BEMDJUKING.
No. 55.
Woensdag 15 October 1902.
I8e Jaarg.
Bekendmaking.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Z e e u wsc h - V I a a ii d er e n»
F. DIELEMAA,
AXEL.
Herhalingsonderwijs,
I.5000 K.G. prima Belgische Anthracit,
II, 8000 K.G. Mechanisch geklopt, ge
sorteerd en gezeefde Cokes No. 1
FEUILLETON.
De verdwenen Erfgenaam.
Buitenland.
Zuid-Afrika.
AXKLSCHE
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag:- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent
voor België 70 cent. Afzonder 1. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlgk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
^BURGEMEESTER en WETHOUDERS
i van Axel, maken bekend, dat zij die
wenschen deel te nemen aan het met
1 November a. s., aan te vangen
zich daartoe tot en met 25 dezer ter
Secretarie kunnen aanmelden.
Axel, den 14 October 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. J. OGGEL, Burgemeester.
J. A. VAN VESSEM, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS
van Axel. maken bekend, dat op Maandag
den 20 October aanstaande, des voor-
middags te 9 uren, ten raadhuize, zal
worden aanbesteed de levering van
grootte o M.M.
Axel, den 14 October 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
D. J. OGGEL.
De Secretaris
J. A. VAN VESSEM.
(Slot.)
„Ik heb u smart veroorzaakt, sprak hij
zacht. Dat wil ik niet. Moet ik heengaan
- vooi eeuwig heengaan?*
Zij zweefde nog altoos. Vervolgens
sprong zjj uvereind en zeide fier»Ik
wil gaan."
Haastig verwijderde zij zich nu, terwijl
hij met een uitdrukking van ontsteltenis
op haar gelaat en haar nastarend op de
bank achterbleef.
Toen zij van de open plek waar de linde
boom stond het voetpad betrad dat verder
door het boscb liep, bield zij verschrikt
standzij zag den pachter Jochmaring
met zijn torscbe gestalte, de armen over
elkander geslagen, tusschen de groote
boomeo staan. Toornig en somber de
wenkbrauwen fronsjnu, richtte bij zijn
blik op haar.
De pachter moest op weg naar Idar
zijn en scheen reeds een poos bespiedend
daar gestaan te hebben.
Prinses Elizabeth bleef voor hem staan
trots haar inwendige opgewondenheid en
ontsteltenis toch getroffen door de ver
schijning van deu ouden man die, zonder
zich te bewegen, strak en misnoegd op
baar Dederzag.
Turvergeefs zochten we in groote bla
den tiaar «enige toelichting over de mis
lukte audiëntie van zijne Keizerlijke Hoog
heid Wilhelm te Berlijn. Wel 'heeft De
Wet zich over de zaak te Utrecht uitge
laten, maar meer ontwijkend dan verdui
delijkend. Hij ontkende dat de generaals
geweigerd hebben den Duitschen Keizer te
ontmoeten en voegde er by dat de Keizer
hen ook niet heeft uitgmoodigi. (Zie zijne
toespraak in dit nummer.)
Men ziet, op die manier wordt de ge
schiedenis nog mysterieuser inet het ge
wone gevolg, dat iedereen vrij is er van te
denken wat hij wil. De »Westminster Ga-
zette" is wellicht hot dichtst bij de waar
heid, waar zij de zaak dus voorstelt Nooit
en aan niemand hebben de generaais een
audiëntie bij den Keizer gevraagd uit par
ticuliere bron vernemend, dat de Keizer
hen wenschte te zien, antwoordden de ge
neraals, dat zjj gevleid waren door de eer
en zich zouden onderwerpen aan alle vor
men, die de hoofsche gebruiken vereisch-
ten, Had de Keizer hun door een adju
dant of secretaris laten weten, dat hij een
voorstelling van de generaals door den En-
gelschen gezant wenschte, dan zouden de
generaals dien wensch van den Keizer aan
den gezant over gebracht hebben, maar
vragen om ontvangen te worden, dat heb
ben de generaals nooit gedaan ze nemen
de uitnoodigingen aan van al wie hen wil
helpen in hun liefdewerk.
