Gemengd Nieuws.
Burgerlijke Stand.
je heeren uitgestapt en een kijkje ge
nomen.
Vrijdag heeft te Ter Neuzen een
ergerlijk geval van dierenmishandeling
plaats gehad. Iemand uit Clinge, die
naar de rechtbank te Middelburg moest,
had 's morgens te vijf uren een kar,
faarvoor drie honden waren gespannen,
aan het hek bij de aanlegplaats der
hoot vastgelegd en was met de boot
vertrokken. De dieren lagen daar
'smiddags te vier uur nog, zonder eten
of drinken ontvangen te hebben. De
politie zorgde voor hen en verplichtte
later den eigenaar dat verder te doen.
Door het omvallen van een petro
leumlamp ontstond jl. Donderdag een
begin van brand bij J. van D. te Sluiskil.
Door middel van zakken slaagde men
erin het vuur nog tijdig te blusschen,
joodat men de spuit niet noodig had.
Tot eerste-onderwijzer te Rockanje
is benoemd de heer J. Bosschaart,
onderwijzer te Hoek.
De gemeenteraad van Hontenisse
heeft besloten de subsidie voor een
tramlijn Hontenisse Selzaete met 1/2
te verhoogen, met het oog op den aanleg
der zijlijn naar Sas van Gent.
De begrooting voor 1905 werd aan-
u:boden, aanwijzende een tekort van
1430. Dit tekort zal gevonden worden
door verhooging van den hoofdelijken
omslag of verhooging van opcenten,
of wel door een buitengewone bijdrage
van wege het Rijk in de kosten van
het onderwijs. Met algemeene stemmen
werd besloten te trachten deze buiten
gewone bijdrage te verkrijgen.
Zaterdag overleed te Zaamslag
een 76-jarige alleenwonende vrouw.
Het oudje, dat nooit gehuwd is ge
weest, leefde wat zonderling en zeer
eenzelvig, zóó dat hare eveneens alleen
naast haar wonende zuster, maar zelden
bij haar kwam, tot zij onlangs ziek werd,
waarna de zuster haar verpleegde. Het
oudje werd sedert lang bedeeld van
wege het algemeen armbestuur, klaag
de steeds dat ze te weinig ontving om
van te leven en trachtte door het
sprokkelen van hout als anderszins,
dat zij dan voor geld verkocht, hare
inkomsten te vermeerderen, terwijl zij
zeer zuinig leefde.
Men vermoedde dat het vrouwtje een
potje had, - en toen men tijdens hare
ziekte het bedmoest reinigen, bleek
dat in het bedstroo geld verborgen was,
dat werd bijeengegaard en geborgen in
een gesloten kist.
Na haar overlijden op jl. Zaterdag
werd door eep zwager der overledene
het geld, circa f300, met uitzondering
van een bakje met enkele dubbeltjes
meegenomen naar de woning der zuster
terwijl hij de kist op slot deed. Toen
hij nadat het lijk was afgelegd en het
huisje wat schoongemaakt, aan de zus
ter het voornemen te kennen gaf nog
eens verder in den koffer te willen
gaan kijken, of er soms nog meer van
waarde was, deelde deze hem mede,
dat er ook nog een doos met hoofdsie
raden in moest staan, welke zij et*
dag of 14 geleden daarin nog gezien
had.
In het huisje komende, ontwaarde
de zwager dat het slot van de kist ver
broken was en noch van het door hem
achtergelaten zilvergeld, noch van de
hoofdsieraden was iets te vinden.
Terstond werd aangifte gedaan bij
de politie, waarop in verhoor werden
genomen de man en de vrouw, die het
lijk hadden afgelegd en het huisje schoon
gemaakt en geruimen tijd alleen daar
geweest waren. Deze ontkenden den
diefstal echter ten sterkste. Een huis
zoeking ten hunnent, leverde geen re
sultaat.
De wachtmeester der marechaussee
uit Ter Neuzen meende evenwel termen
te hebben de vrouw, zekere B. d. B.
vrouw van A. J. D., in arrest te nemen
en mee te voeren naar Ter Neuzen.
Tem. Ct.
