i\o. 49.
Woensdag 25 September 1901.
17e Jaar",
Nieuws- e ii Advertentieblad
voor Zeeuwse h -Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
Eene verrassing.
FEUILLETON.
F 0 Y E. RIH A.
Gratis Verloting
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
A B 0 N N E M E N T S PR IJ S
per 3 Maanden
50 centfranco per post 60 cent
voor België 70 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
AXEL.
Advertentiën van 1 tot 4 regels 25 cent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worde»
naar plaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterlpk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
Waardoor zullen wij het GEÏLLUS
TREERD ZONDAGSBLAD nog aantrek
kelijker maken voor onze abonné's?
Op welke wijze kunnen wij de belang
stelling in deze Illustratie nog verhoo
gen, het Geïllustreerd, Zondagsblad doen
zijn, „den huisvriend in elk gezin."
Deze vraag stelden zich bij herhaling
de uitgevers.
Door verbetering van den inhoud
Dat is bijna niet meer mogelijk
Duizend prachtige gravurenmeest be
trekking hebbendé op recente wereldge
beurtenissen hoogst spannenderijk geïllus
treerde romanskeurige schetsen en verhalen
rebussen, puzzles, anecdoten eet., eet.,
worden in het Geïllustreerd Zondagsblad
opgenomen en boeien de aandacht der
talrijke lezers, van week tot week.
Thans weder is aanvang gemaakt met
de opname van eenen nieuwen, zeer be
langwekkender grooten roman, versierd
met talrijke gravuren getiteld
Vreeselijke ervaringen van een hoog-
geplaatsten ambtenaar.
Er is zeker geen Illustratie hier te lande,
die zooveel fraaie gravures, zooveel be
langwekkende verhalen biedt en daarbij
zoo spot-goedkoop is als het Geillustreerd
Zondagsblad."
Toch willen de uitgevers nog meer doen.
Het GEÏLLUSTREERD ZONDAGS
BLAD moet nog meer worden het Familie
blad, dat in geen enkel huisgezin ontbreekt.
Daartoe hebben de uitgevers besloten
de abonnés eene verrassing te bieden, in
den vorm van kostelooze deelname aan eene
Rosina bleef een oogenbhk staan en
peinsde, plotseling sprong zij vooruit,
vloog pijlsnel door de menigte heen, sprong
eene beek over en veidween, eer iemand
er nog aan gedacht had, haar tegen te
houdeD of te vervolgen.
De hond volgde haar natuurlyk op de
hielen.
De herder bromde en vloekte, maar
daar iedereen lachte, eindigde hij met
zelf mede te lachen. Hjj trok de schou
ders op, verzamelde zijne schapen en
vervolgde zijnen weg.
Dien nacht sliep Rosina op den top van
een heuvel, op het zachte, dikke mos,
waarmede de grond bedekt was. Aan den
voet van een hoogen pijnboom, die eene
heerlijke hartsgeur verspreidde, legde zij
zich als eene jonge kat tusschen de pooten
van Fido terwijl zij haar hoofd zachtkens
nedervleide op den harigen nek van haren
vriend. Voor haar middagmaal bad zij
slechts eenige verrotte kastanjes gegeten,
die zij uit den bergstroom had opgevischt,
en d9 beste er van had zij nog aan Fido
gegeven. Bij het aanbreken van den dag
ontwaakte zij en schudde den dauw af,
die hare kleederen doorweekt had. De
meeiien zongen vroolijk in de olijfboomen
van DUIZEND GULDEN.
Zie de aankondiging in het blad van
22 Sept.
Voorzeker zal niemand versmaden om
geheel kosteloos want eenige inleg
wordt niet gevorderd de kans te hebben
om een niet-onaanzienlijk bedrag te win
nen. Waarlijk eene aardige verrassing
Wig kunnen onze abonnés, die nog niet
op het Geillustreerd Zondagsblad geabon
neerd mochten zijn, slechts aanraden om
zich daartoe bij ons aan te melden
Onderstaand inteekenbiljet gelieve men
ingevuld spoedig aan ons bureel te laten
bezorgen, opdat men het begin van den
roman ontvange en recht hebbe op deel
name aan de vermelde verloting
DE UITGEVER.
