W STINS VOËRST. \o. 62. Woensdag 9 November I90i. 20' Jaarg. Aankondiging. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. F. DIELEMAN, algemeene opneming Buitenland. feuilleton. AXIÏLSCIIli courant. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. A B O N N E M E N T SJP R IJ S Per 3 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent. Yoor België 70 cent. Afzonderlijke Nos. 5 cent. DRUKKER UITGEVER AXEL. ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 cent; voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiên worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. BURGEMEESTERen WETHOUDERS van Axel, brengen ter kennis van be langhebbenden, dat, te beginnen op 21 November aanstaande, van wege de Gemeente, eene nu worden gehouden van de voet paden met de kunstwerken. Axel, 8 November 1904. Burgemeester en Wethouders van Axel D. J. OGGEL. De Secretaris, J. A. van vessem. DE OORLOG IN OOST-AZIE. De Daily Telegraph verneemt uit Tsifoe, dat de Japanners, volgens inlich tingen uit officieele bron, na een reeks van heftige aanvallen alle verschansin gen van den tweeden rang vermeesterd hebben langs den voet van den Itze-sjan en de Sjan sjoe-sjan, en bij de batterij B van het fort Er-loengsjan. Uit andere bronnen verluidt, dat de Japanners twee dagen geleden een poging hebben ge daan op den kring der forten binnen te dringen langs de dwars-loopende vallei waar de spoorweg doorheen gaat. Dientengevolge zou de Chineesche stad door hen bezet zijn, die slechts op 21/2 K.M. van het eigenlijke Port Arthur ligt. De Japanners werpen thans ver- Historisch Romantisch Tafereel uit de Zioolsche Geschiedenis (1362). ..Gaarne wil ik dit gelooven, edele Ma thildamaar ik vrees, dat het echter bij mijn meester, een slechten indruk zal achterlaten, die ergerlijke gevolgen kan hebben, niet slechts voor de bedrijvers van liet kwaad, maar ook voor uwen vader zeiven," antwoordde de Stichtenaar. „O, verzwijg het dan voor den bisschop, Arnold! de ongelukkige Wouter zal van mij en mijnen broeder beschermd en ver zorgd worden," zeide Mathilda, op eenen smeekenden toon. Met onafgewende blikken staarde de jongeling op het schoone gelaat der maagd, en wellust eu zaligheid schonk hem dat oogenblik, waarin zij, die zoo geheel zijne ziel vervulde, smeekend voor hem stond. Eerst na een lang verwijl ant woordde hij: vGaarne zal ik, ter liefde van u, dit voorval verzwijgen; maar zal het niet langs eenen anderen weg rucht baar worden „Tracht dan, heer Arnold!" vervolgde de maagd, „zooveel mogelijk den kwa den indruk daarvan bij uwen heer te verzachten; altijd sterkingen op die slechts anderhalven kilometer van de stad liggen. Naar de Daily Chronicle uit Tsji- foe verneemt van een bijzonderen be richtgever uit Port Arthur, woedt de strijd ten noordoosten en noordwesten van Port Arthur sedert 29 October heviger dan ooit te voren. Geheele Japannersche bataljons zijn weggemaaid bij Itze-sjan, maar hulptroepen slaagden erin, de loopgraven van Itze-sjan te vermeesteren. Dit fort beheerscht de haven bij het Tijger schiereiland. De aanvallen op Er-loeng-sjan en Sjan-sjoe- sjan zijn mislukt. Men is hier van oor deel dat geen verdere bestorming zullen gedaan worden tot aan het voorjaar. Telegrammen in cijferschrift zijn dooi den Russischen consul ontvangen. Naar het schijnt is het bombardement gestaakt. De Standard bevat een onderhoud met den Japanschen gezant Hajasji. Deze verklaarde opnieuw dat Rusland de onderhandelingen over den vrede dient te openen. De Japanners zijn altijd verdedigend opgetreden, zelfs in Mant- sjoerije, dat zij aan China terug zullen geven op Port