Nieuwjaars-Adïertentiëfl No. 75. Woensdag 25 December 1901. 17e Jaarg. BERICHT! Yrede op aarde! Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse h- Vlaanderen; F. DIELEMAfl, AXEL. DE UITGEVER. FEUILLETON. P 0 Y S RIN A. AXELSCHE COLRAMT. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 70 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER - UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters wordei naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE nren. In het nummer dat in plaats van Dinsdagavond 31 December, Woensdagmorgen 1 Januari ver schijnt kunnen worden opgenomen a 25 cents, welke worden ingewacht tot uiter lijk Dinsdagnamiddag 4 ure. Weder staan we voor de zooveelste maal aan den vooravond van het feest, waardoor de Christenheid de geboorte van baren Zaligmaker herdenkt. En weder ook klinkt ons het alonde her derslied in de ooren, dat door de open lucht weergalmde bij het vernemen van de heilige boodschap van Christus komst op aarde. Alom wordt het plechtig trio >Eere zij God in de hoogste hemelen, Vrede op aarde, In menschen een welbehagen 1" gepredikt als een heerljjk Evangelie. Op tal van plaatsen en in alle bedehuizen wordt gewezen op het heil, der menschheid aangebracht door de beteekenis van dit heugeljjk feit. »Terug Fidoriep de Poverina half dood vac angst, daar zij wel voorzag, wat er volgen zou. De hond liet los, en ging zich met hangenden kop en vuur- roode oogen achter de wieg van het kind verschuilen. Rosina gaf een hartverscbeu- renden snik, zij begreep, dat bet laatste uur voor haren vriend bad geslagen en bleek van ontzetting verborg z\j het ge laat in hare banden, om haren doodelij- ken angst te verhei gen. Maar Neri sprak geen enkel woord; hij ging bedaard naar buiten, sloot de deur aebter zich dicht en draaide den sleutel in bet slot om. Zgn gelaat was loodkleurig, zijne lippen beefden. Rosina hief wanhopend hare bandeD ten hemel. „O Fido! wat hebt gij gedaan* riep zij. »Zal hij mij of u nu gaan vermoor den ?c Een oogenblik daarna ging de deur open om toegang te verleenen aan twee onheilspellende gedaanten, in het blauw gekleed en gewapend met lange stokken, eindigende in eenen ketting, waarmede zy alle ronddolende honden in de stad op- vangen. Rosina kende hen maar al te goed. In dat laad, waar de bovenmatige hitte Maar ondanks die vreugdekreten, ondanks de hooge stemming waarin de menschheid zich bjj dit leest vervult, is de werkelijkheid met de goddelijke uitspraak van het Engelen lied, vaak in strjjd, en alzoo in onmiddeljjke tegenspraak met de drievoudige kerstklan- ken, niet het minst met het Vrede op aarde J" Er moest wel vrede zijn, maar, helaas, ze is zoo zeldzaam. Waar op verschillend gebied zooveel ontevredenheid heerscht, afgunst en wan* guust, haat en nyd, het menscheljjk hart bjj afwisseling bestormen, zoolang zal het onvrede zjjn op dit aardrond. Vrede op aarde Hoe zoetklinkend is dat woord 1 Hoe bitter de werkelijkheid. Er is geen vrede op aarde, als er geen vrede is in het hart. Want geljjk het hart de natuurljjke levensbron is voor het men scheljjk lichaam, zoo is de mensch het bart der maatschappij. En als nu het menschenhart onvrede heeft met zich zeiven. hoe is er dan vrede in het maatschappelijk leven, vrede op aarde, te wachten Het ontevreden en onrustig Adamshart is het broeinest van ondeugden, die, zich voortplantende in de maatschappij, in de samenleving, de bron worden van vele maat schappelijke kwalen. de hondsdolheid veelvul lig genoeg doet voorkomen, om haar tot een voortdurend dreigend gevaar te maken, zag zij hen dagelijks in de straten, en gevoelde zij altijd de schrik om haar hait slaan, als Fido zich op hare eenzame wandelingen van haar verwijderde. Zij gaf een schreeuw van ontzetting en wanhoop toen zij die mannen zag verschijnen. »Waar is die dolle hond vroeg eeD hunner, zonder naar binnen te durven gaan. »Hjj is niet dol, ik zweer het ul riep de poverina. Hij was getergd, daarom beeft by gebeten. Laat hem, laat hem, Madonna Santa! Wat. zal ik beginnen zonder mijn' trouwen vriend? »Wij bebbeu bevel om bem mede te nemen," zeide de man met den bengel. Daar zijn verscheidene dolle honden in de stad. Het zal niet gemakkelijk zijn om hem hier van daan te krijgen hg is zoo sterk als een leeuw, en ik bedank er voor om mij door bem te laten bijten. O padro- nina, gg moet hem zeggen met ons mede te gaan, misschien gehoorzaamt hij u. »Ik ik moet bem zeggen zich te laten doodslaan I" riep Rosina verontwaardigd, »oooit! neen! nooit 1" En zich met gevou wen banden tot de mannen wendende »Laat hem bij mij, hebt medelijden met mij," riep zij. »Ach gij weet niet, wat hg voor mg is, hoe eenzaam en verlaten ik zal zijn zonder hem het kind is nog te klein, zij begrijpt nog niets, ec bij is mgn eenige vriend, ik zal u alles geven, Wel kan de mensch, die uit de aarde aardsch is, van nature onmogeljjk vrede met zich zeiven hebben, omdat er te veel is, dat in opstand komt