AANBESTEDING. No. 66. 17e Jaarg. Zaterdag 23 November 1901. P 0 V E RIS A. Jj Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwse li-Vlaanderen. F. DIELEMAV, AXEL. aanbesteden. Buitenland. FEUILLETON. Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond. ABONNEMENTSPRIJS: per 3 Maanden 50 centfranco per post 60 cent voor België 70 cent. Afzonderl. numm. 5 ct. DRUKKER UITGEVER Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 oent voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren. BURGEMEESTER en WETHOUDERS van Axel, zullen op Dinsdag 10 December, eerstkomend, des voormiddags 11 uur (stadstijd) ten raadhuize te Axel in het openbaar Het afbreken van de be staande Openbare School en hel bouwen van eene nieuwe school, met bijlevering van bouwstoffen. Plaatselijke aanwijs 3 December 1901, voormiddags 11 uur (stadstijd). Bestek en teekeningen ver krijgbaar ad. J ,50 per stel, ter Gemeente secretarie te Axel. Inlichtingen te bekomen bij den archi tect, den heer J. WISSE Jz. te Zaamslag. Axel, den 12 November 1901. Burgemeester en Wethouders voornoemd. D. J. OGGEL. De Secretaris J. A. VAN VESSEM. Het Reu ter-telegram over het aanhouden van een schip met oorlogsbehoeften geeft eenige afwisseling in de min of meer een toonige oorlogsnieuwtjes der Engelsche bladen. Het is altijd: zooveel Boeren gewond, gesneuveld, gevangen en „wij »Hij is ziek dacht zij, het is de koorts die hem zoo laat spreken. De Strega heett mij niet weggejaagd antwoordde zij zacht en nooit heeft de Amerikaan mL\ met zooveel welwillendheid en me delijden aangezien als thans.» Hij lachte spottend. - Dat geloof ik welNu gij u op zoo dwaze wijze voor de geheels wereld gecompromitteerd hebt, dat hij er niet aan deDken kan u tot vrouw te nemen, zal bij minder bezwaar hebben, om Zonder een woord te spreken, koud en fier, verwijderde zij zich. Hij riep haar terug. «Rosina, mijne geliefde, ieven mijner ziel, vergeef mij, mijn engel. Zij keerde zich niet eaDS om, maar ging koelbloedig verder. In den kruisgang ontmoette zij een der ziekenoppassers. Het was een kapucijner. Hij zag haar opmerkzaam aan. »Zijt gij de zuster van deD jongen man, wiens arm afgezet is?« »Neen, zeide zij, vastberaden. Hij is niets voor mij* »In dat geval, figüa mia, zoudt gij beter doen van hem niet te zien. Hij heeft de koorts; hij is prikkelbaar, en de minste hadden geen verliezen." Dat kaperschip want waarom het ding inaar niet dadelijk bij den naam genoemd - is recht vermakelijk. Wij hebben er geen andere informaties over dan die door Reuter gezonden zijn, maar moesten wij op grond daarvan een oordeel veilen, dan zou het luiden bene trovato Als nu het Engelsche volk niet tot in zijn nieren overtuigd raakt, dat de gehate en ge vreesde Boeren zoo brutaal zijn om zelfs in Engelands hoofdstad oorlogsvoorraad op te doen als niet de overtuiging muurvast komt te staan, dat een zoo brutaal volk moet worden uitgeroeid tot den laatsten man, dan zal zelfs Joe niet meer weten welke middelen hij te bedenken heeft om den Jiugo-geest er in te houden. De oorlogstijdingen der bladen leveren eenig commentaar op Kitchener's opga ven. Zoo heet het dat Maritz op den 14n, na het ontruimen van Morrusberg, een plaatsje dat bij de Bergrivier moet liggen, doch in elk geval weinig tiental len kilometers van Kaapstad verwijderd is, slaags was met een gepantserden trein, waarop twee treinen met soldaten volgden. Dezen slaagden erin de Boeren te verdrijven. Maritz had te Morrusburg alleen de telegraaftoestellen