De sneltrein van Hoorn, reed bij jScharwoude op een rijtuig uit Edam. De overweg was niet afgesloten. Het rijtuig werd in stukken gereden, het paard was weinig gedeerd. De inzit tenden, de heer Leek, groentenkoopman uit Edam, zijn vrouw en 3 kinderen, zijn vervoerd naar het gasthuis te Pur- jnerend. De koetsiet, Regter, uit Edam wordt ook daar verpleegd. De toestand der gewonden is vrij bevredigend. Te Giethoorn kon men dezer dagen den 92-jarigen T. üoze als een jonge man met de zeis aan het grasmaaien zien. Ook werd door hem de zeis ge streken, dat het een lust was om te zien. Naar vermeldt wordt, is Blonk, die van den moord te Haarlemmermeer verdacht werd, Zaterdag weder in vrij heid gesteld. Een medewerker van de Opr. Haarl. Crt. is dien middag gegaan naar de woning van Blonk's ouders in de Co- lensostraat te Haarlem, die daar een water- en vuurnering drijven, en doet het volgende verhaal 's Middags tegen twee uur had Blonk het Huis van bewaring verlaten en, toen wij het huis in de Colensostraat j binnentraden, was hij dus nog maar korten tijd thuis. De moeder, die ons opendeed, snikte. Ze was nog geheel onder den indruk van het wederzien van haar zoon, in wiens onschuld zij, evenals de andere huisgenooten, vast gelooft. De vader ontving ons op een juist niet vriendelijke manier. „Die kranten", zei hij, „den eenen keer we ten ze dit te vertellen en den anderen keer dat." Toch had hij er niets op tegen dat wij binnenkwamen om met zjjn zoon een woordje te spreken. Klaas had zich op zijn oud plaatsje aan 't hoekje van de tafel weer neer gezet en was bezig met bijzondere graagte een boterham met kaas naar binnen te werken. Zijn zuster vertelde ons dat hij 't „daar niet te breed had gehad, daar dit z'n derde boterham was en dat hij te voren zich te goed had gedaan aan een flink bord pap. Onder 't eten vertelde Klaas ons dat hy „het verhaal" al zoo vaak aan „de heeren" had gedaan, dat hij niet van plan was om 't nog eens te doen. Dit nam niet weg. dat wij van hem te hoo- ren kregen wat wij wenschten te weten. Hij vertelde nl. dat hij „zoo'ndrieste" niet is, en dat hij daarom, toen hij 's morgens de twee mannen zag komen, direct maar aan den haal was gegaan. 'tWas niet waar, dat hij eerst gepro beerd zou hebben bij Van Zon alarm te maken. Neen, toen hij de twee man nen zag, is hij over 't slootje gespron gen, bij .Van Zon het erf overgegaan, om op die manier vlugger bij Suidgeest te kunnen komen. In zijn verbouwereerdheid was zijn eenige gedachte naar Suidgeest, dien hij kende, te loopen en dezen met het geval in kennis te stellen. (De redac tie der. Opr. Haarl. Crt. kan verklaren, op grond van door haar ter plaatse ingesteld onderzoek, dat de weg naar Suidgeest's woning over 't erf van Van Zon werkelijk veel nader is dan de gewone weg langs het pad van het klaverland naar den weg). Wij zeiden Blonk, dat wij gehoord hadden, dat Bosman bekend stond als een lastige, ruziezoekende oude. 