stilte had het oorverdoövënd geraas ver vangen. Niets was natuurlijker dau dat dade Tijk een scherp en nauwlettend onderzoek werd ingesteld omtrent den moedigen ridder, die lieden tot behoud van St. Maartens eer, eenen kampstrijd zoude aangaan met den gevreesden edel mam uit °het Oversticht, en volgens de alge- meene opinie mocht men aannemen dat aan dezen edelen verdediger, gerustelijk het gewichtige werk konde toevertrouwd worden. Want, hoezeer hij wel niet Rozjestwenskie moet zich, zou men zeggen, nog altijd in de buurt van Achter-Indië ophouden, vermoedelijk om aan Nebogatof tijd te geven, zich bij hem te voegen. Waar dit derde Oost- zee-eskader zich thans bevindt, is niet metzekerheid te zeggen, maar de dunbe volkte eilandengroepen en eilanden op de grenzen van het Engelsche, Neder- landsche en Fransche gebied in Oost- Indië leveren genoeg jgoede schuil plaatsen op. Generaal Koeroki's leger heeft Maan dag den verjaardag gevierd van den slag bij de Jaloe (Kioe-liën-tse), het eerste groote gevecht te land indezen oorlog, en dat dadelijk de onverwachte kracht der Japanners bewees. De vallei waarin het hoofdkwartier van Koeroki's legers gehuisvest is, was, zoo seint een berichtgever door de sol daten herschapen in een soort van Ja- pansch park. Voorts had men er in het klein een voorstelling gegeven van het slagveld bij de Jaloe, en er was een ruiterstandbeeld van Koeroki opgericht. In de vlakte was een renbaan ge maakt en een tooneel opgeslagen. Op een heuvel stond een altaar, met een groote tafel ter herinnering aan de offi cieren en soldaten, in den slag gesneu veld een laan voerde er heen waar de boomstammen met kunstmatige ker senbloesem behangen en door triomf bogen afgewisseld waren. Ter herinne ring aan de gevallenen werden op dit altaar Sjinto- en Boeddhistische diensten gehouden. Eenige honderden officieren zaten onder de boomen aan een feest maal aan. Nhtionale volksspelen be- sloten den dag. DUITSCHLAND. Te Berlijn en in de voorsteden is een niet geringe opgewondenheid ver wekt door de enkele gevallen van Ge- niekstarre die daar zijn voorgekomen. Daar zij vreesde dat deze gevaarlijke ziekte epidemisch zou kunnen worden, had de overheid uitgebreide maatrege len genomen, om de verspreiding van de ziekte te verhinderen |en in verband daarmee zorg gedragen dat de ziekte verschijnselen zoo algemeen mogelijk bekend werden. De menschen zijn nu echter als gehypnotiseerd. De dokters worden voortdurend aan hun telefoon opgebeld, om gevallen van Genickstarre te komen behandelen. Moeders wier kind kou gevat en een stijven nek ge kregen heeft, meenen met een geval van Genickstarre te doen te hebben en ontbieden ijlings den huisdokter. Als al de vermeende gevallen van Genick starre, voor welke de dokters in de laatste dagen geroepen zijn, echt waren gebleken, zouden er te Berlijn geen ziekenhuizen genoeg zijn geweest, om de patiënten op te nemen. Overigens gaat haast geen jaar voor bij, waarin niet te Berlijn eenige ge vallen van hersenvliesruggemergont- steking voorkomen. Er zijn.jaren ge weest dat daar meer gevallen zijn ge weest dan in dit jaar, zonder dat dit sterk de aandacht heeft getrokken. Maar nu de Genickstarre dit jaar in sommige deelen van het rijk zoo vele sterfgevallen heeft veroorzaakt, is men bij naam of rang bekend en zijn gelaat zorgvuldig achter het gesloten vizier ver borgen was, zoo werd echter uit de wijze waarop hij zijn zwart strijdros bereed, en de vastheid waarmede hij in den zadel zat, gelijk ook uit zijne fiere en krijgs haftige houding besloten, dat het hau- teeren van lans en zwaard, tot zijne alle daagsche bezigheden behoorde. Evenmin als zijne eenvoudige wapen rusting, die niets aan zich had dat het oog boeide, dan alleen den langen witten veder welke van den stalen helm af hing, en het blazen op zijn driehoekig schild, den Heiligen Maarten, schutsheer van Utrecht voorstellende, met de daar onder geplaatste leus//Met en voor hem evenmin zeggen wij als deze een voudig^ rusting, kou het verzwijgen van zijn rang en naam iets ontnemen aan dé hoop, en het vertrouwen welke men van den onbekenden ridder koester de. Het behoorde te zeer onder de gril ligheden van de toenmalige ridderschap, om eenig stout waagstuk vermomd en en onbekend te ondernemen en te vol voeren, dan dat men in dit geval daarop bijzonder zoude gelet hebben, slechts