ontruimd en vermoedelijk medegenomen wat hem bruikbaar leek. Ook Theron zijn strijd makker, is slaags geweest en wel met majoor Shearman nabij Riebeek-kasteel op 13 dezer, het heet dat hij Westwaarts is gedreven. Kolonel Crabbe heeft 40 Boeren uit een stelling bij Mosterdfontein verdreven en een wagen vol kleeren, benevens 20 paarden buitgemaakt. De Engelschen hadden twee gewonden van Brabant's Horse. Bij al deze berichten bemerkt men een zorgvuldig streven naar de uiterste soberheid. De censor is do bescheidenheid in persoon. Hij heeft zelfs ettelijke telegrammen zoo weinig gehavend, dat men er met een beetje goeden wil Engelsche overwinningen van kan tnaken. Men oordeele Den 15en heeft de kommandant van Sterkstroom te Sleepshoek, ten Westen van eerstgenoemde plaats, kapitein Oral Klaassen, behoorende bij Fouchés com mando gevangen genomen. Denzelfden dag heeft een Engelsche macht onder kapitein Blakeney een treffen met de Boeren gehad, die ten Noorden van Sterk stroom den dag te voren den spoorweg waren overgestoken. De Boeren kregen twee gesneuvelden en een gewonde, de Engelschen hadden geen verliezen of zij vermelden die niet. Ook ai uit beschei denheid. Verder wordt gemeld dat hier en daar ettelijke rebellen zijn opgepakt, bij voorkeur in de streken, die „gezuiverd* heeten. In het verre Westen is het belang rijke Nicaragua-tractaat tot stand gebracht dank zij den arbeid en den ijver dier beide knappe diplomaten, Staatssecretaris Hay van de Unie en de Britsche gezant lord Pauncefote. De bepalingen van het tractaat zijn nog niet in bijzonderheden bekend, hoewel vroeger de grondslagen reeds zijn medegedeeld. De openbaar making zal niet geschieden alvorens de Senaat zal hebben besloten de geheim houding op te heffen. Het voornaamste punt van verschil tusschen de nieuwe overeenkomst en die, welke niet door den Senaat werd aangenomen, is dat de neu traliteit van het kanaal thans alleen door de Vereenigde Staten zal worden gewaar borgd met terzijdestelling van Engeland. De handel van alle natiën zal evenwel ten aanzien van het kanaal in'geheel gelijke conditie zijn geplaatst. In dit opzicht hebben de Vereenigde Staten geen voorrang. Door de nieuwe overeenkomst wordt aan de Vereenigde Staten de vrij- •heid tot den aanleg van het kanaal ge geven. De Regeering zal, naar wordt verwacht, thans onmiddellijk trachten overeenstemming te verkrijgen met Costa- Rica en Nicaragua, in verband met den aanleg van het kanaal en het stelien van den termijn. Dit uit het verre Westen. Van het verre Oosten spreekt ons de „Courier d'Haiphong" die twee decreten bevat van de Keizerin-weduwe, gedagteekend van 9 Augustus en 11 September 1901. Het eerste decreet beveelt, dat belangrijke hervormingen zullen worden ingevoerd in het leger. De militaire graden zullen niet meer worden verleend na het afleggen van examens volgens de oude programma's. Van de candidaten zal bijvoorbeeld de bevredenheid in het spannen van den boog en het afschieten van pijlen, zoowel te paard als te voet, niet meer worden ge vorderd ter verkrijging van de graden van bachelor, licenciaat en doctor in de krijgs kunst. Er zullen scholen worden opgericht, speciaal ingericht tot het opleiden van officieren. Bij het tweede decreet wordt de koopbaarheid van ambten en bedie ningen afgeschaft. De Keizerin gelast voorts, dat een ernstig onderzoek zal eene en de klopper in de andere hand, plaatste zich vlak voor hem. »Naar den duivei gaan en ons met vrede laten,* antwoordde zij vastberaden. Neri zuchtte, »Acb 1 gjj gelooft mij niet, zeide hij op roerenden toon. Ik ben tot a geko men, als tot mijne moeder, hopende dat gij mij zoudt helpen om verder van mijne wond te genezen en ook hopende dat gij mij een middel zoudt aan de hand doen om mijn brood te verdienen.