In de Si. Ct. no. 241 is opgenomen
een staat van de gevallen van besmet
telijke veeziekten, in Nederland voor
gekomen gedurende September jl.
In Zeeland kwamen voor 3(3) geval
len van vlekziekte der varkens, te St.
Maartensdijk, Middelburg en St. Philips-
land en 1(1) geval van miltvuur by
alle vee te Wissekerke.
Over gansch Nederland kwamen voor
1(1) geval van kwade droes, 53(10) van
schurft, 24 (5) van rotkreupel, 142 (69)
van vlekziekte en 46 (43) van miltvuur.
De cijfers tusschen de haakjes duiden
het aantal eigenaren aan.
Men meidt uit Scheveningen aan
de N. R. Ct.
De beide omgekomenen van de bom
Sch. 9, schipper C. Overduin, zijn Si
mon den Heijer, oud 56 jaar en B. van
Beelen, oud 36 jaar. De eerste laat
een vrouw na met 8 kinderen en de
laatste een vrouw met het achtste kind
op de komst, van welke kinderen de
oudste misschien 14 jaar is.
Omtrent het ongeval dat de bom trot,
verhaalt de schipper het volgende. Zij
waren Woensdag met 20 last haring
aan boord thuis zeüend van het zand
(de Doggersbank) vertrokken, toen dien
nacht plotseling de storm opkwam.
Des morgens ten 7 uur zag de schipper
een geweldige stortzee aankomen en
riep de bemanning toe: „Hou je vast.
Hij zelf sprong in het geopend voor
onder, wat zijn behoud was, terwijl
met den golfslag 3 matrozen te water
gingen, het groote zeil scheurde, de
bazaansmast en de nieuwe roeiboot, en
alle losse dekgoederen en de beide
zwaarden wegsloegen en de bom zelt
veel water inkreeg doch gelukkig niet
zonk. Een der matrozen, Keus, werd
met een volgend stuk water naar het
voertuig terug gevoerd en wist weer
op zijn schip te klauteren. DenHeyer
zonk spoedig in de diepte, doch Van
Beelen had zich aan den bazaansmast
vast geklampt en riep om hulp toen
men eindelijk van boord een touw naar
hem toewierp dat hij greep; zijn red
ding nabij brak dit door de zuiging
der zee en verdween hij ook in de
diepte.
Men liet daarna den mast strijken zoo
goed en kwaad het ging en kwam aan
den reep ten anker. Later kreeg de
bom nog een stortzee over, waarbij de
groote mast averij bekwam. De bom
was nu geheel ontredderd en kreeg,
toen de storm bedaard was, gelukkig
hulp van den logger, schipper W. Taal,
die hem op sleep nam. Een paar malen
brak hierbij de reep. De logger hield
echter vol en bracht dan ook de bom
behouden den „Nieuwen Waterweg"
binnen.
Te Voorst wilde dhr J. van H.
in den laatsten trein naar Zutphen
springen, toen deze reeds in beweging
was. Hij geraakte tusschen het perron
en den trein, waardoor hem belde bee-
nen werden afgereden en zijn borst
verbrijzeld werd.
Een inwoner van Echt, in Lim
burg, die verleden week Maandag uit
de gevangenis ontslagen was, heeft den
daarop volgenden Dinsdag zonder eeni-
ge aanleiding een onbezoldigd gemeen
teveldwachter met een mes levensge
vaarlijk gewond.
Twee verdachte personen zijn te
Utrecht in handen der politie gevallen
op vermoeden van op de lijn Rotterdam
—Utrecht aan een medereiziger een
portemonnaie inhoudende f 14.25 te heb
ben ontrold. Deze stapte in Gouda uit
en ontdekte bij het overreiken van zijn
kaartje, dat de beurs hem was ontfut
seld. De politie aldaar werd gewaar
schuwd en onmiddellijk naar Utrecht
getelefoneerd, zoodat bij aankomst van
den trein beiden als 't ware in de armen
der openbare macht -vielen. Het zijn
een Rus en een Engelschman en lieden
van verdacht allooi, hetgeen op het
eerste gezicht te zien is. Het geld is
niet op hen gevonden, doch het staat
bijna vast, dat zij zich aan het misdrijf
hebben schuldig gemaakt, daar zich
overigens niemand in de coupé bevond.