de wapenherauten aan den slagboom opper den eenige bezwaren om den onbeken 1 n in bet strijdperk te laten treden, zon l t dat was aangetoond dat hij door geboorte en rang geiechtigd was om daar al kampvechter te verschijnen, doch t v de ridder de betuiging had afgelegd dat te Berlijn buitensporig zenuwachtig ge worden. ENGELAND. Bij de oefeningen van een fio- tielje van 34 torpedojagers onder bevel van schout-bij-nacht Winsloe, is Maan dagavond in de haven van Berehaven de torpedojager Syren op een rots ge- loopen en in tweeën gebroken. De be manning van 60 koppen werd gered. Het scheepje, dat 390 ton meet, liep 26 knoopen op het oogenblik van het oogenblik van het ongeluk. Hongersnood is vrijwel epidemisch in Engelsch-Indië, maar volgens den Rev. W. H. Findlay, een Wesleyaansche zendeling pas uit Indië teruggekeerd, is 't nu zeer erg in Madras. Er is geen regen genoeg gevallen en de grond is kaal en uitgedroogd. De ambtenaren hadden aanschry ving gekregen, omeerst in het uiterste geval hongersnood te rapporteeren. Mg^r de zendeling is in de hutten der inlanders geweest^ en er wordt ijselijk gebrek geleden. Men kookt zelfs blaren van de boomen. ITALIË. Koningin Margaretha heeft haar voor nemen te kennen gegeven om een be zoek aan Argentinië te brengen, zoodra de dienst der nieuwe snelvarende boo ten van Genua naai' La Plata wordt jeopend. •In Augustus gaat de koningin-moe der met haar broer, den hertog van Genua, per automobiel een tocht door Frankrijk, Spanje en Portugal maken, die tot einde September zal duren. de bisschop vergunning verleend had, om zijnen naam te verzwijgen, en hij tot bevestiging, den zegelring van Van Arkel toonde, was ook die zwarigheid opgehe ven en de on beken de dreef zijn ros het tour- nooiperk binnen, onder het gejubel van duizende stemmen die donderend uit den wijden kring oprezen. Terwijl de schelle toonen der bazuinen het naderend oogenblik van het begin des gevechts verkondigden, hadden beide de strijders met scherpen, doordringenden blik elkander opgenomen, en toen het oog naar den baron Sweder van Voërst wendende, die tijdelijk den staf van commando voerde, wachtten zij het tijdstip af, dat deze het teeken tot den aanval zoude geven. Nauwelijks was de punt van den opgeheven staf ter aarde gebo gen, of beide de kampvechters drukten hunne vurige rossen de scherpe sporen in de zijden en renden met gevelde lan sen tegen elkander in, met eene snelheid, die niet oneigenaardig konde vergeleken worden, bij de bliksemschichten, welke flikkerend uit de zwarte wolken van twee tegen elkander intrekkende onweers buien, te voorschijn schieten; en deze vergelijking konde nog verder voortgezet worden, wanneer men den vreeselijken slag, welke gehoord werd bij den schok waarmede beide ridders tegen elkander stieten, vergeleek f>ij den dreunenden don der die gewoonlijk op de schitterende sfra- le I van het elektrieke hemelvuur volgt. De uitwerking van dezen eersten aan val was volkomen zoodanig, als men ver wacht had van de verwoedheid waarmede dezelve geschiedde, en de behendige kracht der strijders zelve. De lansen ge richt op zoodanig deel van den vijand, waar men verwachten kon hem het ze kerst en krachtigst te treffen, en waar men geene vrees behoefde te voeden dat de punten op de gladde wapenrusting zouden uitschieten, troffen, in de vliegende j vaart, van weerszijden de uitgekozen plek en daar, zonder uit te springen, stand houdende, stuitten zij eensklaps den hol lenden loop der beide ridders, bijna op de zelfde wijze als waarop twee zware steeurnassas, van de toppen van een te genovergesteld gebergte neergeslingerd, zich met een donderend geweld beneden in de vallei ontmoetten en tegen elkander verpletterden. De lans van Roderik spleet op het mid den in tweeën en vloog krakend van een, doch daaraan had hij wellicht te danken, dat hij niet alleen vast en onbeweeglijk in den zadel bleef zitten, maar dat ook zijn ros de plaats van het eerste treffen behield, en snuivend den kop in de hoogte werpende, muurvast bleef staan. Voor den onbekenden ridder w.n de uitslag minder gunstig hoezeer eve.i eervol, want ofschoon zijne la.is juist d ïugkraag van Roderik had getroffeu, en men dierhalve mocht verwachten, dat hij zijnen vijand voude nedergeworpen hebben, wederstond

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1905 | | pagina 1