DE STINS VOERST.
2öe Jaarg.
i\o. 65.
Zaterdag 19 November 1901.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
F. DIFXEMAN,
Buitenland.
FEUILLETON.
AXIÏLSCIII!
COURANT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Yrydagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent.
Voor België 70 cent. Afzonderlijke Nos. 5 ceut.
DRUKKER UITGEVER
AXEL.
ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 cent; voor
eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar
plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal.
lAdvertentiên worden Jranco ingewacht, uiterlijk tot
Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
DE OORLOG IN OOST-AZIE.
De berichten van het oorlogsterrein
zijn al zoo schaarsch mogelijk. Met
spanning ziet men uit naar iets ver
trouwbaars over Port Arthurintus-
schen moet men het stellen met ver
halen van Chineezen uit Port Arthur.
De correspondent van de Daily Express
aldaar bericht over vijf Chineezen, die
den 4en dezer uitLiao-ti-sjanvertrokken,
door een Japansch schip aangehouden
en naar Dalni overgebracht werden,
waar zij allerlei onaangename ervarin
gen hadden. Een hunner, die de Japan
ners geen inlichtingen wilde geven,
kreeg stokslagen, maar mocht eindelijk
vertrekken.
De Russen te Port Arthur verdenken
de Chineezen dat zij de bronnen ver
giftigen. Drie Chineezen zijn in het
einde van de vorige maand opgehangen,
nadat men hen zoogenaamd bij het
vergiftigen van een waterput betrapt
had. Voorts zeggen deze uitgewekenen
nog, gezien te hebben, hoe Russische
soldaten die weigerden zonder voldoend
voedsel naar de loopgraven terug te
keeren, met de knoet werden bewerkt.
Zelfs zouden verscheiden soldaten
wegens muiterij doodgeschoten zijn
maar naar 't heet houdt men dat geheim,
om geen verder voedsel te geven aan
den oproerigen geest.
Een Duitsch deskundige schrijft dat
in weerwil van het mislukken, tot
dusver, van de pogingen der Japanners
om de voornaamste forten bij Port Arthur
Historisch Romantisch Tafereel,
uit de Zwolsche Geschiedenis (1362)
38)
„Van wien is dat ros, Mathildadat
daar op het plein wordt rondgeleidik
ben heden morgen vroeg met mijn valk
den Stins uitgegaan, en weet derhalve
niets van hetgeen er is voorgevallen?"
vroeg Roderik, toen hij met zijne zuster
een ander vertrek was ingetreden.
„Dat paard is van jonker Arnold uit
Utrecht," antwoordde de maagd, met
epnen lichten blos.
„Uit Utrecht? en-welke tijding bracht
hij mede van henriep Roderik,
met blijde verrassingdoch eensklaps
zijne vraag stuitende, vervolgde hij, met
blijkbare verlegenheid „Ik meen, wat
zijne boodschap op den Stins was
„Hendrina is verlangend, "antwoordde
Mathilda, met eenen schalkachtigen grim
lach, de afgebroken woorden van haren
broeder voleindigende, „om mij te zien
op het tournooi, dat de bisschop eerlang
zal geven, en naardien zij wel weet, dat
ik een zoo verren tocht niet zoude onder
nemen, zonder dat mijn broeder mij verge
zelt, zoo wenscht zij voorzeker niets anders
dan ook heer Roderik van Voërsttezul-
sjopjo uo Sjoqsqo^ U8P do nofiJGTIuq
oqosircd'ef op psp piaqSipm&tsuio op joop
sp? 'iioSouijoa s;o;u nufiq sunaddus op
naSoiaiïBAV 'uiopoq uoSpqonsioj ufiz joop
j0M.ooz pmaoqosoq ;pjo.A irefs-ozq aunpj
•opuoopjoA toiu ooprenp si So.wuoods
uop uua uoqsoo uo; uopioj op uua qzoq
}oq uoqqoq uufs-ozq }sjoo uora pom
'uojoaojoa uouunq oj Sjoqpjuj, uop
do uapoj op uio 'IdiTeiu SuuSjjooa
Siuioav uaiuoj mffs-ozq op ut?a doojS
oqfqapoAL op do pjAum? op pp um?.it?t?p
qp uup 'uouunq uojoaojoa put?q
-jopuouuojs pui qoo; oz saouuudtif op
ooz qqoujqoS uoSfiMZ pj uopoj oip ut
ouonu-u? oqostssna op si uos uop popos
•pjopüuoS aopra oog jo OOI do 1°T
sunoddusoqosuuduf op ufiz uisfs-Suooi-jg
uop uo ut?fs-oof-UT?n nap 'unfs-unAvq-iy[
uop do uopoj opmtmuuooA op pj,
•opuoSoj uopipofoud pq
uumm 'uopaoM pminapo uoqqop op
uopoom aozop uos tioa 'uoqopoS put?jq
ui uo uoqoapS uopra uopioqosjoA ufiz
qufiiQ uo unstAvpq 'upofqoq 'pfAvsoaoq
uodoqos op 'pminjqio sjouoavui op aoop
si pup opno o(j -pzoSpooA uopnoq
-do uopuoz uufiq pomopjuqmoq pq si
t?ujm?a -uoAnqpauq o; uuup qoiz 'uossnq
aap uoquAutm-uoSoL opooMUOA op ut?a
PAVIOOM UI uo 'uojoaojoa oi uoSuqpp
uoSopS uüfs-SuoopJ^ uo uufs-uuAvqj3
uopoj op jooa qup 00W1 'ooqouifsj,
pmjouoS UI?A Suippi jopuo 'sjouut?dt?c
uop pq oiqnioS joqopo U80£ uoq
•dooquind uoo siqoop Sou ppsoq jnqpy
pO,J pup op Ut?A }U1?AY 'SuipOA op JOOA
uoSSoz iim. pa -uftz poui uopjo.w
-oS qfipqoqq pjoqn uossnq op jooa
qooi .reup punpooi op 'uoSipottmoq o;
len ontmoeten."
