i\<>. 51.
Woensdag 25 Juli '1902.
!8e «iaur&r.
H| C\f\
De verdwenen Erfgenaam.
Nieuws- en Advertentieblad
IV II
voor Zeeuwse li-V laan dereik
F. IHELEMAA,
Rnitenland.
FEUILLETON.
Itinueiihiiul.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdatr- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent
voor België 70 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER. - UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel- meer 5 cent. Groote letters worden
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk
i tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Bet gaat met Koning Edward zoo goed
te Cowes, dat de geneesbeeren toestem
ming hebban gegeven tot de kroning op
9 Augustus. Het plan is, dat de Koning
8 Augustus Cowes zal verlaten en na de
kroning onraiddellyk derwaarts te'Ugkee-
ren. Men weet, dat de plechtigheid be
perkt is tot één uur, alles bijeen terwijl
de optocht van den volgenden dag ook
is afgelast tot groot verdriet van de over-
talrijke schare, die er iets aan hoopte te
verdien m. De tijdsbepaling is nog vroe
ger dan men eerst gezegd bad, waartoe
behalve de genezing van de wond, zeker
ook heeft bijgedragen de zenuwachtige
baast van Z. M., welke zich begrijpen
laat, Als men een lichaam beeft als
Z. M. moet men zoo min mogelijk uit
stellen, want men weet nooit wat er ge
beuren kan. En zoo wijsgeerig zal Ed
ward niet ontwikkeld zijn, dat hij bij
zichzelf denktgekroond of niet, Koning
ben ik toch die formaliteiten beteekenen
toch niets.
In Duitschland zijn berichten uit Trans
vaal ontvangen en daarmee is een der
voornaamste redenen bekend geworden,
waarom de Boeren verplicht waren den
Eugelschen vrede te teekenen. Met een
enkel woord is de reden reeds opgegeven
in de verklaring van de Boerenvergade-
ring te Vereenigingde vrees voor uit
roeiing der Boeren door de Kaffers,
onder Eogelsch toezicht, zou men er bij
kunnen voegen.
Bedoeld wordt de inval van de Kaf
fers. De Zoeloes, ten getale van ettelijke
duizenden goed gewapende maDnen, zijn
Alleen de rentmeester Faustelmann
bad aan deze vroolijkheid geen deel ge
nomen, en zich reeds vroeg in stilte ver
wijderd, »hij was heengegaan om spoken
te zien,« zei de heer Von Mansdoif in
zijn vroolijke uitgelatenheid.
Den volgenden dag werden eenige za
kelijke dingen afgedaan, waarbij de ad-
vokaat en de rentmeester togenwooidig
waren. Ulricb bad in alles zich onder
worpen en geschikt, wat m9n hem voor
legde, namelijk zooals de rentmeester bet
wilde inrichten, op wiens ernstig en zon
derling gelaat de jonge man dikwerf zijn
blik richtte, en welk gelaal hem met een
zekeren stillen schroom scheen te vervul
len. Vervolgens had m >n na het middag
maal een verre wandeling over do vel
den en door de bosschen gedaan, om den
nieuwen mede-erfgenaam de uitgebreid
heid er van en de grenzen v>tn zijr,
«igeudom te toonen. Ulricb von Uffeln
had dat alles met levendig ontwakende
t belangstelling aanschouwd en vervolgens
door vragen naar de wijze van bebouwing
en de opbrengst van sommige deelen van
het landgoed zicb met een en ander be
kend willen maken. De heer Von Mans-
dorf had hem toon met veel genoegen
onder aanvoering van Engelscba officie
ren in het district Vrijheid gevallen er,
trokken vau hoeve tot hoeve, de Boeren
vermoordend, hun vrouwen verkrachtend
en daarna do ongelukkigp wezens naakt
de bosochen injagend. 6 Mei was de hoofd
plaats Vrijheid aan de beurt 3ij het b -
richt is gevoegd een lijst v m 50 mannen
die allen zijn vermoord en verminkt. Ver
der nog 6 Boeren uit andere districten,
terwijl ei nog 4 B eren vermist worden.
Is bet niet begrijpelijk, dat een aanvoer
der der Bieren te Kaapstal zicb na tiet
leekenen van den vrede om zulke rede
nen uitriepIndien wy mannen ons ai
lieten verzoenen, onze vrouwen zullen het
nooit, nooit 1
In de Engelscbe bladen vindl men
melding gemaakt van den afscbeidsbi iet
door generaal de We! 17 Juni te Blo-m-
ioniein gericht tot zijn staf. Ditsiuk luidt
uit deze vertaling weer in het - Hollandscb
overgebracht, als volgt
Vaarwel aan de leden vin mijn staf
gedurende den oorlog van 1839-1902.
