Gemeente raad van Axel. Zitting van 28 Maait 1905. Tegenwoordig de hh. Oggel, Lamaitre, F. Dekker, Dieleman, Smits en Wolfert. Afwezig de hh. Dregmans, Van Hoeve, Van Fraaijenhove, P. Dekker en De Feijter. De notulen der vorige zitting worden gelezen en onveranderd goedgekeurd. Tijdens de voorlezing der notulen komt dhr. De Feijter ter vergadering. Mededeeling van ingekomen stukken. a. Kennisgeving van dhr. Dregmans dat hij wegens ongesteldheid de verga dering niet kan bijwonen. b. Missive van Ged. S:aten berich tende de ontvangst van een afschrift der wijziging van de Alg. Politiever ordening. c. Kennisgeving van dhr. J. C. Bom, daj^ hij zijne benoeming :ot gemeente geneesheer aanneemt. De Voorz. zegt dat dhr. Bom verle den Zaterdag in functie is getreden. Worden voor kennisgeving aangenomen. II. Aanbieding beredeneerd verslag ingevolge art. 52 der Woningwet. Dit verslag, geheel negatief zijnde wordt •z. h. s. aangenomen. III. Bouwverordening Dhr. De Feijter acht de voorlezing hiervan onnoodig. IV. Rekening Alg. Burgerl. Armbe stuur 1904. Deze was tot onderzoek in handen geweest eener commissie bestaande uit de hh. Woltert, Dieleman en F. Dekker. Dhr. Wolfert rapporteert geene aanmerkingen op de rekening te hebben gemaakt, en adviseert daar om tot goedkeuring. Dhr. De Feijter zegt dat advies wel te willen acceptee ren, maar daarmede weet hij niets van de rekening. Hij bedoelt alleen te wil len weten wat de ontvangsten en uit gaven zijn van de rekening. Deze worden door den Voorzitter der com missie voorgelezen, waaruit blijkt dat de rekening sluit met een goed slot van f 389,26'/-2- Dhr. De Feijter vertrouwt wel dat alles in orde is, er was ook geen kwestie van wantrouwen, maar om nu maar in te stemmen met het advies van de commissie, daardoor verrijkt zijne ken nis niet, en om die reden ook heeft hij '.voorlezing verzocht. V. Verzoekschrift van de „Vereeni- ging Vergunning voor Ter Neuzen en Omstreken" om ontheffing te verzoeken van toepassing van art. 43, le lid der drankwet. In dit adres verzocht genoemde ver eeniging den gemeenteraad H. M. de Koningin te vragen ontheffing te ver- leenen van het verbod om kinderen beneden de 16 jaren toe te laten in localiteiten, waarvoor vergunning is verleend, en dit wel om de redenen vermeld in de bij het adres gevoegde toelichting. Deze toelichting bevat de verklaring le dat verschillende Kamerleden zich tegen art. 43, eerste lid hebben ver klaard 2e dat door het verbod de ver gunninghouders, die toch reeds hooge belastingen moeten betalen, in ongun stiger condities komen, tegenover de bierhuishouders, op wien dit verbod niet van toepassing is. 3e dat jeugdige wielrijders, die onze gemeente bezoeken, geen lokaal, waar voor vergunning is verleend, mogen binnengaan om eene verversching te gebruiken, die meestal niet bestaat in sterken drank, doch dikwijls van on- schuldigen aard is. De Voorz. stelt voor om aan het adres adhaesie te verleenen uit naam van het Dagelijksch Bestuur- Dhr. Smies vraagt of het adres alleen uitgaat van de gemeente Terneuzen. Hij vindt het vreemd, dat de vergun ninghouders van Axel geen instemming met het adres hebben gegeven. Dhr. Dieleman zegt, dat er Axelsche vergunninghouders van deze vereeni- ging lid zijn. Dhr. Smies denkt toch, dat het meer klem aan het adres zou bijzetten, ^ls de Axelsche vergunninghouders zich