't Kan wel wezen," zei Blonk, „maar de oude Bosman en ik konden met elkaar over weg als twee broers; wij hebben nooit een woord gehad." Als de vlekken op de mouwen van zijn buis bloed zijn, dan, verklaarde Blonk, is dit van de paarden, die open pooten hadden. „Ik ben nog nooit met de rechters in aanraking geweest," zei Blonk ver der, toen hij zag, dat wij aanstalten maakten te vertrekken: „ik hoop niet, dat ik er ooit weer mee in aanraking- kom, „of het moet zijn," voegde hij er aan toe, „dan, als in deze zaak de ware moordenaars gepakt zijn." De onlusten te Slikgat. Voor de Rechtbank te Breda is behandeld de strafzaak tegen 11 burgers van Slikgat, naar aanleiding van de aldaar voorge vallen relletjes, waarvan wij onlangs melding maakten. Aan al de beschuldigden werd ten laste gelegd, dat zij ook na de derde sommatie der marechaussees zich niet van de plaats der beweging verwijder den, maar de handhavers der orde met steenen wierpen. De brigadier Hoekstra, eerste getuige, geeft een verhaal der vechtpartij, waar in hij doet uitkomen, dat de marechaus sees staande tusschen de beide partijen met steenen werden gegooid. Viermaal heeft de marechaussee gesommeerd; hy kreeg den indruk, dat de menschen de sommatie niet begrepen, ze bleven met steenen gooien. De brigadier schoot toen driemaal in de lucht. Daarna werd hij getroffen door steenen en schoot hij op de beenen der Slikgatpartij, waarop hij weer gegooid werd uit de partij Zevenbergen. Toen sommeerde hy driemaal deze partij en schoot daar na in de lucht. Dat hielp niet. Hij richtte op de beenen van Zevenbergen en zag iemand wankelen en neervallen. De marechaussee herkenden niet alle personen, die gebleven zijn na de som matie. De veldwachter herkende ze op één na. De beklaagden beweerden eenparig dat ze de sommatie niet ge hoord hadden; allen stonden ze ver van de herrie af. Het O. M. eischte tegen elk 3 maan den gevangenisstraf. Een slager, D. G., te Redtr, had een 14 dagen geleden het ongeluk in de omstreken van 's Hertogenbosch een portefeuille met f125 aan bankpapier te verliezen. Donderdag ontving hij haar terug van een schippertje uit Well, die meende, dat er bij het terugbren gen geen haast bestond en eerst zijn reis had volbracht. Een flinke beloo ning was het deel van den eenvoudi- gen eerlijken vinder. De visschersschuit T X 38, schip per C. Kuiter is Vrijdagmiddag door een stormvlaag in het Kaap- en Molen gat omgeslagen. De drie opvarenden zijn verdronken. De schipper laat een weduwe met twee jeugdige kinderen zoo goed als onverzorgd achter. Het lijk van den knecht werd in 't zeegat opgevischt en te Tessel gebracht. Naar beweerd wordt zou het lijk van den schipper achter den Hoorn aan 't strand zijn gevonden. De verongelukten waren C. P. Kui ter, schipper, R. Ruiter, knecht, en J. Brouwer, een 14-jarige knaap, zg. derde man, allen van Tessel. Tegen den avond is de schuit vol water en mas- teloos in de haven gebracht door schip pers, geholpen door tal van visschers. De verslagenheid onder de visschers- bewoning is groot. De Winkelier schrijft Eenige dagen vóór de opening van het Warenhuis Cohn-Conay te Rotter dam had een mijner vrienden, een groot handelaar te Rotterdam geboren en ge vestigd, een onderhoud met den Ge- schaftsführer waaruit ik het volgende zonder commentaar onder de oogen der lezers van De Winkelier breng. „Maar, waarde heer, gij hebt onze oude gevangenis gekocht voor een groote som, gij laat daarop een kostbaar gebouw optrekken denkt gij te Rotter dam zaken te maken? De winkeliers hier gevestigd concurreeren sterk, en zooals mij van nabij bekend is, verdie nen over het algemeen nauwelijks hun brood." „Ik ben overtuigd, Geschafte te ma ken Het Warenhuis Tietz verkoopt te Antwerpen, een stad kleiner dan Rotter dam, ruim drie millioen francs. Zeg gen wij dus l'/2 millioen moeten wij in Rotterdam omzetten, daar R. rijke omstreken heeft, zullen wij meer om zetten. „Gij vergist u, de Rotterdammers zijn conservatief