„Dus moet ik uit uwe geheimzinnige
woorden afleiden," hernam de jonge ba
ron, die, eenige oogenblikken vroeger,
den scherpen blik zijner zuster niet kun
nende verdragen, thans zijn oog met eene
spottende uitdrukking op Mathilda ves
tigde, „dat jonker Arnold op den Stins
is gekomen, alleen om ons uit te noodi-
gen tot het tournooi van den bisschop
Van Arkel
„Ik zoude niet weten, wat de jonker
hier verder nog konde te verrichten heb
benantwoordde de maagd, terwijl;
andermaal een hoog rood hare bleeke,
wangen kleurde; doch echter spoedig
weder verdween, toen zij in pijnlijken
angst uitriep: „Heilige maagd, hij is
nog bij vader en Huch in de zaalDe
hemel weet, welk leed hem dreigtRo
derik, om Godswil! volg mij!" Hierna
snel, door Roderik, die de oorzaak van
Mathilda's angst niet konde vermoeden,
gevolgd, het vertrek verlatende, liep zij,
met driftige schreden, naar de zaal, waar
zij Arnold, eenige oogenblikken geleden,
verlaten had.
Toen Mathilda hier binnen trad, be
merkte zij spoedig, dat hare vrees niet
ongegrond was want de bedreiging, door
Huch gedaan, en slechts door de ontdek
king, dat ef met Agge iets buitengewoons
was voorgevallen, voor het oogenblik op
geschort, was thans reeds in zoo verre
volvoerd, dat hij jonker Arnolds handen
het niet rechtstreeks onder vuur kunnen
nemen. Alleen indirect vuur kan hier
den aanvaller helpen. Zoo ontstond
dezer dagen doör een toevalligen treffer
een ontploffing in het fort. Maar wan
neer deze forten, die den sleutel van
de stelling vormen, in handen der
Japanners zullen zijn, is nog niet te
zeggen.
ENGELAND.
Dinsdag zijn de koning en de koningin
van Portugal te Portsmouth aan wal
gestapt. Een aajital groote Engelsche
oorlogsschepen en een smaldeel torpe
dobooten vergezelden het koninklijke
jacht op het laatste deel der reis. De
prins van Wales begroette het paar en
gezamenlijk werd de spoorrit naar
Windsor ondernomen. Er is een uitge
breid plan van feestelijkheden voor het
bevriende koninklijke paar opgemaakt.
Koning Carlos is een vriend van koning
Eduard, én Portugal is nu vriend en
bondgenoot van Engeland. De Engel
sche pers is vol vriendelijks voor de
hooge gasten. Dat is wat anders dan
vijftien jaar geleden, toen Portugal in
Zuid-Afrika Engeland in den weg liep.
Toen was Portugal de aap, die de kaart
van Afrika bemorste, de kwajongen die
door John Buil werd afgerost. Zie de
Punch van die dagen. Maar Engeland
heeft nu zijn zin in Zuid-Afrika en de
Portugeesche provincie Mozambique
spint er zij bij, dat de Engelsche regee
ring Delagoabaai boven de Natalsche
en Kaapsche havens trekt. Zoo is
't dan koek en ei tusschen de regee
ringen. Maar of het Portugeesche volk
wel erg gesteld is op het Engelsche,
dat Portugal's macht in Afrika zoo ge
havend heeft, is de vraag.