Geliefde BroedersHet is mij een zeer
aangename plicht U in diuk deze weini
ge regelen te doen toe romen, welke
uiting geven aan mijn groote waardee-
ting; en de eenige vergoeding die ik U
kan geven voor Uw dapperheid, en uit
muntende diensten aan mij, onze regee
ring, land en volk, is U mijn hartelijken
duik aan te bieden.
Wanneer wij ook al niet gekregen heb
ben waarvoor wij streden, wij zijn ons
nog volkomen bewust, dat wij ouze plicht
deden tot dit alle middelen van verweer
waren uitgeput, en dient U als bewijs,
uitvoerige inlichtingen gegeven.
En terwijl nu de twee neven mede
eigenaars zoo te samen spraken, dacht
freule Adelheid, die aan dé zijde harer
moeder wandelde, met aandoening er aan
hoe dankbaar allen jegens dezen Ulricb
Von Uffeln moesten zijc, wijl hij zulk
een goedhartig man was, die al de fraaie
vóór zijne komst beraamde, plannon met.
bel minste in den weg scheen te willen
leggen, zood.it zij nu vóór den winter,
vry zou zijn en in het schoone Zuiden
reizen, waarheen de arts, wegens bare
gezondheid een zeer bekommerde arts, ze
zenden wilde. Adelheid dacht aan het ge
zicht dit deze arts vertooneo en aao de
vroohjke verrassing die op zijn gelaat
glinsteren zou als by hedenavond kwam
om baar te bezoeken en zij hem dan zeg
gen kon, dat do neef er eindelijk was;
zij was voornam ins hem tegen den tijd,
dat zij hj,n verwachtte een eind weegs
op den strut weg naar Idar, waar hy woou-
de, te geimet te gain, om hem des te
eerder deze blijde tijding aan te kondigen.
Er moet hi rbij gezegd worden, dat de
arts, de eomge, dien bet stadje bezat, een
nog zeer jong er. bijzonder fraai man was.
De gestrenge dime, Alelheidsmoeder.
hield zich inmiddels met andere g9dach-
t-ao en plannen van gewichtiger and be
zig, welks gedachton bij baar reeds des
nachts opgekomen waren. Dierby lag eone
uitdrukking van hoogmoedige tevreden
heid op haar gelaat, toen zij naar de
dat Uw bevelhebber, Uw rogeering en
volk Uw diensten boogelijk op prijs stel
len Uw af;tammelingen kunnen nieten
zullen niet op of Uwe graven neerzien
met een aDder gevoel dan van trots, en
Kunnen zeggen: Hier ligt een held*
Laat mij U zeggen, dat ik en iedere
burger het hart van onze nieuwe regee-
ring kan winnen door ons toekomstig
goed gedrag, waaraan ik niet in bet minst
twijfel.
U nog eens alten voorspoed toew9n
scbende, verblijf ik uw dienstwillige
dienaar,
C. 'DE 'WÉT,
Huofdcomraandant van da stijdmaebt
van den gewezen Oranje-Vrystaat
UIT DE PERS.
Wereldverkeer en handelspolitiek In de
Januari-aflevering van de »Stimmen aüs
Maria Laach" spreekt de bekende Room-
sche schrijver pater H. Pesch S. J., naar
B. V. in het »Kath. Soc. Wkbl." meedeelt,
zich uit vóór graanrechten, waarvan hij
zich echter een zeer gematigd voorstander
toont; graanrechten zijn, volgens hem
niet het eenige, zelfs üiet het voornaamste
middel om den landbouw te redden.
De landbouw in West-Europa heeft
ongetwijfeld hulp noodig Hij gaat achter
uit sinds 1870. Toch is de achteruitgang
niet zoo groot als de cijfers zouden doen
vermoeden, want door meer intensieven
bouw verminderde de oogstopbrengst niet
in gelijke mate. Men moet evenwel niet
uit het oog verliezen, dat in de laatste
twee mannen zag die vooruitwandelden,
eeoe uitdrukking die verried, hoe goed
het haar adelüjk hart deed, dat deze twee
mannen met zulk een onvoorwaardelijke
en onbegrensde eerlijkheid, zonder een.i-
go de minste nevengedachte elkander over
bun wederzijdscbe rechten verstonden,
zoodat aan een vijandelijke wrijving van
belangen bier volstrekt niet te denken
was.
