Binnenland.
Landbouw.
Provinciale Staten van Zeeland.
Huwelijk der Koningin. Te 's Gravenhage
is het bestuur gevormd van een Vrouwen
comité voor een huldeblijk aan H. M. de
Koningin bij gelegenheid van Hr. Ms. aan
staand huwelijk.
Daarin hebben o. a. zitting barones van
Harinxma thoe Slooten, geo. Collot d'Es-
cury, ecbtgenoote van den burgemeester
van Den Haag, als presidente; mevr.
Pierson W aller, als vice-presidentemevr.
Gleichman-Cort van der Linden, ecbtge
noote van den president der Tweede kamer,
als penningmeesteres, en jonkvr. Schorer,
dochter van den vice-president van den
Raad van State, als secretares.
Boterwet. Door den minister van
binnenlandscben zaken is eene nota van
wijziging ingezonden tot verhooging van
enkele artikelen der Staatsbegrooling voor
1901 in verband met de invoering der
boterwet.
Aan elk der Rijkslandbouwproefstations
te Goes, Groningen, en Maastricht, zal
zoolang het gerechtelijk boteronderzoek
niet is overgebracht naar het Rijkszuivel-
station te Leiden, tijdelijk een buitenge
woon ambtenaar moeten verbonden wor
den om te worden belast met het tweede
onderzoek van elk monster, noodig inge
volge het bepaalde bij art. 10 der nieuwe
Boterwet. Zoodra dit proefstation gereed
is, zullen verdere uitgaven noodig zijn, en
een en ander eischt vei hooging van uit
gaven. De ramingen zijn vastgesteld in
overleg met de deskundige botercommissie.
Het getal botervisiteurs wordt althans
loopig bepaald op 7, aan welke beambten
respectievelijk de hieronder volgende as
sorts zouden worden aangewezen.
Amsterdam, 's-Gravenhage, Rotterdam,
Leiden en Delft; het overige gedeelte van
Zuid-Holland, Zeeland en de helft van
Nooid-Brabant, de andero helft van Noord-
Brabant en Limburg, Utrecht, Gelderland,
en Overijsel, Friesland Groningen en
Drente.
De jaarwedden dier beambten zouden
ƒ800 kunnen bedragen, behalve die voor
de visiteurs te Amsterdam en 's-Graven
hage enz., welke, met het oog op de duur
dere levenswijze in die steden, hooger zul
len moeten worden gesteld,
Voor de kosten van een rijkszuivelsta-
tion te Leiden wordt ƒ20.000 berekend.
(M. Ct.)
Uit het verslag van het rijkslandbouw"
pi oefstation te Goes over het jaar 1899
met net aangename bericht van den oor
log te verrassen. Ongelukkiger wijze had
graaf van Oron gezelschap, waaraan zij
niet mocht ontbreken. Zij zond aan Niko-
laas eenige regels, en verzocht hem, al
werd het ook wat laat, haar af te wachten.
Nikolaas was reeds bijna hersteld, en
sedert eenige dagen uit het bed. Toen de
brief van Paulina kwam, had hy reeds
en wel op eene verrassende wijze het
vertrek der afgezanten vernomen. Een
persoon, die bij dit gezantschap behoorde,
was bij hem gekomen, en had hem een
brief gebracht van den volgendon inhoud
«Mijnheer, op het punt zijnde naar En
geland terug te keeren, verneem ik eerst
den naam van een man, dien ik in den
tuin van Drouet alleronwaardigst heb be-
haudeld. Ik deed het in dionkenscbap
gij waart onschuldig en ik vergoot uw
bloed. Ik ga niet uit Frankrijk zonder
mijn plicht te hebben gedaansta mij
toe te gelooven, dat gij het mij vergeeft,
en dat ik u bijgaande papieren op de Fran
sche Oostindische compagnie, die jaarlijks
tien duizend renten geveo, als uw eigen
dom mag overgeven. Ik wil niets uit dit
gehate land medenemen dan uwe ver
giffenis.
S. T. Brown, Esp.
Nikolaas dacht edel genoeg, om den
Engelscbman de papieren met de verze
kering zijner vergiöenis terug te zenden
blijkt dat tegenover het voorafgaande jaar,
het eerste jaar ua de splitsing van het
oorspronkelijke (Breda) Goes voor het jaar
1899 eene toename der werkzaamheden
valt waar te nemen.
