Dokter J. v. d. CALSEIJDE, Rechtszaken. omdat hij Indië krijgt, maar omdat hij oorlog verlaat. Men had hem niet mogen opofferen aan het vooroordeel, dat hem aansprakelijk stelt voor de fouten en tekort komingen in bet legerbestuur. En nu hij eigenlijk in zijn departement thuis raakt, verplaatst men hem en brengt er een ander, die van meet af aan moet In de Times wordt nu beweerd, dat de aanleggers van den spoorweg naar de Zambesi alles zullen doen om de schoon heid van den Yictoria-waterval, die over weldigend moet wezen, niet te bederven. Toch komt de spoorwegbrug er zoo dicht bij te liggen, dat men uit den trein een goeden kijk op den waterval heeft. ITALIË. Tegenover de roededeeling, dat de Tsaar den 26sten dezer te Rome zou komen, wordt thans officieel verklaard, dat de dag van aankomst nog onbepaald is. De Tsaar komt evenwel tusschen den 24sten en den 30sten en blijft twee dagen. Bij het bezoek aan den Paus zal de Russische gezant tolken, daar Pius X maar weinig Fransch verstaat en de Tsaar geen Itali- aansch. De socialistische partij heelt ten slotte finaal afgezien van vijandige betoogingen bij bet Tsarenbezoek zij zal zich bepajen tot de openbaarmaking van een verklaring behelzende een protest tegen dit bezoek. De Paus heeft nu zelf de verhalen van de Tribuna over een breken met de fictie van de Vaticaanscbe gevangenschap ge logenstraft. Dezer dagen kreeg de Heilige Vader bezoek van dokter Calza uit Venetië, die met zijn zoon, welke een betrekking aan het ministerie 7an onderwijs bekleedt, de belangen van het door hem beheerde hos pitaal en andere plaatselijke Venetiaanscbe aangelegenheden kwam bepleiten. In den loop van het gesprek bracht de dokter in eens het teere punt ter sprake „Mogen we hopen dat wij Uwe Heiligheid den een ol anderen dag Dog eens t« Venetië zullen zien?* De Paus glim lachte en zei: >Neen, dat is heelemaal onmogelijk.* Een formeel non possumus derbalvo van den Paus zelf na de reeds aanstonds door de Voce della Veritè, gegeven ont kenning der geruchten. AXEL, 9 October 1903. Gisteren werd door het bestuur van den polder Beoostenblij benoorden in het >Gulden Vlies* alhier aanbesteed het maken van keibestrating met het onder houd gedurende zes maanden. Voor het le perceel, een gedeelte van den Armendijk. lang 230 M., werd inge schreven door de navolgende heeren A. Tholens, te Ter Neuzen voor 1570, J. Rottier te St. Jansteen en A. de Waal te Sas van Gent, ieder voor 1560 K. de Vos te Ter Neuzen 1540 H. Klaassen te Zaamslag 1398 en J. Jansen te Ter Neuzen 1387 Voor het 2e perceel, een gedeelte van den Ouden Zeedijk, lang 742 M., werd ingeschreven door dezelfde heeren, nl K. de Vos voor ƒ4999, A. de Waal voor voor ƒ4990, A. Tholens voor ƒ4780, J. Rottier voor 4672, H. Klaassen voor 4595 en J. Jansen voor 4587. »Tegenwoordigvroeg haar Frits »zijn de uitgaven dan niet dezelfde meer? »Och, wat weet jij daarvan voegde zij hem wederkeerig schertsend toe. »als ik je eens ging vertellen wat alles lege woordig kostkleeding, aardappelen „Hou maar op, moeder riep Flits lachend, »op dit punt kunt ge ons alles wijs maken wat ge verkiest. Nooit kun nen de mannen over loon en behoeften spreken, of gij vrouwen maalt, ons met aardappels en weet ik wat aan 't ooi Maar in ernst, is het