IV U Lï ti
No. 98.
Woensdag 20 Maart 1901.
16e Jaarg.
Nieuws- en Advertentieblad
voor Zeeuwsch -Vlaanderen.
F. DIELEMAN,
AXEL.
Buitenland.
FEUILLETON.
Dit Blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond.
ABONNEMENTSPRIJS:
per 3 Maanden
50 cent; franco per post 60 cent
voor België 80 cent. Afzonderl. numm. 5 ct.
DRUKKER UITGEVER
Advertentie n van 1 tot 4 regels 25 oent
voor eiken regel meer 5 cent. Groote letters worde»
naar olaatsruimte berekend. Plaatsing 3/2 maal
Advertentiën worden franco ingewacht, uiterljjk
tot Dinsdag- en Vrijdagnamiddag TWEE uren.
- Voornamelijk in de Engelsche kranten
leeft de hoop op den vrede door de
onderhandelingen met Botha nog altijd
voort. De Daily News" houdt vol, dat de
door haar meegedeelde vredesvoorwaar
den niet ver van de waarheid zijn en
acht de kansen op het sluiten van den
vrede bemoedigend. Ook liep te Londen
het gerucht, dat de Regeering bevel ge
geven had om geen gevangenen naar
St. Helena of Ceylon te zenden.
Wat de mensch wenscht, dan ziet hij
liclit komen en de Engelschen zijn ook
menschen Na de milliarden die de oorlog
gekost heeft en de waarschijnlijkheid, dat
er nog meer milliarden bij moeten, is
het verlangen naar den vrede zeer ver
klaarbaar.
Men spreekt ook van een andere reden
De met spoed bijeengeroepen Ministerraad
waaraan Reuter seinde, dat er voorname
lijk ook zou gesproken worden over de
onderhandelingen met Botha, of met an
dere woorden over gunstiger vredesvoor
waarden aan de Boeren, zou een andere
oorzaak hebben gehad en wel de gespan
nen verhouding tot Rusland. Wellicht
heeft men te Londen er de lucht van
gekregen, dat China de overeenkomst
aangaande Mandschoerije heeft goed ge
keurd en daarmee aan Rusland ongeveer
het protectoraat over Mandschourije is
opgedragen. Wanneer Rusland tractaten
sluit, bedingt 't voordeelen voor zich niet
voor anderen en Noord-China zou met
zulk een tractaat niet alleen voor andere
Mogendheden gesloten zijn maar China
ook een groote veer uit zijn staart ge-
18)
WAT MOET HIJ WORDEN?
Lezers kent gij nu het dorpje Groeneioal?
Neen, want gij hebt het gezien in den
tijd toen de heer Van Willigen daar burge
meester werd, 6D wanneer gij het thaDs
weder zaagt zouden weinig meer dan de
kerkspits en de pastorij u herinneren dat
het dezelfde plaats is van voorheen. Zelfs
de vriendelijke natuur, de omstrekeD zijn
veranderd de graan- en boekweitvelden
hebben geheele heidevlakten verdrongen.
Wel mocht men het in Groenewal voor
een teeken van vooispoed houden, dat
ten tijde van de benoeming des nieuwen
burgemeesters twee ooievaren klepperend
kwamen aanvliegen, en hun nest maakten
op het lievo kerkje, waar toch de domine
reeds sinds lang eene plaats voor hen
had bereid, zonder gevolg. Het bloeide
sedert dien tijd dat plekje door eensge
zindheid en liefdeHoe dankbaar was
die geme nte gehecht aan burgervader en
i predikant! en Van Willigen, die uit de
koopstad gekomen was, riep van daar
diirwijls zijne talrijke betrekkingen en
viienden naar het oord des vredes. dat
allengs meer en meer belangstelling op
wekte. Landhuizen werden opgericht, lan-
rukt om aan de groote geldeischên der
Mogendheden te voldoen.
Dat Rusland om zich bij China aange
naam te maken de Mogendheden steeds
den voet dwars zet, kan men aannemen
omdat Rusland gewoonlijk dubbelzinnig
handelt. De spanning met Engeland laat
zich das verklaren. En op een bepaald
punt zou die spanning zelfs op 'toogen-
blik groot zijn De Russen hebben bij
Tientsin een stuk land bezet, dat zij
beweren dat hun eigendom is. De En
gelschen beweren hetzelfde. Russische
cn Engelsche militairen staan daar ge
wapend tegenover elkander in afwachting
van de beslissing te Petersburg en te
Londen
Volgens de laatste berichten wierpen
de Russen verschansingen op en hebben
de Engelschen de bajonet op 't geweer
Hoe 't af zal loopen weet men niet,
maar is de spanning werkelijk zoo groot
als gezegd wordt, dan zou het niet zoo
vreemd zijn, dat Engeland vrede wil
maken met de Boeren.
