No. 70.
Zaterdag 5 December 1003.
19e Jaai'i»
-
Nieuw»- en Advertentieblad
J voor Zeeuwsch-Vlaanderen,
F. DIELEMAA,
Rechtszaken.
'S
AXELSCHE
COLHAIMT.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor B e i, b 1 70 cent. Afzonderl. nuram. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlpb
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Arrondissements-Reclitbank te Middelburg.
HET GEBEURDE TE WALSOOR DEV.
Voor bovengenoemde rechtbank werd
Dinsdag behandeld de zaak tegen P. W.
oud 24 jaar, P. S. oud 40 jaar en Tb. S.
oud 38 jaar, allen visschers, geboren en
wonende te Boucboute (België), thans in
hechtenis in hel huis v.fl bewaring te
Middelburg.
Aan hun werd te laste gelegd dat zij
in den avond van den lOen October, om
streeks half elf, te Walsoorden, in en
bjj de herberg van J. F. Andriessen, met
vereenigde krachten, met andere onbe
kend gebleven personen, door geweld op
zettelijk den brigadier der koninklijke
matéchaussees J. Geleijnse en den mare
chaussee A. van der Linde gedwongen
hebben na te laten het constateeren van
overtreding der gemeenteverordening op
bet sluiten der heibergen door de in die
herbeig aanwezige bezoekers.
Zij deden dit in de herberg, toen boven
genoemde brigadier zich gereed maakte
de namen der bezoekers in zijn opschrijf
boekje op te teekenen, na gezegd te heb
ben, dat bi) hen moest bekeuren eu dat
niemand weg mocht voor dat hij de namen
dei bezoekers bad opgeteekend en nadat
bovengenoemde marechaussee zich voor
de deur had geplaatst.
De le beklaagde heett toen meerge-
noemden brigadier een stomp tegen de
borst en een vuistslag in bet aangezicht
gegeven de 2e beklaagde bracht meerge
noemden marechaussee een of meer du
wen toe, waarna alle bezoekers de hei
berg uitgedrongen zijn en de 3e beklaag
de heeft, buiten de herberg, meergenoem-
den brigadier, die inmiddels op den grond
was geworpen en door eenige persoueb
vastgehouden werd, getrapt en geslagen
en diens revolver met geweld uit de hand
gerukt, waardoor alle bezoekers ontvlucht
zijn.
De drie beklaagden hebben althans met
veieenigde krachten, met andere onbekend
gebleven personen, zich door bet plegen
van voormelde handelingen met gowejl
verzet tegen genoemden brigadier en ge-
noemden maiéchaussee, die. in dienfet
zijnde, genoemde herberg waren binnen
getreden, daar het sluitingsuur der her
bergen reeds overschreden was, en zich
daarin nog verscheidene bozoekeis bevon
den, teneinde tegen den herbergier en de
bezoekers procesverbaal op te maken ter
zake van overtreding der gemeenteveror
dening op het sluiten der herbergen.
Als verdediger van den tweeden be
klaagde trad op dhr. mr. M. Jacq de
Witt Hamer, advocaat te Middelburg, ter-
wijl aan de twee andere beklaagden ambts
halve als verdediger was toegevoegd dhr.
mr. J. F. van Deinse, advocaat te Mid
delburg.
Van wege bet openbaar ministerie wa
ren in deze zaak drie getuigen gedagvaard.
De zitting werd door een vrij talrijk
publiek bijgewoond.
Na voorlezing van bet bevel van ver-
i wjjzing en van het amotseedig proces-
L verbaal van den brigadier der marechaus-
Alvorens werd door den verdediger van
den tweeden beklaagde medegedeeld, dat
door hem twee getuigen a décharge waren
voorgeroepen.
De eerste getuige J. Geleiinse, briga
dier der koninklijke marechaussee, ver
klaarde bp den inhoud van zijn proces-
vei baal te blijven.
Daarin werd geconstateerd, dat de ge
tuige in den bewustec avond le kwart
over tien gekomen was bij de herberg
van Andriesse, om de daar aanwezigen te
verbaliseeren, wgl de veroidening der
gemeente Hontenisse als sluitingsuur 10
uur aangeeft.