Het zon zich zoo wel kunnen hebben
toegedragen en in dat geval is de onhan
digheid aan den kant van Keizer Wilhelm
en zyn omgeving de Keizer zal verlangd
-.Gij hier, pachter Jochmaring zeide
zij, toen hij niet de minste beweging
maakte om haar bet pal vtij te laten.
„Hebt ge mij iets te zeggen?*
„Ja, prinses,* antwoordde bij, »ik ge
loof u iets te zeggen te hebb6n. Want
het is niet lang geleden, toen g(j zelve
mij gezegd hebt, dat uw vorstelijk huis
van Wittekinds tijd af, zoo zeidet ge.
meen ik eensgezind was met pachter
van de Jochmaringer hofstede, en de een
den anderen bijstond in goede en slech
te dagen Daarom, denk ik, zou heden
de pachter geen oprecht en getrouw mau
zijn, zoo hij zich niet tot den vorst be
gaf om hem te waarschuwen en hem te
zeggen Heer vorst, onder de marga-
retbalinde in het eenzame bosch had uw
dochter neden morgen vroeg, achter uw
rug een samenkomst met den vieemden
man, en beide spraken daar heimelijk
over hun liefde. Niemand zou het van
prinses Elizabeth uwe dochter geloofd heb
ben, dat zij zich zoo wegwierp en een
vreemd man rendez-vous in het bosch gaf.
PriBses Elizabeth was bij deze verras
sende toespraak van den pachter in een
zonderlingen, wezenloozen toestand ge
raakt. Zy staarde hem bij zijn eerste
woorden als versteend aan. Vervolgens
stampvoette zij, donkerrood wordend van
toorn, en daarop met bevende handen
haar zakdoek verkreukend en trekkend,
als wilde zij hem in kleine stukken scheu
ren, riep zij
hebben, dat er formeel om een audiëntie
gevraagd werd en de generaals zullen ge
antwoord hebben, dat zij dit niet konden
doen, orndut zij nooit eD nergens audiën
ties vragen. De audiëntie bij Koning Ed
ward is immers ook geschied op uitdruk
kelijk verlangen van Z. M. Wellicht meen
de men te Berljjn, dat zoo iets niet strook
te met de Keizerlijke waardigheid en woidt
de geschiedenis ten slotte een geschikt
onderwerp voor een kleine opera comique
Daar Keizer Wilhelm, specialiteit in alles,
ook componeert, kon men hem eerbiedig
vragen de muziek er voor te maken.
Het bljjft er dus bijde Boerengene
raals gaan te Berlijn niet op audiëntie. Zjj
vragen nergens audiëutieverlangt men
hen te zien of te spreken, dan zyo ze be
reid zich aan de vormen te onderwerpen,
en zij kun en dit te gemakkelijker doen,
omdat zij niet gewoon zijn aan zulke din
gen waarde te hechten. Te Berlijn kan men
zich dit niet begrjjpen en het beste zou
zijn de groote quaestie te verklaren voor
een misverstand. Wie verliest nu bjj
de uiet-audiëntie, de Keizer of de generaals
Tusschen 20 en 25 dezer zullen de Boo-
rengeneraals te Londen zjjn, hun bedel
tocht voortzettend. De secretaris van het
Boerenhulpfouds heeft hiervan kennis ge
geven aan de Engelsche kranten. De „Stan
dard Bank of St Africa* publiceert, dat zij
bijdragen voor de Boeien in ontvangst neemt.
Botha erj De la Reg woonden Zondag
jl. te Brussel de godsdienstoefeniug by in
de Nederlandsche Kerk. De predikant sprak
lof over de Boeren, die algemsen bewon
dering heeft gewekt, Eenmaal, zei hg, zal
het uur der bevrjjding van Z. A.. slaau.
„Hamel, wat denkt ge, pachter? Ge
hebt bet recht niet mij zoo toe te spre
ken - ge hebt dat recht niet want ge
moet weten, dat zy zweeg eendogen-
blik en voer vervolgens, als met heldhaf
tige iospanDiog van zelfbeheersching, be
raden en trotsch zich oprichtend voort
„dat Elizabeth van Idar geen man rendez
vouz geeft, zoo deze man niet haar man
is. zoo zij hem niet voor altoos behoort.
