r DE STINS VOÉRST. Xo. 41. Zaterdag 27 Augustus l!M)i 20 Jaarg. Nieuws- en Advertentieblad voor Zeenwsch-Vlaanderen. F. DIFXEMAN, Buitenland. FEUILLETON. AXELSCI COUKANT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Try dagavond. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 Maanden 50 cent; franco per post 60 cent. Voor België 70 cent. Afzonderlijke Nos. 5 ceut. DRUKKER UITGEVER AXEL. ADVERTENTIËN van 1 tot 4 regels 25 centvoor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal. Advertentiên worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. DE OORLOG IN OOST-VZIE. Marcel Hutin heeft te Petersburg een onderhoud gehad met admiraal Wiro- nius. Deze bevestigde dat de Nowik volkomen ontrampeneerd was. De No- wik werd op het oogenblik dat hij van Korzakof uitstoomde, aangevallen en moest op strand gezet worden. Een bom deed de ketels springen en daarna ont ploften de ammunitie-magazijnen. De bemanning redde zich. Op dit oogen blik is niets dan de romp van den krui ser over, die op verscheidene plaatsen gescheurd is. De admiraal dacht wel dat de Askold en Grozowoj te Shanghai hun schade niet binnen den hun toeges tanen tijd zouden kunnen herstellen en daarom zouden ontwapend worden. Zoo ook de kruiser Diana te Saigon. De Diana heeft een gapend gat van 14 voet beneden hare waterlijn, dat mis schien in eenige weken zou te herstel len zijn. Maar dan Zij zou het daar na toch niet tegen de Japanners kun nen opnemen. Daar Rusland zichzelf niets te verwijten wilde hebben op het stuk van het volkenrecht, zou ook de Diana ontwapend worden. De vloot te Port Arthur kon, naar het oordeel van Wironius, niet beter doen dan zoo spoedig mogelijk naar buiten komen, om slag te leveren. Uit Wladiwostok komt thans een vrij openhartig relaas over den treuri- gen toestand waarin de kruisers Ros- sia en Gromowoj daar terug zijn gekeerd. Historisch Romantisch Tafereel uit de Zwolsche Geschiedenis (1362). Zoodra deze gedaante, door de lage deur bukkend, de hut ingetreden, en haar oog op Willibald gevallen was, bleef zij in eene rechtstandige houding eenigeu tijd zwijgend den monnik aanstaren, en, de grijze lokken van het hooge voorhoofd wegstrijkende, was het als of zij moeite deed om eenige verwarde denkbeelden te verzamelen, maar toen dit niet scheen te gelukken, hief zij eensklaps eenen wil den schaterlach aan, op den monnik toe springende strekte zij den dunnen, door de zon verbranden arm naar hem uit en hare magere vingers iri zijn kleed slaande, en het vorige refrein Heisa dan zusters! rijst op en ontwaakt 't Heideveld wacht ons, de feesture naakt, weder uitgillende, sprong zij eenige malen woest met den ontstelden Willibald de hut rond, daarin nagevolgd door den groo- ten wolfshond, die zijne meesteres met zijn huilend geblaf accompagneerde. Eindelijk ontscheurde de monnik zich onder het uitstooten van eenen krachtigen vloek, aan de handen van de krankzin nige, entoeneenigeschreden terugtredende Schoorsteenen, masten, banken, kajui ten, in een woord alles wat niet gepant serd was, is door de Japansche grana ten vernield. De romp van de schepen is op vele plaatsen doorboord. Admiraal Skrydlof heeft de kruisers bezocht, om de officieren en manschap pen voor hun moedige houding te be danken. De dekken waren nog geheel met bloed bedekt. Op de Gromowoj zijn de kanonnen onbeschadigd gebleven. De kajuiten van de officieren werden geheel en al vernield. De bevelhebber van het schip, kapitein Dalitsj, bleef op de brug staan en verving zelfs later den matroos die aan het roer stond en die door een bom gedood werd. Op de Rossia waren 17 kanonnen van de 20 vernield. Toen de bevel hebber dit vernam, gaf hij bevel, om alles voor te bereiden teneinde het schip te doen