Toén getuige in do herberg was en
aanstalten maakte om de namen der aan-
aanwezigen, een 12tal personen, in zijn
zakboekje op te schrijven, werd hij gemo
lesteerd door een paar der beklaagden,
die vervolgens afgingen op den marechaus
see Van der Linde, aan de deur gepos
teerd, en dezen een duw gaven.
Daarna hebben de bezoekers zicb naar
buiten begeven, waar getuige door ver
schillende personen geschopt en geslagen
werd en aan de hand, waarin hij zijn
sabel bad, verwond en ook aan bet hoofd
zoodat het bloed bem langs het gelaat
liep.
Hij kon niet zien, wie hem mishandel
den. want zijn mantel was hem over bet
boofd geworpen. Hij heeft eindelijk om
zich te verweren, zijn revolver getrokken
en een paar schoten gelost.
Daardoor vri] gekomen, is hij met Van
der Liode en den burgemeester gegaan
naar de haven, waar di personen, die
in de herberg waren geweest, met hun
visscbersschuitjes lagen.
Eenige dier personen, die door den ge
tuige waren hei kend, werden door hem
in airest genomen en in bewaring gesteld.
Door hem zijn later op den weg tus-
schen de herberg en de haven een paar
klommen gevonden en een pet, terwijl
door hem met Van der Linde in een der
vaartuigen ook is gevonden de sabel van
den getuige, die bem was ontrukt
Nadat bij de schoteu hao gelost, is aan
getuige zijn revolver ontnomen.
Toen getuige naar de herberg ging,
was zijn revolver met vijl patronen ge
ladentoen deze teruggevonden werd,
zaten er nog twee patronen op.
De eerste beklaagde erkende dat hg in
de herberg aan g6tuige een stomp en
een slag heeft gegeven. Buiten de her
berg heett hij niets gedaan.
De tweede beklaagde ontkende dat hij
aan den marechaussee Van der Linde
een duw zou gegeven hebben, wat door
den getuige was verklaard. Hg is wel
naar de deur gegaan om de herberg te
vei laten.
De getuige hield pertinent vol dat deze
beklaagde den marechaussee een duw
had gegeven.
De derde beklaagde erkende buiten de
herberg van getuige de revolver te heb
ben afgenomen.
De heer mr. Van Deinse vroeg aan ge
tuige ot hij, de heiberg binnenkomende,
gezien beeft, hoe laat de klok daar aan
wees. Deze antwoordde ontkennend.
der Linde in de herberg zijn sabel heeft
getrokken en naar beklaagde W. beeft
geslagen. De getuige verklaarde dat niet
gezien te hebben.
De tweede getuige, de marechaussee
A. van der Linde, verklaarde in denzelf
den geest als de brigadier.
Hij verzekerde verder, dat door een
der bezoekers, toen de marechaussees
binnen kwamen, gezegd was dat de klok
stilstond en zij niet wisten, hoe laat bet
was.
Deze getuige heeft gehoord, dat de 2e
tweede beklaagde, toeD de marechaussees
binnenkwamen, opstond en zeide »wij
gaan weg.c
De brigadier zeide toen, dat er niemand
weg mocht gaan, waarop de tweede be
klaagde Van der Linde, die voor de deur
was geposteerd, op zijde duwde. Het
gelukte beklaagde echter niet de deur
open te krijgen of buiten te komen.
Deze getuige heeft vei dei gezien dat
de eerste beklaagde den brigadier eeo
stomp en een klap gaf.
Eindelijk hebben verschillende personen
getuige achteruit geduwd en zijn zij, na
de deur geopend te hebben, naar buiten
gevlucht.
Getuige en de brigadier zijn de perso-
Den gevolgd. Buiten is de brigadier door
een paar personen aangevallen en op den
grond geworpen.
Getuige zelf werd ook vastgegrepen
en mishandeld. Wie dat deden, kon bij
niet met zekerheid verklaren.
Tijdens hij op den grond lag, heeft hij
hooren schieten en later heeft bii gezien
dat een persoon tegen den grond lag.
Toen de schoten gevallen waren, hoorr
de getuige den brigadier roepen »Van
der Linde schiet er op H(j is echter
toen losgelaten.
Hij heeft verder gezien dat de beklaag
de W. met de sabel van den brigadier
is weggeloopen.
Getuige is eenigzins aan het hoofd ver
wond eu beeft gezien dat ook de briga
dier verwondingen had bekomen.