wezenlijk noodz kelijk, dat je man meerder loon moet vragen >Ja, bepaald noodzakelijk*, verze kerde zij. Wordt vervolgd. Beide perceelen zijn gegund aan den laagsten inschrijver, den heer J. Jansen te Ter Neuzen. De wielrijdersclub Rust Roest alhier is Woensdagavond ontbonden. - Door de liberale kiesvereeniging Algemeen Belang alhier is in de Woens dagavond gehouden vergadering tot can- didaat gesteld voor de vacature in de Provinciale Staten ontstaan door het over lijden van den heer Van Waesberghe-.Tans- sens, de heer F. C. van Deinse te Ter Neuzen. Naar we vernemen is door de cen trale antirevolutionnaire kiesvereeniging n de vacature ontstaan door het overlij den van den Heer L. van Waesberghe- Janssens tot candidaat gesteld de heer P. Dregmans, notaris alhier. Met ingang van 10 Oct. is in Zeeland verplaatst de kommies 4e klasse bij 'sRijks belastingen H. Post van Zuiddorpe naar Leiden (tijdelijk) en zijn benoemd tot kommies 4e klasse A. de Block, wien Zuiddorpe, J. Quist, Tholen, wien Sas van Gent. G. Verhoek, Oosterland, wien IJzendijke en P. A. Hubregtse, Burgh, wien Aardenburg als tijdelijke standplaats is aangewezen. Te Sas van Gent heeft Zondagavond laat op het bovenhuis van een herberg een woordenwisseling plaats gehad, wat daar meer voorviel, zoodat men daarop geen acht sloeg. Maandag verspreidde zich het gerucht dat de 23-jarige zoon van den herbergier twee messteken in de zijde had bekomen. De geroepen ge neesheer achtte beide wonden levens gevaarlijk. De politie stelt een onderzoek in maar de dader of daders zijn onbe kend. Men vermoedt dat een familie drama heeft plaats gehad. M. Ct. Uitsluitelijk raadplegingen voor ■KtL-w-» Keel-, Neus- en Oorziekten den Maandag en Donderdag van 8 tot 11 uren, voormiddags te Sint Nicolaas (Waas) no. 43 Staliestiaat no. 43. Op andere werkdagen en Zondagen raadplegingen te Lokeren (Waas) no. 34 Roomstraat no. 34. van 8 tot 10 uren voormiddag en van 1 tot 3 uren namiddag Specialist voor Keel-, Neus- en Oorziekten. PREDIKBEURTEN TE AXEL Ned. lUrv. Kerk. Xondag 11 October 1903. Voorm. 9 ure Ds. J. B. T. Hugenholtz Nam. 2 ure Ds. J. B. T. Hugenholtz Voorbereiding v. h. H. Avondmaal. Gereformeerde Kerken. Kerk A. Ds. N. P. Littooij, üs. N. P. Liitooij. Kerk B. Ds. R. van de Kamp. Ds. R. van de Kamp. voorm. 9 ure Nam. 2 ure Voorm. 9 Nam. 2 o Arroudisseinents-Rechtbank te Middelburg Zitting van 9 October 1903. A. C. V., 23 jaar oud, landbouwers knecht te Ossenisse gedetineerd te Mid delburg, is wegens mishandeling, zwaar lichamelijk letsel tengevolge hebbende, veroordeeld tot één jaar en zes maanden gevangenisstraf met inminderingbrenging der doorgebrachte hechtenis C. D. 18 jaar oud, schippersknecht te Ter Neuzen, is wegens diefstal veroor deeld tot 50 cent boete of 1 dag hech tems Gerechtshof te 'sGraveuhage, Mej. mr. E. C. Van Dorp, die gisteren (Don derdag j voor het eerst in de rechtszaal te's-G ra venhage als pleiter optrad, heeft zich niet te beklagen gehad over gebrek aan belangstelling. De geheele zaal was Donderdagochtend bezet, meerendeels door dames, terwijl ook verschillende leden van de balie, o w. de president van het Gerechtshof, aanwezig waren. Verder werd op gemerkt Staatsraad mr. Rochussen en vele andere bekende personen. Mej. VaD Dorp was