Zoolang de Zuid-Afrikaansche oorlog
duurt, is Engeland tegenover Rusland
vrij wel machteloos.
Aan niet-Engelsche zijde is de vrede-
hoop in dezelfde mate aan het dalen als
die aan de Theems rijst. De onderhands
lingen duren t§ lang en men begrijpt
eigenlijk niet, waarom Botha zoo lang
onderhandelt, tenzij de Engelschen die
onderhandelingen aanhonden omdat zij
belangrijke concessies willen doen, Botha
is niet ingesloten door de zeven kolon-
nes en de Engelschen hebben op hun
tocht veel verliezen geleden, niet het
minst aan zieken.
den ontgonnen on ieder jaargetijde bracht
nieuwe zegeningen aan.
Doch te gelijk met hel schijnbaar weg
sterven der natuur, en met het wegtrek
ken der ooievaars sloot de brave burger
vader voor altijd zijne oogen en de ge
meente betreurde haren weldoener. Mön
vreesde dat van dezen slag het dorp nooit
zoude opkomen men vergat dat met
het sterven van den zaaier de in de aarde
gestorte zaden niet versterven, dat het
goede achter blijft als Deerlijke nalaten
schap, en voor dat nog de vroolijk klep
perende trekvogels terug kwamen, was
men reeds overtuigd, dat dezelfde eens
gezindheid en liefde, dezelfde welvaart
niet meer afhankelijk konden zijn van een'
persoon, daar een ieder doordrongen was
geworden van de noodzakelijkheid om
zamen te werken tot hetzelfde doel.
Jaren zijn verloopen sedert het afster
ven des vredestichters. De predikant Bondt
is reeds een zestigjariger geworden en wij
zien met genoegen, dat die zilveren kruin
overal eerbied vergt, als hij nog tamelijk
recht met zijn stokje door het dorp wan
delt, terwijl eenvoudigheid en liefde op
zijn wezen staan uitgedrukt. Hij heeft
zich nooit over talrjjke bezittingen te ver
heugen gehad, hoewel het vermogen van
zijne vrouw, gezamelijk met zijn tracte-
ment, hem in staat stelden om onbezorgd
te leven. Hij was slechts korten tjjd ge
trouwd geweest, en, ofschoon zjjne gade
hem verscheiden kinderen had geschonken
Het eenige voordeel van de Engelschen
is, dat zij het land ten Oosten van Pre
toria geheel hebben verwoest, daarbij
veel vee buit gemaakt en bij toeval ka
nonnen en munitie opgegraven. De trei
nen van Lorenzo Marquez zijn echter
daarom niet veilig, getuige de aanval bij
Bplmoral, op omstreeks 50 mijlen afstands
van Pretoria. De Engelschen troosten
zich altijd gemakkelijk en verheugen zich
dat de goederentrein werd verbrand en
niet de trein met geld.
Botha heeft zich kunnen redden en
met verlies van een paar honderd gevan
genen is hij geheel buiten het bereik van
de Engelsche troepen. Last heeft hij van
French in de laatste dagen volstrekt niet,
want er valt veel regen en de Engelsche
soldaten loopen niet door het nat. Waar
om zou Botha dus de wapenen neerleg
gen. tenzij op zeer gunstige voorwaarden
waarvan niet te denken is, dat de En
gelschen nu reeds zullen toestaan, De
Wet weigert beslist; hij is weer in de
buurt van Senekal en er moeten weer
nieuwe kolonnes gemaakt worden om
hem in te sluiten of althans zijn hielen
te vinden.
Over 't geheel zijn de Boeren in het
Oosten van den Vrijstaat weer zeer ac
tief Tusschen Harrismith en Albertina
hebben zij de spoorlijn vernield. Een af-
deeling Engelsche troepen, kwam weer
te laat om dat beletten.
In het Westen van Transvaal is De la
Rey steeds meester van het land en valt
zoo nu en dan een van de Engel, garni
zoenen aan.
