X». 50. Zaterdag 19 Juli 1902. 18" Juurg. Nieuws- en Advertentieblad n 11 voor Zeeuwse li- Vlaanderen. F. DIELEMAN, Buitenland. FEUILLETON. De verdwenen Erfgenaam. Dit Blad verschjjnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 70 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER AXEL. Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlijk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. Bij deze courant behoort een bijvoegsel In het Engelscbe Lagerhuis is de emi gratie naar Zuid-Atrika ter sprake gebracht, waarschijnlijk op bedekt verzoek van de Regeering. De ondersecretaris van Ko loniën Onslow antwoordde, dat èn de Rijksregeering èn de Transvaalsche deze zaak van zeer groot belang achten. De Regeeriug, die reeds groote uitgestrekt heden gronds heeft aangekocht, zal aan Milner allen steun verschaffen, en deze is geneigd om een kolonisatieplan op groote schaal ten uitvoer te leggen. Er is een gemengde commissie, uit leden van de Ministeriën van Oorlog en van Kolo niën, aangewezen om de quaestie grondig te bestudeeren. De Regeering wil ook de vestiging van Engelscbe vrouwen in Zuid- Afrika bevorderen. Vroeger is op de moeilijkheden gewezen van Engelsche emigratie in Zuid-Afrika, moeilijkheden, die zoo zeer liggen in den aard der dingen, dat een commissie van ambtenaren daar weinig aan zal kunnen doen, Voor het oogenblik ligt de betee- kenis daarin dat dooi deze bespreking in het Lagerhuis een nieuw middel tot agi tatie onder de Boeren is gegeven. Praatjes vullen geen gaatjes en de krantenphrasen vau verzoening der rassen blijken neer te komen op voortzetting van den rassen- oorlog onder anderen vorm. Goed, indien dat moet. Ook daarvoor zijn de Boeren Diet bang zij .wachten de Engelschen af. Men kon voorspellen, dat het daartoe ko men zou, maar waarom moet dat gaan Van deze vermoeienissen en ontbe ringen sprak hq veel meer dan van de gevechten, waaraan hij deelgenomen had eeo bijzonderheid die blijkbaar voor zijn vredelievenden aard pleitte. Voorts dat hq met andere, zeer verre verwanten met een goed in dit land beleend was en hem dat, of ten minste een stuk er van, later moest toevallen; zulks had hij in zijn jeugd meermalen van zijn vader gehoord, die uit die landstreek afkomstig was. Maar tjjdens hij soidaat was, had hq er zich weinig om bekommerd, en niet eerder dan toen hij wegens zijne verwonding ontslagen en slechts te kie zen had tusscben een zeer armzalig be zoldigden administratieven post in bei binnenste van Frankrijk, of het erbar melijk pensioen van een ais invalide ontslagen eersten luitenant, was hij op de gedachte gekomen omtrent deze zaak navorschingen te doen, en bad bij zich het eerst lot oen ouden vriend zijns vaders te Freiburg gewend, die dan ook richtig had uitgevorscht, dat'het bewuste leengoed lang open was gevallen en men in de nieuwspapieren den nieuwen leen houder opgeroepen bad. Nu nad hij, zoo verhaaldo hij verder, er aan getwijfeld, onder het masker van de welbekende huichelarij, van het eeuwige liegon Is bet Hollandache gevoeligheid wanueer wij de zaak zoo opvatten Neen, koele waarneming brengt daartoe. En merk waardig, ook in Engeland denken velen zoo over de zaak. De Daily News" wijdt er een artikel aaü. Het oppositieblad wijst op de verbiiteiing lusschen de Boeren, die gevochten hebbrn, en de „national scouts" of verraders, op de beweging onder de blanke werklieden te Johannesburg, op de invoerrechten op het dynamiet en op net groote Engelsche emigratieplan. Wg willen er niet te veel nadruk op leggen, schrijft het blad, dat onder Ie mooie op pervlakte, die de censors zooveel moeite gedaan hebben om ontcangetast te laten, een ernstige agitatie schuilt. Iedereen weet, dat de ware moeilijkbeden in Zuid- Afrisa eerst begonnen zijn, toen de vredes voorwaarden onderteekend waren, en de meesten onzer hebben voorzien, dat maar weinig weken