toegevoegd verdediger in de zaak van den 18-jarigen A. 0. W., schilders knecht uit Zaamslag. Bek), was door de Middel- burgsche Rechtbank veroordeeld tot 1 jaar gevan renisstraf, wegens diefstal van f 405 aan bank biljetten, uit een gesloten chiffonnière, toebehoo- rende aan den baas bij wien hij werkle. Bekl. had aanvankelijk bekend; hij had de bankbiljetten uit vrees voor ontdekking verbrand. Later was hij op zijn bekentenis teruggekomen en beweerde onschuldig te zijn. De waarnemend president, mr. Karsten, wees bekl. op de onwaarschijnlijkheid van zijn herroe ping der door hem afgelegde bekentenis. Op verschillende vragen antwoordde bekl. dat hij aan de vrouw van zijn baas niet gezegd heeft als 'k nu eens zei dat de bankbiljetten verbrand waren en ze werden later teruggevonden, wat zou men dan zeggen Voorts: dat de baas en de vrouw en zijn broer hem gedwongen hadden om te bekennen. De raadsheer-rapporteur, mr. Hulshoff wees bekl er op dat hij vijfmaal heeft bekend en vijf maal ontkend; dat hij gezegd heeft den diefstal te bekennen om den dienst te verlaten dat hij beweerd heeft het zoo goed te hebben gehad in dienst en dat het hem speet, weg te moeten gaan uit den dienst alles zeer vreemde omstandig heden die bekl. in gebreke is gebleven om op te helderen. Bekl. heeft den officiei van justitie geschreven dat hij met eeu berouwvol hart nu de waarheid zou zeggen en later kwam hij hierop terug. Bekl. zegt, den brief te hebben geschreven op aanraden van den gevangenbewaarder. Mr. Hulshoff zei dit zeer vreemd te vinden. Adv.-gen. mr. Reitsma wees bekl. er op, dat er geen reden was om te bekennen waar zijn baas en zijn vrouw tegen hem zeiden we zullen wel zorgen dat je de gevangenis iDgaat. Dat zou juist een reden zijn om te ontkennen. Zou net nu heusch niet heter zijn als bekl. nn eindelijk maar de waarheid zeide r Bekl. ik zeg de waarheid. Voorts gaf bekl. op, dat hij door de bedoelde personen op zolder was gesloten. De baas, de vrouw en de broer waren op de zoldertrap blijven zitten. Mr. Reit«ma was van oordeel dat die zg. op sluiting meer het doel had om bekl. tot inkeer en nadenken te brengen. De president maakte bekl. er op opmerkzaam dat hij erkend heeft, vroeger kleinigheden van zijn haas te hebben ontvreemd. Gevraagd, wie bij als dader van den diefstal beschouwt, zeide bekl. dat deze kan zijn gepleegd door een zekere weduwe Pienhroek, schoonzuster van zijn vroegeren baas, die veel aan huis kwam. De president vroeg mejuffrouw de advocaat, wenscht u ook een vraag te doen? De verde digster dankte 12 getuigen werden gehoord, waarvan dne a décharge. Naar hun verklaringen stond mr. Van Dorp aandachtig te luisteren. Allereerst werd gehoord de bestolene. Kort vóór den diefstal wist hij zeker dat in de porte- tefeuille moesten zitten 2 bankbiljetten van f 100, 3 van f 40, 1 van f60. Of er ook een van f25 inzat, wist hij niet zeker.