Men ziet, het een bij het ander geno
men is de toestand van de Boeren vol-
had hij alleen zijne twee jongste zonen
mogen behouden. Langen tijd heeft hij
reeds als weduwenaar geleefd, en de zorg
over het tweetal toevertrouwd aan juf-
lrouw Van Solmen eene oude, goede een
voudige, op sommige punten zelfs simpele
ziel. Deze beide menschen, in den avond
huns levens de blikken ten hemel gesla
gen als de plaats hunner hope, hadden
slechts getracht de harten der zonen met
vroomheid te vervullen. De jongste Bou-
dewijn genaamd, ondervond echter vooral
de liefde van de oude juffrouw Van Sol-
men, zoo zelfs, dat er heel wat te doen
was, toen domine Bondt verklaarde, dat
zijn oudste zoon Karei het predikambt
zou bekleeden maar dat hij met zijn
tweeden zoon andere plannen had. Juffiouw
Van Solmen, die in vele andere zaken
nog al naar zin kreeg en (altijd vol chris
telijke liefde) vrij despotisch in huis den
schepter zwaaide, kon hier domine niet
tot andeie gedachte breDgen. En lochals
men de karakters der twee jongens naging,
zoo moest men erkennen, dat, hoezeer
de reden ook daarin bij de juffrouw niet
mocht gelegen zijn, Boude wijn oneindig
moor geschiktheid voor het predikambt
had dan zij" oudere broedei.
Karei toch was in den volsten zin des
woords een woesteling, een speelsche jon
gen, een deugniet, zooals men wil dat
domine's kinderen meestentijds zijn. Leven
dig van aard, klom hij over muur en
schutting, plunderde de arbrikozen-boomen
strekt niet van dien aard, dat zij den
guerilla moeten opgeven, vooral met nu
zij in de pest zulk een krachtigen bond
genoot hebben gekregen.
Te Kaapstad eergisteren 4 nieuwe pest-
gevallen onder blanken en 8 onder kleur
lingen, 37 personen zijn overleden. De
overheid te Kaapstad heeft bijeenkomsten
van meer dan 25 personen verboden, ten
einde protestvergaderingen te voorkomen.
Tweeduizend kleurlingen zijn tegen de
pest ingeënt. Te Malmesbury is een ge
val aangegeven. Aan boord van het trans
portschip „Antillan", dat te Sydney ligt,
is weer een geval van pest voorgekomen.
Een der twee personen, die te Perth aan
getast zijn, is een lid van het Parlement
van West-Australië.
De Boeren hebben bij Venstersburg
Road (tusschen Kroonstad en Smaldeel)
den spoorweg vernield. Zij doen dagelijks
aanvallen op de veewachten en hebben
reeds veel buik gemaakt. Zeerust blijkt
nog steeds belegerd en de belegerden
smeeken om voorraad. Wat nog voorhan
den is raakt snel op, zegt het telegram
en weldra zal aan alles gebrek zijn. Aard
appelen worden met een schilling per vier
stuks, uien met een shilling per twee
betaald zeep doet een shilling per pond.
Men kan zoo merken, dat Methuen die
streek heel slecht heeft »schoongewas-
schen". Uit de Kaapkolonie is er nage
noeg niemendal. De colonnes van kolonels
Scobell en Colenbrander zijn te Graaff
Reinet aangekomen en bereiden zich daar
voor op een gezamelijke achtervolging
van de invallers. De colonnes Crewe en
Herbert zijn te Cradock aangekomen. De
Boereü hebbeD de telegraaflijnen tusschen
ranselden de honden en was de grootste
plaag van het dorp. Boudewijn, daaren
tegen, was van zijn vroegste jeugd af al
»een zoete jongen" geweest, die graag in
den bijbel las, liefst in de schemering
wandelde, lang op zijne lessen moest
blokken en ze toch alt(jd goed wist op
te zoggen, die voor een balletje uit juf
frouw Van Solmens trommeltje altijd een
versje wou opzeggen, ook als Karei er
de wip van gaf, en alleen maar het ge
brek had van vreeselijk driftig te huilen
en te schreeuwen als Karei hem plaagde.
Dan kreeg de oudste knorren en somtijds
straf, en men trachtte den hartlap van
onze huishoudster met een koekje den
mond te stoppen, hetgeen echter niet alf
tijd gelukte. Boudewijn kende de vier
Evangeliën bijna van buiten Karei had
nooit een tekst woordelijk in zijn hoofd
kunnen krijgen Boudewijn zou niets
liever wenschen, nu hij wat ouder is ge
worden, dan het zijae te mogen bijdragen
tot instandhouding der rechtzinnigo Gere
formeerde leer, waaraan toch domine
Bondt zelf zoo innig gehecht was, Karei
daarentegen had wel aanleg om een vrij
geest te worden, hij ging zelfs nu al bij
verkiezing met Adriaan Bolcken, om, die
Roomsch was, hetgeen juffrouw Van Sol
men vooral schrikkelijk hinderde, hij sloeg
de middagbeurt meestal over en gaapte
onophoudelijk bij het voorlezen van de
formulieren als er kinderen weiden ge
doopt. Wat mocht toch de roden z(jn dat