Arthur na, hetwelk de Japanners vermoedelijk zullen behouden maar zonder vestingwerken. Japan heeft namelijk leeren inzien dat de wer kelijke kracht des lands in een sterke vloot schuilt. Hajasji zeide nog dat de vermeestering van Port Arthur elk oogenblik te wachten was. Hij roemde hoogelijk de wijze waarop de vesting verdedigd werd. Aan beide zijden wordt de oorlog zeer menschlievend gevoerd. De gezant heeft bloedverwanten onder de krijgsgevangenen te Tomsk en elders, „Bij St. Feiten!" klonk eensklaps eene ruwe stem achter hen, die Mathilda's woorden afbrak, „gij schijnt het er toch op aan te leggen, verwaande knaap! om te beproeven, in hoeverre mijn geduld voor rekbaarheid vatbaar is! Bij den duivelgij zult ondervinden, dat daarop niet zeer te roemen valt Tegelijk hadden Arnold en Mathilda hunne handen, die tot nu toe nog in elkander gelegen hadden, losgelaten, en, omziende, zagen zij den baron Van Voërst voor zich staan, van wiens binnenkomen zij in de drift van hun gesprek niets vernomen hadden, en die hetzelve dus bijna van het begin af aan had afge luisterd. Beschaamd en verlegen, voor den toorn haars vaders sidderende, trad Mathilda, het hoofd op de borst gebogen, terug, en toen Sweder haar met eene norsche stem had toegeroepen: „En gij, wijsneuzige heks! verwijder u, en bemoei u met uwe keukenzaken, zonder uwen neus in din gen te steken, die u niet aangaanver wijderde zij zich, door den schildknaap gevolgd, met overhaasting uit het vertrek, nadat°zij op Arnhold eenen blik had ge worpen, die hem de gevreesde tegen woordigheid van den baron deed vergeten. Toen" Mathilda de zaal verlaten had, wendde Sweder zich met een gelaat, dat toorn en verachting uitdrukte, tot den jongen Stichtenaar, en zeide: „De fraaie beloften, welke gij straks aan mijne maar allen roemen de behandeling die zij van de Russen ondervinden. Haljasli verzekerde verder nogeens dat de Ja panners het bondgenootschap met Enge land ten volle waardeerden in het besef dat zij anders niet bij machte zouden zijn den oorlog met Rusland te voeren. Ten aanzien van Japan's oorlogskas zeide de gezant dat het meerendeel van de menschen vergeten dat het geld in Japan een vijfmaal grootere waarde heeft dan in Engeland. De Japanners, die tot dusver weinig belastingen heb ben gehad, kunnen best velen dat de belastingschroet wordt aangezet. DUITSCHLAND. Te Dresden spreekt men veel van de inhechtenisneming van dr. Acker- mann, ambtenaar van den burgelijken stand, en drie andere heeren wegens misdrijven tegen de zeden. Dr. Acker- mann is de zoon van den vroegeren voorzitter van de Saksische Kamer en de zwager van dr. Paul Mehnert, den tegenwoordige voorzitter van die Kamer, een steunpilaar van de conservatieve partij in het koninkrijk en persona gra- tissima ten hove. De ten laste gelegde strafbare feiten zijn begaan in een hotel te Berlijn. Te Munchen is in tegenwoordig heid van prins Leopold van Beieren, een groote vergadering over den opstand in Duitsch Zuidwest-Afrika gehouden. Verschillende sprekers, die vroeger in staatsdienst waren geweest, betoogden de noodzakelijkheid voor het rijk, om den opstand met kracht te onderdruk ken, de kolonie te behouden en aan dochter deedt, om bij uwen bisschop ge nadig de daden te verzwijgen, welke mijne roode knapen heden bedreven heb ben, en die, hoewel ik zelf er nog niets van weet, in het oog van uwe wijsheid nog al tamelijk te berispen zijn, komen mij voor, zoo veel edelmoedigheid te verraden, dat ik geen geschikter mid del weet om u te toonen, dat die edele bedbelingen door mij op den rechten prijs worden gesteld, dan u zooveel mo gelijk in de uitvoering