- Den Zondag van den diefstal hebben de sleutels der chiffonnière ge slingerd. Toen hij bekl. over den diefstal heeft aangesproken, stonden zijn oogen verglaasd. Maar bekl. zeide, ondanks dat hij met politie bedreigd werd: „ik 'eb niets 'edaan". Den volgenden dag is bekl. den heelen dag it> de keuken blijven zitten Maar bekl. bekende ook toen niet. Maar toen get. hem de duimschroeven wat meer aanlegde, trok bekl. weer een heel ander gezicht. Get. verhaalde toen ook dat bekl. bij de voorloopige informaties voor den burgemeester en den wacht meester heeft hekend. Ook heeft bekl. in het bijzijn van getuige na het verhoor voor den bur gemeester gezegd dat hij niets anders dan dat bedrag en eemge kleinigheden gestolen heeft. Op de wed. Pienbroek heeft get. geen verden king, maar de brigadier van Terneuzen heeft ver denking op haar gevestigd, omdat zij vroeger daar „iets gehad heeft". Bekl. hecht daar niets aan. „In de kast van weduwe Pienbroek is veel geld gevonden, wel f1000", merkt de president op. Get.„Ja, 't was ook beter dat de menschen hun geld op interest zetten (Hilariteit.) De president maakt bekl. er op opmerkzaam dat uit niets van de verklaring van dezen get iets van dwang is gebleken, op get. uitgeoefend. Het is vreemd, dat bekl., die anders geregeld 's Zondags naar de R.-K. kerk te Axel ging, dien ochtend daarheen niet is gegaan, omdat hij naar hij beweevt 's middags naar zijn tante wilde Bekl. ontkent zulk een akelig gezicht te hebben getoond tegen zijn baas, toen deze hem van den diefstal verdacht. Gevraagd door raadsheer mr. Van Manen, wat get. van bekl. denkt, antwoordt get. hem te houden voor een grooten leugenaaroverigens is het een gewoon, normaal mensch. Bekl. heeft zegt get. in antwoord op een vraag van raadsheer jhr. mr. Van Doorn aan get. niet in bijzonderheden bekend wat en hoe hij gestolen heefthij heeft slechts erkend„ik heb het genomen", zonder aan te duiden of hij met „het" bankbiljetten bedoelde dan wel geld. dat eveneens in de chiffonnière aanwezig was. Op een vraag van raadsheer mr. Sannes, verklaart get. dat bekl. niet dronk. Adv.-gen. mr. Reitsma wees er op dat bekl. na gezegd te hebben „ik heb het genomen", gezegd heeft„maar ik heb het verbrand", blijkbaar du- doelende op bankpapier, niet op geld. Hierop kreeg mej. mr. Van Dorp de gelegenheit om get. vragen te stellen. Met een aangename stem vroeg de verdedigster was de bewuste kast er een waarvan de bovenste deur openging, een z. g secretaire (ja.) Waren daarboven laden? (neen.) Was (le kast die de weduwe Pienbroek had gelijk aan die secretaire (ja.) Had zij een sleutel, die op die kast paste (get kan daar niets van zeggen.) Maakte zij mis bruik van sterken drank (haar man was een eerste dronkaard, antwoordde getmaar zij is het laatste jaar geheel van den drank af.) Nog een aantal vragen werden door de verde digster gesteld, welke echter weinig opleverden. De tweede get., echtgenoot van den eersten, is 's Zondags niet tegelijk met den eersten get. naar de kerk geweest. Toen zij terugkwam vond zij den sleutel der chiffonnière slingeren Zij heeft z» dadelijk opgeborgen. De kast was dicht. Get. is er zeker van dat de sleutels de week te voren nooit geslingerd hebben. Toen ze eenigen tijd later uit de portefeuille het bankpapier wilde halen, bleek het verdwenen De verklaring van deze get. bevestigt die van den eersten. Toen zij binnenkwam werd bekl. „zoo wit als krijt Op een vraag van den president betreffende een nadere bijzonderheid, zegt get. vrij vinnig„ik hêt niet alles op'esreven Get. bevestigt dat bekl. gezegd heeftals 'k nu zeg dat 'k 't verbrand heb en 't komt later terecht, wat