De ondergeteeken.de verlangt geregeld bij
de Courant te ontvangen het
GEÏLLUSTREERD zondagsblad
tegen den prijs van 371/, ets. per 3 maan
den, franco per post 45 ets.
NAAM:
WOONPLAATS
de groots witte heidestruiken, geheel in
bloei en naar honing ruikende, wiegelden
zich in het windje als wierookvaten de
insecten gonsden rondom de dwerg- lisch-
bloemen en de groote 100de leliën, die in
de rotsspleten groeiden. Fido schudde zich,
rekte eerst de voorpooten uit en daarna
de achterpooten, en ging toen tegenover
zijne meesteres zitten, terwijl hij haar
ernstig aankeek, alsof hij haar vragen
wilde, wat er nu gedaan moest worden.
Toen bemerkte de poverina, dat zij ergen
honger had, en zij zeide het aan den hond.
>Daar zijn wij nu met ons tweeën geheel
alleen op de wereld, Fido mio Vader en
moeder hebben ons verlaten. Zy hebben
ons langs den weg gezaaid, u op den eenen
weg en my op den anderen. Wel, wij
zullen te samen leven, en wij zullen
elkander nooit verlaten neen nooit.
Niet waar Fido, daar zal wel ergens eene
medelijdende ziel zijn, die ons eene snee
polenta, of eene handvol kastanjes geeft.
Er is ook wel altijd iets voor de vogels
tusschen bet gras te vinden.
Zy zag rondom zich en gaf eene schreeuw
van vreugde. Een boschje boschaardbeien,
die reeds rood begonnen te worden, sid
deren op hare stengels. Zoo ging zij voort
met in het mos te snuffelen als een vogel,
die zijn ontbijt zoekt. Een weinig verder
vond zy eenige pijnappels, die reeds half
geopend waren en hare zoete amandelen
lieten ontsnappen.
Zij kraakte ze en knabbelde de pitten
Riiiieiilaiid.
Toen de Britsche pers zich zette lot het
schrijven van minder of meer huilerige
beschouwingen over de klappen door de
Boeren aan Kitchener's leger toegebracht,
had zij stellig niet gedroomd 's anderen
daags weder een treurmare te moeten
melden.
Ditmaal hebben de Boeren twee kanon
nen veroverd van de Koninklijke rijdende
artillerie, een van de keurkorpsen. Uit het
telegram valt, ofschoon niet met voldoende
zekerheidop te maken, dat het gebeurde
voorviel in de buurt der waterwerken van
Johannesburg. En de vermelding dier
waterwerken, èn het noemen van het
nabij gelegen Vlakfontein wijst daarop.
De Boeren zijn zoo gehoorzaam als het
maar kan. Kitchener heeft geconstateerd,
dat zij geen geschut meer hadden nu
zorgen zij er voor het weer te krijgen.
Het is duidelijk, dat de klappen, die op
zoo verschillend deel van het oorlogsveld
tegelijk vallen, niet aan toeval, maar aan
een weloverdacht plan zijn te wijten. En
het komt ons geenszins ondenkbaar voor,
gelijk sommige Engelsche bladen op gezag
van Laffan beweren, dat Botha en De
Wet het over een plan van inval in Natal
volkomen eens zijn. Dat kan heel leelijk
worden voor de Britten want hoe langer
de oorlog duurt hoe meer zij verzwakken.
Er is dan ook een roerende eenstemmig
heid in de organen van Jingo's en pro-
Boeren hieroverdat de Regeering haar
plicht moet inzien, het leger versterken
en de Boeren onderwerpen met de kracht
van wapenen, niet door proclamaties, enz
Alleen, als twee hetzelfde zeggen is het
als of zij een eekhorentje ware geweest
Fido zag haar aan en gaapte.
„Ik ben een zelfzuchtig schepsel 1l iep
zij. Ik eet en gij hebt honger! Daar
is hier ook niets voor u. Kom, laat ons
ergens anders gaan zoeken.
Zij stond op en liep voort, zonder te
weten, waarheen. In haren dollen loop
van den vorigen dag, had zij volstrekt
geen acht geslagen op den weg, daar zy
aan niets anders had gedacht, dan om
een' zoo groot mogelijken afstand te
plaatsen tusschen Fido en den herder,
die hem wilde dooden. Toen hare ge
wonde voeten weigerden haar verder te
drageü, was zij stil blijven staan op eene
plek, diebe begroeid met brem en heide.