Een streng onderzoek is doende. Een
hunner moet bovendien gesignaleerd
staan. Tijdens hun verblijf in het wacht
lokaal gaven zij elkaar teekenen met
een lucifersdoosje en lucifers.
Bij Katwijk is een lijk aangespoeld
dat door de zorgen der politie naar
het lijkenhuis op de algemeene begraaf
plaats is gebracbt. Het is van een
jongen van plm. 14 jaar, gekleed in
oliebuis, gele wijde oliebroek, een paar
olieslobkousen en blauwe ruige Friesche
bovenbroek. Noch boven-, noch onder
goed is gemerki. In den broekzak be
vond zich een roodgestreept beursje,
waaraan met een touwtje een penning
met de beeltenis der Koningin beves
tigd was. Aan het hemd zaten twee
gouden knoopen en een gekarteld gou
den ringetje zat in het rechter oor.
Het lijk en de kleeren worden ter her
kenning bewaard. Het is vermoedelyk
een Urker, in den jongsten storm ver
ongelukt.
Bij de te Kamen gehouden loting
voor de nationale militie heeft een in
cident plaats gevonden.
Toen de trekking was afgeloopen,
kwam een loteling zich nog aanmelden.
Zijn naam (IJzerman) was naar hij be
weert, niet afgeroepen. Spoedig bleek,
dat hij was afgelezen in de alphabetische
volgorde „IJ" met de uitspraak lezer-
man, waarop niemand voorkwam en
dus de burgemeester voor dien lezer-
man een nummer trok (No. 15). De
loteling weigerde het nummer in ont
vangst te nemen en beriep zich op het
niet afroepen van zijn naam als IJzer
man in de gewone alphabetische volg
orde.
Kantongerecht te Ter Neuzen.
Zitting van 14 Oct. 1904.
Veroordeeld zijn D. A. v. O., arbei
der te Axel, ter zake van het loopen
over eens anders grond; tot eene boete
van f 2, subsidiair 2 dagen hechtenis.
P. F. F., arbeider aldaar, ter zake
van het loopen over eens anders grond
en ter zake van Jachtwetovertreding;
tot drie boeten, ieder van f2, subs. 2
dagen hecht, voor elke boete, met ver
beurdverklaring en bevel tot uitlevering
van het geweer.
P. G., metselaar te Sas van Gent, ter
zake van IJkwetovertreding; tot acht
boeten van f0,50, subs. 1 dag hecht,
voor elke boete, met verbeurdverklaring
der 8 gewichten.
A. G. en P. J. S., arbeiders teWest-
dorpe, ter zake van strooperij; No. 1
tot eene boete van f 1, subs. 1 dag hecht.
No. 2 tot eene boete van f2, subs. 2
dagen hecht.
C. M., chauffeur te Hulst, ter zake
van het in Zeeland een ten dienste van
het algemeen bestemden weg berijden
met een rijtuig (automobile) dat door
eene mechanische kracht wordt voort
bewogen tot eene boete van f 1, subs.
1 dag hecht.
F. H., particulier te Strombeek, ter
zake als voren; tot eene boete van f5,
subs. 5 dagen hecht.
A. N., bediende te Leuven, ter zake
van het rijden met een motorrijwiel
zonder vergunning; tot eene boete van
f2, subs. 2 dagen hecht.
W. M., zonder beroep te Gent, ter
zake als voren; tot eene boete van f3,
subs. 3 dagen hecht.
P. J. D., bootwerker te Ter Neuzen,
ter zake van het wateren anders dan
in de daartoe bestemde bakken; tot eene
boete van f 1, subs. 1 dag hecht.
A. B., bierhuishoudster te Sas van
Gent, ter zake van het niet sluiten op
tijd van haar bierhuis; tot eene boete
van fl, subs. 1 dag hecht.
A. v. A., A. A. M., fabrieksarbeiders
C. L. C., metselaar, J. E. B., kuiper,
allen te Sas van Gent, ter zake van
het verblijven in een bierhuis na de
sluiting; ieder tot eene boete van f 1,
subs. 1 dag hecht.