Onderzocht werden 868 monsters mest
stoffen, 203 voedermiddelen en 44 divers-
sen, of te zamen 1210, Voorts 4232
monsters suikerbieten en 312 monsters
boter.
Uit Zeeland kwamen 1172 monsters
van 301 inzenders, waaronder 41 ver-
bruiksvereenigingen.
De ontvangsten bedroegen 5060.58,
waaronder zijn begrepen de openbare con-
trolegelden van meststoffen en voeder
middelen over 1898 434.89)de, uit
gaven beliepen 3835- M Ct-
In de jl. Vrijdag gehouden vergadering
werd o. a. aangenomen het voorstel van
Ged. Staten tot verlenging van den ter
mijn voor het in exploitatie brengen van
den stoomtramweg Hulst Walzoorden
aangenomen is het voorstel tot afwijzing
van het verzoek van den gemeenteraad
van Ossenisse om subsidie voor den aan
leg van eene haven aangenomen werd
het voorstel tot het verleenen van een
renteloos voorschot van 20,100 voor
wegsverbetering aan den polder Nieuw-
Kieldrechtaangenomen werd het voor
stel tot het verleenen van een crediet
aan de afdeeling Zeeland van de vereeni-
ging Het Nederlandsche Ruadveestam
boek ten behoeve der veefokkerijaan
genomen werd het voorstel tot vereeni-
ging van de nieuw bedijkte gronden in
den Brakman tot een waterschap.
De heeren Hennequin c. s. vroegen en
verkregen ten slotte vergunning tot het
doen van een voorstel, vreemd aan de
orde van den dag. Dit voorstel strekte
om aan de landbouwtentoonstelling, van
wege de Maatschappij tot bevordering van
landbouw en veeteelt in Zeeland in 1901
te Middelburg te houden, eene subsidie
te verleenen van 500 uit de provin
ciale kas.
Na de hierover gevoerde beraadslagingen
bleek, dat het aantal aanwezige leden te
gering was om een besluit te nemen,
waarom besloten werd te beslissen in eene
vergadering te houden op Zaterdag des
ochtends te 10 ure.
In die vergadering nu werd het boven
genoemde voorstel aangenomen met 20
tegen 3 stemmen.
De vergadering is daarna in naam der
Koningin door den voorzitter gesloten.
maar de Brit nam deze aan, doch zond
de papieren terug. Het was bijna nacht,
toen Paulina by hem kwam. Nikolaas
ijlde haar te gemoet. Wat hadden zij el
kander niet te vertellen 1 Hij bracht haar
in zijne kamer, en >onde baar het ge
schenk. Zij was verbaasd, en werd door
de grootmoedigheid van den Engelschman
getroffen. «Hadden wij dat geweten, dan
hadden wij geen oorlog aan Engeland
verklaard. De man, dien wij vervolgden,
heeft u rijk gemaaat. Hij handelde mis
schien even hartstochtelijk in zijne groot
moedigheid als in zijne ijvorzucht, en in
beide heeft hij ongelijk. Gij zijt nu rijker
dan ik Nikolaas. Weet gij, wat u nu nog
ontbreekt; eene schitterende loopbaan te
maken
«Nietszeide Nikolaas, en sloot Pau
lina aan zijne borst: Ik bezit immeis
alles 1"
«Zult gij in dat bezit mogen blyven
«Wie kan het verbieden Wie kan
broeder en zuster scheiden Paulina, eene
zaak onbreekt mij nogeen adelsdiploma,
Dan mag ik u
Hij waagde het niet meer te zeggen, uit
vrees haar door de vermetelheid zijner
wenscheu te beleedigeD, die Paulina ech
ter door zijn zwijgen begreep. Zij leunde
blozende methare wangen tegen de zijnen
6n zeide fluisterende: «gij hebt gelyk
het adelsdiploma moet gij hebben. Wij
zullen het vragen."
Wordt vervolgd.)
AXEL, den 13 November 1900.
Voor een flink bezette zaal trad gister
avond in kerk A. alhier de heerSnijman
op. De bijeenkomst werd geopend met
het zingen van Psalm 99 vers 1.