en zullen hun langjarige leveranciers niet voorbijgaan." „Das kennen wir. Het Warenhaus slaagt overal. Zie eens in Duitschland, groote en kleine steden hebben ze." „Maar denk eens aan uw reusachtige huur en bedrijfonkosten." „Onzin, wij hebben minder onkosten dan welke winkelier ook." Mijn vriend, verbaasd, vroeg om uit legging. „Stel eens, dat wij te Rotterdam slechts éen millioen omzetten, ook dan zullen wij reusachtig slagen. Zie eens hoeveel schat gij den gemiddelden om zet van een winkelier op de Hoogstraat te R." „Twintig duizend gulden." „En hoeveel de gemiddelde huur?" „Twee duizend gulden." „Welnubij omzet van éen millioen (een bagatel voor ons) dat is de omzet van 50 winkeliers, hebben wij toch geen 50 x 2000 huur of kapitaalrente „Dat moet ik toegeven." „En zoo gaat het met alles personeel, licht, belasting, alles hebben naar pro portie veel minder dan de kleine win kelier en wij koopen goedkooper." „En hoe lokt gij het pulbliek?" Dat domme pubh'ek Bij een om zet van slechts éen millioen verkoopen wij 100.000 gulden met 10 pCt. verlies 100.000 gulden inkoopprijs, dat wil zeg gen voor onzen inkoopprijs, dat is 8 of 10 pCt. goedkooper dan de kleine win kelier en 800.000 met 30 pCt. winst dus rekenf 100.000 met 10 pCt. ver lies f 10.000 f 100.000 tegen inkoopprijs; f 800.000 met 30 pCt. winst f 240.000 blijtt bruto winst f230.000. Dit is de rekening van ons, van Tietz Wertheim, Louvre^ Bon Marché en alle Waarenhauser ter wereld." Mijn vriend bedankte voor de les en moest bekennen dat de Geschaftsfilher gelijk had mits het millioen omgezet wordt. Een beproefde familie. Een jonge mijnwerker van Parciennes raakte Vrij dagmorgen met het hoofd tusschen de stootbalken van twee wagens en bleef op slag dood. De zuster van dezen jongen, een meisje van 16 jaar, raakte daags te voren een stuk van den voet kwijt, door een slag met de zeis, op een hoeve, waar zij werkzaam was. De vader is sedert 3 jaar ziek en ligt nu sinds twee dagen op sterven. De moeder is verlamd, ten gevolge van aanvallen van beroerte. Een der zonen is> vóór eenige dagen teruggekeerd uit een gasthuis van Leu ven, waar hem twee ribben uit het lichaam werden genomen. De onkosten dier operatie werden gedragen door de buren. Nu zijn er nog vijf kinderen thuis, waarvan het oudste 11 jaar telt. De oudste zoon is soldaat en in het kamp van Aarlen. Men weet, zoo meldt het Handbl. van Antwerpen, dat zekere smokkelaars voor stelsel hebben, op de achterste wagons van koopwarentreinen balen tabak te werpen, die zij over de gren zen willen smokkelen. Dan klouteren zij zelf op de wagons en rijden mee tot de trein de grens over is. Daar werpen zij de smokkelwaar in het veld en springen er vervolgens zelf af, op gevaar af den hals te breken. Op die manier heeft nabij de Belgische gemeente Aulnois een smokkelaar den dood gevonden. Hij had namelijk zijn sprong slecht berekend. Op de trede staande, wilde hij springen, juist op het oogen blik dat de trein onder een brug doorreed; hij botste tegen den zijmuur van de brug en rolde onder de wielen, die hem vermorzelden. Een Commissaris inbreker. Te Boom werd Vrijdagnacht, tusschen 1 en 2 uur, heel de Kerkstraat in rep en roer gebracht door het hulpgeroep van een weduwe en hare 19-jarige dochter, die huilden en schreeuwden„Dieven Dieven Er zijn dieven in huis De naaste buren snelden eerst ter hulp, doch beide vrouwen hadden zich geheel in nachtgewaad, een hemd voor alle kleedsel, uit het