W. L., J. P., vrachtrijders, J. v. D.,
koopman, H. J. v. D., vrachtrijder, allen
te Ter Neuzen, C. v. B., F. B. d. M.,
landbouwer, J. R., knecht, A. v. O., F.
J. D., F. D., landbouwers, allen te Zaam
slag, P. B., arbeider te Boschkapelle,
ter zake van een zijberm van een weg
te berijden; ieder tot eene boete van
f0,50, subs. 1 d. hecht, voor elke boete.
M. M. R., M. J. R., J. C. D., zonder
beroep te Hoek, ter zake van straat
schenderij; ieder tot eene boete van
fl, subs. 1 dag hecht.
P. E. d. V., fabrikant te Axel, ter
zake van een paard onbeheerd laten
staan; tot eene boete van fl, subs. 1
dag hecht.
M. d. R., werkman te Ter Neuzen,
E. C., machinist te Sas van Gent, ter
zake van het rijwielen zonder licht;
ieder tot eene boete van f0,50, subs.
1 dag hecht.
T. L. K., landbouwer te Westdorpe,
ter zake als voren; tot eene boete van
fl, subs. 1 dag hecht.
C. d. B., werkvrouw te Westdorpe,
ter zake van Leerplichtwetovertreding,
tot eene boete van f0,50, subs. 1 dag
hecht.
J. v. D., P. C. v. B., arbeiders te Axel,
P. P., arbeider te Zaamslag, E. B., C. K.,
arbeiders te Westdorpe, E. d. K., boot
werker te Ter Neuzen, J. B. v. d. S.,
arbeider, L. J. V., slager te Sas van
Gent, ter zake als voren ieder tot eene
boete van fl, subs. 1 dag hecht.
L. D., landbouwer te Hoek, ter zake
als voren tot eene boete van f 2, subs.
2 dagen hecht.
M. L., arbeider te Westdorpe, A. J.,
arbeider te Zaamslag, K. W. K., leurder,
D. d. F., werkman te Axel, J. F. D.,
arbeider te Ter Neuzen, J. d. H., arbei
der te Hoek, ter zake van Leerplicht
wetovertreding bij herhaling; ieder tot
eene boete van f 2, subs. 2 dagen hecht.
D. S., landbouwer te Hoek, C. V.,
koopman te Axel, J R., arbeider te
Ter Neuzen, ter zake als voren; ieder
tot eene boete van f3, subs. 3 dagen
hecht.
J. v. D., schipper, P. J. d. L., schipper,
beiden te Ter Neuzen, J. J. G., verze-
kerings-agent te Sas van Gent, P. d. W.,
arbeider zonder bekende woonplaats ter
zake van openbare dronkenschap ieder
tot eene boete van 2, subs. 2 dagen
hecht.
W. P. J. B., leurder te Middelburg,
ter zake als vorentot eene boete van
f3, subs. 3 dagen hecht.
J. H., opperman te Ter Neuzen, ter
zake als voren tweemaal gepleegd tot 2
boeten van f2, subs. 2 dagen hecht,
voor elke boete.
A. V., timmerman te Ter Neuzen, ter
zake als voren driemaal gepleegdtot
drie boeten van f 3, subs. 3 dagen hecht,
voor elke boete.
A. S., bootwerker te Ter Neuzen, ter
zake als voren bij vyfde herhalingtot
hecht, van 3 weken.
WrjjgesprokenG. L., en P. d. K.,
zonder beroep te Ter Neuzen, terzake
van het loopen op Rijksmilitaire gronden.
Ontslagen van rechtsvervolging S. d.
B., veldarbeider te Hoek, ter zake van
Leerplichtwetovertreding.
Van 1 tot en met 15 Oct. 1904.
Axel. Huwelijks-voltrekkingen. 6.
Cornells Jacobus Vinke (van Overslag),
24 j., jm. en Elisabeth Verplanke, 24
j., jd. 11. Ivon De Vrieze (van Ca-
prijcke), 40 j., jm. en Elodie Marie
IJsebaert, 25 j., jd.
Geboorten. 2. Marinus Pieter, z. van
Johannes van de Voorde en Johanna
Maria Dieleman. 4. Willem, z. van
Willem de Feyter en Adriana de Feyter.