Ds. Kapteijn leidde den spreker in. Hij
veronderstelde de zaak, die besproken zal
worden, bekond. Daarom zou hij er hier
r.iet verder over spreken, alleeD wenschte
hij enkele woorden te zeggen over den
spreker zelf. Ü6 heer Snyman is een
Afrikaander van geboorte. Hij woonde in
de Kaap-kolonie en was dus onderdaan
van de Eng9lsche regeering. Toen echter
de oorlog uitbrak toen Transvaal en Oranie-
Viijstaat de wapens opnamen tegen het
trotsche Albion, toen hing ook de heer
Snyman het geweer over den schouder en
streed mee in de gelederen der Boeren
Later in zijn woonplaats teruggekeerd
moest hij die echter spoedig verlaten, wilde
hij niet als rebel door de Engelschen ge-
fuseleerd worden. Na deze korte inleiding
gaf ds. Kapteyn het woord aan den heer
Snijman.
Spreker begon met te zeggen dat hij
niet in bijzonderheden de geschiedenis zou
vertellen van het Boerenvolk. Daartoe
ontbrak hem de tijd. In korte trekken
vertelde spreker het ontstaan van de Kaap
kolonie en van de beide Republieken. In
bet jaar 1652 werd aan de Kaap de Goede
Hoop een Hollandsche kolonie geslicht op
aanraden van den scheepsdokter van Rie-
beek. Later maakten de Engelschen zich
van deze kolonie meester. De Boeren
echter wilden niet onder Britsch bestuur
komen. Zoo trokken zij steeds vervolgd
door de Engelschen noordwaarts. Nergens
vonden de Boeren de rust, die zij zochten.
Eindelyk echter meenden zij de welver
diende rust gevonden te hebben. De beide
republiek en Oranje-Vrystaat en Transvaal
worden gesticht in een verdrag met
Engeland werden de bepalingen opgeno
men waaraan beide partijen zich moest
onderwerpen.
Toch was dit Engeland nog niet vol
doende. Voortdurend bleef het nog loeren
op de onafhankelijkheid der beide repu
blieken. En de gelegenheid «wam om
weer den oorlog met den Boer te beginnen.
De Engelschen, die in de Transvaal woon
den, begonnen hun grieven te laten hooien
tegen de bestaande toestanden. Zij meen
den achteruit gesteld te worden bij de
andere bewoners. Vooral de stemrecht-
kwestie was een der voornaamste bezwa
ren. Kruger of liever de Transvaalsche
regeering deed zooveel mogelijk concessies;
maar toen Engeland, dat het inmiddels
bad opgenomen voor hun in Afrika wonen
de onderdanen, de suzereiniteit eischte,
was de oorlog onvermijdelijk Engeland's
heerschappij aanvaarden was zich over
geven aan de Engelsche Jingo-troop. Dat
zou de bevestiging wezen van het Engel
sche Imperialisme. Dan liever den oorlog.
Dan met leeuwen ïoed gestreden tegen de
machtige legers van Engeland. En de
oorlog kwam.
Spreker beschreef den slag bij Stormberg,
bij Bethulië en de Modderrivier. Het zou
ons te ver vo ren, wilden we alles weer
geven, wat de heer Snijman ons daarvan
mededeelde. In breede trekken hebben
wij vroeger in ons overzicht van den oorlog
deze veldslagen beschreven, terwij! het bij
ons blad behoorende Zondagsblad den
lezers nog nauwkeuriger op de hoogte
stelde
Verschillende opmerkingen in zijn ver
haal vlechtende deed hij zijn reeds zoo
boeiende voordracht nog leerzaam worden
bovendien.
Zoo vertelde spreker o a. hoe een Maxim
werkt. Een Maxim is een klein kanon
dat door 1 paard getrokken wordt. Het
lijkt op eenjdeine machine die op een
wagen staar.. Achter aan de machine staat
een soldaat die een slinger ronddiaaiten
bij elke ronddraaiing gaat een kogel het
kanon uit. En wanneer men nu weet dat
per minuut een zestigtal kogels kunnen
afgeschoten worden, dan zal het zeker geen
verwoudeiing baren, dat de Maxims ver
schrikkelijke verwoestingen kunnen aan
richten.
Spreker zegt dat de Engelschen gewoon
lijk gemeld hebben, dat hun aftrekken in
geregelde orde geschiedde. Spreker zegt
dat is waar. Dat kan ook niet anders.