springen, in plaats van het aan den vijand over.te leveren. Aanboord van dit schip had een Japansche gra naat den gereed liggenden schietvoor raad in brand gestoken, tengevolge waarvan er tal van ontploffingen plaats hadden. Luitenant Molat en de onder luitenant Grangiëf waagden hun leven, door al de in de buurt liggende ammu nitie over boord te werpen, voor die ook vlam vatte. Een deel van de be manning verbrandde levend of kwam bij de ontploffing om. Aan boord vandeRjoerik(diezonk)wa- ren 700 matrozen, 85 onderofficieren en 23 officieren; geheel 808 man van wie 600 door de Japanners zijn gered. riep hij op sussenden toon Bedaar, Agge kent gij pater Willibald nietmeer Bedaren was mijn zoon bedaard, toen hij in den bruischeiide vloed spartelde riep de krankzinnige, den monnik met eenen woesten blik aanziende, en toen vervolgde zij op doffen toon //In de kokende golven is geene stiltein den brullenden storm, die door het zuiderwoud raast, is geene stilte! Alleen in het graf is het stilmaar op de heide niet, want daar dansen 's nachts, bij het licht van de volle maan, de witte nachtspoken, en Agga danst met haar den wolfsheuvel rond, tot haar bruidegom komtdan danst zij met hem den bruiloftsdans ron dom het duistere moeras, en de geesten van de heide, en de witte wijven van den wolfsheuvel zullen komen, en met haar rondspringen;* en nn weder eenen waanzinnigen schaterlach aanheffende, greep zij Willibald andermaal bij de borst, en slingerde hem met onbeteugelde kracht op nieuw de hut rond. Met stijgenden angst staarde Willibald van tijd tot tijd naar den kant van den IJssel, of Wouter's terugkomst hem niet weldra zoude verlossen, en dan wierp hij op de krankzinnige weder blikken, die eene hevige verbittering, vermengd met diepe vrees en afschuw, uitdrukten. Aan eene ontvluchting konde hij niet den ken, want telkens als hij daartoe pogingen aanwendde, stelde de krankzinnige zich met meerder beleid dan men- van hare DUITSCHLAND. Bij de groote manoeuvres zullen ook1 de Kroonprins en prins Eitel Fritz door het vuur van 's Keizers kritiek moeten j gaan. Ofschoon de Kroonprins zich dik wijls in het onmiddellijke gevolg van den Keizer zal bevinden, is bepaald,; dat hij toch verschillende opdrachten moet volvoeren en groote afdeelingen zal aanvoeren, waarbij moet blijken, of hij tot majoor kan bevorderd worden. Ook prins Eitel Frits zal moeite moe tan doen, om den kapiteinsrang te ver dienen. Want de Keizer bevordert zijne zoons niet, als zij zich niet z. i. een bevordering waardig hebben getoond. De gemeente Berlijn is dit jaar in de aangename positie, van niet meer naar nieuwe belastingbronnen behoe ven te zoeken. Er is op het vorige dienstjaar een batig slot van 4V4 mil- lioen mk. De begrooting voor 1903— 1904 sloot met een tekort van 1 mil- lioen, dat dus ruimschoots is ingehaald. Alleen de gemeentelijke gasfabrieken en watertorens hebben een winst van 2'/4 millioen mk. opgeleverd. Te Koningsbergen is een grena dier, die daar voor een van de zuide lijke forten op post stond, door land- loopers overvallen en met zijn eigen geweer doodelijk gekwetst. Twee uur later vond men hem met een prop in den mond in een sloot liggen. Wie bij den tegenwoordigen lagen waterstand op den Rijn vaart, ziet over al op de rivier groote zandbanken uit steken, welke den indruk maken van verbijsterde denkkracht konde verwacht hebben, voor de deur, en wees met den langen, bruinen arm den monnik terug. Om zich dus slechts uit de handen van de waanzinnige te bevrijden, trachtte hij hare zinnen van hem af te wenden, en zeide//Wanneer zult gij de bruiloft houden, Agge?