niet onzijdig hadden gehouden en er mede in samen hadden gewerkt maar geen der vergunninghouders heeft op het adres geteekend. De Voorz. zegt, dat de onderteeke naars van het adres optreden voor de geheele zaak als Bestuur van de ver- eeniging, waarvan hier de Axelsche vergunninghouders lid zijn. Spr. zegt dat ook de winkeliers-vergunninghou ders, die tevens andere winkelwaren verkoopen door de drankwetbepaling worden getroffen. Kinderen beneden 16 jaar b.v. mogen in hun winkel niet worden toegelaten. Dhr. Smies vindt het wel jammer dat er in de wet geene bepaling is. om de winkeliers hiervan vrij te stel len, maar wel is het wenschelijk, dat kinderen beneden de 16 jaar niet in de herbergen mogen komen. Dhr. De Feijter vindt de termen waar onder de vereeniging het verzoek richt nog al vaag. We hebben thans eene wet die de strekking heeft de beteuge ling dei openbare dronkenschap. Deze wet is zooals we weten van Minis ter Modderman ten minste eene voort zetting daarvan, en wre weten ook alle maal dat de openbare dronkenschap de moraal verlaagt en ziel en lichaam ten verderve voert. Nu- zijn alle gemeenten niet eender. Amsterdam b. v. is een groot verschil bij Axel. Maar nu wrordt er gesproken over fietsen, dat jongens van beneden 16 jaar moeilijk een onderkomen kun nen vinden, als ze niet in lokalen mo gen komen waar geen vergunning is, maar er zijn hier toch ook nog bierhui zen. Hoe minder personen beneden de 16 jaar in herbergen met vergun ning komen hoe beter, maar voor win keliers is het lastig daarom zou ik wil len voorstellen om met de winkeliers, die drank verkoopen eene uitzondering te maken. De Voorz. noemt dit met twee maten meten, enkele personen zouden hier door een voorrecht genieten. Dhr. De Feijteru acht het toch ook niet goed dat personen beneden de 16 jaar in de herberg komen. De Voorz.Daar zie ik volstrekt de noodzakelijkheid niet van in. Dhr. Lamaitre ziet er geen bezwaar in om het adres zoo te behandelen, zooals het ter tafel gebracht is. Het is moeilijk voor wielrijders die onze gemeente bezoeken en ook tevens voor de winkeliers die tegelijk vergunning hebben. Dhr. Smies wil met den heer De Feijter meegaan om de winkeliers te bevoorrechten. Dhr. LamaitreDus dan zijn de wielrijders genoodzaakt om naar een bierhuis te gaan, en als er dan geen in de buurt is Dhr. De FeijterJa maar, in het adres wordt zelf erkend dat die min derjarige wielrijders toch niets anders drinken dan bier en wijn, dus wat u daar tegen aanvoert is een groote storm in een klein glas water. Dhr. WolfertIk ben er oor om het request te behandelen zooals het daar ligt. Dhr. De FeijterJa, dat moeten we maar doen, als we den zin willen doen van de herbergiers, als die er maar financieel revenuen uit kunnen'trekken, voor hen is het 't zelfde of ze het heb ben van een jongen van beneden de 16 jaar of van iemand van 70 jaar, maar ik ben daar tegen. Dhr. De Feijter stelt voor om voor waardelijk adhaesie te verleenen, wan neer het bestuur later nog eens vraagt, uitsluitend voor de winkeliers-vergun ninghouders. Dhr. Dieleman stelt voor om, indien het voorstel-De Feijter aangenomen wordt, dan een voorstel te doen van. wege de gemeente om de bepaling, vervat in art. 43 der drankwet niet van toepassing te doen zijn op winke liers, want als verschillende gemeenten het adres van de „Vereeniging Ver gunning" steunen, dan