met datgene, wat hg zjjn moest en waartoe hg geschapen is, maar toch kan men zich te veel aan zich zei ven overlaten, en bjj de vele hervor mingen, waarover vaak wordt getobd, eene hervoiming van zich zelve onbeproefd laten. Zou men meenen, dat er vrede te ver krijgen is in brooddronkenheid, of in schet. lerende en liederljjke taal, die daarbij vaak soms wordt uitgebraakt Is er vrede bij bet botvieren van de hartstochten om elkander op alle mogelijke wjjzeu het leven te verbitteren Kan men oprecht vergeooegd zgn bjj bedrog en eerroof, bjj verzaking van waar heidsliefde en bg verdrukking Zoudt ge meenen, dat een glimlach over het leed, anderen aangedaan, de weerklank is van een vredegalm Het is niet denkbaar, al schjjnt het zoo, of al spiegelt men het soms zich zelve zoo voor. Uit eene onvredige bron welt geen vrede op, evenmin als uit eeu waterlooze put, bet heerljjke vocht te voorschgn komt. Is het. dan wonder, dat de groote onte vredenheid, die allerwege heerscht, zoo lang op eene oplossing wacht Neen immers Want, zoo lang de mensch alleen bedacht wat ik heb, zoo gg hem slechts bij mij laat. »Als gij nem niet naar buiten laat gaan, zuilen wy u zeiven medenemen, en dan zal men den hond hier doodschieten," zeide de ongeduldige beambte. Het kind, wakker geschrikt door het gedruiscb, begon te weeoen. Rosina nam het uit de wieg, en haar hoofd aan den boezem van het wicht verbergende, begon zij luidkeels te snikken. De strijd duurde niet. lang; het arme dier, begrijpende, dat zijne meesteres hem niet langer verdedigde, en ziende, dat zij zgn smeekenden blik niet meer beant woordde, liet zich zonder moeite mede- nemen. Toen zy niets moei boorde, hief Rosina bet noofd op en wrong de handen. >0 God riep zg, »mijn vader had wel geigk, de jettatura drukt op mg. Van alles wat ik heb bemind, bigit mg nu Diets meer over, dan gij, mgn kind, mijn schat, mijne witte bloem. Zult gij mg ook baar nog ontnemen o mgn Godmgn God! En terwijl zij hare bittere hartetranen schreide, begon het kind, dat nu weer rustig geworden was, te kraaien en aan de gouden haarlokken harer moeder te trek ken, en toen vei maakte het zich met uit allo macht in de bandjes te klappen. Toen dat spel geëindigd was, stak zij meteen zacbten schreeuw de armpjes uit, naar eeu voorwerp dat hare aandacht trok, od hare begeerte opwekte. Rosina bief met moeite is op de bevrediging van zgn eigen ik, en daartoe geen enkel middel ontziet, ja zelfs onder den dekmantel van eene algemeene bevrediging ook van andere belangen, uit sluitend het egoïsme dient, zoolang zal het duren, dat de maatschappij kwalen en ge breken bljjven aankleven. Immers als eenerzjjds eene griet wordt uit den weg geruimd, dagen er aan den anderen kant weer nieuwe op. Hoe kan iemand vrede hebben met een ander, als hg dat niet heeft met zich zelve, en hoe kan hg er in die verhouding aan denken, zgn eventnensch te verheffen, wan neer hg zich zelf door zgn onvrede ver nedert Niet in den tegenovergestelden zin, waar hoogmoed als een ondeugd is aan te mer ken, maar daarin, dat hg zich lager stelt dan hg zgn moest. Vrede op aarde 1 Hoe kan er vrede op aarde zjjn, als er soms nog geen vrede is in het huisgezin, in dien beperken kring van raenscben, waar banden van liefde en gehechtheid zjjn aan gelegd of althans behooren te zgn aan gelegd Hoe vaak heerscht er niet eeu vredige stilte, die slechts een schjjnvrede is, en de voorbode is van een storm, waarin alle fiolen van verborgen toorn, gekrenkte trots en wat dies meer zg, worden uitgeworpen haar pijnlijk hoofd op, om naar de richting heen te zien, die door het kind werd aan geduid. Zij zag een rood zijden kwast met gouddraad doorvlochten op den grond liggen. Werktuigelijk raapte zg hem op, en toen scheen zij dat voorwerp te her kennen Waar had zg het ook gezien Hoe kwam het hier? Zonder er bij te denken, gat zg den kwast aan bet kind, dat een vreugde kreet slaakte, en als ebn tevreden vogeltje begon te kraaien. Neri liet zich dien dag niet meer zien. Met den nacht ging Rosiua's verdriet in schrik en ontzetting over. Er was dus niemand om over haar te waken, haar te beschermen, zoo dit noodig was. Toen zg alleen onder de pijnboomen der uitgestrek te velden van de Marremmen ronddwaal de, was zij nooit bevreesd geweestmaar thans, verloren te raiddan dier opeen- hooping van menschen, die zg niet kende, en die baar allen vgandig toeschenen, was zg voor alles banghet minste gerucht deed baar opschrikken. EiudelLjk deed de vermoeidheid haar insluimeren, eD toen werd zij verschrikt wakker, daar zij ge loofde Fido van pyn te booroDjanken,en eene huivering van ontzetting liep door hare leden. Was hg reeds dood, ol liet men hem eene langzame marteling onder gaan Toen het dag was, stond zg op, gejaagd uitgbput van vermoeidheid, verteerd door eeue brandende koorts. En toen, haar kind aanziende, bemerkte zg aan de bleeke lipjes

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1901 | | pagina 1