zoudön verloopen, voordat de kapitalisten den-gouden tijd onder Kru- ger zouden terugwenscben. Het blad vreest, dat de National Scouts door de overbeia bevoorrecht zullen wouden, en is dat zoo, dan beeft men het domste gedaan wat men doen kon. Het Britscbe bestuur zal nooit het ver trouwen van de Boeren winnen, als het een bevooriechte klasse maakt van hen, die ais verraders worden beschouwd. Even sterk keurt het blad de militaire posten af, die Miinar in het land schijnt te willen vestigen. De eenige hoop vooi Zuid-Alrika ligt in een politiek, die open lijk stieeft naar zelibestuer, zoo spoedig mogelijk. ot zijn recht nog geldig was, wijl hij gehoord bad, dat do Franschen, zooals ulierwege, ook hier te lande, geheel het leen- en raajonteitswezen, zoomede alle kluisters der boereu opgeUeven hadden maar men bad hem verzekerd, dat dit alles wel voor de toekomst was opgehe ven, maar niet voor het verleden zoo hij vroeger, vóór da invoering der nieuwe wet, reeds beleend was geworden en een recht verworven bad, dan kon dit niet aangerand ziju géwordén de gevolgen der nieuwe wet waren, dat hg met meer onder de beperkingen en voorwaarden van het oude leenrechL bezitten zou, maar als volkomen vrij eigenaar en meester. Als zoodanig, was nij nu gekomeu. »Zeker, zeker,ouderbiak de advokaat bet langzaam en met groote bedacht zaamheid gedaan verbaal van een jongen man, „en zoo üeeft derhalve ook uw me- deleenüouder, mijnbeer Von Mansdorf', van Wilstrog bezit genomen gg als de andere tot erfgenaam opgeroepeno deelt met hem, zoodat gij samen de onbeperkte eigenaars zijt, die met wederzijdsche oveieenatemming zonder zich aenigerwijs aan de oude leen voor waarden te storen, doen en laten kunt wat ge wilt. Zoo bet u bij voorbeeld hinderen mocht, dat geen van beiden zonder voorkennis van den anderen mede-eigenaar iets naar de wet geldig ondernemen kon. dan staat u niets in dan weg bat bezit ladeelen, zoo dat de eone deze, de andere gene helft Te Johannesburg is een vereeniging van blanke arbeiders opgericht, die ijverig propaganda maakt voor aaneensluiting tegenover de mijnkoningen. Men wil, dat de arbeiders ook in het Parlement vertegenwoordigd zullen worden, om ook langs dien weg hun toestand te verbeteren. Men wil de kapitalisten dwingen de mij nen zoo in te richten, dat bet leven der werklieden minder gevaar loopt zoowel voor ongelukken als door ongezonde toe standen. Verder wil men eeD betere regeling der Ioonen en oprichting van ziekenhuizen, waarin de arbeiders verpleegd kunnen worden bij ziekce. De internationale geldwolven zien natuurlijk vreemd van deze dingen op. Men herinnert zich het schelden in de Rbodesiaansche pers te Johannesburg op het corrupte Transvaalsche Bestuur, dat het dynamietmonopolie handhaafde. Nu beeft de uitvoerende commissie voor de mijnen te Johannesburg een recht van tusschen de 5 en 7 shillings op buiteu- landscbe dynamiet aanbevolen, ter bescher ming van de binnenlandscbe, die door de mijnmaatschappijen zelf gemaakt wordt, en om de fabrieken in Zuid-Afiika aan te moedigen. De De Beers-Maatschappg is namelijk bezig er een in de Kaapkolonie te vestigen. Stel tegenover de Engelscbe bestuurs plannen de flinke open bouding van de Boerenaanvoerders, Wij leeren die kennen uit een toespraak, door generaal Herzog te Kaapstad gehouden tot Boeren op parool aldaar. De correspondent van >De Tele graaf" deelt die raeye. Herzog was verge zeld van een paar Kaapsche vrienden, den heer Scbultz, bestuurder van de Ons Land- neemt, de een zijne helft aan den andere verpacht, verkoopt, kortom doet zooals hij wilt.* De aangekomene richtte bij deze woor den van den advokaat zijn oogen met zuig een vragenden blik op dozen, dat mgnheer von Mansdort daarin bet ver zoek zag, zgn administrateur behoorlijk voor te stellen. „Mijnbeer Plumer, mijn vergeving onze olficieele administrateurzeide hij. Ulrich Gerhard Von Uffeln boog met deftige beleefdheid en zeide vervolgens „Hebben we dan hier nog de patri moniale jurisdiktie Ook deze hield ik voor opgeheven.