schieten we met het voorstel van De Feijter toch niets op. Dhr. Lamaitre is er voor om punt 5 van de agenda te behandelen. De Voorz. zegt dat het voorstel-De Feijter van de verste strekking is, dus het eerst dient behandeld te worden. Dhr. De Feijter stelt nu voor om aan het adres geen adhaesie te verleenen, hetwelk met 5 tegen 2 stemmen wordt aangenomen. Voor stemden de hh. De Feijter, Smies, F. Dekker, Dieleman en Oggel; tegen de hh. Wolfert en Lamaitre. Thans stelt dhr. De Feijter voor om alleen aan winkeliers dispensatie van het verbods-artikel te verleenen, het geen wordt aangenomen met gelijk aan tal stemmen, doch in omgekeerden vorm. VI. Verzoekschrift van den heer P. Koole om eervol ontslag als keurmees ter van vleesch en spek. De Voorz. vraagt of hiertegen geen bezwaar bestaat. Dhr. De Feijter meent dat het zoo kort is van nu tot 1 April en vraagt of het niet lastig zal zijn voor den over- blijvenden keurmeester. De Voorz. zegt, dat reeds morgen zal worden begonnen met oproepen, hetgeen den heer De Feijter ten volle tevredenstelt. VII. Voorstel van den heer J. J. de Feijter om 3 lantaarns van het markt plein af naar de R. C. Kerk, op Zon dagen eh Heiligdagen van 15 Novem ber tot 15 Februari te branden van 's morgens 6 uur tot zonsopgang. De Voorz. zegt dat zulks geheel ter beschikking staat van Burg. en Wet houders, maar de Voorz. geeft den heer De Feijter de verzekering dat alles zoo gebeuren zal zooals door hem wordt voorgesteld, waarmede laatstgenoemde genoegen neemt. Dhr. Smies acht het toch ook nood zakelijk dat op donkere avonden in de maand Maart de lantaarns branden, waarop door den secretaris de instruc tie van den lantaarnopsteker wordt voorgelezen, waaruit blijkt, dat door Burg. en Weth. ten allen tijde de ver lichting der gemeente kan worden be volen indien daartoe de noodzakelijk heid blijkt. Omvraag. De Voorz. zegt dat waar de gemeen tekas leeg is, eene opneming noodig is van f2500 hoogstens voor een half jaar en vraagt daarvoor machtiging. Dhr. De Feijter: Staat de gemeente voor directe uitgaven? De Voorz. antwoordt bevestigend. Dhr. De Feijter: Dus is het hier: halen, waar halen, en mag ik vragen welke uitgaven dat zijn? De' Secretaris zegt, dat hieronder be grepen zijn: rente van het kapitaal van f30,000, het betalen van onderwijzers- iractementen en andere ambtenaren, benevens nog verschillende andere uit gaven. De bedoelde machtiging wordt hier na verleend. Dhr. De Feijter zegt dat in de vorige raadszitting is gesproken over den cri- tieken toestand van de geldmiddelen der gemeente, en daarom werd erover gesproken om de belasting te verhoo- gen dus weder eene verzwaring voor de burgery. Ik zou er evenwel voor zijn om eene verlichting in de belasting aan te brengen» Hiermede heb ik het oog op de draaiorgels. Ik heb wel gehoord dat de eigenaars daarvan met hen heelen hoop geld uit de gemeente trekken. Wellicht voegt u me toe, rnhr. de Voorzitter, dat ik op deze manier de herbergiers weer tref, maar dit is niet zoo, daar deze het weer kunnen ver halen op den orgelman. Ik doe dus het voorstel om het draaien dezer orgels te belasten met 50 cent per uur, terwijl 24 uren van te voren moet worden kennis gegeven hoeveel uren zal wor den gespeeld. Het bedrag der belasting moet door den gemeente-ontvanger wor den geïnd. Ik wil er dit nog aan toe voegen dat de