Op den terugweg, diec men, ietwat
sneller voortschrijdend, aflegde want
de h6er Von Mmsdorf scheen door de
gedichte gekweld, dat zijn neef en meije-
erfgeoaam erg dorstig meest zyn gewor
den, en een braudend verlangen naar een
koelen dronk voelde op den terugweg
gingen Ulricb Von Uffeln en Adelheid
naast elkander.
„Hoe geheel andera* zei Adelheid. zult
ge u dit alles en onze omgeving voor
gesteld hebben, dan ge het nu vindt,
mijnheer Von Uffeln, zekerly r veel fraaier
en rijker
Uirich schudde het hoofd. „Of ik het
mij fraaier heb voorgesteld O neeu wel
anders ja maar om de waarheid te
zeggen, eigenlijk heb ik het mij volstrekt
niet voorgesteld. Een slot, een groote
grondbezitting rondom, goedhartige en
mij met aandoenlijke vriendelijkheid ont
vangende menschen dat alles heb ik
niet gewaagd mij voor^ te stellen. Myn
vroeger leven was niet zoo, dal ik aan
iets dergoljjks, wat mij bescheiden was,
25 jaren de bevolking van West-Europa
ongeveer 3.000.000 inwoners grooter werd,
zoodat de bevolking sterker vermeerderde
dan de voedingsmiddelen.
Zou in vroegere eeuwen een hongers
nood of een duurte van levensmiddelen
het gevolg zijn van die onevenredige ver
meerdering, nu voorzag het hoog ontwik
kelde wereldverkeer tegen ongekend lage
vrachtprijzen even gemakkelijk in de be
hoeften van geheel West-Europa, als in
vroegere eeuwen de naaste omtrek inde
behoeften eener stad.
Even gemakkelijk en even goedkoop.
De geringe vrachtprijzen maken het moge
lijk, het met weinige kosten geproduceerde
giaan tegen concurreerende prijzen op de
Europeesche markten aan te bieden. De
Amerikaansche farmer drijft roofbouw op
de uitgestrekte gronden, die hij bijna voor
niets heeft gekochtde Russische boer,
pas uit lijfeigenschap ontslagen, kent even
weinig behoeften als de Indiër. Bij zoo
veel lager productiekosten kan dit graan
zélfs goedkooper dan het inlandsche worden
aangeboden Is het wonder, dat de Euro
peesche landbouw achteruitgaat? Zijn de
West-Europeesche Staten weerloos Kun
nen zij hun landbouw van den onder
gang redden
Ja, meent pater Pesch, en, al zijn
graanrechten niet het eenige, zelfs niet
het voornaamste middel, graanrechten
kunnen den enormen toevoer eenigszins
ten minste tegenhouden.
Invoerrechten echter zijn slechts raiddel.
Zij hebben alleen recht op bestaan om
het doel te bereiken het behoud van den
landbouw zy mogen dus niet dieneD om
den landbouw te verrijken ten koste van
danken kon. Ik was steeds arm en aan
mij zeiven overgelaten ik wis soldaat
en wel zonder eenige roeping of neigiog,
en ik gevoelde mij van dien tijd af on
gelukkig in het schrikkelijk soldatenpak,
waarin ik marebaeren en altoos m ircbee-
ren moest naar plaatsen en oordeo, waar
heen niets mij trok in dat soldatenpak
moest ik ray als een doodvijand voor
menschen beschouwen, om welken te
helpen doodslaan, ik van honderden mij
len ver gekomen was, zonder dat dezb
menschen mij eenigszins aangingen, of
mij iets in don weg gelegd hadden. En
ais men zoo denkt en gevoelt, freule,
neeft men geen vrienden onder de solda
ten met wie men leven moet en men
is alleen. Zonder vaderland, vrienden en
levensdoel gevoelt men zich als een wil-
loozen speelhal van het lot en verliest
men de gedachte aan de mogelijkheid
om mat ter tijd tot eigeD rechten, tot
eigendom en eeue bestemming te komen.
Men is zóo heen en weer gestooten,
en er te zeer aan gewoon zich naar den
wil van anderen te voegen en te bewe
gen om aan het geluk van een zelf
standig bestaan te gelooven en in den
geest zich de dingen voor te stellen, die
zulk een zelfstandigheid verleenen.*
Terwyl haar begeleider op ernstigen
toon zoo sprak, kmKte Adelheid, toestem
mend en bewogen met het lot van een
zoo vreugdeloos en aan zichzelvea over
gelaten jeugd, zooals dezen neef en med6