* »In theorie,* antwoordde glimlachend de advogaat, >in theorie is zij inderdaad opgeheveu, maar in de praktijk heeft het opheffen van alle voormalige dingen Diet zoo schielijk willen gaan. eu zoo hebben wij hier voorsbands bij de eerste instel lingen moeten berusten. Nu moet de onde Plumer zich in de nieuwe wetgeving schikken en naar de >sode« uitspraak doen,* M.evrouw Von Mansdorf zond nu haar dochter, om voor deG aangekomene ver- verschingen gereed te maken, en in haar blijde opgewondenheid ging zij oen oogen blik later zelf, om ze daarbij te helpen. En wat mijnbeer Von Mansdorf betreft, bij werd zijaerzijis niet moede zijn gast tot drinken aan te sporen, bem in te schenken, en op da gezondheid van den drukkerij, den heer Michan. procureur, die zelf eenige maanden onschuldig in de tronk zat en later menigen Afrikaander in nood, trachtte te verdedigen, en den heer Da Villiers, redacteur van het Ad vertentieblad, toen Malan in de gevangenis was, vroeger onder-redacteur van Ons Land. Een pittige, pootige kerel die generaal, schrijft genoemde correspondent. Ik heb hem niet gekend voor den oorlog, maar ik kan me niet voorstellen, dat een rechter er zoo sterk en gezond kan uitzien. Alle Vnjstaters zeiden dan ook, dat Herzog er nog nooit zoo friscb uitgezien had. Zijn spieren waren sterk geoefend in den langen strijdbeslistheid teekende den heelen persoon. De ronde kop, met rechtop ge kamde zwarte haren, de scherpe, vaste, sprekende blik, de vierkante scboudeis, de beenen licht gekromd alsof pas van het paard gestegen, dat alles zochten we in varband te brengen met zijn vele en ge lukkige tochten door de kolonie. Ja, zoo'n min was een generaal. Er is iemand bier gekomen uit Zuid- Amerika met mooie aanbiedingen om u daar te gaan vestigen, sprak Herzog. Broe ders, ik moet u daartegen waarschuwen. De oorlog heeft niet gebracht wat we ver wachtten, het is helaas zoo, maar laten we als mannen dragen wat niet anders kan. De strijd in het veld is voorbij, een andeie wacht ons. Hel is uw eigen belang te blijven. Mrnnelgk hebben we gestreden u en ik, bet zou onmannelijk zijn nu weg te loopen. We hebben den eerbied afge dwongen van onzen sterkeren vijand en van de geheele wereld, blijft u dien waar dig toooeo, blijft hand aan hand staan. De grenzeu van Transvaal en Vrijstaat vreemdeling te drinken, dien hg reeds op den gemeenzaamsten voet behandelde en bbtreffende zijn band schertsend zeide »men weet toch nu, boe men zich eigen lijk zulk een mede erfgenaam moet voor stellen, namelijk met eene hand die niets bijeen kan houden derhalve is bet niet te vreezen, (lat de mede-erfgenaam te geweldig in het beheer van het huis Wils- torp zal ingrijpen, wat wenschenswa.tr- dig zou wezen, daar het, dank zij den ouden sleur vaD mgnheer Faustelman, die alles bij bet oude wil laten, stoute grepen niet verdragen kan. Vervolgens was mgnheer Von Mans dorf op het punt den nieuwen neef te ver zekeren, dat hij niet alleen een voor treffelijk menscb was, dien hij, voorne mans was niet als verwant, maar als zijn wedergevonden, verloren zoon te be handelen, indien zijn overstelpend gevoel op dat oogenblik niet op plotselinge wij ze in het binnenste van zijn boezem teruggedrongen was geworden door den beatraffenden blik zijner weder binnentre dende gestrenge huisvrouw en dat was waarlijk goed, want mijnheer Von Mans dorf zou er anders ten laatste oog toe overgegaan zijn reeds dadelijk in net eer ste uur met den aaugekomen neef broe derschap te drinken. De opgewekte stemming vaa mgnheer Von Mansdorf waa overigens zeer ver schoonbaar; hg kon er zich niet alleen geluk mee wenscben, dat hem nu de

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1902 | | pagina 1