daarvan behulp zaam te zijn, en daarvoor weet ik geenen beteren weg, dan u zoolang de kelders van den Stins tot verblijf aan te wijzen, tot de geschiedenis geheel bij u zal ver geten zijn." Arnhold, die zich inmiddels van de verrassing hersteld had, antwoordde den baron op eenen vasten, onbewogen toon, terwijl een spottende grimlach om zijne lippen speelde„Het blijkt, dat uwe genade slecht bedreven is in de kunst, om gesprekken af te luisteren; want ik herinner mij niet, aan de baronesse Ma thilda verzekerd te hebben, dat ik het gruwelstuk, door uwe schurkenbende be dreven, voor mijn heer den bisschop zoude verzwijgen. Integendeel reken ik het mijn plicht, om hem daarvan om standig te verwittigen, en dien plicht zal ik volbrengen Met eenen smadelijken blik mat Swe der den koenen jongeling van het hoofd tot de voeten, en riep toen op eenen de Duitsche volkplanters de geleden schade te vergoeden. Een gepensioneerd generaal oogstte veel toejuiching met de verklaring dat de Duitsche soldaten zich hun groote vaderen op de Fransche slagveldèn waardig toonden. Ten slotte stond alle fnan van zijn plaats op, als huldebetoon voor de Duitsche die in Afrika voor de eer van het rijk strijden. Volgens een bericht van den Duit- schen consul-generaal te Kaapstad, meldt de Engelsche resident te Mafeking dat 400 meest ongewapende Herero's de grens van het protectoraat Betsjoe- ana-land zijn overgetrokken. Er zijn reeds maatregelen genomen, om de ge wapende onder hen te ontwapenen. Er zijn geen kapiteins bij. Over de Kaap- sche grens zijn tot dusver geen natu rellen in Engelsch gebied binnen ge komen. Een lezer van de Vorwarts, die in het Moezeldal tegenwoordig is ge weest bij het lezen van de wijndruif, klaagt dat de kleine wijnboeren daar diep in schulden steken en zelfs van een overvloedigen oogst als in dit jaar geen profijt hebben. Hij verzekert dat alleen de groote wijnhandelaars er wel bij varen. Deze wachten met het koo- pen van de druiven tot de oogst wordt binnengehaald. De kleine boeren heb ben zelf geen wijnpersen en weten geen raad met hun snel bederfelijke waar. Het gevolg is dat zij die voor een zuur gezicht van de hand moeten doen en, na een jaar van harden arbeid, nauwe lijks hun kosten vergoed krijgen. Een schamperen toon „Dreigt gij, knaap 'dreigt gij mij in mijn aangezicht! Ge looft gij dan waarachtig, dat Sweder van Voërst eenen suffenden ouden ezel is ge worden, die zich geduldig op zijne ma gere schonken laat ranselen door elkeen, jdie maar eene roede kan voeren. Dood en duivel I gij zult het weten, dat ik nog als een jong veulen kan achteruit slaan „Ik geloof", hernam Arnold, zijn don ker oog met eenen edelen trots op den baron vestigende, „dat ik mijn plicht jegens den bisschop moet volbrengen, -zonder mij door uwe bedreiging daarin te laten terughouden." „Welnu, wij zullen zien, of die ver waandheid niet een weinig is te verkoe len, wanneer ik de behandeling daarvan opdraag aan mijnen braven hoofdman Hugh!" riep Sweder, met klimmenden wrevel, en toen het kruisraam naderende, wenkte hij zijnen waardigen satelliet, die op het burchtplein zich bij den terug gekeerden hoop gevoegd had, en weldra werd de zware tred van den aanvoerder der roode bende in den gang vernomen. „Wij hebben hier," riep de baron, spot tend lachende, toen Burgh de zaal bin nentrad, „eenen paapschen schriftgeleer de, die volhoudt, dat onze roode knapen een bende schurken zijn, welke, volgens zijner wijsheids gedachten, niet verdie nen, de tuchtroede van den hoogwaarden bisschop langer te ontgaan. Houd u en

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1904 | | pagina 1