* ,z Wanneer herhaalde zij langzaam, ter wijl zij de vlakke hand tegen het rimpelig voorhoofd drukte, en vervolgde toen op treurigen toon //Ik heb reeds zoo lang ge wacht, maar hij is nog niet gekomen, en alle avonden, als de bleeke maan de heide beschijnt, zoek ik mijnen bruidegom maar ik vind hem nergens, en dan wacht ik hem aan het zwarte moeras, tot de schimmen van den nacht naar den wolfs heuvel vluchten, als de daggeest hen verjaagt Willibald bespreurde met genoegen, dat Agge's geest kalmer werd, en op deze wijze het gesprek met haar volhou dende, hoopte hij haar zoo lang te zullen kunnen bezig houden, tot de komst van Wouter hem van haar zoude ontslaan. De vraag, die hij echter nu deed, werd gedaan op eenen toon, waarin de vorige onverschilligheid had plaats gemaakt voor eene soort van angstige spanning. Hij vroeg: //En wie is de bruidegom, naar welken gij reeds zoo lang gewicht hebt?* Eénigeu tijd zweeg de waanzinnige, ter wijl zj den mmnik met straktcen, loJfen blik a mstiardetoen verhelderde eens- onbegroeide eilanden, tusschen welke de schepen en vlotten zich voorzichtig een weg moeten banen. Bij Lorch en in de Rheingau beslaan die zandban ken een groote oppervlakte. Hier en daar ziet men de jeugd uit de buurt op de zandbanken spelen. Uit het zand steken af en toe klippen op, die anders niet te zien zijn en de schippers tot bijzondere voorzichtigheid vermanen. Sedert 1842 moet het peil van den Rijn niet zoo laag zijn geweest. Bij het laatste hoogwater in de vorige eeuw, in 1882, stond de Rijn te Mainz 6 M. hooger dan nu. ITALIË. Men zegt, dat Italië wederom met een algemeene spoorwegwerkstaking wordt bedreigd. In 1902 heeft de bedreiging met hetzelfde wapen althans zoo meenen de spoorwegmannen den Italiaanschen staat genoopt meer dan twintig millioen lire aan economische verbeteringen voor het spoorwegper soneel te besteden en de leiders trach ten thans door eenzelfde dreigement nog eens nieuwe eischen ingewilligd te krijgen, die op een zes en dertig mil lioen zouden komen te staan. Maar het mooiste is de instructie, welke de af gevaardigden van hun lastgevers hebben meegekregen bij hun reis naar Rome: zij hebben enkel te vragen om die 36,000,000 en geen praatjes aan te hoo- ren. Als de regeering niet ja zegt, dan wordt onmiddellijk de algemeene sta king geproclameerd. Dat de regeering aan een dergelijk ultimatum geen gehoor zal geven spreekt wel haast van zelf. Zij is niet van klaps het donker oog, en op eenen wil den toon uitroepende //Gij gij sloeg zij de magere armen om den hals des paters, en woest lachende, drukte zij hem met kracht tegen hare borst. De monnik was vol ontzetting terug gesprongen, en terwij! zijn bleek gelaat en zwart oog angstigen schrik teekenden poogde hij zich aan de greep van Agge te ontrukken, doch toen hij daartoe, en door eene steeds klimmende verbittering bestuurd, Agge eenen krachtigen stoot tegen de borst gaf, sprong de grijze hond onder het uitstooten van een diep gehuil, tegen hem op, en zijne dikke slagtanden ontblootende, scheen hij den monnik aan te kondigen, dat hij gereed was zijne meesteres te beschermen. Willibald stiet eenen krachtigen vloek uit, toen hij dezen nieuwen vijand be speurde, en zich daartegen niet durvende verzetten, vielen zijne armen weerloos neder, en op Agge eenen blik van mach- telooze woede en wrevel werpende, wacht te hij met verbeten toorn het oogenblik af, dat zij zelve hem zoude ontslaan. Agge had haar oog met eene uitdruk king van zachte genegenheid op den mon nik gevestigd, en hield hem zoo eenigen tijd zwijgend omklemd, en toen zij het trouwe dier deszelfs grove voorpooten tegen den pater zag aanzetten, en zij het brommend gehuil hoorde, riep zij op vroolij- ken toon Heisa Wolf, heisa op op en spring mede, dans .en wees vroolijk,

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1904 | | pagina 1