Want de Engelsche soldaten waren steeds
te afgemat om te loopen. En hij rekent
het als een overgeeflijke fout van hem en
zijn medestrijders dat zij steeds te mede
lijdend waren. In plaats van te schieten
namen zij er steeds zooveel mogelijk ge
vangen. Zij moesten ze gedood hebben.
In den slag bij Bethulië had de heer
Snijman naast zich een zevenjarig ventje.
Hij raadde het jongetje aan naar huis te
gaan daar hij zou doodgeschoten worden.
«Ik dood geschoten worden," antwoordde
het ventje, «de Engelschman die mij zal
doodschiet, moet nog geboren worden.
Zulke woorden, door zuo'n jongetje uitge
sproken, zei spreker, geven den bejaarden
man weer nieuwen moed
Zoo zouden wij voort kunnen gaan.
Maar genoeg.
Aan het slot van zijn rede gaf spreker
een beschrijving van zijn vlucht. Op 4
Maart ontving hij het bericht, dat bij
vluchten moest, wilde hij niet gevangen
genomen en gefusileerd worden. Drie uren
later verliet hij zijn vrouw, die met vijf
kinderen achter bleef op een groote boer
derij. Het is ons niet mogelijk een be
schrijving te geven van het tooneel, dat
er in die boerenwoning toen heeft plaats
gegrepen. Scheiden doet altijd wee, maar
toch zoo'n afscheid is dubbel smarlelijk.
«Vrouw," zoo zei de heer Snijman, «bij I
zijn heengaan," zoek nimmer mijn naam I
ouder de gevangenen, wel onder de ge- I
dooden.
Spreker vertelde verder nog, dat zijn I
woning met al het huisraad door den I
Engelschman verkocht is, dat zijn vrouw I
en kinderen nauwelijks een rustplaats I
overblijft, en dat derhalve zijn haat tegen
de Engelschen eer aangewakkerd dan ver-
minderd is.
Aan het einde van zijn rede gekomen I
dankte hij b6t publiek voor de welwillen-
de aandacht. Hij hoopte dat de toehoor- I
ders hem hadden kunnen velgen, daar bij
als geboren Afrikaander niet het Hol- I
landsch doch het Afrikaansch sprak. I
«Vrienden" zoo besloot de spreker,
toen ik van myn vrouw afscheid nam,
vroeg ik haar of zij een psalm wilde I
opgeven, die wij samen misschien voor de I
laatste keer zouden zingen. Zij noemde I
toen psalm 42 vers 5. Welnu gemeente I
doe gij mij nu nog het genoegen en zing I
met mij dat vers.
Had spreker in een ander openbaar ge- I
bouw hat woord gevoerd, een daverend I
applaus zou den heer Snijman zeker ten I
deel gevallen zijn.
Namens het publiek dankte Ds Kap- I
teijn den heer Snijman voor zijn boeiende I
voordracht tevens do hoop uitende dat I
het hem nog eenmaal gegeven mochl zijn 'I
naar het erf zijn vaders terug te keeren. I
Ds. Hugenholz besloot met psalm 68 I
vers 1 en een dankgebed de bijeenkomst. I
Na afgelegd derde of schriftelijk I
gedeelte van het examen is te 's Graven- I
hago onder meer bevorderderd tot Can- I
didaat-Notaris de heer J. A Dregmans. I
De WelEerw. heer ds. K. J. Kap-
teijn, predikant bij de Geref. Kerk A
alhier libeft voor het beroep bij die ge- I
meente te Antwerpen bedankt
Te Philippine trof Zondagmorgen I
een jongen, die met pijl en boog schoot, I
daarby een kind van vijf jaar zoo onge- I
lukkig, dat een der oogen werd geraakt.
De kleine zal dit voor goed moeten I
missen.
Was er in den toesiand van den te I
Overslag zoo deerlijk mishandelden DeMeij I
aanvankelijk eenige beterschap te bespeu- I
ren, thans is daarin een ongunstige wen- I
ding gekomen, zoodat men weinig hoop I
meer heeft dat de jongeling in het leven I
zal blijven. Naar wij vernemen zullen da I
vermoedelijke medeplichtigen die te Gent I
in voorloopige hechtenis zijn, spoedig in I
vrijheid worden gesteld. De boosdoeners I
worden tegen wooi dig wel zacht behandeld. I
De vermoedelijke stichter van den brand I
in een graanhoop te Zuiddorpe is Zondag j
uit zyne voorloopige hechtenis ontslagen.