dan Het blijkt dat bekl. een kameraad had, een zekeren B., die van den diefstal meer scheen te weten. Althans bekl. heeft gezegd: „als B. ondervraagd wordt, dan zijn we d'r allebei zeker bij". Vóór de ontdekking, doch na den diefstal, is bekl. zeer moedeloos geweest en heeft te kennen gegeven dat B. in de gevangenis thnis behoorde. Bekl. ontkent te weten, al datgene verteld te hebben wat get. zegt. Wat get. zegt omtrent hetgeen hij van B. vertelde, zijn maar „praetjes." Op een vraag van raadsheer mr. Sannes zegt get. dat bekl. vaak loog om te liegen, zonder eenig motief. Zij gaf daarvan een voorbeeld. Get. heeft een blauw cahier bij zich, waarin zij nog eenige mededeelingen ten beste geeft, met toestemming van het Hof. Na het hooren van deze getuige wordt de te kwart over tien aangevangen zaak ten 1 uur ge schorst tot kwart over tweeën. De Rijksveldwachter van Zaamslag deed een omstandig verhaal eerst van de ontkentenis en van de nadere bekentenis en hernieuwde ontkentenis van beklaagde. Van pressie op beklaagde om te beken nen zijnerzijds of van de zijde des bur gemeesters is getuige niets bekend. Ook de burgemeester van Zaamslag getuigde dat beklaagde na eenmaal ont kend te hebben, later bekende in zijn tegenwoordigheid. Beklaagde wil het doen voorkomen als of de burgemeester hem gesuggereerd zou hebben dat zijn kameraad B. in de zaak betrokken zou zijn eu dat de burgemees ter hem toen gezegd beeft»je zult het geld wel met B. gedeeld hebben waar op bekl. antwoorddedat zal dan wel zoo zijn. De wachtmeester der marechaussee te Terneuzen verklaardde dat, toen hij bekl iu verhoor nam, hij hem op het hart ge drukt had de volle waarheid te zeggen, en niets meer te verklaren Zonderden minsten aandrang deed bekl. hem een zeer omstandig verhaal van den diefstal tot in de geringste bijzonderheden. Op een vraag van raadsheer mr. Huls hoff, die dezen getuige hulde bracht voor de menschkundigheid. waarmede hij ir. deze zaak was opgetreden, verklaarde de wachtmeester den bepaalden indruk te hebben, dat de Rijksveldwachter van Zaamslag erg op de hand van bekl. is en tracht al wat bezwarend voor dezen kan zijn, weg te moffelen. Als getuige a décharge werden o. a. gehoord de meisjes, met welke beklaagde en zijn kameraad B, op den dag van dief stal waren uit geweest naar den Axel- schen dijk. Zij hebben niets bizonders aan beklaagde gemerkt Hij was opge ruimd en gezellig Bij eerste verhoor bleef bekl. volhou den onschuldig te zijn en dat zijn bekente nis indertijd afgelegd op onware gronden berustte. Hierna was 't woord aan adv.-gen. mr. Reitsma Nadat Z E A. had gewezen op de bij zonderheid dat voor de eerste maal als raadsvrouw optrad een meesteresse in de rechten, kwam hij, tredende in een exposé van de zaak tot de conclusie dat er geen aannemelijke reden kan gevon den worden, voor het terugnemen door beklaagde van zijn bekentenis. In zijn wel uitvoerig requisitoir deed adv. gen. uitkomen, dat de eenige onwaar heid in de bekentenis van bekl. hem voor kwam te zijn het feit van het verbran den der bankbiljetten. Z E.Gestr. meen de veeleer eu dat is van den beginne af zijn indruk geweest dat bekl, de biljetten ten eigen bate heeft wegge moffeld

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1903 | | pagina 2