* »Gij zijt geen kind. Zoek zelf dat middel en zoek vooral eerst om een eer lijk man te worden.* „Ik ben reeds begonnen. In het hos pitaal heb ik leeren lezen en met de hand die nog overblijft zal ik leeren schrijven.* »En dan Denkt gij dat dit genoeg is om een eerlijk man van u te maken »Wat moet ik dan doen?* kermde Neri. >Ik heb het u reeds gezegd heengaan, als gij niet wilt, dat ik u door Morino zal laten wegjagen Neri stond met moeite op. »Ik zal u gehoorzamen, Giuditta. Wees slechts zoo goed, mijne afscheidsgroete aan Rosina over te brengen Poverinaik bemin haar meer dan het leven, en daarom wil ik haar met vastketenen aan mijn ongelukkig lot. Zeg haar, dat zij mij ver- gete, dat xjj gelukkig zij. Ik ga het land verlaten. Hier te blijven in hare nabijheid^ ontroering zou hem noodlottig kunnen worden. Zij bleef hijgend staan. »Hij zou er van sterven 1* »Well wie weet? Misschien.* »Hij zou sterven door mijne schuld!* Snel als de gedachte, keerde zij op hare schreden terug. >0 NeriNeri 1 fluisterde zij terwijl zij haar liefelijk, met traoen besproeid gelaat over het bleek gelaat van den gekwetste boog; wees kalm, wees bedaard, vergeef mtj, mijn geliefde Ik weet wel, dat gij niet alles, wat gij zegt, gelooft, het is de koorts, die u zoo deed spreken,* niet waar Om haar te antwoorden gebruikte hij al do liefkozende woorden, waaraan Tasso's taal zoo rijk is. Zij ging gerustgesteld naar buiten, maar slee-te haar keten, die nu nog zwaarder was geworden, met zich voort. Toen Giuditta op een dag bezig was met vlas uit te slaanonder de loggia zag zij Neri geheel zwak en bleek naar zich toe komen. Zijn groote zwarte oogen rolden in hunne kassen en met effectatie bewoog hij de ledige mouw van zijn jas Hij viel op een der banken onder de loggia neder en een smeekenden blik tot Giuditta opheffende, zeide hij met flauwe stem waarvan hij de werkelijke zwakheid nog overdreef. »Ik ben gekomen om u te bedanken voor uwe goede zorgen en om u verge ving te vragen.* >Het is goed, zeide de boerin koeltjes en ging weer aan het werk. Neri liet zich niet ternederslaan en wachtte totdat de handvol vlas genoeg zaam was uitgekiopt, en Giuditta eene andere moest nemen. »Giuditta zeide hij toen ootmoedig, als Sij wist hoe ongelukkig ik ben, dan zoudt gij mij niet zoo slecht ontvangen, gij, die u altijd ovt>r de ellendigen ontfeimt. Ik had ongelijk het is waarom uwe Rosina te beminnen, maar was het mijn schuld? Sedert ik haar damo ben heb ik mijn best gedaan om harer waaidig te worden Helaasde slechte naam van mjjn vader was mij noodlottig.* Ik raad u om geen kwaad van uwen vader te zeggen, want gij zijt niet beter dan hij.* Neri zuchtte. »Ik zie dat het nutteloos is om u van mijn oprechte pogingen te spreken en van mijne goede voornemens Het zal dus mijn gedrag moeten zijn, dat te mijnen gunste bij u spreken zal. Giuditta ik be grijp heel goed, dat, een arme verminkte zoo als ik, niet meer van liefde kan spre ken tot het mooiste meisje van het land. Ik kan niet meer werken, om in rmjn onderhoud te vooizien en toch ben ik vast besloten een eerlijk man te worden. Wat moot ik doen Giuditta geef mij raad Giuditta met eene streng vlas in de

Krantenbank Zeeland

Axelsche Courant | 1901 | | pagina 1