De beklaagde W. erkende, terwijl hij
op den brigadier lag, de stbel van hem
te hebben aigeaomen, maar niet om die
te behouden.
Hij gaf ook toe in de herberg den briga
dier een stomp en een klap gegeven te
hebben.
Getuige verklaaide nog dat W. in de
heiberg zou gezegd hebben Hier wordt
niet geverbaliseerd.* Deze ontkende dat.
De tweede beklaagde ontkende den ge
tuige een duw gegeven te hebben.
De marechaussee hield ecbter aan zijn
verklaring vast.
De heer mr. De Witt Hamer vroeg hoe
getuige thaus tot de zekerheid gekomen
is dat P. S. hem 't eerst geduwd heeftin
het eerste proces-verbaal, dd. 11 October,
heeft bij gerelateerd dat bg niet met
zekerheid kon zeggen wie hem be( eerot
een duw had gegeven.
Deze verzekerde toen verklaard te heb
ben dat hg zijn aanvallers buiten met
heeft herkend, maar wel de inan die hem
binnen in de herberg op zjjde duwde.
Verder vroeg de verdediger van den
tweeden bekl. den getuige nog eenige
Getuige gaf die.
Daarop werd den brigadier nogmaals
gevraagd of hg tot Van der Linde beeft
geroepen om te schieten. Deze gaf dal
toe en zeide dat geroepen te hebben na
dat hem zijn revolver was ontrukt.
De derde getuige C. Heije, vrouw van
J. F. Andriessen, herbergierster te Wals
oorden, verklaarde dat in den avond van
JO October baar herberg te 10 uur moest
gestoten zgn.
Zij beeft op dat uur ecbter niet geslo
ten, omdat er nog menscben waren.
Omstreeks kwart over tienen zgn de
brigadier en de marechaussee bare her
berg binnengekomen. De klok stond wel
stil, maar baar man bad een horloge op
zak.
Er waren nog al veel bezoekers in de
herberg, maar getuige weet niet of de
beklaagden daar onder behoorden.
De brigadier beeft baar gevraagd of zij
vergunning bad om later dan tien uren
open te blgven, waarop zij ontkenneod
antwoordde.
Toen de brigadier daarop de namen
der bezoekers wilde opschrijven, zijn dezeD
gaan loopeo.
Van wat er verder in da herberg ge
beurd is beeft getuige niets gezien. Ook
wat er buiten geschied is. is haar onbekend.
Later beeft zij haar deur opengemaakt
eu is door deu brigadier en de marechaus
see een persoon binnengedragen.
De eerste getuige ter ontlasting, H. v.
d. Verre, visscber te Boucbaute^ verklaarde
op een vraag van den beer mr. De Witt
Hamer den lOen October in de bewuste
herberg geweest te zijn en de laatste be
zoeker te zgn geweest.
Hg heeft niet gehoord dat de brigadier
beeft gezegd dat niemaud de zaal mocht
vei laten.
De tweede getuige a decharge J. Roete,
visscber te Philippine, deelde ongeveer
betzelfde mede. Hjj was ook een der
laatsten die weg gingen en nam zgn weg
achter door.
Hij heeft gehoord dat W. en Ph. S.
hebben gezegd »wij gaan naar bond.*
W. heeft later den brigadier gestompt,
waarop Van der Linde met zijn sabel op
W. heeft geslagen. Hij beeft niet gezien
dat Ph. S. Van der Linde beeft op zijde
geduwd.
Thans werden de beklaagden verboord.
De eerste P. W., ontkende nu dat bij
den brigadiei heeft booren zeggen dat,
hij de herbergbezoekers bekeuren moest,
wat bij vroeger wel bad eikend.
Hij gal toe den brigadier in de bei,borg
een duw en een slag gegeven te hebben
en een slag met de sabel ontvangen te
hebben van den marechaussee Van der
Linde.
Buiten g6komen beeft bg niet, zooals
hg ook vioeger bad bekend, den brigadier
vastgegrepen. Hg heeft wel gezien dat
deze door anderen werd aangevat. Hij
is toen tusscben beiden gekomen om zijn
schipper uit bet gedrang te balen.
Vroeger beeft, volgens de stukken, deze
beklaagde voor den recbtor-commissaris
vei klaard dat bij den brigadier heeft vast
gegrepen en met anderen op den grond
leworpea. Dit nam bij nu terug Hg