G. W. Fife, een jongmensch te Brigh
ton, beweert een nieuwe bruikbare
onderzeesche boot uitgedacht te hebben.
Hij heeft er al eenige jaren aan ge
werkt en vele proeven genomen. Hy
verzekert, dat zijn boot o. a. dit voor
deel heeft, dat z\j, onder water door
een schip aangevaren, van zelf naar
het oppervlak rijst, en dat onder water
duikers gemakkelijk de boot kunnen
verlaten, b.v. om onderzeesche mijnen
los te maken. De admiraliteit zal de
uitvinding onderzoeken.
Het laatste zeilschip bij de Engelsche
vloot is buiten dienst gesteld. De Nort
hampton, een vol getuigde gepantserde
driemaster, werd in 1879 in dienst ge
steld. Het schip kostte ruim vyf millioen
gulden. De laatste tien jaar heeft het
als oefenschip voor matrozen gediend.
Daartoe zal voortaan de Hawke, een
nieuwerwetsche le klas beschermde
kruiser, worden gebruikt.
BELGIE.
De Sjah van Perzië zal komende jaar
België en de Luiksche tentoonstelling
bezoeken.
Den 8sten Januari zullen de Ant-
werpsche diamantwerkers hunne over
winning in den laatsten strijd voor
lotsverbetering vieren met een feeste
lijke bijeenkomst. Het voornaamste
nummer van het muzikale program is
de uitvoering van Benoit's oratorium
„De wereld indoor kinderen van
diamantwerkers.
omklemd hield, en gereed was, hem het
zwaard te ontwringen.
„Jezus Maria! mijn vader, wat wilt
gij gilde Mathilda angstig, op den ouden
baron toeschietende, en hare handen
krampachtig om zijne schouders slaande.
Ook Roderik zag, met bevreemding,
den jonker in dezen toestand, en, zonder
het juiste van de zaak te begrijpen was
het hem genoeg, te zien, dat een afge
zant des bisschops, door den verachtelij-
ken Huch, gewelddadig werd aangerand,
om den edelen jongeling vuur te doen
vatten, en, snel op den hoofdman der
roode bende toetredende, greep hij dezen
met beide vuisten aan, en rukte hem
van Arnold los, terwijl hij met eene van
woede bevende stem uitriep „Laat af,
lage slaaf!"
„Bij den duivelHuch riep Sweder
van Voërst, met eenen toornigen grimlach,
„indien het nog langer duurt, dan geloof
ik, dat wij beiden het zwaard voor eene
wijkwast of waskaars kunnen verwisselen,
en in een klooster kruipen. Maar ik
zal toch beproeven, of ik dit nog niet
eenigen tijd verhoeden kan. Huch grijp
den trotschen Stichtenaar weder aan, en
voer hem naar den Zuidertoren en gij,
Roderik verroer u niet, of zal ook u doen
zien, dat ik eenen heethoofdigeu knaap
tot redep weet te brengen, al is hij van
mijn bloed
„Vader-! om 's Hemels wil houd op!
Waarmede heeft de jonker deze mishan
deling verdiend kermde Mathilda, met
vernieuwden aandrang, toen Huch
weder op Arnold toetrad.
„Een dienaar van den bisschop moet
op dezen Stins den meester niet spelep
dat heeft deze knaap gedaan, en daarvoor
zal hij boeten, al moest ik zelf hem de
hondenzweep laten voelen riep Sweder,
terwijl Mathilda, ruw van zich stiet.
„Mathilda," zeide Roderik, met eqn$p
bitteren lach, „doe geene moeite meer,
om iemand te verbidden, die belust is,
om gemeen beulenwerk te verrichten.
Ga naar Agge; ik zal hier blijven, en,
zoolang ik nog naast jonker Arnold sta,
kunt gij verzekerd zijn, dat hem geen
haar zal gekrenkt worden." Toen hij
dit met koenen blik en vaste stem gezegd
had, plaatste hij zich aan de zijde van
den Stichtenaar, en, zijne lange dagge
trekkende, scheen hij vastelijk besloten,
zijne gedane verzekering getrouw te vol
brengen.
„Hel en duivelschreeuwde Sweder
woest, „dat gaat te verDurft gij mij,
op mijn Stins, in mijn aangezicht trotsee-
ren Zoo waarachtig als ik leef, dit zal
u duur berouwen!" en reeds hief de
schrikkelijk vertoornde vader zijne hand
tegen den weerspannigen zoon op, toen
Mathilda zich snel in zijne armen wierp,
en de straffende hand terug hield. Wel
licht ware er een ergerlijk tooneel ge
volgd, toen te juister tijd iemand binnen
trad, die alleen nog de macht bezat, om