Weet, pachter Jochmaring, dat deze vreem
de man eerlijk aanzoek om mij gedaan
heeft en ik ben zijn bruid. Ga nu, en
zeg bet wien ge wilt
„Ha!« zei de pachter, is het zoo ge
steld, neem hot mij dan niet kwalijk. Ik
zeide u wat ik geloofde u te moeten zeg
gen, opdat ge later niet zoudt zeggen,
pachter Jochmiring heeft achter mijn rug
voor verklikker gespeeld. Maar is het zoo
gesteld, dan wensch ik u hartelijk geluk
en wil u niec verder lastig zijn, want bij
hetgeen ge hier hebt af te doen, is een
derde onnoodig.
Ik wensch u geluk, prinses en mijo-
het>r daar."
Tegelijkertijd greep de pachter aan zijn
hoed, knikte ernstig met het hoofd en
ging met zware voetstappen verder het
hout in.
Uffeln was inmiddels haastig genaderd
en stond naast Elizabeth. Toen zij het
woord»Ik ban ziju bruid* luid en be
iaden gezegd had, had hij als door een
olektiieken vonk getroffen haar hand ge^
Het „Utr. Dagbl.* geeft als volgt de
woorden weer door President Kruger Za
terdag in de Domkerk te Utrecht gespro
ken.
„Vrienden, broeders en zusters, ik moet
beginnen met te zeggen, dat ge mij mis
schien niet goed verstaan zult. Ik spreek
niet Hollaudsch, maar Hollandsch -Afri-
kaansch en ik ben ook geen taalkundige
geen letterkundige en ik ken geen on
derwerp of lijdend voorwerp en andere
dingen. Maar ik zeg u dan ooklet niec
op de taal. maar let op de zaak waar
over ik spreek.
„In de eerste plaats wil ik iets zeggen
omtrent onze kommandants-generaal, die
tot het uiterste v"or vrijheid en recht
hebben gevochten. De oorzaak waarvoor
ze de wapenen hebben neergelegd, is de
wensch tot behoud van ons geslacht dat
niet mag worden uitgeroeid.
„Zij komen hier als bedelaars, heeft
een der sprekers gezegd. Zeker, zij komen
in Europa om steun te vragen voor vrou
wen, kinderen en gebrekkigen. Zij heb
ben niet geaarzeld bedelaars te worden,
opdat de gevangenen kunnen worden op
gezocht, de hongerigen gespijzigd en den
dorstige kan worden te drinken gegeven.
»En voorwaar, zegt de Heere, wie net
doet, heeft het aan Mij gedaan,*
»Generaals. arbeidt in uwe vernede
ring tot bedelaars, arbeidt om uw plicht
te doen, en handelt in alles naar het
woord van God, die u dan zal bijstand
geven.
»Gij Nederlanders hebt steeds voor ons
de beurs geopend gehouden, hebt steeds
grepen en in da zijne gehouden nu
liet hij ze weder neerzinken en met een
angstigen blik op haar gelaat sprak hy
Mijne bruid Ier wille van uw trotsch-
heid, opdat niemicd van de prinses zou
kunnen zeggen
Elizabeth wendde zich heftig, bai tstoch-
telijk, diep ademend tot hem.
»Ja daarom,* riep zij, ien ook wijl
dezen man mij beduidde, wat het rechte
het eenige waardige voor eene vrouw is
die bemint. Ge hebt nu eenmaal mijn
hart, mijn ziel neem nu ook mij
Zij sloeg beide armen om zijn hals, ten
einde haar geweldige ontroering aan zijn
borst uit te weenen.
Neem nu ook mij had zij in den
storm van haar gevoel uitgeroepen, maar
daarbij uit bet oog verloren dat een prin
ses toch niet zoo zonder eenige omstan
digheden baar hand mag weggeveD. De
vorst van Idar had voor zijn geliefde
dochter een schitterender levenslot in het
oog, en zijn aanvankelijk verzet tegen
een huwelijk van zijne dochter met een
eenvoudig edelman te overwinnen, was
geen lichte taak. Elizabeth was te trotsch
haar vader om zijne toestemming te sinee-
ken. Terwijl Uffeln zich veiligbeidshaivo
verwijderd had en in een andere land
streek verborgen leefde, poogde zij door
kalme vertogen op haar vader te wer
ken. Aanvankelijk zonder resultaat, tot
eindelijk Uffeln met de voorwaarts ruk-