venster der ver dieping, van omtrent 4 meters hoogte op de straat laten glijden, gelukkig zonder zich erg te bezeeren. Intusschen was weldra heel de buurt op de been, en het huis werd langs voor en langs achter bewaakt. Eene ruit was aan den achterkant gebroken, en men vond er aan de achterdeur een pakje, een reisgids en een wandelstok. De politie kwam er bij en menging het huis door. Na alles afgezocht te hebben, vond men eindelijk den indrin ger, verborgen onder den winkeltoog. Hij werd onmiddellijk vastgegrepen en er op weinig vriendelijke wijze onder uit gesleurd. Doch wie zal de verbazing beschrij ven der zoekenden toen zij in den ver borgen persoon den politie-commissaris te Boom herkenden. Deze persoon was buiten dienst, daar hij bij besluit van burgemeester en gouverneur in zijn ambt is geschorst van 17 Juli tot 17 Augustus. Hij onder ging reeds een eerste schorsing van 1 tot 14 Januari van dit jaar. Er was natuurlijk voor het huis eene menigte volk samengepakt;geenmensch was te bed gebleven, en nadat de bri gadier-veldwachter bevel had gegeven den commissaris naar huis te laten gaan, werd dezen in de straat door heel de buurt een ongelooflijke serenade gebracht en de lieftalligste woorden werden den nachtelijken bezoeker naar het hoofd geslingerd. De politie heeft de zaak in onderzoek maar de commissaris kon niet gehoord worden, daar hij den volgenden ochtend uit Boom verdwenen is. In de rue St. Honoré te Parijs speelde zich Donderdagnacht een vermakelijke klucht af. De portier van een der hui zen was juist naar bed gegaan toen de electrische schel overging. De portier stapte zijn bed uit en keek naar buiten. Niets te zien. Nauwelyks lag hij weer op éen oor, of de schel luide opnieuw, zonder ophouden. Woedend ging de portier, nu gevolgd door zijn corpulen te wederhelft, naar buiten. Daar zag men een der huurders staan, die met twee vrienden in gesprek was en telkens de hand op de mechanische bel legde. De ongelukkige kreeg heef wat scheld woorden en bedreigingen van 't echt paar naar 't hoofd. De vrienden trok ken af en de huurder schoof de deur binnen, sloeg die dicht en liet de beide in négligé gekleede huisgoden buiten. Men besloot de hulp der politie te halen. De een ging rechts, de ander links. Toen de portier weldra een paar flaneerende agenten zag, werd hij zoo woedend, dat hij hen met verwijten overstelpte. Dit optreden, gevoegd bij het zonderlinge costuum, deed de agen ten vermoeden met een krankzinnige te doen te hebben, en besluiten hem mee naar het bureau, te nemen. De vrouw wedervoer een gelijk lot, doch zij, spoediger bedaard, kon op het bu reau een geregeld verhaal doen en keorde derhalve weldra met eenige agenten naar haar woning terug. Nieuwe ontsteltenis toen haar echt vriend er niet was. Naar lang geschar rel werd ook zijn lot bekend en hij zeif uit de cel, waarin hij middelerwijl alles kort en klein geslagen had, bevrijd. Toen gezamenlijk naar de woning, waar een politie-smid onder politie-oog het slot torceerde. (hineesch bijgeloof. De Chineezen zijn overtuigd, dat de slangen de geesten van omgekomen schipbreukelingen op slokken en die geesten vervolgens aan land brengen, waar zij dan rust vinden. Verscheidene manden met slangen zijn dan ook dezer dagen door een kleine stoomboot aangebracht op de plek, waar onlangs de Hoeang-tai met man en muis verging, en daar in zee leegge schud.

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1904 | | pagina 3