Thans wist zij volstrekt niet, waar zij
zich bevond, ot waar zij ergens eenen
weg kon vinden.
„BahL riep zij met een gebaar van
zorgeloosheid, ik behoef u slechts te vol
gen. Fido wijs mij den weg.
De hond snuffelde langs den grond, en
na vele bochten en kringen gemaakt te
hebben, kwam hij aan eene plaats op
den heuvel, waar de naakte rots geen
spoor van plantengroei vertoonde. Een
weg liep er om heen, en in de verte werd
men een torenspits gewaar.
„Santa Maria djel Giudiceriep Rosina
met een vroolijken lach, Fido mio, nu
zullen wij wel te eten krijgen, want
wij komen in een bekend land. En in
nog niet precies eender. Zoo zegt de
Morning Leader" er is geen twijfel aan,
dat de oorlog lang en kostbaar zal zijn,
maar gestrengheden, die men zou wraken
als politieke maatregelen, worden mis
daden als men zijn toevlucht daartoe
neemt om geld te sparen of uit onmacht
om flinker op te treden. Hetzelfde blad
noemt Botha's aanval een antwoord op
Kitchener's proclamatie en zoo doet ook
de Daily News". Dit blad begint zijn
»diep leedwezen" uit te drukken, hetgeen
reeds zou zijn op te maken uit den rouw
rand, die het blad, evenals de Morning
Post," om zijn kolommen afdrukt Overi
gens is het hoofdartikel de lezing zeer
waard en komt er menig ernstige, en als
de Regeering wilde, behartenswaardige
wenk in voor. Het blad herinnert hoe de
uitroeiingsmaatregelen van Alva in Neder
land den onverzettelijken wil naar vrijheid
deden ontwaken op het oogenblik, dat het
land, bijna lamgeslagen ter neer lag. Even
eens zou het de verkapte barbaarschheid
van onze onbeduidende Regeering kunnen
zijn, die ons ten laatste Zuid-Afrika zal
doen verliezen, zoo zegt het blad.
De Morning Post" zegt ronduit, zonder
uitwegen te zoeken, dat het slecht nieuws
is, dat van het oorlogsterrein is ontvangen.
Daaibij wijst het blad erop dat men daar
enboven moet bedenken, dat de lente in
Zuid-Afrika nu gaat beginnen, hetgeen
voordeelig is voor den vijand, zoodat
nu gebleken is, dat de oorlog niet op 15
September uit was er geen aanneme
lijke reden kan bestaan, dal hij niet nog
eenige maanden zal voortduren. En verder
gromt het blad, dat het in éen gevecht
twee honderd man buiten gevecht stellen
een soort van vroolijk gekir uitbarstende
zong zij
Equesta strada la vo' matttonare
Die rose e fiori la vorre' coprire,
D'acqua rosata la vorre' bagnare,
(Met rozen zou ik dien weg willen be
zaaien. met bloemen zou ik hem willen
bedekken, met rozenwater zou ik hem
willen besproeien.)
Hl.
Santa Maria wordt gevormd door een
bevallige groep huizen op de glooiing van
een' heuvel, van welks top men de
groote vlakte van Pisa met zijn drie
phantastische monumenten, den dom, den
Battistero en den overhangenden toren,
beheerscht. Van dien afstand gezien,
schijnen deze gebouwen eenen buitenge
wonen omvang te hebben en de geheele
stad met hunne schaduw te bedekken.
Verder op ziet men de zee in den zonne
schijn schitteren.
De Locanda, de herberg van Santa
Maria, bevindt zich op een stofferig
pleintje,waardoor zij van de keik wordt
gescheiden. Deze heiberg wordt sterk
bezoebt, vooral door de herders, die er
altijd stilhouden, als zij tweemalen in
het jaar voorbijtrekken. Op dat pleintje
ziet men altijd eene ophooping van biroc-
cini en ossenkarren, want aan den anderen
kant is de weg niet meei bruikbaar voor
rytuigeD, men moet te voet of op muil-