verhooging der belasting steeds op dezelfde personen drukt. De opcenten op de gebouwde en onge bouwde eigendommen zijn zoo hoog opgevoerd als het maar kan straks ko men er opcenten op het personeel, over den aanslag- op het kohier hoof lelijken omslag zijn ook verscheidene niet te vreden, zouden we den weg niet op gaan van andere gemeenten, en kleine belastingen heffen. In andere gemeen ten hebben we een hondenbelasting, belasting op publieke vermakelijkheden, maar hier is niets. Dhr. Lamaitre zegt dat vroeger de kermissen in Axel nog al goed waren, die zijn thans veel achteruitgegaan, er komt bijna niets meer en als we op de orgels nu ook al eene belasting moeten gaan heffen, dan komt er in 't geheel niets. Dhr. De Feijter zegt dat het niet in zyne bedoeling ligt om de kermis af te schaffen, het is enkel maar om eene belasting te heffen op dansen op muziek, en daarmede is mijne bedoeling om op deze wijze de belasting te verlichten. Dhr. Lamaitre acht het beter het zoo maar te laten. De Voorz. zegt toe het voorstel van den heer De Feijter in eene volgende zitting zal worden behandeld. De Voorz. vraagt of iemand nog iets te zeggen heeft. Dhr. De Feijter zegt aan het plak bord gelezen te hebben dat de kiezers lijst vastgesteld is, en daar dit volgens art. 28 der kieswet door het gemeente bestuur gebeurt, wou hij wel eens vra gen hoe zulks mogelijk is. De Voorz. zegt dat met het woord „Gemeentebestuur" bedoeld wordt Bur gemeester en Wethouders. Dhr. De Feijter vraagt pardon, en verklaart geen meester in de Rechten te zijn, daar door hem anders zulke vragen niet zouden worden gedaan. De vergadering wordt gesloten. Kantongerecht te Ter Neuzen. Zitting van 24 Maart 1905. Veroordeeld zijn H. V., fabrieksar beider te Sas van Gent, ter zake van het laten loopen van kippen op bezaai den grond, tweemaal gepleegd; tot 2 boeten elk van f0,50, subsidiair 1 dag hechtenis voor elke boete. S. d. K., knecht te Zaamslag, ter zake van het rijden met een rijwiel zonder lantaarn; tot eene boete van f 1, subs. 1 dag hecht. F. B. koopman te Axel, ter zake van le het op den openbaren weg een trek dier onbeheerd laten staan en 2e het rijden met een hond zonder muilkorf; tot 2 boeten elk van f 0,50, subs. 1 dag hecht, voor elke boete. L. d. R., en C. M. V., bierhuishouders te Sas van Gent, ter zake van het niet sluiten op sluitingstijd; ieder tot eene boete van f2, subs. 2 dagen hecht. P. d. B., werkman, P. G. v. P., ma chinist, J. F. G., bierhuishouder, F. L. C., smid, allen te Sas van Gent, Y. II., karabinier te Brussel, P. D. A., E E. R., arbeiders te Sas van Gent, ter zake van het verblijven in een bierhuis na de sluiting; ieder tot eene boete van f 1, subs. 1 dag hecht. A. v. H., spoorwerker, J. H., zonder beroep, P. S., werkman, A. S., spoor werker, allen te Ter Neuzen, ter zake van het rapen van schelpvisch; ieder tot eene boete van f 1, subs. 1 d hecht. E. d. B., C. B., arbeiders te Assene de, E. d. V., zwingelaar te Bouchaute, ter zake van het bevisschen der Schelde zonder consent; ieder tot eene boete van f 1, subs. 1 dag hecht. E. d. S., visscher te Bouchaute, ter zake als voren; tot eene boete van f2, subs. 2 dagen hecht. E. D., bootwerker te Ter Neuzen, ter zake van Leerplichtwetovertreding; tot eene boete van fl, subs. 1 dag hecht.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1905 | | pagina 3